28.2.15

Kraft Durch Freude

Je hebt reclame voor, maar je hebt ook reclame tegen, dit is een voorbeeld van laatstgenoemd genre.

Hillbilly 8

Opnieuw familie: een man, zijn echtgenote en zijn schoonzuster. De de oorspronkelijke Carter family, want de schoonzuster zou later met haar dochters onder dezelfde naam optreden. Eerste plaatopname van het trio man, echtgenote en schoonzuster op 1 en 2 augustus 1927, laatste in 1941, maar daarna nog twee jaar radio-optredens. Aanvoerder was Alvin Pleasant Carter, geboren in 1897 in Maces Spring (Virginia) in een zeer christelijk gezin, waar de viool als een duivels instrument werd gezien, zodat hij moest wachten met de aanschaf ervan tot hij op eigen benen stond en voldoende geld had verdiend met de verkoop van fruitbomen, A.P. (want met de afkorting van zijn voornamen werd hij bekend) trouwde met Sara Dougherty en het duo werd een trio door toevoeging van de echtgenote van A.P. 's broer Ezra J. Carter: Maybelle Carter-Addington, een uitstekende gitaar-, banjo en autoharpspeler. Het trio schijnt in de loop van hun carrière meer dan driehonderd plaatopnames te hebben gemaakt, dit is er één van, het fameuze "Wildwood Flower" en dit is een ander: "Bury me under the weeping willow tree".
(Op de foto v.l.n.r. Maybelle, A.P. en Sara).

27.2.15

Nimoy

Leonard Nimoy overleden, een maand geleden zette ik dit op het blog.

Zijpad

Ik moet na de opmerking van gister over al dan niet muzikale kinderen even een zijpad op en van de hillbillymuziek enige schreden in de richting van de jazz zetten, want hier hebben we Zweedse familie Carling met vader Hans op trompet, moeder Aina op banjo, zoon Max op klarinet, dochter Gunhild op trombone, dochter Gerd op piano en zoon Ulf op drums met de "Original Dixieland One Step". Gunhild is ongetwijfeld de actiefste van het stel, al kan ik niet al haar muzikale fratsen waarderen en hebben haar optredens soms meer van een clownsnummer dan van een serieus optreden. Zij speelt een groot aantal instrumenten, soms zelfs tegelijkertijd, zoals in "El Manisero" uiteindelijk drie trompetten. Hier zit ze ergens in Frankrijk met een kind op schoot, met trompet, orkest en "The Sheik of Araby".



Röhr

Sommige fabrieken begonnen met de bouw van auto's in licentie, andere eindigden met licentiebouw. Van de laatste categorie is Röhr in Ober-Ramstadt in Hessen een voorbeeld. Röhr startte in 1927, maar raakte in 1930 al in financiële problemen, naamgever Hans Gustav Röhr vertrok naar Adler en nieuwe financiers namen de fabriek over. Naast het type F met een acht-in-lijnmotor met inhoud van net geen 3,3 liter werd tussen 1932 en '35 (toen de fabriek sloot) de Röhr Junior gebouwd, een in licentie gebouwde luchtgekoelde Tatra met een 1,5 liter motor, die licentie werd vervolgens overgenomen door Stoewer, die de wagen als Stoewer Greif Junior produceerde. Op de foto een Röhr Junior uit 1935.

26.2.15

Hillbilly 7

Geen idee of er ooit een boekje is verschenen over vaders en moeders die hun al dan niet muzikale kinderen het podium opgeholpen hebben, als het niet het geval is, wordt het hoog tijd. Ernest "Pop" Stoneman - op de foto met mondharmonica en autoharp -  maakte zijn eerste grammofoonplaat op 1 september 1924 met de Dixie Mountaineers, (onderwerp van het lied de twaalf jaar  eerder vergane "Titanic") maar er zouden nog heel veel volgen en hij stond tot 1968 samen met zijn kinderen op de bühne. "Are you washed in the blood" is een typisch voorbeeld van het religieuze hillbillyrepertoire.

