31.3.08

Dreigement van het vullus

Avontuur

Berliet

De "autorails" van de Nord waren groen, die van de ETAT creme/rood en die van de PLM creme/blauw. Hieronder rijdt de PLM ZZ M211, van de door Berliet in 1937/38 geconstrueerde serie 201 - 214. Berliet was vanaf 1922 actief met de bouw van railvoertuigen, de eerste leken op bussen en zijn eerder onder trams te rangschikken dan onder treinen. De ZZ M211 had twee zescylinder dieselmotoren en een maximale snelheid van 110km/u en kon evenmin als de andere "autorails" uit de serie gekoppeld worden aan andere railvoertuigen vanwege de Wilsonkoppeling. De eerste van de serie kwam op 28 februari 1937 in dienst, de laatste op
31 juli 1938. Ze reden vanuit het depot Roanne naar Lyon, Saint-Etienne en Clermont-Ferrand.
Na het ontstaan van de SNCF werden ZZ M201 - 214 in 1939 vernummerd tot ZZ BE 3001 - 3014, in 1962 vond een volgende vernummering plaats tot X ABDi 33001-3014 inmiddels hadden ze hun creme/blauwe kleur verwisseld in het voor SNCF-"autorails" kenmerkende creme/rood. In 1966 werd de laatste uit het bestand gestreken.

30.3.08

De Dietrich

In de vroege jaren dertig stortten een aantal befaamde Franse automobielfabrikanten zich op het maken van railvoertuigen, zogenaamde “autorails”. Klaarblijkelijk speelde de Wallstreetcrash een grote rol: Berliet, Decauville, Lorraine-Dietrich en Bugatti zagen in de bouw van “autorails” een mogelijkheid de depressie te overleven. Een andere autoconstructeur, Renault was sinds 1922 al actief in de spoorwegwereld.
Omgekeerd had een firma als De Dietrich, een fabrikant van spoorwegmaterieel in Niederbronn (Bas-Rhin), eerder een kort uitstapje gemaakt in de autowereld. In 1938 verscheen een De Dietrich uitgerust met een houtgasgenerator en ik bezit een foto van spoorwegmedewerker die op het dak van de ZZy 24841 staande een zak houtskool leegt. De maximale snelheid was 118km/u en het verbruik 100 kilo houtskool per 100 km. In de video de XBD 3702 uit de in 1949/50 gebouwde serie X-3701 - 3720, uitgerust met een Saurerdieselmotor.

Trompet


Drie trompettisten:


Louis Armstrong (in 1933!) met "Tiger Rag",














Dizzy Gillespie (& Charlie Parker!) met "Hot House"











Lee Morgan (& Art Blakey's Jazz Messengers!) met "Blues March".

Kittel 2

Wat gister tot zes keer toe niet lukte: het downloaden van het beeld van de Kittel op mijn baan, waarna ik mijn toevlucht moest nemen tot het plaatsen van een tekening, lukte vanochtend wel.

29.3.08

Kittel

Het verhaal over de stoomrijtuigen voor passagiers wordt nog merkwaardiger als je bedenkt dat, nota bene met een in 1897 Fransman Serpollet verkregen patent, in Duitsland deze rijtuigen wel werden gebouwd. Vanaf 1905 werden 36 van deze zg. Kittels door de Machinenfabrik Esslingen geconstrueerd, 18 voor de Würtembergse spoorwegen, de resterende 18 voor andere Duitse en buitenlandse spoorwegmaatschappijen. Uiteindelijk zouden er drie na de Tweede Wereldoorlog in Frankrijk dienst gaan doen, niet voor het vervoer van passagiers, maar voor het brengen en ophalen van personeel van de SNCF tussen Mulhouse en het depot Ile-Napoleon en later vermoedelijk tussen Straatsburg en het depot Hausbergen. Ze schijnen kort voor 1956 te zijn afgevoerd. Op mijn baan rijdt een Kittel, nog steeds in Duitse kleuren, hij moet worden omgeschilderd in SNCF-groen, de Franse nummering van de Kittels was X DR 10102, X DR 10103 en X DR 10109 (de X staat voor "autorails", DR voor Deutsche Reichsbahn).

28.3.08

Automobile postale

Vreemd, dat de Franse "Nord" wel een stoomaangedreven postrijtuig inzette, maar de stap niet maakte om een zelfde soort rijtuig voor reizigers te construeren, men noemde het trouwens "automobile postale", hetgeen duidelijk maakte dat een "automobile" niet perse een door een benzinemotor voortbewogen wegvoertuig hoefde te zijn. Hier rijdt een miniatuurversie over mijn spoorbaan, die in de Elzas ligt, vandaar de nauwelijks aangepaste, Duitse armseinen.

Lata

Gister Asha Bhosle, vandaag haar oudere zuster Lata Mangeshkar, met een vrijwel identieke playbackloopbaan in de Bollywoodstudio's. Onder kenners van het genre woedt nog steeds een discussie wie de meeste opnamen heeft gemaakt.

Taxi 6

In taxi's van een eeuw geleden zat de chauffeur, net als in een door een particulier chauffeur bestuurde auto in de open lucht: er mocht dan wel bewondering zijn, dat de man zo'n ingewikkeld mechaniek in beweging kon brengen, maar hij was en bleef een knecht en dat moest je kunnen zien. Deze Oryxtaxi gemaakt in Berlijn-Reinickendorf toont duidelijk wie er baas was en dus droog zat.

Filmpje

Filmpje in Nederland: het meelijwekkend gekwaak van een over het paard getilde (ex-)toffelemoon, voorafgegaan en gevolgd door het tragisch lawijt van de rest van het vaderlandse kikkerkoor.

27.3.08

Asha

Haar naam ligt niet op ieders lip, maar zij is wel de artist met de meeste plaatopnamen, meer dan twintigduizend: Asha Bhosle. Daarbij komen Frank Sinatra en Elvis Presley zelfs niet in de buurt. Haar bekendheid ontleent zij aan de Indiase film: een filmster maakt de mondbewegingen, maar we horen Asha. Inmiddels was ze o.a. in de Verenigde Staten op een concerttournee en maakte ze een CD met het Kronoskwartet.
In de video een live optreden van haar in de film "Umrao Jaan" uit 1981 met "Dil Cheez Kya Hai".

Jaguar

Het zat er al een poosje aan te komen: de verkoop van Jaguar en Landrover door Ford aan het Indiase Tata. Nu waren beide merken toch al lang niet meer wat ze eens waren: Jaguar, de bouwer van voortreffelijke sportwagens en Landrover, de maker van terreinwagens waar een Britse boer mee uit de voeten kon. Jaguar begon in de jaren twintig als S.S. (maar dat tweetal letters was na de Tweede Wereldoorlog dermate besmet, dat de fabriek de naam veranderde) als maker van zijspannen voor motorfietsen, daarna werden er speciale koetswerken gebouwd voor kleine auto's van Morris, Austin, Standard en Swift. Op de foto een S.S.-carrosserie op een Austin 7-chassis.

