30.6.18

Vogels

De afgelopen week zou ik de week van dode vogels kunnen noemen. Op een morgen, ik zit net achter de computer, een forse dreun tegen het  raam, ik kijk naar buiten: een vogel is keihard tegen het raam gevlogen. Buiten ontdek ik de jonge lijster, er komt bloed uit het snaveltje. Ik raap hem op en hij sterft, zoiets geeft de hele dag een rotgevoel. Vanmorgen  fietst Bauke van der Woude over de zeedijk van Kimswerderhoek terug  naar Harlingen en vindt een dode JanvanGent, duidelijk verstrikt in plastic draad en touw en daardoor omgekomen van de honger. Hij schrijft: "Als kuiken waarschijnlijk tientallen moordaanslagen overleeft en uiteindelijk als volwassen dier toch tragisch en  jammerlijk omgekomen op zoek naar eten."


TF


De MG TF, opvolger van de TD, was de laatste van de traditioneel gelijnde MG's, zij het dat de motorkap naar voren afliep en de koplampen waren geïntegreerd in de spatschermen. PT-13-15 werd in 1953 geleverd aan cabaretière Lia Dorana, maar werd jaren later in bijster slechte staat  in Frankrijk opgeduikeld, teruggebracht naar Nederland en gerestaureerd.

810

Tot medio 1927 reed je per stoomtram  van station Hollands Spoor naar Scheveningen over een geheel vrijliggend parcours,  dat kwam per 15 juli onder de draad en daar waren nieuwe motorwagens voor nodig, dat werd de serie 801 tot en met 830, waarvan twintig werden gebouwd door de Rotterdamse fabriek Allan en de resterende door La Brugeoise in België. De 810 van H.O.V.M. kwam op 24 juli 1927 bij de HTM in dienst, werd begin  augustus 1963 uitgerangeerd en ging vier jaar later naar het museum. Het gebruik van de serie werd overigens niet beperkt tot lijn  11 van Den  Haag H.S. naar Scheveningen Haven.

In mijn jeugd 10

Een Acht wil altijd graag een Negen zijn, immers de tafel van negen is een ongekend fenomeen, want worden van alle vermenigvuldigingen de cijfers stuk voor stuk opgeteld, of het nu om 2x9=18 gaat of om 7x9=63, in beide gevallen is de som van de cijfers steeds weer Negen en dat wekt voorstelbare jaloezie bij de Acht, afgezien van het fet dat Negen meer is dan Acht, bovendien is Negen Drie maal Drie en juist daar onstonden problemen toen de Acht iets te zeggen kreeg over de Drie van Chaam. Waarschijnlijk is er toen ook, wij schrijven 1972, bij de Acht wrok ontstaan ten aanzien van Joods Nederland dat de inmiddels tot  Twee geslonken oorlogsmisdadigers (Frocko Hecht & Fritz Pünktchen) gekerkerd wilde houden (hen was trouwens de doodstraf al onthouden door de toenmalige vorstin van dienst uit het Ranjahuis) want de Acht heeft vervolgens, behalve als fietser, grote roem vergaard als pro-Palestijn, dat gebeurt in dit land volgaarne vaker, men ziet een Joodse Nederlander als aanhanger van Neeja van Hoe, om over Staketsel en Bennie Dahan nog maar te zwijgen.
Alina Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer.

29.6.18

HET VOLKSLIED

U hebt naturlijk ook de voetballers aan het wereldtournooi in Rusland gezien, die met de hand op het hart het volkslied hunner natie zingen en vraagt u vanzelfsprekend af waar dit wonderlijke gebruik vanndaan komt? Het is, zoals zo  vele zaken, komen overwaaien uit de Verenigde Staten, u weet wel dat land, waar het volkslied de regels  "the land of the free and the home of the brave" bevat, vandaar dat de heer Trump - vrij en dapper - zowel Mexicanen als Moslims - buiten 's lands grenzen wenst te houden. Maar dat verklaart niet hoe het gebruik, het volkslied  zingen met de rechterhand op het hart is ontstaan, terwijl de verklaring hoogst simpel is: eind juni 1921 brak ene George S. Sleydermeyer uit Ida Grove (Iowa) zijn rechterpols en werd hij gedwongen zijn arm enige tijd in een mitella te dragen, toen Sleydermeyer kort daarop deelnam aan de "Fourth of July Parade"  en het Amerikaanse volkslied werd gespeeld  stond hij in de houding met een mitella voor de borst. Uit solidariteit met hem besloten andere aanwezigen op de viering van de onafhankelijkheidsdag in Ida Grove - natuurlijk zonder mitella - hetzelfde te doen, sindsdien is het in de Verenigde Staten de gewoonte om "The Star-Spangled Banner" met de hand op het hart te zingen en zoals u zult begrijpen heeft deze gewoonte navolging gevonden en zingt het voetballend volk hun volkslied met de hand op het hart.
Drs. Barend-Otto ter Vloot, Steenwijkerwold