25.2.15

Ferinneweerders

Wat ik graag weten wou is of jullie, zoals de eerdere commissaris van de koningin, de heer Wiegel, jullie opgedragen heeft, geld gestort hebben in het fons dat de scha moet goed maken die de Rotterdamse ferinneweerders in Rome aangericht hebben? Wat een prachtich mooi idee. Als ik van 't zomer een ruut in Assen insmijt dan  kan men daarna in het Drentse hoofdplek ook een berop op het Wiegelfons doen. Wat een bjusterbaarlik idee, ik heb daar nou al nocht aan.
Gerben Sinnema, Wommels

BARF 6


Martini

Er zit nog altijd een Martini in het bestuur van de Pionier Automobielen Club (PAC), van jaren geleden herinner ik me Bram Martini, die heel toepasselijk een auto met zijn eigen naam reed, een aanzienlijk oudere auto dan bovenstaande Martini die uit 1931 dateert. De Zwitserse fabriek had toen nog twee jaar te gaan, omdat er eind jaren twintig een fout was  gemaakt door een Duitse auto, de Wanderer, in licentie te gaan bouwen. De terugkeer in 1931 naar een eigen ontwerp,  het type NF met een zescylindermotor met een inhoud van bijna viereneenhalve liter kwam in feite te laat.

Hillbilly 6

De radio in de jaren twintig in de Verenigde Staten was totaal anders van opzet dan die in ons land, waar langs religieuze en politieke lijnen de omroep ontstond. In de Verenigde Staten werd WSM in Nashville bijvoorbeeld opgezet door een verzekeringsmaatschappij en al heel  gauw kwamen er programma's voor bepaalde groepen luisteraars, die dan weer gesponsored werden door een automerk of een meelfabrikant. Zo'n meelfabrikant kocht een dagelijks uur dat gevuld werd door een orkestje dat regelmatig de kwaliteit van het meel aanprees. Op en top commerciële radio. Die orkestjes maakten naam en er kwam vraag naar hun grammofoonplaten.  Dus behalve de scouts van platenmaatschappijen en de medicineshows kwam er een andere mogelijkheid om 'ontdekt' te worden en buiten de zaterdagse 'barndance' in je eigen dorp populair te worden. Charlie Poole (foto), die in 1931 stierf op het hoogtepunt van zijn carrière is, met zijn North Caroline Ramblers, een voorbeeld van iemand die juist zonder radio en grammofoonplaat bekend werd. Oorspronkelijk werkzaam in de textielindustrie startte hij in 1918 met een orkestje, maar pas zeven jaar later maakt hij zijn eerste grammofoonplaat, daarvoor reisde de band naar New York, want in het zuiden waren geen opnamefaciliteiten. Tijdens die eerste sessie nam Poole het nummer op waardoor hij bekend zou worden en blijven:"Don't let your deal go down", dat nog altijd op het repertoire te vinden is van bluegrassbandjes.

24.2.15

Fulvia

Toen de 'kleine' Lancia Fulvia in 1964 geïntroduceerd werd was het doel een gezinswagen in de markt te zetten, dat de auto zich ontpopte als een geduchte rallywagen was mooi meegenomen. Naast de vierdeursversie verscheen een fraai gelijnde coupé. Zagato ontwierp, maar we zijn dan een paar jaar verder, de Fulvia Sport 1600, die ik gister fotografeerde. (Dat grijze stukje voorin de foto is het kofferdeksel van onderstaande Alvis TD21 met een Grabercarrosserie).

Waleed Abdulhamid

Geen radioprogramma meer maken betekent dat ik op de een of andere manier toch niet meer die contacten onderhoud, die ik tot zo'n negen jaar geleden pleegde en daarom verrast me zo'n email van John Millard me, bovendien doet het deugt niet helemaal in het vergeetboekje te zijn geraakt. Vanochtend op internet zoek naar Waleed Abdulhamid met wie hij in Toronto optreedt: een echte multi-instrumentalist, want ik zag inmiddels video's van hem op een Afrikaanse harp (krar), op marimba, op gitaar en op drums. Een andere bijzonderheid van Waleed is dat hij zich in verschillende muzieksoorten thuisvoelt en liedjes, die we van anderen kennen, bewerkt, zoals Leonard Cohens "Like a Bird on a Wire", hier samen de zangeres Samidha Joglekar, die ook met hem en een dubbeltrom-(Indiase tabla)-speler, Ravi Naimpally, in het trio Sharbat speelt. Waleed zingt en speelt drums in Waleed Kush African Jazz Ensemble. Samen met de van origine Ethiopische Atham Addus nam Waleed Abdulhamid "Sibri" op.