26.3.08

ZZ B2 Ef. ETAT

In 1921 werd voor de Franse staatsspoorwegen een spoorrijtuig van een Somuatankmotor uit de Eerste Wereldoorlog voorzien door Schneider et Cie. Het prototype (ZZ B2 Ef. ETAT) was succesvol. De bestuurderscabine en een bagagecompartiment werden voorin geplaatst, de rest van het rijtuig was voor de passagiers en met een rijtuig op sleeptouw konden er vijftig tot zestig reizigers worden meegenomen. De kosten waren ten opzichte van een door een stoomlocomotief getrokken trein laag, alhoewel het verbruik 65 tot 75 liter benzine per 100 kilometer was.
In het schitterende spoorwegmuseum in Mulhouse staat zo'n rijtuig. Omdat er geen model van is, heb ik het zelf gemaakt, door exact zo'n rijtuig als waarvan Schneider uitgegaan is te verbouwen en van een motortje voorzien. Het eerste beeld van de video is het oorspronkelijke rijtuig, vervolgens passeert de ZZ B2 Ef. ETAT.

Taxi 5

Mijn allereerste auto was een Traction Avant familiale, een verlengde versie van Citroëns paradepaard. Met drie strapontins achter de voorstoelen was er plaats voor acht personen, dit was klaarblijkelijk in Viëtnam niet voldoende en er werd tussen voor- en achterdeur een stuk carrosserie ingemonteerd. Op de foto een Parijse taxi ( overigens geen familiale), met erachter een taxi uit Saigon

In de war

Ach, die arme Hillary. Haalt ze de opnamen van een western in Hollywood en een bezoek aan Bosnië door elkaar.

Citaat

Citaat uit een commentaar in de IHT van vandaag:
"Wilders' film is a the latest in a series of provocations against Muslim communities in Holland, and against Islam in general."
Shaykh Hamza Yusuf Hansona, a Muslim American scholar of Islam.
Din Syamsuddin, president of the Muhamadiya, the second largest Islamic organization in Indonesia.
Prince Hassan Bin Talal of Jordan, president of the Arab Thought Forum.
Misschien willen de sheik, de president en de prins, als ze hun pennetjes op papier zetten, ook even melden om welke provocaties het gaat?

25.3.08

Muzikale humor

Er valt weinig meer om muziek te lachen: Spike Jones, de Guckenheimers, de Bonzo Dog, Hoffnung, P.D.Q. Bach, ze zijn allemaal verleden tijd. Toch gebeurt er soms iets aardigs, zoals bij dit eindexamenconcert van een Hongaars conservatorium. Helaas in twee stukken geknipt te zien op YouTube, maar wat er met Bachs beroemde Toccata gebeurt is heel grappig.

Taxi 4

Voor Amerikanen is het altijd wat wonderbaarlijk om in een Mercedes als taxi te stappen. Net als BMW behoort Mercedes in de Verenigde Staten tot de topmerken en voor zo'n merk is een taxi is wel heel gewoontjes. Op de foto een Mercedes 170V als taxi (met het kenmerkende bleekgroene dak) in Lissabon, de dieselversie haalde krap aan 105km/u en gebruikte 7,5 liter dieselolie per 100km.

Piter Wilkens

Het is natuurlijk een verdraaid aardig idee om de teksten van liedjes van illustraties te voorzien en exact dat heeft Charles v.d. Broek gedaan met het werk van de Friese "lietsjeskriuwersjonger "Piter Wilkens. Het boek (compleet met de liedjes op CD) verscheen bij Pharos uitgevers (ISBN 978-90-79399-02-4).
Ik schreef voor het boek dit voorwoord:
"Vraag mij of de naam Wilkens me iets zegt en ogenblikkelijk borrelen herinneringen op. Ik moet zestig jaar terug. Naar het Cambuursterpad in Leeuwarden, want daar wonen Piters pake en beppe. Die pake is muzikant, niet alleen in de arbeidersmuziekvereniging “Ons Genoegen”, maar ook in de Leeuwarder Orkest Vereniging en bij mij thuis wordt met bewondering over hem gesproken: iemand die op eigen kracht een doel in het leven bereikt, staat in hoog aanzien.
Jaren later ontmoet ik Wilkens kleinzoon Piter, hij blijkt uit hetzelfde hout gesneden als zijn pake: op eigen vuist heeft hij zich van “timmermantsjoender” weten te ontwikkelen tot voortreffelijk “lietsjeskriuwersjonger".
Heel bewust heeft Piter voor het schrijven en zingen in zijn moedertaal gekozen, in de wetenschap dat hij daarmee zijn kansen op een nationale, laat staan een internationale, doorbraak wel kan vergeten. Ook daarvoor past bewondering, want het maakt de kansen op een tournee buiten de Friese landsgrenzen klein. Toch staat er heel veel tegenover deze minimalisering, in plaats van slecht Engels hoort de luisteraar goed Fries, soms gebracht met humor, soms gebracht met relativering, want beide zaken zijn in Piter in ruime mate aanwezig.
Dat wordt nog eens extra duidelijk in dit boek, waarin Piters teksten tot beeldverhaal zijn verwerkt."

Herder

Dit is een houten pop uit mijn ouderlijke woning, hij stond ergens in een van de boekenkasten en vormde waarschijnlijk ooit onderdeel van een kerststal, maar het kindeke Jezus, was in plaats van de herder, naar ik aanneem, voor mijn moeder een brug te ver. Na de dood van mijn vader is hij mee verhuisd, eerst naar Sneek en later naar Drachten. Ik herinner me dat hij een vage rode kleur had, maar die was verdwenen en op zeker moment heeft mijn moeder hem met plakaatverf in felle kleuren overgeschilderd, die heb ik op mijn beurt zorgvuldig verwijderd en vervangen door waterbeits. Waar hij gemaakt is? Vermoedelijk in Rusland.

24.3.08

McCall Smith

Het eerste deeltje van "The No.1 ladies' detective agency" van Alexander McCall Smith kocht ik, op weg naar Shetland, een paar jaar geleden in Aberdeen. Ik raakte gefascineerd door het feit dat een Schotse professor in medische wetgeving, in de huid van een Afrikaanse kon kruipen en op volkomen geloofwaardige wijze haar liefde voor het landschap en de natuur van Botswana kon beschrijven. Daar bleef, overigens om begrijpelijke redenen, in de door Anthony Minghella gemaakte film, die gisteravond door de BBC vertoond werd, weinig van over.
Voorin McCall Smith's boek stond een foto van de auteur leunend op een tuba. Na enig speurwerk kwam ik er achter dat hij geen tuba speelt maar fagot, in een orkest in Edinburgh, dat zich "The Really Terrible Orchestra" noemt, een amateurorkest, dat regelmatig uit de bocht glijdt, maar waarvan ik met de nodige moeite toch een paar CD's heb weten te bemachtigen. Dit is een kort doch krachtig voorbeeld, de trompettisten spelen een fanfare , terwijl dirigent en eerste violist naar voren schrijden.
Op de foto: Dirigent RTO-dirigent Richard Neville-Towie en Alexander McCall Smith voor het orkest.