265

Waarom kan ik iedereen, die zelfs maar een klein beetje interesse heeft in trams, een bezoek aan het Haags Openbaar Vervoer Museum aanbevelen? Dat heeft een aantal redenen.  Het museum is  met openbaar vervoer uiterst gemakkelijk te bereiken, vanaf Den Haag H.S. is het maar een paar haltes met lijn 11 richting Scheveningen, uitstappen Wouwermanstraat, de straat oversteken en u staat voor een prachtige oude remise waar buiten en  binnen schitterend materieel tentoongesteld staat. Ik ben in andere musea geweest, o.a. in Union, Illinois waar zo'n grote hoeveelheid roest stond (en zeer waarschijnlijk nog staat) dat er waarschijnlijk aan een degelijke restauratie nooit meer toegekomen wordt, bovendien staat er in Den Haag alleen maar materieel dat daar ooit gereden heeft en ik houd niet van collecties waar buitenlandse railvoertuigen de boventoon voeren:  een museum dat bijvoobeeld rijdt met Duitse en Poolse locomotieven draagt bij aan de falsificatie van Nederlands rijdend erfgoed. Leuk misschien  voor een dagje uit, maar voor mij volslagen oninteressant. Bovenstaande 265 kwam, in de door HAWA in Hannover gebouwde serie 250 - 279, op 11 maart 1921 in dienst en verdween in april 1963 om daarna in de museale collectie te worden opgenomen. De 265 heeft houten dwarsbanken met omklapbare leuningen en reed ondermeer in zijn diensttijd  van de de Appelstraat naar de Prinsessegracht, beide eindpunten waren een kopeindpunt, waar noch een rondje gemaakt noch gedriehoekt kon worden, zodat, toen Den Haag met alleen maar met PCC-cars ging rijden, deze lijn verdween. De 265 heeft een tijdje in Duitsland gebivakeerd, in februari 1945 werd hij door de bezetter afgevoerd naar Bentheim, om in september van dat jaar terug  te keren en  vervolgens hersteld te worden door Werkspoor en in april 1947 weer in Den Haag te gaan rijden.

28.6.18

In mijn jeugd 9

Teruggevonden deel van een radiolezing uit 1951.


Vanochtend, waarde luisteraars, wil ik het met u hebben over het schoffelen op protestants-christelijke basis. Zoals U waarschijnlijk weet bestaat er een verschil tussen het hogere schoffelen, ook wel bovenschoffelen genoemd en het lagere schoffelen, dat ook wel onderschoffelen wordt geheten. Beide begrippen dateren al van voor de reformatie, want paus Herpes III  heeft het in zijn encycliek uit 1264 “Sarclanda pro Deo, aut superiore sartioni”, dus ver voor Zwingli, bekend van  zijn "Minimum fabrefacta dulcis currum", reeds over het schoffelen voor de Heer (sarclatio Dóminus), waarmee het ruimte scheppen voor God bedoeld wordt. Herpes’ schoonzoon Jean Étourdi, chevalier de Bapaume, interpreteerde het begrip bovenschoffelen echter ook als geldend voor wereldse zaken, hij en zijn nageslacht hebben dan ook flink geschoffeld tot de Franse revolutie van 1789 daar een eind aan maakte. 
(enige regels onleesbaar)
Richten we thans onze blik op  op het onderschoffelen. Pas na de reformatie en in feite pas na Calvijn doet het  begrip lager schoffelen zijn intrede. Oorspronkelijk  heeft dit protestantse onderschoffelen een betekenis die sterk verbonden is met de geslachtsdaad, pas in later eeuwen krijgt  het lagere schoffelen een betekenis die wij thans kennen. Pieter van den Oudenaerde Jzn. heeft het in zijn tractaat, want zo kunnen wij zijn boek uit 1724 wel noemen, ”Van den schoffelaere en sijne arbeid op den acker” gedrukt bij Hermanus Pompernickel en Jean Paindeseigle te Tiel, nadat een jaar eerder een Franstalige editie – "Du ratisseur et son travail"  was verschenen bij Engelbert Boendermaecker te Anvers - nog altijd over “seeckere festiviteyten durende de oogst waarbye de keerlen hunne lusten niet kunnende ende bedwinghen en met de meydjens onder het hooy schoffelen”. Ruim honderd jaar later, in 1853 gebruikt Hendricus Harkemans Hzn, schrijver van protestans-christelijke volksliteratuur uit Krommenie het nog steeds in dezelfde zin: “Symen, beneeveld door den genever schoffelde met Alijda achter het varkenskot, tot hij geheel onwel naar buyten strompelde en vomeerde”. Eerst rond 1904 wordt onderschoffelen alleen nog gebruikt op de manier die wij kennen: het wegwerken van onwelgevallige meningen. In het woordenboek van Guikelman & Passeniersz (Giekerk & Bandoeng, 1907) lezen we dan ook als voorbeeld: “republikeinse meningen worden in ons vaderland ondergeschoffeld”.
(rest van de tekst ontbreekt)
Alina Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer. 

Hardy Fox

Gister even contact gezocht met Hardy Fox, destijds in The Residents, maar inmiddels solistisch in de weer, getuige o.a. dit "Safe us from Trump".