23.2.15

Talbot Lago

Altijd lastig een auto te benoemen waar de grille aan ontbreekt, desalniettemin een paar foto's van een naoorlogse Talbot-Lago in opbouw. Vermoedelijk een T-26C uit 1950 met een zescylinder 4,5-litermotor.




John Millard

Zaterdag kreeg ik een email  van John Millard, ooit aanvoerder van het meest energieke orkestje dat ik in een radiostudio gehad  heb. Maar dat moet zo'n twintig jaar geleden zijn en de Polka Dogs - want zo heette het orkestje - zijn al lang verleden tijd. Ze kwamen uit Canada en bij mijn weten verschenen er twee CD's "The Entertainers" met o.a. dit "Thirty Reasons" en "Songs from Ratbag" beide op Aural Tradition Records, beide zeer, zeer aanbevolen. Daarna werkte John Millard met Happy Day (beide CD's op het label Happy Day). Maar dit alles was geen aanleiding om mij een email te sturen, nee, hij attendeert me op een optreden samen met Waleed Abdulhamid, een sinds 1992 in Toronto wonende maar in Sudan geboren multi-instrumentalist. Beiden zingen, eerst John Millard met "Slag Heap Love", dat in een andere versie op de CD "The Entertainers" staat, en daarna Waleed Abdulhamid met "Sim Sim".



22.2.15

1966 4

Links een Rolls-Royce, rechts een Georges Richard, laatstgenoemde auto gemaakt door de Société des Anciens Etablissements Georges Richard in Ivry-Port. Richard was in 1897 begonnen met een  Benzachtig voertuigje, maar in 1900 werd een Belgische Vivinus onder licentie gebouwd met een tweecylindermotor.

Hillbilly 5

 Uncle Dave Macon
De naam hillbillymuziek is ontleend aan de mensen die er liefhebbers van waren: de hillbillies, de bewoners van de Appalachen (hills), die zich daar gevestigd hadden tijdens de regering van de Engelse koning William III (Bill). Maar dat is slechts één uitleg achteraf, want er zijn er een aantal meer. De namen van de muzikale groepjes, zoals Skillet Lickers, Virginia Reelers en Virginia Breakdowners  zijn vaak simpel, maar er is ook een groep als Chenoweth's Cornfield Symphony Orchestra dat met zo'n naam, net als "The Grand Ole Opry" 's zaterdagsavonds  uitgezonden door het radiostation WSM in Nashville, een tikkeltje de draak stak met het genre. De eerste stringband die in dat programma optrad was een gezelschapje rond de arts Humphrey Bate, die met aan tal buren onder de naam "Possum Hunters" naam maakte, spoedig gevolgd door de Crook Brothers, de Gully Jumpers en Uncle Dave Macon's Fruit Jar Drinkers.