Styrofoma 9

“Weet je wat het met jou is? Je maakt overal een probleem van: wat dondert het jou dat Froko Wanderwant ons samen gezien heeft? Jouw hele leven bestaat uit het uitvinden van wat anderen van je vinden, dat is krankzinnig. Jij moet leren doen, waar jij zin in hebt. Om te beginnen moet je ophouden met die rare hobby van je allerlei feiten en feitjes te verzamelen, zodat je zogenaamd alles beter weet. Als Bark Zoemers een tram voorbij ziet komen en hij zegt dat het ding Boedapester heet, dan moet jij niet ogenblikkelijk uitroepen, dat een Boedapester er totaal anders uitziet.” “Uitgepsycholiseerd?”. vroeg ik. “Ja, voor dit moment wel en nu gaan we terug naar mijn huis, vertellen mijn vader dat de bioscoop uitverkocht is en pak jij je fiets, tenzij je nog een heel goed plan hebt voor de rest van de middag.”
Ik voelde me of ik een ernstig pak op mijn donder gehad had. Naar huis vond ik best een goede oplossing. “Ik heb toch wel een vraag, waarom heb je me vrijdagnacht gevraagd om naar de film te gaan, uitgerekend naar “Love is a many-splendored thing”? “In een opwelling, laten we het er maar ophouden dat ik toen je gebruiksaanwijzing niet goed gelezen had.” "Gebruiksaanwijzing, hoe bedoel je?"

23.3.08

Cachao

Op het visitekaartje van Jelly Roll Morton stond dat hij de uitvinder was van de jazz, maar zo is het in de muziek natuurlijk niet, een muziekinstrument wordt uitgevonden, muziek ontwikkelt zich. Israel "Cachao" Lopez, de Cubaanse bassist, die gister in Florida overleed is niet, wat nu overal wordt verkondigd, de uitvinder van de mambo en de eerste Cubaan die Afrikaanse met Europese muziek mengde. Cubaanse muziek is altijd een mixture van culturen geweest. Het is ook klinkklare nonsens om te beweren dat de danzon een puur Europese muzieksoort was, voortgekomen in de jaren zeventig van de negentiende eeuw uit de contradanza,was laatstgenoemde al gemengd met Afrikaanse elementen. Een opname van het Orquesta Pablo Valenzuela uit 1906 laat dat duidelijk horen. Maar ik begrijp heel goed waar die misvattingen vandaan komen, ergens wordt een "in memoriam Cachao Lopez" geschreven en de rest van het journaille slaat ijverig aan het overschrijven. De vermoedelijk oudste opname, die ik van Cachao heb, dateert uit 1940, een eigen compostie "Rarezas" met de Maravillas de Arcaño. Samen met Bebo Valdes, Cachao in "Lagrimas Negras", een veel recenter opname.

Taxi 3

Het ontwerp van de Checker "Marathon" dateerde uit de jaren vijftig en was toen de auto in 1999 uit het Newyorkse straatbeeld verdween dus redelijk achterhaald. De laatste "Marathon" was in 1982 geproduceerd en dat zegt wel wat over de kwaliteit, want het plaveisel van de stad was (en is) nou niet bepaald een biljartlaken. Oorspronkelijk had de wagen een Lycoming-, later een Chevroletmotor. De "Marathon" had bij introductie klapbankjes achter de voorstoelen, maar die moesten net als de nietschokaborberende bumpers om veiligheidsredenen verdwijnen, dan wel worden vervangen. Zuinig was de wagen niet: een verbruik van 23 liter op 100 kilometer was niet ongewoon.
In de late jaren veertig tot in de late jaren zestig had gitarist Eddie Condon zijn jazzclub in New York, het is grappig te bedenken hoeveel klandizie per Checker moet zijn aan- of afgevoerd. Achtereenvolgens: "Fidgety Feet", "Blue and Broken Hearted" en "Royal Garden Blues".

Noviteiten

De Nederlandse Spoorwegen introduceren in het station Hilversum verscheidene noviteiten:
1. reizigers bereiken via een bouwput de perrons,
2. reizigers beklimmen en dalen verschillende noodtrappen af,
3. reizigers waden door grote plassen water,
4. reizigers staan onbeschermd op een onoverkapt perron en
5. reizigers worden vervolgens in tweedehands Duitse rijtuigen naar Amsterdam vervoerd.

Styrofoma 8

Ik liep langs het water verder naar het centrum, de tram achterna. Ik had een probleem: hoe kreeg ik mijn fiets, die in de gang bij de Van Brockhorsts stond, terug. Zonder fiets was ik nergens en kon ik morgenvroeg ook niet naar school. Ik draaide om en besloot eerst maar eens mijn fiets te gaan halen, onderweg zou ik wel een smoes bedenken. Ik kon zeggen dat ik me niet lekker voelde en dat Styra alleen naar “Love is a many-splendored thing” was gegaan.
Ik hoorde mijn naam roepen: “Broof, Broof, wacht op me”. Styra was een halte verder uitgestapt en kwam nu achter me aangerend. “Waarom ben je verdomme zonder iets te zeggen uit de tram gestapt, dat is toch belachelijk!”, zei ze hijgend. “Het is even belachelijk Froko aan zijn neus te hangen dat we samen onderweg zijn naar een rotfilm. Wat gaat dat hem aan?” “Rotfilm, rotfilm? Dat had je vrijdagavond ook meteen kunnen zeggen, dat je er geen zin in had, dan hadden we wat anders kunnen gaan doen. Naar Meijendel bijvoorbeeld.” “Ja, jij op je brommertje en ik me het leplazerus trappend om je bij te houden zeker?” “Het is maar een voorstel, we kunnen....” “Ja, we kunnen veel, we kunnen naar Voorburg, naar Kijkduin, naar Wateringen.... , maar dat moet ik wel allemaal op de fiets en dat vind ik geen probleem, maar ik verdom het achter jouw brommertje aan te spurten.”

22.3.08

Styrofoma 7

Ik had de discussie in de inmiddels gearriveerde tram graag voortgezet, maar pontificaal links voorin op een eenpersoonbankje zat klasgenoot Froko Wanderwant. Hij grijnsde en ik wist precies waarom, maandagmorgen kon het bericht dat Styra en Broof “iets moois” hadden, door hem de wereld in worden geschopt. Hij begroette ons uitbundig: “Ha Broof! Ha Styra! Samen op stap?” “We gaan samen naar de bioscoop”, en of dat nog niet genoeg was, “naar 'Love is a many-splendored thing'”, antwoordde Styra. In één seconde, had de domme trut mijn reputatie als serieus filmliefhebber verknald. “Ik denk het niet”, ze ik. “Ik heb de krant er nog eens op nageslagen en de recensie liegt er niet om: het is een rotfilm. Terwijl ik dat zei, liep ik door naar achteren, want ik had absoluut geen zin Froko getuige te laten van de discussie, die ongetwijfeld zou volgen. Met een jankerig stemmetje zei Styra: “Je hebt het beloofd, we zouden naar “Love is a ....” “Ja, godverdomme, maar het gaat Froko toch geen zak aan waar wij naar toegaan, waarom kunnen wijven nou nooit eens hun stomme bek houden, waarom moeten ze meteen alles aan de grote klok hangen?’” Bij de volgende halte glipte ik razendsnel tussen twee medepassagiers naar buiten en liet Styra in de tram achter. Ik was het spuugzat.