82

Vandaag om 12 uur, ik werd op zondag 28 juni 1936 in Amsterdam geboren, ben ik 82 jaar oud. Een kleine doch verbijsterende medeling. 
Amsterdam is weliswaar mijn geboortestad, maar ik heb er maar kort gewoond, want in 1940 vertrok ik met mijn ouders naar Vierhouten en daarna volgden Drachten, Leeuwarden, Den Haag, Breukelen, Eemnes, Bussum, Hilversum, De Bilt en opnieuw Bussum. Ben  ik een Amsterdammer? Nou nee, als er één stad waar ik  graag  kom dan is het Den Haag.
Ik heb me natuurlijk afgevraagd hoe dat komt en ik denk  dat ik die plaats, anders dan de voorgaande plaatsen, waar ik woonde, niet meer aan de  hand van mijn ouders moest ontdekken, maar op zeventienjarige leeftijd het zelf heb gedaan.

H5

Motorwagen 295 - afgeleverd door Werkspoor en door de HTM in dienst gesteld op 23 mei 1926 - kreeg een tweede leven als pekelwagen H5 in 1964 en maakt nu deel uit van de collectie van het H.O.V.M.

In mijn jeugd 8

Wellicht is het u in uw jeugd, gezeten in de harde schoolbank, tijdens de  geschiedenislessen, niet ontgaan dat ons land in 1813 door een nijver drietal, dat de zoon van onze laatste ietwat onbenullige stadhouder uit Engeland importeerde, van republiek tot koninkrijk werd gemaakt. De drie - Grimbaart Hampelman Hooghindehersenen, Frommert Japik van Jubbega thoe Derdesluis  en Bolderling Bronsgroeneikenhout van Koeium - waren weliswaar allen in vreemde krijgsdienst geweest en had het Nederlanderschap onverwijld dienen te worden ontnomen, maar in zulks is het vaderlandse establisment redelijk selectief, want het gebeurde niet, in tegenstelling tot wat de Nederlanders overkwam die zo'n 125 jaar later aan de zijde van het democratisch Spanje tegen Franco vochten. Nee, het drietal wordt zelfs geëerd met een triomfantelijk standbeeld in Den Haag: Nederland werd een koninkrijk onder een aantal oksel- en scrotumfrisse heren die evenwel van democratie weing kaas gegeten hadden en van wie vooral de laatste ons altijd, dankzij Alexander Cohen, in gedachten zal blijven als een monarch die volgaarne met een primaat wordt vergeleken. 
Alina Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer.

FAMILIE

Gisterochtend op weg naar naar de dokter - ik bivakeer al een poosje in de lappenmand - deze familie, vlak langs een fietspad en  een drukke weg.

27.6.18

The Residents 2

Natuurlijk weet u wie destijds deel uitmaakten van The Cream om over The Beatles maar te zwijgen, bij de The Residents ligt dat totaal anders, de namen van de leden blijven, want dat wil men zo, onbekend, live optredens vinden gemaskerd plaats en er wordt gebruik gemaakt van projecties. Dit is hun bijzonder versie van James Browns "Man's World". Meer weten? Bezoek hun website! Of bezoek Hardy Fox's website!

36

Omdat er eind jaren twintig bij de HTM in Den Haag geen geld aanwezig was om nieuw materieel aan te schaffen werd een aantal trams uit de door Werkspoor gebouwde serie 21 - 150,  in 1905 en 1906 in dienst gekomen, verbouwd en werd nadien als "Ombouwer" bekend. De 45 met een motor van  AEG reed voor de eerste keer op het HTM-net op 6 mei 1905 en werd voor ombouw in augustus 1929 uit dienst gehaald om als 36 terug te keren. Zondag j.l. stond de 36 in volle glorie voor de HOVM-remise in de Frans Halsstraat, dat had zo zijn reden, want deze tram is zo'n 18 jaar niet te zien geweest, vanwege, door allerlei omstandigheden, langdurige "restauratie", die begon vanwege een gebroken bladveer.

26.6.18

HEIMAT

in der Heimat, in der Heimat, da gibt's ein Wiederseh'n

In mijn jeugd 7

Anders dat wat velen van u denken is het afsteken  van vuurwerk op oudjaarsavond  in dit land niet eerst in 1955 ontstaan, maar dateert het geknal en geknetter al van 330 jaar voor Christus (goed, die was toen nog niet  geboren, maar zo tellen we de jaren nu eenmaal) en  uitgevonden door  de Batavieren onder de koene leiding van Ranja Verbonk, die destijds  reeds de moerasdelta vrij wilde houden van vreemde smetten en voortdurend riep dat zij trots was op Nederland, dat overigens nog niet  bestond, maar zij wist als geen ander - zij was immers niet voor niets leider van de Batavieren en  enigszins te vergelijken met Jeanne d'Arc, alhoewel die ook van later datum  dateert - toen al, dat je wonderlijke snuiters niet kunt vertrouwen en de toegang tot de vleespotten, die trouwens in Egypte stonden, moest verbieden. Ranja Verbonk was oorspronkelijk de pacifistischsocialistische beginselen toegedaan, maar kwam daar alras op terug en verwisselde haar politieke idealen en maakte evenals Gommert Wikkers carrière bij de Bataafse Democraten, die voorwendden de gewone Batavier van dienst te zijn, maar hoofdzakelijk het volk geknal en geknetter gunden en in de huidige leider op overtollig lawaaigebied, ene in 1959 geboren Frederik Komiekerhut, de juiste man op de juiste plaats zouden vinden.
Alina Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer

The Star Spangled Banner

 
Oh, say! can you see by the dawn's early light
What so proudly we hailed at the twilight's last gleaming;
Whose broad stripes and bright stars, through the perilous fight,
O'er the ramparts we watched were so gallantly streaming?