21.2.15

Teade Knob

Vanmiddag toch maar eens gebeld met drs. Teade Knob, de belangrijkste man binnen de P.v.d.A., verantwoordelijk voor de keuze van gezagsdragers, zoals ministers, wethouders en al wat dies meer zij.
Vraag: "Meneer Knob wat bepaalt uiteindelijk  uw keuze?"
Knob: "Het allerbelangrijkste is dat  men bij het afvegen van de billen  na het doen van een zogenaamde grote boodschap slechts één blaadje toiletpapier gebruikt."
Vraag: "Dus het gaat uiteindelijk niet om politiek inzicht, vandaar dat een jaar geleden onze toenmalige Minister van Buitenlandse Zaken Frans Timmermans ons koninklijk paar naar Sotsji af deed reizen, omdat we in gesprek met Putin moesten blijven?"
Knob: "De heer Timmermans heeft zelfs aan half blaadje toiletpapier genoeg en op dit moment wordt hij daar ook in Brussel om geroemd."
Vraag: De kamerleden Kuzu en Öztürk, inmiddels oprichters van een eigen partij, deelden waarschijnlijk samen een blaadje?"
Knob: "Ja, dat ook, maar bovendien bleken zij de tafel van twee foutloos te kunnen opzeggen!"
Vraag: "Tenslotte die Haagse wethouder, Baldewsingh, die vindt dat Desi Bouterse zulk goed werk heeft gedaan met de aanleg van geasfalteerde wegen in Suriname, neem me niet kwalijk, meneer Knob, maar ik moet door zo'n opmerking aan Hitler en de autobahnen denken; moslimhaat vergelijkt met antisemitsme - alsof er zes miljoen moslims machinaal om het leven zijn gebracht en nu middels een ingezonden brief in Trouw vindt dat autochtone Hagenaars dienen te integreren?"
Knob: "Baldewsingh is in staat met een stukje papier ter grootte van een postzegel de bilnaad volledig te reinigen, dat maakt hem in mijn ogen zelfs geschikt om ooit partijvoorzitter te worden."

1966 3

Dat linker autootje is natuurlijk een in Duitsland in licentie gebouwde Austin Seven, een Dixi DA 1, later - in 1929 -  toen de Dixifabriek in Eisenach was overgenomen maakte het wagentje furore als BMW Dixi. Rechts staat een Swift, afkomstig uit een fabriek in Coventry die tussen 1900 en 1931 auto's bouwde, na eerst naaimachines, fietsen en gemotoriseerde driewielers te hebben gefabriceerd. Het merk verdween omdat het niet kon concurreren  met merken als Austin en Morris. Opvallend is het verschil in verlichting van beide auto's, de Dixi heeft electrische verlichting, de Swift carbidlantaarns. Beide auto's komen uit Hessen, ERB staat voor Erbach, OF voor Offenbach.

Hillbilly 4

Sommige van de wijsjes die gespeeld werden kwamen rechtstreeks van de Britse eilanden, andere werden ontleend aan het slavenrepertoire, in ieder geval werd er 's zaterdagsavonds op gedanst in een schuur. Vandaar de naam barn dance. Een ander deel van het repertoire richtte de blik naar boven en ook daar vinden we de oorsprong in geestelijke liedjes van deze kant van de Atlantische Oceaan en werkjes die oorspronkelijk behoorden tot de zwarte cultuur. Zo werd een begrafenismars die o.a. gespeeld werd door bands in New Orleans (hier een opname uit 1939 met Jelly Roll Morton en Sidney Bechet), in de jaren twintig op de plaat gezet door Johnny Carson en zijn Virginia Reelers. Toen de platenmaatschappijen eenmaal ontdekt hadden dat er een markt was voor dit soort klanken, gingen ze zelfs over tot het aanstellen van 'scouts' die op zoek gingen naar artisten, die overigens niet alleen te vinden waren bij de barn dances, maar ook in het medicine-showcircuit, waarbij kermiskwakzalvers het publiek met hillbillymuziek om zich heen verzamelden.

BARF 5


20.2.15

Hillbilly 3

Achterafgezien is het natuurlijk volslagen onbelangrijk wie als eersten in de Verenigde Staten in de studio stonden om landelijke klanken op te nemen, in 1924 maakten zowel Gid Tanner met Riley Puckett hun eerste plaatopname als - en dat is wel bijzonder - het damesduo Samantha Bumgarner (fiddle & foto) en Eva Davis (banjo). Eerstgenoemden in maart, laatsgenoemden in april. De naam Bumgarner moet zo'n typisch Amerikaanse verbastering zijn van de Duitse familienaam Baumgartner, Blumenthal werd daar Bloomingdale.

Una

Ye noo, ur at leest ye shoods ken, 'at cats ur glaikit self-centered animals. Tae proof 'at they ur egoistic Ah only hae tae point at th' fact 'at they lick their ain bums. Hoo law can ye gang. 'At they ur glaikit is common knowledge, but some fowk in a god forsaken place as Bornbarebum opened up a trainings center fur dogs as if we waur th' dumb ones. Reid this:

Weel, weel, these Bornbarebummers shoods gae coorses fur cats, nae fur dogs, we ur smart enaw oorselves.