21.3.08

Quebec

Het is wellicht een wat slordig gemonteerd verslag van een feestje in Quebec, maar het is toch heel leuk. Er worden jigs, pardon gigues, gedanst en er is zelfs iemand met een "dancing man" (homme dansant), een houten pop met losse gewrichten, die je met een stok in zijn rug op een plank kunt laten dansen. In de Verenigde Staten is de "dancing man" vaak Uncle Sam (foto). Het duurt lang voordat ze in beeld komen, maar je hoort ze in deze video ogenblikkelijk: de zittend meet(r)appende mensen, als het ware levende "dancing men", heel kenmerkend voor de muziek uit Franstalig Canada. Ik heb het ook door muzikanten zelf zien doen: een accordeonist, die tegelijkertijd voor ritmische ondersteuning zorgt.

Taxi 2

Een Ford V8 1947 als taxi in Toronto, Canada: duidelijke kleuren, een blokband en zelfs de prijzen op de achterportieren. ik heb een tijdje in een soortgelijke Ford van een jaar ouder gereden, de verschillen tussen de bouwjaren waren miniem: in 1946 zaten bv. de langwerpige stadslichten naast de koplampen, in 1947 waren ze rond en zaten ze onder de koplampen.

Styrofoma 6

Ik stelde voor met de tram naar de bioscoop te gaan, want ik zag me niet op klaarlichte dag opnieuw de vernedering ondergaan achter Styra’s brommertje aan te fietsen. Ik mocht mijn fiets in de gang neerzetten. Buiten gaf Styra me een arm. “Zo zijn we niet getrouwd”, dacht ik en begon in plaats van op het trottoir, in de goot te lopen. Ze moest me loslaten. “Doe niet zo kinderachtig. Kleuters lopen in de goot”, zei ze. Ik gaf haar een hand. Hand in hand liepen we naar de tramhalte. “Heb je je peda voor morgen al geleerd?", informeerde ze en begon opgewekt te kwetteren over Rousseaus gedachten over opvoeding. “Gek hoor, zo’n man, die kinderen in een boom laat klimmen en als ze er vervolgens uitvallen, dat beschouwt als een leerproces.” “Prima toch, hoe minder van dat jeugdig tuig, hoe beter.” “Jezus, wat ben jij altijd negatief, waarom wil jij in godsnaam onderwijzer wortden?” “Dat wil ik helemaal niet, ik ben naar de kweekschool gestuurd omdat mijn ouders, dat een prachtige algemeenvormende opleiding vonden.” “Wat wil je dan?” “Treinmachinist of leeuwentemmer, lijkt me wel wat. “Jij bent echt een groot kind, wie wil er op jouw leeftijd nou leeuwentemmer worden.” “Wat is er mis met op mijn leeftijd kind te zijn? Eeuwenlang hebben ze hier in het Westen, kinderen als kleine volwassenen beschouwd. Langzamerhand is het het echte kind ontdekt, lees het maar na in je pedaboeken, maar niemand geeft een antwoord op de vraag of het kind wel volwassen moet worden. Of het kind niet de ultieme mens is. Waarom moeten we zo nodig iets worden? Waarom mogen we niet blijven spelen?”

20.3.08

Taxi


Dit is de "Green Hornet", een PCC-car uit Chicago, zoals ik hem vorig jaar zag in het Illinois Railway Museum in Union, onderdeel van een wel heel bonte verzameling spoor- en tramwegmaterieel.




Wie een een rijdende PCC-car in de uitmonstering van Chicago wil zien, kan o.a. in San Francisco terecht.

Taxi's, ook onderdeel van het openbaar vervoer, waren, zoals deze Ford V8 uit 1936, in Chicago in dezelfde kleuren geschilderd. Dat is gemakkelijk: de reiziger weet ogenblikkelijk dat hij met een echte taxi te maken heeft, geen gehannes zoals in Amsterdam, waar alleen een blauwe kentekenplaat duidelijk maakt dat je met een taxi te maken hebt. Maar wie weet dat, als je uit Toulouse of Bari komt? Jaren geleden is zelfs de blokband afgeschaft. Waarom? Geen idee. In New York zijn alle taxi's geel, in Berlijn ecru, waarom kan dat hier niet? Waarom moet je om de tien minuten op Schiphol een waarschuwing horen, dat je niet op ongevraagd aangeboden taxi's in moet gaan, terwijl er een eenvoudige oplossing is: schilder alle taxi's uniform.

Oude mensen 7

Aan de belangrijkste winkelstraat, Commercial Street, van de Shetlandse hoofdstad Lerwick, ligt in een een wat achteraf gedeelte "The Spider's Web", een winkel vol handgebreide truien en vesten Dit oude dametje komt uit die winkel en toont een staalkaart van wat er van Shetlandse schapenwol allemaal gemaakt kan worden.

Styrofoma 5

Als ik een vent geweest was, zou ik de staf gebroken hebben over de fondantpianeur, maar ik zei laf, dat ik nooit van Liberace gehoord had. “Wat”, bromde Van Brockhorst, “Styra geeft hoog op over je muzikale kennis en je hebt nog nooit van Liberace gehoord?” “Nee, de naam zegt me niks, wat voor soort muziek speelt hij?” “Klassiek, maar daar gaat het bij mij niet om, het gaat mij om de opnametechniek. Het is fantastisch. Ik zal je het even laten horen. Van Brockhorst schoof de deurtjes van een radiomeubel open en zette een plaat op.” Hoor hoe het op de plaat is gezet: zo moet een piano te klinken. Maar ga zitten, je moet dit zittend, als in een concertzaal, ondergaan.” Hij draaide de volumeknop open. De plaat was inderdaad voortreffelijk opgenomen en vermoedelijk gloednieuw, want je hoorde geen spettertje of kraakje.”Nou?”, vroeg Van Brockhorst. “Goed opgenomen”, zei ik. “Dat bedoel ik. ” “Maar dat is toch niet de verdienste van Liberace?” “Toch wel, toch wel, want hij stelt heel hoge opname-eisen en bovendien, wat is er mis met zijn pianospel?” “Het is een gloednieuwe plaat, naar ik aannneem?” “Gister pas gekocht bij Caminada. Maar wat vind je ervan? Van zijn spel bedoel ik.” “Het is niet mijn soort muziek, maar het is goed opgenomen.” “Ik hou van kraakheldere muziek, daarom luister ik ook naar de draadomroep, ongestoord luistergenot, meneertje!” Draadomroep herinnerde ik me van mijn oom Ponter: een goudkleurig kastje op een plankje in de hoek van de kamer en een grote bruinbakelieten knop, waaraan oom Ponter gedurig draaide. Draadomroep was iets als radio voor minderbedeelden, vreemd dat Van Brockhorst, die een ambassadeurssalaris opstreek er zo hoog van opgaf.