Braafheidsonderscheiding

Deze beide honden, woonachtig in Koetille bij Harlingen, ontvingen vandaag een braafheidsonderscheiding, omdat ze de afgelopen twee maanden noch een kip noch een haan  van de buren hebben doodgebeten.

The Residents

Op 6 juni j.l.  schreef ik n.a.v van mijn serie over John Philip Sousa het volgende over The Residents.

De toen onvindbare brief is inmiddels terecht en laat ik hier volgen (voor de goede orde: mijn  adres klopt niet meer).

A 327

 NZH-motorwagen A 327 in zijn nadagen, niet vermoedend dat hij als rijdend museumstuk bewaard zou blijven en het bijzondere is dat de foto te bewonderen is in diezelfde A 327, tegenwoodig gestald in de Scheveningse remise van de Tramwegstichting en jongstleden zondag met Raymond Naber, van genoemde stichting, aan de krukken op weg van Scheveningen naar Voorburg. De A 327 werd in 1913 gebouwd door Beijnes in Haarlem en in die stad  reed hij in  de stadsdienst tot in 1948 het tramnet in die stad verbust werd  en tot 1960 in Leiden (waar de foto gemaakt  werd) in de stadsdienst daar belandde. De resterende foto's laten de tram in zijn tegenwoordige glorieuze staat zien, niet alleen het exterieur, maar ook het  interieur. Let op de prachtige zetels!


 

25.6.18

Turkije

L'ÉTAT C'EST MOI

Buitenlijner

Dit is een zogenaamde buitenlijner van de HTM op - zij  het nieuw aangelegd - bekend grondgebied, in Delft. De buitenlijners waren die Haagse trams die zich buiten het grondgebied van Den Haag bewogen, er is een tweetal bewaard gebleven, één (de 58) bij de Tramwegstichting, de ander (de 57) bij het Haags Openbaar Vervoer Museum in de Haagse Frans Halsstraat. Dit type, in hun dienstijd tot begin januari 1965 waarna de PCC-cars ook naar Delft gingen rijden, stond gestald te 's Gravenmade, ongeveer halfweg tussen Rijswijk  en Delft. Zowel de 57 als de 58 werd in 1923 door Linke Hofmann in Breslau gebouwd, de 57 kwam op 6 november 1923 bij de HTM in dienst,  de 58 op 5 januari 1924.

De bestuurder stond. Op onderstaande foto tevens goed zichtbaar dat de conducteur wanneer de schuifdeuren naar het voorbalcon gesloten waren door middel van een te openen luikje de kaartjes van de passagiers, die daar stonden, kon controleren.

Antwoord


Ik ben u een antwoord schuldig op ??? van jongstleden zaterdag. Het waren bougies, reserverbougies, om precies te zijn, geinstalleerd op een reservepaneeltje tegen het schutbord van een MG L2 uit 1934, waarvan in de jaren 1933/ 34 90 exemplaren gebouwd zijn en 44 bewaard. De motor is een zescylinder - die overigens ook in een Wolseley "Hornet" zat - met een inhoud 1087cc. Op  de foto hierboven, ziet u de bougies uiterst links. Wanneer de motorkap wordt geopend ontwaart men niet alleen de motor, maar ook een deel van het interieur. Hieronder de neus van de L2, een tweezitter, de L1 was een vierzitter.
 

24.6.18

Harre

Harre Kraststra, die in  het derde elftal speelde van Jubbegaaster Boys, vond dat hij, nadat zijn linkerarm had laten tatoeëren, veel beter was gaan voetballen.

23.6.18

POEPEN FORS DUURDER

Met ingang van 1 januari 2020 wordt poepen in Nederland fors duurder, dat wist Jomme Nöbelmann, met wie ik  iedere zaterdag rond negen uur 's ochtends telefoneer, mij vandaag te vertellen.  Jomme, werkzaam onder Cora van Nieuwenhuizen als ambtenaar op het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat in Den Haag zei dat milieuzaken daar dermate ernstig worden genomen, dat niet alleen boeren en industrie dienen te zorgen voor een schonere toekomst, maar  dat  ook een bijdrage wordt  verwacht van iedere burger, daartoe zal, zoals net als bij een stationstoilet, ieders wc pas na inworp van een munstuk kunnen worden geopend. Een ministeriële commissie is bezig een speciale app te ontwikkelen, die het net als bij de ov-chipkaart mogelijk moet maken op saldo te poepen. Over de hoogte van het bedrag wordt momenteel nog gediscussieerd maar het zal zeker hoger zijn dan vijftig eurocent, ook komt er een gering aantal vrijstellingen. Ik houd u op de hoogte.
Drs. Barend-Otto ter Vloot, Steenwijkerwold.