BARF 4


19.2.15

1966 2

Het Circuit van Zandvoort met een Adler en een Mercedes na de PAC-traditierit in 1966.

Stemmen

De borden staan er weer en de affiches zijn deels geplakt, maar om sommige te kunnen lezen moet ik een trapje mee van huis nemen, zijn er nu twee of drie waterschapspartijen, één ervan richt zich op watersporters en schaatsers, een ander op otters. Ik ben noch watersporter, noch schaatser, noch otter.

Hillbilly 2

Eigenlijk heb ik spijt dat ik deze serie over protocountrymuziek hillbilly genoemd heb, want het is een negatieve term: old timey was beter geweest. Ik begon met Gid Tanner (1885-1960) and his Skillet Lickers, bij de meeste opnamen lijkt een vrouw aanwezig geweest zij, maar dat is een misvatting het is Tanner zelf die met een falsetstem zingt. Twee opnamen van Tanner en zijn kwartet: "Cripple Creek" en "Hand me down my walking cane". Gitarist van de Skillet Lickers was Riley Puckett (1894-1946) die als baby door een verkeerde behandeling blind werd. Van Puckett is een reeks soloplaten bekend (al wordt hij soms door een pianist of een mandolinespeler begeleid), dit is "Nobody's Business" en het legendarische "The cat come back", het verhaal van de onverslaanbare kat, dat bij ons in een Zuidafrikaanse versie bekendheid kreeg.

BARF 3


18.2.15

Gehoord

 De ene Nederlandse socialist tegen de andere:
"Zeg Jeroen, wat vind je nou echt van die Grieken?"
"Even niet Diederik, ik ben net op weg naar het toilet."
"Maar je kunt toch wel antwoord geven!"
"Wat was je vraag ook alweer?"
"Wat je van de Grieken vindt."
"Ze maken voortreffelijke yoghurt en daardoor uitstekende tzatziki, daar zijn ze heel erg goed in, dat heb ik Yanis Varoufakis ook gezegd. Hun olijven mogen er ook best wezen trouwens."
"Maar moeten we de Grieken niet helpen?"
"Waarom zouden we ? Wat een onzin: solidariteit met een stel fetaboeren. Sorry hoor,  daar moet ik een forse scheet van laten en Diederik, ik, voeg als echte socialist, meteen de daad bij het woord."


Maatschappelijk verantwoord

Vandaag reist onze Minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Lilianne Ploumen (P.v.d.A.) naar Arkansas om daar met een hoogmogende van de winkelketen Walmart te praten over maatschappelijk verantwoord ondernemen. Soms herinner ik me iets, zoals dit:
'In June 2014, some Walmart employees went on strike in major U.S. cities to demand higher wages. In July 2014, American actor and comedian Tracy Morgan launched a lawsuit against Walmart seeking punitive damages over a multi-car pile-up which the suit alleges was caused by the driver of one of the firm's tractor-trailers who had not slept for 24 hours. Morgan's limousine was apparently hit by the trailer injuring him and two fellow passengers and killing a fourth, fellow comedian James Mc.Nair.'
Ploumen werd geboren in Maastricht, dus ik mag aannemen dat ze weet wat biechten is, maar klaarlijkelijk is het gezegde 'bij de duivel te biecht gaan' haar ontgaan.

17.2.15

BARF 2


BARF


Reeves

De firma Reeves heeft maar vier jaar bestaan, van 1909 tot en met 1913. Oorspronkelijk maakte men in Columbus (Indiana) zo'n typische hoog op de wielen staande Amerikaanse buggy, maar in 1911 gaf Reeves een Overland een paar extra assen en onstond afgebeelde "Octoauto". Het was geen succes en uiteindelijk kwam de "Sexto-Auto" met één as voor en twee assen achter in productie, maar ook die werd nauwelijks verkocht.
Op de kleine foto een originele Overland .