19.3.08

Oude mensen 7

Zo'n veertig jaar geleden bestond er in Nederland een uit meer dan 120 exemplaren bestaande serie poppen in klederdracht. Er was niks mis met de kleren, alleen de kinderlijk ogende poppen waren, of het nu om mannetjes of vrouwtjes ging, exact hetzelfde. Die serie is verdwenen, er rest in de souvenirwinkels slechts een Volendams echtpaar, met dezelfde kinderlichaampjes. Maar dat verbaast me niet, kitsch voor buitenlanders, om mee naar huis te nemen, viert hier hoogtij. Jay of Dublin maakte poppen uit verschillende Ierse streken, die mijn kritiek wel kunnen doorstaan: de gezichten hebben niet allemaal dezelfde stupide grijns, de lichamen zijn verschillend.

Styrofoma 4

Natuurlijk was ik die zondag weer eens veel te vroeg van huis te gaan en dus ruim voor twee uur in de straat waar Styra woonde. Ik had besloten haar Victor Silvester de grond in te boren door hem Baron de Quick-quick-slow te noemen en te verkondigen dat je zijn muziek alleen spannend kon maken door zijn platen uit het centrum op de pick-up te leggen en af te draaien. Ik verwachtte dat Styra dusdanig de pest in zou krijgen zodat onze relatie een vroegtijdig einde zou vinden. Ik fietste naar de Wittebrug en keek van bovenaf naar lijn 9, die langs het water, met een voor Den Haag afwijkend tramtype reed. Zwitsers, electrische installatie van Oerlikon, maar zoiets wist Styra natuurlijk niet. Ook aan een gesprek over het onderscheid tussen een Hudson en een Studebaker viel niet te denken en zoiets maakte de conversatie in mijn ogen wel heel erg beperkt. Het zou waarschijnlijk de hele middag over leraren en medeleerlingen gaan. En over Hongkong natuurlijk. Precies om twee uur belde ik aan.
Haar vader deed open met “Zo jongeman, ik heb begrepen dat jij mijn dochter hebt geinviteerd voor een bioscoopbezoekje?” Ik dacht: “Nee ouwe zak, jouw dochter heeft mij uitgenodigd”, maar zei dat natuurlijk niet. “Styra is nog boven, kom gerust even binnen.”
Klaarblijkelijk was mijn faam als muziekliefhebber me vooruitgesneld, want Van Brockhorst informeerde ogenblikkelijk naar mijn favoriete pianist. “O, dat is er meer dan een”, antwoordde ik.
“Onzin, je hebt altijd een echte favoriet, eentje, die boven alle anderen uitsteekt.” Ik probeerde het met, dat je Rubinstein niet met Tatum kon vergelijken, omdat ze heel verschillende muzieksoorten speelden. “Meesters op eigen terrein”, zei ik. “Nou, ik heb er anders wel een, hoor: Liberace”, zei Van Brockhorst.

18.3.08

Oude mensen 6

"POPPEN, ZIJNDE NABOOTSINGEN V/D MENS" is de term die het sorteercentrum Internationale Pakketten van TNT in Amsterdam hanteert, ook deze Belgische kantkloster voldoet aan die omschrijving: een oude dame , ooit aangeschaft bij de firma Cécile in Bruxelles, dan wel Anvers. Merkwaardig dat zo'n duidelijk Vlaams souvenir verkocht werd in een winkel, die zich aan de taal van de echte klosters weinig gelegen liet liggen.

Styrofoma 3

Mijn cinematografische favoriet in die tijd was “Hellzapoppin’’”. Ik vreesde dat de Hongkongfilm mij allebehalve plezier zou verschaffen, maar ging desalniettemin met Styra’s keuze accoord en sprak af haar zondag van huis te komen halen. Na Styrofoma te hebben afgezet en onderweg naar mijn ouderlijke woning, iets meer dan een half uur fietsen, deed ik wat ik gewoonlijk deed, bezettingen van jazzorkesten repeteren, weten wie bij die en die opname van Red Nichols’ Five Pennies achter de drums zat, wie de trombonist was van de New Orleans Rhytms Kings, enzovoort, enzovoort. Dichter bij huis bedacht ik dat ik een uur later thuis zou zijn als was afgesproken en dat mijn moeder mijn vader weer uit zijn slaap zou hebben gehouden met zinnen als “Waar blijft die verrekte jongen nou weer?", steevast gevolgd door: “Zeg jij er dan ook eens wat van”. Mijn vader wist dat ik niet in zeven sloten tegelijk liep, zei echter zelden wat en dat maakte mijn moeder extra kwaad. Ik kon natuurlijk altijd zeggen dat ik mijn door haar gebreide shawl in de danszaal had laten hangen en daarom was teruggefietst. Dat leek me een goed idee. Ik ging zeker niet vertellen dat ik een meisje naar huis gebracht had en ook niet dat ik zondag met haar naar “Love is a many-splendored thing” zou gaan, dat zou bij mijn vader alleen maar hoongelach opwekken. Mijn vader, die er alles aan had gedaan om mij verantwoorde culturele keuzes te laten maken.
Op het moment dat ik de deur opendeed, was mijn moeder al uit de echtelijke sponde om mij fors de oren te wassen: “Waar bleef je nou, verdomme, het is bijna drie uur.?” Het was twintig over twee, maar ik had het hart niet om dat te zeggen, want dan zou de discussie in een voor mij totaal verkeerde richting gaan. “Ik had mijn shawl laten hangen en ontdekte dat pas toen ik bijna thuis was, een uur geleden.” “Stommeling, stop die dan ook in de mouw van je jas als je hem weghangt, hoe vaak moet ik je dat nou nog zeggen?” Ik hoorde mijn vader nog iets mompelen, maar verder liep het met een sisser af.

17.3.08

Oude mensen 5

Alhoewel deze poppen maar ongeveer zestig jaar oud zijn, verbeelden zij een ouder echtpaar uit Williamsburg in het koloniale Virginia van de tweede helft van de achttiende eeuw. Oorspronkelijk een bosrijk gebied bewoond door Indianen behorend tot de Powhatan Federatie werd het onder de naam Middle Plantation door de Engelsen gekolonialiseerd en verving het de oorspronkelijke hoofdstad Jamestown. Na de onafhankelijkheidsverklaring van 1776 verloor Williamsburg zijn belangrijkheid en alhoewel er tijdens de onafhankelijkheidsoorlog een aantal bijeenkomsten in Williamsburg werd gehouden, werd Richmond de hoofdstad van de staat Virginia.