???

u mag zich even afvragen wat u hier ziet

Vreemd 13

Je zou  kunen zeggen dat deze auto uit 1911 een vroege poging tot constructie van een panoramische voorruit  bezit, weliswaar bestaande uit drie delen, maar toch. Het is een Lorraine-Dierich, afkomstig uit een fabriek die zijn sporen had verdiend in de locomotiefbouw en zoals we al zagen ook zou eindigen als bouwer van railvoertuigen. De eerste schreden als autofabrikant werden als licentiebouwer gezet, eerst van Amedée Bollée, daarna  van het Belgische Vivinus en tenslotte van Turcat-Méry uit Marseille. In 1902 ontwierp  Ettore Bugatti een aantal modellen voor De Dietrich.  Vanaf 1908 gingen de auto's Lorraine-Dietrich heten.

In mijn jeugd 6

Onder aanvoering  van de orbanisator heerst in Oost-Europa een geest van het  ware, ik zou willen zeggen, vroeg middeleeuwse christendom, nog net niet ter kruisvaart, maar Tsjechië, Polen Slowakije en  Hongarije kennen een ongebreidelde bereidheid vreemde invloeden niet toe te laten, zelfs te te vernietigen, men mist immers het vertrouwde kompas waarop jarenlang gevaren werd: de leiding van het grote broedervolk, dat van  de Sowjet-Unie en zou ondanks de financiering door West-Europa van allerlei gezellige, maar vooral kostbare projectjes, volgaarne de trepak met Putin dansen, want dat is pas een leider naar hun hart. Daar hebben we bijvoorbeeld Milos Zeman, die ondanks die naam nimmer van "De klok van Arnemuiden" heeft gehoord, laat staan het lied kan zingen en tevens de muzikaliteit van zigeuners noch dat volk kan waarderen.  Er  gingen ooit onder het mom van solidariteit (solidarinosc) ganse vrachtladingen vol goede  gaven vanuit Nederland naar Polen en u bezit wellicht het waanidee dat goed voorbeeld goed volgen inhoudt, maar de Polen zijn die, voor hun klaarblijkelijk smadelijke, episode vergeten en hebben totaal andere zaken aan hun hoofd, misschien zelfs een pogrommeke hier en een pogrommeke daar, want die geliefde bezigheid hield hun zelfs na de Tweede Wereldoorlog op de been, vreemdelingenhaat zit bijna ingebakken.
Adeline Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer.

Lorraine 2

Omdat ik de Lorraine uitelkaar moest halen om te motoriseren en tegelijkertijd literatuur (Yves Broncards magnifieke "Autorails de France) raadpleegde kwam ik er achter dat het railvoertuig een wc had, een wc voor 48 pssagiers! Vergelijk dat eens met de vaderlandse "Sprinters", waarin nog steeds een wc moet worden geinstalleerd.

22.6.18

In mijn jeugd 5

Lang geleden, veel van de lezers van dit blog waren nog niet geboren, gaven sommige mensen, ook hier, hun mannelijke nakomelingen de hondennaam Victor of Viktor - Bello, Pakze en Bonzo waren minder in zwang - met een c of een k geschreven, in beide  gevallen is de betekenis van de naam: winnaar,  met een k gespeld (dus Viktor) is het de glorieuze voornaam van de Hongaarse orbanisator, een woord  dat op zijn beurt volgens de linguïsten is afgeleid van stormban - in het Duits Sturmbann - waarvan tevens Sturmbannführer afkomstig is,  dit gezegd zijnde dient te worden vastgesteld dat genoemde Viktor niets van socialisme moet hebben doch een groot voorstander is van nationalisme, de voornaamste nazipoot waarop Adolf Hitler leunde,  Viktor, geboren zeven jaar na de Hongaarse opstand van 1956, waarna vele Hongaarse vluchtelingen liefdevol elders werden opgenomen, heeft de PEST aan de tegenwoordige vluchtelingenstroom uit oorlogsgebieden zoals Syrië, dat klinkt onlogisch, maar is het niet: verder dan de Hongaarse geschiedenisboeken, waarin de fascist Miklós Horthy een hoofdrol speelt, is Viktor niet gekomen, vreemdelingen zijn er om te haten, behalve wanneer ze als tourist geld in het laadje brengen.
Adeline Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer.


Lorraine

Een automotrice met een autogrille waarin het Lotharingse kruis, dat moet een Lorraine zijn, waarvan maar een klein aantal  is gebouwd: drie voor  de État en vier voor de Est. Oorspronkelijk hadden ze ieder twee zescylinder Lorrainedieselmotoren, later twee Saurermotoren. De Lorrainemotoren waren gekoppeld  aan een Wilsonversnellingsbak met vijfversnellingen en een vrijloop, de topsnelheid was 120 km/u., maar de dienstsnelheid ging niet hoger dan 100 km/u. De automotrice had drie klassen was daarom een ABC, de volledige naam van de gefotografeerde automotrice was ZZ ABsCEty 60151. In 1936/37 werd het viertal voor de Est bestemde automotrices afgeleverd, in 1953 ging  de laatste Lorraine uit  dienst. 
De fabriek, oorspronkelijk in Reichshoffen in de Elzas, dat in 1871 door Duitsland werd geannexeerd, raakte door die annexatie zijn voornaamste klandizie - immers in Frankrijk - kwijt.  In 1880 startte Eugène de Dietrich een nieuwe fabriek in Lunéville, die zich in 1905  van het moederbedrijf onafhankelijk maakte en verder ging onder de naam Société Lorraine des Anciens Etablissements de Dietrich et Cie en  tegelijkertijd het Lotharinger kruis als waarmerk aannam.