Tja



Carnaval is bijna voorbij en de kans dat sommigen met niet alle kopjes in de kast of anderen die niet spelen met een volledig spel kaarten hun hond alsnog in de kleren steken is klein, daarom dat ik op Mardi Gras deze tragisch geklede beestjes durf te plaatsen.























Hillbilly

Goed, daar is die andere naam voor 'old timey', hillbilly, al zullen de muziekgeleerden, zoals we van geleerden gewend zijn, ongetwijfeld verschillen tussen de twee weten op te merken. Het was trouwens een merkwaardige wereld, die van de grammmofoonplaat bedoel ik, in de jaren twintig. Je had een aparte markt voor de gekleurde medemens, dat waren in de Verenigde Staten de zogenaamde race (sic) records. Voor al de immigranten, die zich nog niet helemaal thuisvoelden, werden eveneens opnamen gemaakt: Iers, Pools, Joods, Fins, Mexicaans, Zweeds, Tsjechisch, noem maar op. Veel van die markt bleef er trouwens na de de beurskrach van 1929 niet over: de mensen konden hun geld wel beter gebruiken. Maar protocountrymuziek, zeg hillbilly, bleef in trek, het publiek daarvoor was klaarblijkelijk groot genoeg. In 1924 nodigde Columbia violist/kippenboer Gid Tanner uit voor een opnamesessie samen met de eveneens uit Georgia afkomstige gitarist Riley Puckett, het duo werd twee jaar later uitgebreid met een ander duo (Clayton McMichen, viool en Fate Norris, banjo) dat als deel van een  groepje furore had gemaakt op het radiostation WSB in  Atlanta onder de naam 'Lick the Skillet'. Het nieuw gevormde kwartet ging verder als Gid Tanner and his Skillet Lickers en maakte tussen 1926 en 1931 tal van grammofoonopnames.

16.2.15

Lege fles

Even terug naar de tijd toen countrymuziek nog geen steelguitar kende en country nog echt landelijk betekende, later toen het onversterkte instrumentarium overging tot het spelen van bluegrass, raakte 'old timey', want zo wordt deze plattelandsmuziek genoemd, een beetje in het verdomhoekje, maar bij tijd en wijle duiken er in  de Verenigde Staten bandjes op, die oude tijden doen herleven, zoals de 'Empty Bottle String Band' uit het oosten van Tennessee. Het bandje doet het repertoire van Gid Tanner en zijn Skillet Lickers uit de jaren twintig herleven met 'Quit kicking my dog around', 'How many biscuits can you eat' was ooit een hit voor de 'Coon Creek girls' en 'John Henry' (the steel drivin' man) werd in  de loop der jaren door heel wat mensen gezongen.

1966

Ieder jaar, toen de PAC-traditierit gereden werd, eindigde het feest  op het circuit in Zandvoort. De rit startte op het Lucas Bolwerk in Utrecht en ging via Breukelen (kasteel Nijenrode) via Vreeland, Uithoorn, Aalsmeer, Hilegom en Heemstede naar Zandvooort. Tijdens de XIe rit in 1966 maakte Ernst Niewenhuis deze foto op het circuit. Groter tegenstelling  tussen twee wagens is nauwelijks denkbaar een Hanomag "Kommisbrot" en een Hispano-Suiza. Hanomag had de naam "Kommissbrot"  (het best te vertalen met "soldatenkuch") niet zelf verzonnen, die naam gaf het Duitse publiek aan het autootje, waarvan zo'n kleine 15.000 exemplaren werden geproduceerd door een fabriek die ook stoomlocomotieven afleverde. Kinderen zongen over de "Kommissbrot": "Ein bisschen Blech, ein bisschen Lack und fertig ist der Hanomag". Hier een kort filmpje met één van de vijftig overgebleven exemplaren (waarom je achter een voorruit een stofbril nodig hebt, is mij een raadsel).