Styrofoma 2

Ik mocht dan een houtenklaas zijn, ik was een veel gevraagd gast, niet alleen op de verjaarspartijtjes van de leerlingen uit mijn klas, maar ook van die in lagere en zelfs in hogere klassen. Niet omdat ik zo’n aangenaam danseur of causeur was, maar vanwege mijn grammofoonplaten. Ik herinner me, dat ik zelfs een feestje in een tuinhuisje van de ouders van Hermina Onderdewei, die twee klassen hoger zat, heb bezocht, enkel en alleen omdat het tuinhuisje geen electriciteit en ik een opwindbare koffergrammofoon en de bijbehorende achtenzeventigtoerenplaten bezat. Ik zat op alle feestjes naast de grammofoon, draaide mijn platen en dronk limonade. Ik vermaakte me opperbest en mocht aan het eind van de avond als de paartjes traag, tegenelkaar hangend, over de vloer schoven, graag even een razendsnel nummer als "Twelfth Street Rag" van Kid Ory opzetten. Dat viel, vooral bij de heren, niet in goede aarde.
Ik had alleen maar jazzmuziek en was streng in de leer, zo sloeg ik beide gospelnummers op de elpee van Bunk Johnson en de Yerba Buena Jazz Band, altijd over, omdat ik vond, dat op geestelijke muziek niet gedanst behoorde te worden.
Styra hield van Victor Silvester. Dat was ernstig. Ik had net omgang gehad met een buitenschools meisje, maar er een eind aangemaakt omdat ze Max van Praag en Eddy Christiani hoog in haar vaan had. Waarom hielden meiden altijd van echt verkeerde muziek? Chris Barberadeptes kon je tenminste nog trachten te bekeren, door ze naar King Oliver of Jelly Roll Morton te leren luisteren. Maar Silvester?
Ze vroeg of ik plannen had voor zondag en natuurlijk antwoordde deze sukkel: “Nee”. “Zullen we naar de bioscoop gaan? “Love is a many-splendored thing” draait in de Asta, die moet erg goed zijn.” De titel zei me niks. “Hij is opgenomen in Hongkong en gaat over de onmogelijke liefde tussen een Amerikaanse reporter en een Chinese dokter”.

16.3.08

Styrofoma

Vraag me: wie Styrofoma van Brockhorst is. Haar vader Protestanthius van Brockhorst was destijds de ambassadeur van Naaldwijk in Den Haag en Styrofoma zat bij mij in de derde klas van de kweekschool aan de Koningin Emmakade. Ik kan me, ahoewel ik regelmatig de statige woning van de Van Brockhorsts in de Indische buurt bezocht, geen moeder herinneren, volgens mij was die er niet en dat zou meteen kunnen verklaren waarom Styrofoma tien jaar eerder in de gekleurde lappen liep, die in de late jaren zestig het straatbeeld zouden bepalen. Ze reed op een eigen merk bromfiets. Een bromfiets, die in de verte wel iets leek op een NSU “Quickly”, alleen stond er in zwierig schrift “Styra” op de tank, dat was ook haar roepnaam. Ik werd per abuis haar vriendje tijdens de jaarlijkse schoolavond: ik had mijn zinnen gezet op een dansje met Bima Futs, maar toen ik eindelijk de moed verzameld had om haar te vragen, bleek zij reeds naar huis en om niet geheel de goedmoedige sukkel te zijn, waar velen mij op school voor hielden, vroeg ik Styrofoma ten dans. Onhandig, als ik was, kon ik me niet aan haar greep ontworstelen en moest haar uiteindelijk naar huis begeleiden. Zij woonde in geheel verkeerde richting. In feite tegenovergesteld aan de mijne, want ik woonde achter het Zuiderpark. Eenmaal buiten liet ze zich weinig gelegen liggen aan mijn snelheid. Ze weigerde mij voort te trekken, omdat haar vader haar verteld had, dat het motortje van de “Styra” daar niet opgebouwd was. Ze reed telkens een stukje voor me uit en wachtte dan, omkijkend, op een hoek op mij. Ik vond de situatie vernederend, maar besloot vol te houden. Na een marteling van iets meer dan een kwartier stonden we voor haar huis, waar ze mij, met een nog lopend motortje, ogenblikkelijk om de hals viel. Ze droeg een onplezierig parfum en bleek in het korte gesprek dat we hadden, van de verkeerde muziek te houden.

Achod

Intelligente programmatoelichting in de VPRO-gids:

Oude mensen 4

Wie de "santons", maakte of nog steeds maakt, is meestal een raadsel, dit lijkt een "santon", maar is het niet, het is een Ravca-pop, gemaakt door de Franse poppenmaker Bernard Ravca, alhoewel daar met kenners ook weer over te discussiëren valt, omdat het voor Ravca zo kenmerkende hoofd dan wel door hem ontworpen en gemaakt kan zijn, maar de pop elders. In de Verenigde Staten zijn nog steeds Ravcahoofdjes te koop. De kwaliteit van de Ravcapoppen (gelaatsuitdrukking en kledij) is beter dan die van "santons".

Druilerig

Drie aardige, met humor doordrenkte, jazznummers voor een druilerige zondag: Fats Waller (foto) met "Your feet's too big", het orkest van Don Redman en de zangers "Red & Struggle" in "Nagasaki" en tenslotte Slim Gaillard (niet met Slam Stewart, maar met Bam Brown and Scatman Crothers) in "Laguna Oreenee".

15.3.08

Oude mensen 3

Er worden in de Provençe nog steeds "santons" gemaakt, dit is er een van recente datum: een vrouw met een mandje met truffels en een weegschaal. Ik vind de "santons" als souvenir aanzienlijk meer geslaagd dan de poppen in Volendammer dracht, die in ons land gesleten worden.

14.3.08

Oude mensen 2

Deze oudere heer met Provençaalse “krant” en tricolore is burgemeester van een plaats in die Franse streek. Omdat de “krant” de datum 24 december draagt weet ik dat de burgemeester deel uit heeft gemaakt van een kerstgroep. Het is een zogenaamde “santon” of kleine heilige, oorspronkelijk werden de kerstfiguren van Provençaalse klei gebakken en in heldere kleuren geschilderd. Behalve Jozef, Maria, Jezus, de herders en de drie koningen werden ook handwerkslieden, muzikanten, lokale edellieden, de pastoor en de burgemeester afgebeeld. In een filmpje op YouTube vond ik een muzikant, die eerst een musicerende "santon" toont en vervolgens, voordat hij een helaas veel te korte farandole speelt, de galoubet tambourin (fluit en trommel) introduceert.

13.3.08

RiddeRRadio

Vanavond 8.00 uur RiddeRRadio: In de huiskamer.

Oude mensen

Een pop was in mijn jeugd meestal een op een babylijkend, geslachtloos minimensje met een onwezenlijke blik. Een blik, die verdween wanneer je de pop op zijn rug legde. Inmiddels weet ik beter: er waren, ook destijds, poppen die oudere mensen verbeelden. En omdat oudere mensen in het kader van de Boekenweek in de belangstelling staan, laat ik de komende dagen wat “mini oude mensen” zien.
Om te beginnen een Navajo-verhalenvertelster, een belangrijke figuur in de Navajotraditie, want zij vertelt verhalen door aan de volgende generatie in haar familie, zodat die leert begrijpen, waarom de dingen zijn zoals ze zijn. Zij wordt verbeeldt door een oudere vrouw en een aantal kinderen.