21.6.18

VH

 

Renault bouwde al sinds begin jaren twintig automotrices, geen grote aantallen, van het type KA bijvoorbeeld maar zeven, één ervan werd naar Brazilië geëxporteerd, om precies te zijn naar de spoorwegen van Sao Paulo. De eerste grote serie was de VH, maar dan zijn we al in de jaren dertig, het prototype reed november 1932 en de eerste demonstratierit voor genodigden vond plaats vanuit het station Saint-Lazare op 28 juni 1933. Er werden in totaal honderd gebouwd, zowel voor de État, de Nord, de Est, de P.L.M., de P.O. en de A.L., iedere maatschappij had zijn eigen wensen, niet alleen qua interieur, want de VH's van de P.L.M. , de Est en de A.L. waren ook korter. Bovendien werd een luxe versie "présidentielle" gebouwd met 24 luxe stoelen en twee extra salons met zeven zetels, die uiteindelijk door de État werd afgenomen. De VH stond op draaistellen en was voorzien van een V12-motor. Gelukkig is er in ieder geval één bewaard gebleven.

20.6.18

Vreemd 12

Tikkeltje verwarrend:  een Alfa-Romeo met het steigerend paard van Ferrari op de zijkant, maar het klopt: Alfaracestalleider Ferrari ontwierp de auto in 1935 om enig tegenwicht te scheppen tegen het Duitse racegeweld, daartoe rustte hij  de wagen uit met twee van compressors voorziene motoren met een inhoud van elk 3163cc: de Alfa-Romeo "Bi-Motore", de auto bleek te zwaar en te lastig te besturen.

In mijn jeugd 4

Vandaag neem ik u mee naar 1948, zeventig jaar geleden, het jaar waarin Eelco van der Flats, maar het kan ook Flatsman, Flatsenburg of iets dergelijks zijn, geboren werd en dankzij zijn echtgenote  geboren Janneke Zoutvaatje, die theekopjes en ander servies decoreerde, om over beddenspreien nog maar niet te spreken, kon opstoten in de vaart der christelijk-democratische volkeren als minister van cultuur en al wat dies meer zij, waarna  het met hem bergaf leek  te gaan omdat zijn grote voor- en roerganger - wiens naam mij is ontschoten - maar die ver voor "me-too" tot de orde werd geroepen, hem liet struikelen, alhoewel Van der Flats,  maar het kan ook Flatsman, Flatsenburg of iets dergelijks zijn, zoals in Nederland gebruikelijk naderhand toch een hoge functie bereikte, denkt u maar aan Maaike Wegwerker,  die naar haar falen in het verkeer, hoge ogen in Brussel gooide. Ook zeventig dit jaar wordt grapjas Japie Draadnagel, die carriere maakte bij de arbeiderradioamateurs, maar vervolgens voor meer geld koos, wat dat betreft kan hij een hand geven aan Telegraafcolumnist en professor Wilhelmus Adrianus Meent, van huis uit socialist,  alhoewel door velen - en niet ten onrechte - daaraan wordt getwijfeld.
Adeline Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer. 

19.6.18

Vreemd 11

Dit is geen gewone DS, maar een door Tissier van een dubble achteras voorziene razendsnelle bestelauto, goed om twee ton kranten van Parijs naar Frankfurt te transporteren, met een gemiddelde van 160 km/u was dat tot een afstand van 600 kilometer sneller  dan  per vliegtuig. In 1974 koos de in dagbladvervoer gespecialiseerde firma Hollander S.A. voor deze verlengde DS, die overigens ook in andere vormen door Tissier verbouwd werd.

In mijn jeugd 3

Niet dat ik hen ontmoet heb, laat staan persoonlijk gekend heb, toch is het leuk herinneringen aan mensen uit vervlogen dagen op te halen, zo is er bijvoorbeeld Berend Frats die tijdens een herdenkingsbijenkomst ter nagedachtenis aan de overleden volkszanger André Fyfes, wiens bekendste lied "Mag ik vannacht de banaan in jouw fruitmand zijn?" in  tranen uitbarstte, nadat hij vernam dat de Evangelische Omroep ter  nagedachtenis aan zijn beste vriend een programma met de naam "De Muzikale Fruitmand" ging starten, daar zijn de voetballende broertjes Frank en Ronald Boerenkool die jaren ijverden om hun verdiensten op te schroeven door net als hun buitenlandse teamgenoten minder belasting te hoeven betalen en daar is Walter Uilbrecht, die samen met Willem Muntje, Willy Stoof en Otto Grotekool leiding  gaf aan de eerste democratische boeren- en arbeidersstaat op Duitse bodem, zijn nicht Madeliefje was later de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken en hun oudoom Rico was eigenaar van een jazzcafé in het Noordhollandse Laren.
Adeline Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer

18.6.18

Yvette Horner

Wereldkampioenschappen

Het gaat - laten we wel wezen - in Rusland helemaal niet  om het wereldkampioenschap voetballen, onder die noemer wordt het spektakel weliswaar aan de man gebracht, maar dat is pure onzin, het gaat in werkelijkheid en dat is voor iedereen zichtbaar: om de wereldkampioenschappen tatoeëren.
Drs. Barend-Otto ter Vloot, Steenwijkerwold

In mijn jeugd 2

Ik herinner me de Amsterdamse hoofdcommissaris Hendrik Smeerkaas die het plan had opgevat hoogstpersoonlijk de grachten te dempen, hetgeen de huidige bewoners van de grachtenpanden  van een gezonde nachtrust zou hebben kunnen voorzien omdat veel touristen met hun vermaledijde rolkoffertjes naar Kopenhagen zouden zijn uitgeweken, dan is er Jan de Kwaaisteniet, over die achternaam valt het nodige af te dingen omdat hij behalve lid was van een triumviraat dat niet geheel onvriendelijk tegenover de Duitse bezetter  stond en zichzelf op zeker ogenblik zelfs fascist noemde, maar toch - zij het  enige tijd later - minister-president  mocht worden en dan was er Geil Beel, een disc-jockey, doch geen familie van een gelijknamige, andere minister-president, die in  samenhang met zijn voornaam wonderlijke dingen deed achter een microfoon van de publieke omroep, tenslotte  herinner ik me, hedenochtend op de valreep, ook mijn oudoom Jan Smallenborst, hij gooide altijd zijn sigaartjes weg opdat hij op de lege doosjes  zijn aantekeningen kon maken.
Adeline Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer

Vreemd 10

Dit is de winnaar van de allereerste autorace, een De Dion-Boutonstoomractor (met aanhanger), die het traject Parijs-Rouen 124 jaar geleden in iets meer dan vijfeneenhalf uur aflegde, maar de zegepraal onthouden werd omdat graaf De Dion geen mécanicien bij zich had, de wagen volgens het organiserend comité te lastig te besturen was en bovendien te veel  kostte. Het merk zou later van stoom overstappen op verbrandingsmotoren en tot 1932 actief blijven in de automobielbouw. Daarnaast werden na de Eerste Wereldoorlog in Frankrijk achtergebleven General Motorsambulances tot bus verbouwd en op rails gezet et voilà: je had een autorails, die ook nog door een door De Dion-Bouton gebouwde kleine, eenassige aanhanger kon worden voorzien en vervolgens werd ingezet op diverse tramwegen. De autorails bleven lang het uiterlijk van een autobus op rals houden, compleet met een heuse motorkap. Daar kwam verandering in en in 1925 werd een prototype in samenwerking met Werkspoor geleverd aan de NTM in Friesland, gevolgd door vijf autorails van het type LH - met een vierclinder De Dion-Boutonmotor gekoppeld aan een vierversnellingsbak -  die in 1926 in dienst kwamen. In 1939 adverteerde de firma met het type OR dat voorzien was van een houtgasgenerator. De Dion-Bouton was niet het enige Franse bedrijf dat het hoofd boven water hield door de constructie van railvoertuigen, Bugatti in Molsheim zou hoogst waarschijnlijk verdwenen zijn en ook andere automobielfabrieken leverden autorails: o.a. Berliet, De Dietrich en Renault.


17.6.18

Fries 2

"Ik hèw toch noch 'n  fraach kregen waar je soan tulban, die ik oppe hassus hé, krije kanne, want  men hèt an suks in 't kader fan Liwadden Kulturele Hoofdstad 2018 klaarblikeluk feul ferlet, nou dat kan ik jim gau ferklappe, 't is myn besketen onderbroek, dyt ik regelmatich, om myn kop warm en foaral myn gedachten fris en froluk te houden, opnij fan ferse self sketen stront foorsien."

In mijn jeugd

In mijn jonge jaren had je Frits Zuidwester, die in  plaats van zo'n zeemanshoed een kaal hoofd had, je had Ronnie Ronaldo, dat was een kunstfluitende voetballer en je had ook Lia Dorama, zij was een Indiase met een cyaankaliwinkeltje op de Rotterdamse Lijnbaan, zij was gelieerd aan Wim Ibo, een Nigeriaan die het Nederlandse volk in de jaren vijftig het cabaret bijbracht, waarbij ene in Utrecht geboren, maar zich de Gooyer noemende, Rijk een belangrijke rol speelde en je had, voordat ik het vergeet, ook Frits van der Plas, hij werd door de KRO ontslagen omdat de door hem  te interviewen Phil Bloom geen non bleek.
Adeline Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer.

Fries

"Jim wuden wete of  dit de nije Friese hoofddracht wurdt, nou  ik kan jimme fertelle dat ik suks oppe kop hè om de weinige hassus die ik hè toch 'n bitsje warm te houden soadat ik se altiten bruke kan, al falt  suks feiteluks ny met, want ik hèw nyt soan soad denkfermogen inne bowenkamer, 't is dare noch al leech, wete je wel, maar met soan tulban oppe kop kan ik in elk gefal 'n bitsje anlulle, a jonge ja juh."