15.2.15

Rosengart

'n Beetje autofolder hoort in kleur en dat had Lucien Rosengart (1881-1993) goed begrepen en wie een tikkeltje in het autowereldje thuis is, ziet op bovenstaande foto ogenblikkelijk wat de basis is van zijn "SuperTraction" in 1939: de plaats van de versnellingshandle - in het dashboard - verraadt het: een Citroën "Traction Avant". Het was niet Rosengarts eerste auto die op basis van een andere gemaakt was, hij begon met de bouw van auto's onder eigen naam, nadat hij in de jaren twintig eerst bij Citroën en daarna bij Peugeot orde op financiële zaken had gesteld. Rosengarts eerste was een in licentie gebouwde Austin "Seven" en zelfs ver na de oorlog toen Austin de  al lang niet meer produceerde werd de motor ervan nog altijd door Rosengart gebruikt. In de jaren dertig werd daarnaast een  Adler "Trumpf " in licentie geproduceerd. 
 
 In 1939 komt dan de "SuperTraction", met de Citroënmotor en uitteraard met voorwielaandrijving, die keert na de oorlog niet terug, omdat Citroën het gebruik van zijn 1911cc-motor verbiedt (Deutsch en Bonnet zijn eveneens slachtoffer), grote Rosengarts van na de oorlog krijgen een Ford-V8-motor en heetten "Supertrahuit". Er werden maar een paar exemplaren gebouwd. De afbeeldingen komen uit een folder van de "SuperTraction".

Groene kaas 4

Ziekte gooide mijn plan in de war om tegelijkertijd met het Grutte Pierfestijn op 29 januari j.l. in Kimswerd de stukjes over 'griene tsiis' (groene kaas) op dit blog te zetten en door de haast was ik niet in staat het kleine notitieboekje door te nemen dat ik ooit in 1985 in Donaueschingen aanschafte in een tweedehandsboekwinkel. Ik was er binnengestapt om een boek uit mijn jeugd te kopen, maar dan in  de originele taal: 'Die Heiden von Kummerow'. Uiteindelijk zag ik daarvan af, de staat van het boek was slecht, er misten zelfs een aantal bladzijden. Op een tafel lag  een klein notitieboekje. Op de eerste pagina had iemand geschreven 'Meine Ahnen und mein Leben'. Ik bladerde het door en kocht het, ik meen, voor vijftien mark. Het was het verhaal van Hannes Hanpelmann door hem zelf  eind jaren vijftig opgeschreven. Ik heb er al uitgeciteerd, maar wat ik vergat de melden is dat hij in zijn Nederlandse tijd - tijdens de oorlog - worstelde met de uitspraak van Scheveningen en  erger nog met het woord Schenkenschans, een buurtschap in Leeuwarden en terecht meldt hij dat er weinig verschil bestaat tussen het laten uitspreken van 'Bûter brea en griene tsiis, wa't dat net sizze kin is gjin oprjochte Fries' en Schenkenschans. Ik vond dat ik dat toch even moest memoreren.

14.2.15

Salmson


Net als het foldertje van Isotta-Fraschini was dit blaadje uit 1955 van de eens zo bekende Franse fabriek Salmson beneden de waardigheid. Grote faam genoot Salmson tijdens de Eertse Wereldoorlog, eerst als bouwer van motoren en daarna als contructeur van vliegtuigen. 
 
 In 1919 werd met automobielbouw begonnen, eerst door in licentie G.N.'s te vervaardigen, een Britse cyclecar, waarvan de naam ontleend was aan de contructeurs H.R. Godfrey en A. Frazer-Nash. Het eerste eigen ontwerp (van Emile Petit) dateert van 1921 en de wagentjes waren simpel te herkenen aan het Andreaskruis in de grille (Monsieur Hulot en vacances). 
Gedurende jaren twintig waren de cyclecars immens populair en niet alleen in Frankrijk, maar na het verschijnen van de M.G. Midgets daalde verkoop, ook van Salmson,  drastisch. De fabriek probeerde het daarna in de toch al overvolle luxe klasse, dat bleek geen overweldigend succes en in de jaren vijftig verdween het merk. De zwanenzang was de 2.300 Sport, die vanaf januari 1954 werd verkocht en voor de nodige sportieve successen zorgde, maar het eenvoudige foldertje uit 1955 toont dat het in feite voor Samson het einde in zicht was.