Doos 2

KLM BICYCLE BOX na vlucht Amsterdam - Hartford (USA).

12.3.08

Doos

Nadat Dennis-Kenneth drie jaar op Hare Majesteits kosten enveloppes had zitten vouwen werd hij door de KLM waardig bevonden een doos te ontwerpen om een rijwiel per vliegtuig te verzenden. De enige eis, die de luchtvaartmaatschappij aan Dennis-Kenneth stelde, was: een opdruk in blauw, KLM-logo en het opschrift bicycle box. Nijver begon hij doosjes op schaal in elkaar te vouwen en alhoewel hij drommels goed begreep dat de stevigheid van de doos eigenlijk niet ter zake deed en opschrift, logo en blauw destemeer, wist hij toch een doosje te construeren waar vijf pinda's in konden worden vervoerd. Nu is een fiets geen pinda, maar toch: het resultaat mocht er zijn en werd door de KLM dankbaar aanvaard en Dennis-Kenneth vertrok voor drie maanden naar Barbados. Spijtig genoeg kon hij zijn fiets niet meenemen omdat de doos slechts aan passagiers met een KLM-bestemming tegen betaling van 20 euro werd verkocht. Achteraf gezien was maar goed ook, want anders was Dennis-Kenneth tot de ontdekking gekomen dat zijn doos volslagen ongeschikt is voor welk rijwieltransport dan ook: de doos zakt open, scheurt in, maar KLM-blauw, - logo en bicycle box blijven gelukkig zichtbaar.

11.3.08

Schiphol

Voor het meenemen van een fiets als bagage in een vliegtuig heb je een doos nodig, die doos kun je op Schiphol krijgen voor 20 Euro, maar alleen als je per KLM vliegt, want zonder KLM-ticket geen doos. Voor de eerste keer in jaren ga ik niet met de trein naar Schiphol maar met de auto want dan kan ik de af te halen vriend en de doos in een moeite mee naar huis nemen. Na mijn pinkaart en creditcard te hebben gebruikt in een poging om de garage uit te komen, benut ik mijn vriends creditcard, met exact hetzelfde resultaat de slagboom blijft gesloten. Verderop staat een machine, ik rep me er naar toe met als enig resultaat, dat een tieneurobiljet gewisseld wordt in munten. Er is nergens een levende ziel te bekennen, als er ergens een camera hangt moet degene die achter een beeldscherm zit ontdekt hebben, dat ik nu al twintig minuten probeer de garage uit te komen. Maar niks, parkeren kost veel geld op Schiphol, maar je kunt klaarblijkelijk ongestoord inbreken en net als een tijd geleden in Madrid de parkeergarage opblazen, want er is geen enkel controle. Uiteindelijk stop ik toch nog maar eens mijn parkeerkaart in de daarvoor bedoelde gleuf en verdraaid de slagboom gaat open.

10.3.08

Vandaag even niet


Vandaag geen tijd voor het blog, bezig met het verzendklaar maken van een vooroorlogse Fongersfiets naar de Verenigde Staten. Compleet met handmoffen en gezondheidszadel.

9.3.08

Pacific

Wie op zoek gaat naar muziek van de eilanden in de Pacific wordt op YouTube doodgegooid met synthesizerklanken. Ik ben daar niet dol op, maar ik realiseer me tegelijkertijd dat de de gitaar daar evenmin tot de oorspronkelijke instrumenten behoort. De gitaar werd er gebracht door Europeanen en Amerikanen, die er koeien kwamen hoeden, de eilanders sloegen voor die tijd op uitgeholde boomstammen. Ook de zang is van oorsprong westers, er gebracht door zendelingen, vandaar dat de naam van de liederen nog steeds een verbastering van het woord hymn is. Van beide, meer dan een eeuw geleden ontstane "importklanken" een voorbeeld: een stringband en een koor met een himene.

8.3.08

Mills Brothers

Op 14 october 1932 ging de film "The Big Broadcast", een film rond een radiostation, in premiere in het Paramount Theatre in New York. In de film traden de Mills Brothers op: John, Herbert, Harry en Donald met hun eerste grote succes op de grammofoonplaat, de een jaar eerder opgenomen "Tiger Rag". Op het label van de plaat stond: "No musical instruments or mechanical devices used on this recording other than one gitaar" en dat was geen overbodige toevoeging want want Harry als "trompettist" uithaalt is wonderbaarlijk. "I ain't got nobody" komt niet uit "The Big Broadcast", maar is zo'n typisch filmpje met een dansende bal, die het bioscooppubliek de gelegenheid gaf mee te zingen.

Meer stoom

Heel veel verschilde deze White-bestelwagen uit 1903 niet van de personenauto's die de oorspronkelijk in naaimachines gespecialiseerde fabriek in Cleveland maakte, de bestelwagens hadden kettingaandrijving op de achterwielen, de personenauto's cardanaandrijving.

In 1905 gebruikte Webb Jay een Whitestoommachine als aandrijving voor zijn "Whistling Billy", die bij de destijds bijzonder populaire "Eagle Rock Hill Climb" in New Jersey slechts 3,5 seconde later boven was dan een Renault met vier keer het vermogen. Bij races in in Nashville, Detroit en Cleveland versloeg "Whistling Billy", zo genoemd vanwege het hoge fluitende uitlaatgeluid, alle tegenstanders met benzinemotoren.

Stoom

Stoom. De geur. Het geluid. Maar ingehaald en daardoor een bron van spot: een oude motorfiets heette stoomfiets. Stoom als aandrijfbron van auto's werd ingehaald toen de startmotor voor benzineauto's werd uitgevonden: geen gebroken duimen meer bij het aanslingeren, maar een simpele druk op een knop. Daar kon stoom niet tegenop, want stoom ontstaat niet door een druk op een knop en al hoewel het Amerikaanse merk Doble er alles aangedaan heeft om in de race te blijven, is het uiteindelijk niet gelukt. De rechten van Doble gingen over naar Besler en die ging zelfs met stoom de lucht in.

7.3.08

Origineel

Met een goede vriend mag ik het zo nu en dan graag over originaliteit hebben. Ik bedoel originaliteit van verzamelobjecten, zoals fietsen of auto's. We zijn beiden van mening dat er niet geknoeid moet worden aan een honderd jaar oude fiets en dat je bijvoorbeeld mijn Cleveland racer uit 1897 niet van een derailleur moet voorzien. Maar daar wordt onder verzamelaars niet altijd zo over gedacht, vooral in het oudeautowereldje wordt er heel wat afgeknoeid: versnellingsbakken van recente Fords verdwijnen in een MG, motoren van een DS gaan in een Traction Avant, soms wordt een auto zelfs van een ouder lijkend, maar wel nieuw gemaakt, koetswerk voorzien.
Wie een oude auto niet accepteert als een oude auto, moet er af blijven. Maar sommige leeg- en laagschedels kunnen het niet laten en verknoeien de originaliteit van hun voiture en daartoe wordt bijgedragen door te overvloedig geillustreerde advertentiefuiken, als bijvoorbeeld het blad Citroexpert, waarin zonder dat ze als zodanig gekenmerkt zijn hele bijdragen als "advertorials" van onderdelenleveranciers verschijnen. Citroexpert heet een blad voor liefhebbers, maar is voornamelijk een bron van inkomsten voor een tweetal broers met weinig journalistieke ervaring. Laat ik even uit het laatste nummer citeren, waarin uitgebreid ingegaan wordt op de Traction Avant en waaruit duidelijk haat spreekt tegen oude auto's in plaats van liefde: "De Traction Avant dateert van 1934 en is gebouwd tot in 1957 . In het gunstigste geval is uw Traction Avant dus minstens vijftig jaar oud. En het moet gezegd, ook in 1957 was een Traction al een technisch achterhaalde en op zijn zachtst gezegd spartaans uitgeruste auto. De "zelfmoord-voordeuren", het karig uitgeruste interieur, de drie-versnellingsbak, het onbekrachtigde stuur, de verwarming uit het stenen tijdperk, de ruitenwissers die over de regen op de ruit aaien en het kwetsbare 6 Volts elctrische systeem. Nu valt er met veel van de genoemde zaken te leven en als liefhebbers-auto is de Traction een waar icoon waar nog best aardig in te rijden valt. Waar ik het met u over wil hebben is veiligheid, in veel gevallen gerelateerd aan het elektrische systeem van de Traction, want dat is op z'n minst 50 jaar oud en kan anno 2008 echt niet meer. In een tijd dat automobilisten worden verplicht overdag licht te voeren, rijdt u met een auto waarvan de remlichten minder licht geven dan een waxinelichten en waarvan de richtingaanwijzers om de seconde een zwak schijnselte afgeven door het dodelijk vermoeide bi-metaaltje in de Scintex schakelaar."
U begrijpt hier is een liefhebber aan het woord, niet van de Traction Avant, maar van centjes.
Iemand die echte liefhebbers schrik aanjaagt met een paniekverhaal over verlichting overdag, (waarvan oude auto's worden vrijgesteld. W.B.) en tegelijkertijd een poging om allerlei handel: van kabelbomen via wisselstroomdynamo's tot achterlichten te slijten, allemaal verkrijgbaar bij een in het zuiden van het land gevestigde firma. Uiteindelijk is het een manier om de originaliteit van een oude auto aan te tasten.

Overweging

Sommige woorden kun je maar beter niet gebruiken. Zoals het woord nazi of het woord fascist. Ik herinner me, dat ik op een avond laat, meer dan twintig jaar geleden, na afloop van een uitzending de VARA-studio uitkwam en een kantoorpand er tegenover gekraakt bleek. De politie was bezig de krakers uit het pand te werken. Ik stond op het bordes en ontdekte dat een van de krakers mijn voor de studio geparkeerde fiets als wapen hanteerde, terwijl hij "fascisten" schreeuwde. Dat was twee keer fout, een fiets is bedoeld om op te rijden en een agent is geen fascist. Ik begon een gevecht om mijn rechtmatig eigendom, terwijl ik de kraker vroeg wat hij precies met fascist bedoelde. Mijn fiets kreeg ik, zij het ernstig beschadigd, weer in handen, maar de uitleg van het woord fascist bleef achterwege. Ik ben met de fiets aan de hand, platenkoffertje achterop, naar huis gelopen. De schade aan de fiets bedroeg 175 gulden. De volgende dag heb ik me op het politiebureau gemeld, daar bleek het nog vrij lastig uit te leggen, dat ik het reparatiegeld van de krakers wilde, want, zo vertelde de dienstdoende agent, ook politieauto's waren in de strijd beschadigd geraakt. Ik bleef bij mijn eis dat er proces-verbaal diende te worden opgemaakt, want ik moest de fietsreparatie uit eigen zak betalen en ik nam aan aan dat schade aan de politieauto's met gemeenschapsgeld werden hersteld. Uiteindelijk kwam het allemaal keurig op papier. Na een paar maanden vond een rechtzitting plaats en werd de kraker, die mijn fiets als wapen had gebruik veroordeeld tot betaling van het reparatiegeld. Na afloop van de zitting bevond ik me buiten opeens weer tussen de krakers, die me voorhielden dat ik, met een goede baan, geen enkel recht had om van een arme kraker 175 gulden te eisen. Ik heb toen geprobeerd uit te leggen, dat als je dat principe hanteerde, je iemand die een draagbare radio steelt alleen maar kunt veroordelen als hij een goede baan heeft. Maar zelfs dat bleek te moeilijk voor mensen die het woord fascist in te mond hadden genomen. Via een deurwaarder heb ik maanden later mijn geld gekregen.
Ik kom op dit verhaal omdat ik gister een moment het woord terrorisme wilde gebruiken, maar er toch van afzag. Ik stuurde een Amerikaanse vriend, die om mijn blogadres vroeg, het adres. Maar dat mislukte drie keer, iedere keer belandde hij op een site van Amerikaanse christenfundamentalisten. Ik heb mezelf toen een email gestuurd en verdraaid hij had gelijk.
Ik belandde niet op dit blog, maar op een site van bijbelfanaten. Toen heb ik heel even het woord christencyberterrorisme overwogen.

6.3.08

RiddeRRadio

Vanavond 8.00 uur RiddeRRadio met Jan Veldman (en hij neemt zijn gitaar mee!).

Bob

"Nog heil even en mewèf Clinton roept dat zè ut kindeke Jezus heift gebaâhrd."

Bellen

Gister zette ik thuis mijn vouwfietsje weg tegen een andere fiets en het belletje brak af. Ik kreeg het met geen mogelijkheid weer werkend in elkaar.


Ondeugdelijke rommel gemaakt uit wat metaal en plastic. Ik monteerde vervolgens een zeker vijftig jaar oude bel, die jarenlang in een rommelbak had gelegen. Perfect.
Fietsbellen kwamen vroeger in soorten en maten. De eerste hingen met een leren riempje aan het stuur, zo eentje hangt er aan mijn safety uit 1890. Het vervelende van zo'n belletje is, dat het niet stopt met rinkelen.


Daar moest dus iets op gevonden worden en Lucas, de befaamde Britse firma, kwam met dit exemplaar, dat niet veel afwijkt van hetgeen tot voor kort het meest gebruikelijk was.


Groot en weinig elegant voor op een damesfiets, dus werd een verkleinde versie gemaakt. Dit belletje zit op mijn 1925 F.N.-damesfiets met cardanaandrijving uit 1926.


Er kwamen andere bellen. Sommige met een drukknop.


Dit is een rechtopstaand exemplaar op het stuur van mijn Galibier.


Veel fietsfabrieken, zoals Simplex in Amsterdam, hadden bellen met hun merknaam. O.a. Raleigh en Moulton deden hetzelfde in Engeland.


Maar deze bel is het fraaist, hij loopt als je op een knopje op het stuur drukt, net als een dynamo, met een wieltje tegen de velg.

Gospel

"Oh, Mary don't you weep" staat op het repertoire van Bruce Springsteen, maar dit is een versie van diezelfde gospel opgenomen in 1929 in Georgia.