Vreemd 9

Oorspronkelijk was White een naaimachinefabrikant in Cleveland, maar de meeste - inmiddels verbleekte - faam behaalde het merk met zijn vrachtwagens, maar tot 1918 kwamen er ook personenwagens  uit de fabriek en werd er zelfs geracet: op de foto Webb Jay's "Whistling Billy", natuurlijk op stoom en goed voor 120 km/u rond 1906.

Stoom 4

Rijden met een stoomlocomotief, die één of meer rijtuigen aan de haak had, was duur, dus werd er begin jaren twintig van de vorige eeuw naarstig gezocht naar een oplossing en  een ministriële commissie ter bestudering van het gebruik van automotrices (zichzelf voortbewegende railvoertuigen) zette zich onder leiding van chefingenieur van de Franse staatsspoorwegen Nadal aan het werk. Er werd door de Ets. Schneider et Cie.  een uit 1888 door de Chantiers de la Buire in Lyon  daterend tweede klasse rijtuig door midden gesneden en van een viercylinder Schneidermotor voorzien, die zowel op benzine, benzol en alcohol functioneerde, gekoppeld aan een vierversnellingsbak. In  de herfst van 1922 werd het voertuig proefsgewijs ook met een rijtuig aan de haak door de État in reguliere dienst  gesteld, die proeven verliepen veel belovend  en dus werd op 9 september 1923 de opdracht gegeven tien uit 1883 daterende rijtuigen te verbouwen en van Somua-motoren te voorzien, de maximale snelheid was 73 km/u. De serie deed dienst onder de naam Schneider ZZ 23901 tot en met ZZ 23911. In 1938 verdwenen de laatsten uit dienst van de SNCF, gelukkig is één bewaard en gerestaureerd de ZZ B"Ef 23901, hij staat in het magnifieke spoorwegmusem in Mulhouse.

16.6.18

Gerechtigheid

Eindelijk, eindelijk gerechtigheid, zou ik willen zeggen: aparte rechtbanken voor politieagenten, zulks had in mei 1945 reeds dienen te gebeuren om dat deel van de prinsemarij, dat maar al te graag in de voetsporen van de bezetter was getreden en daarna de weinigen, die principieel hadden geweigerd mee te werken en ontslag hadden genomen, herintrede na de bevrijding vrijwel onmogelijk maakte; ik zou bovendien vanaf deze plaats gaarne tevens willen pleiten voor speciale rechtbanken voor treinconducteurs, omroepmedewerkers, duivenhouders, flapdrollen en fruitvliegjes. 
Drs. Barend-Otto ter Vloot, Steenwijkerwold.

Stoom 3

Dit is geen autorail voor passagiersgebruik, dit is de "Automobile postale VS1" van de Franse Nordcompagnie, die in juni 1897 in dienst kwam en ontworpen was na een vraag voor een dergelijk  voertuig door de posterijen om 's nachts post te kunnen vervoeren. Hij was - voorzien van een Serpolletketel -  in Beauvais in depot en deed  zo'n twaalftal jaren dienst tussen die plaats en Creil. Eventueel konden in het 2e klas compartiment twaalf passagiers worden meegenomen en er konden drie rijtuigen worden aangehaakt. De gemiddelde snelheid was bijna 41 km/u. In 1900 werd de Serpolletketel uitgebouwd en vervangen door een Turgan.

Vreemd 8

Dit, beste lezer, is een Rolls-Royce "Ghost". Niets op aan te merken. Een mooie auto in tegenstelling met wat er tegenwoordig uit de fabriek met die naam rolt. Gistermiddag  in de dokterswachtkamer - dan  weet u meteen waarom er niet zo nijver aan het blog wordt  gewerkt als normaal het geval - keek ik in een autotijdschrift. De hoofdredacteur bazelt vergezeld van zijn grijnzend portret wat over "youngtimers", waaruit mag blijken dat hij eergister in de schoolbank tijdens de Duitse les heeft opgelet en eerder in het blad jubelt een andere journalist over de nieuwe Rolls-Royce "Phantom", een twaalfcylindermonstriositeit, zo lelijk is dat ik u een afbeelding schuldig wil blijven. Sinds de Beierse motorenfirma het heft in Crewe in handen heeft verschijnt het ene op de Arabische markt gerichte Teutoonse wangedrocht na het andere, de vormgeving is overduidelijk ontleend aan een bierpul.

15.6.18

Boodschap

je kunt Tjeerd Herrema om een grote boodschap sturen

Stoom 2

Behalve de ZZ-19 van de Nord waren er in 1946 zeker nog drie andere stoomautorails in Frankrijk, alhoewel niet in de passagiersdienst en één van de drie diende zelfs als leverancier van reserveonderdelen om  de andere twee rijdende te houden. De drie kwamen van de Deutsche Reichsbahn, waar ze als DT 2, 3 en 9 dienst hadden gedaan. Oorspronkelijk hadden de 2 en 3 dienst gedaan bij de spoorwegmaatschappij van Baden (1002 en 1003) en  de 9 van de spoorwegmaatschappij van Württemberg (DW 9). De naar de ontwerper Kittel genoemde machines waren gebouwd in Esslingen bij Stuttgart, de DW 9  in 1906, de 1002 en 1003 in 1914 en '15. De Kittels werden niet opgenomen in de officiële inventaris van SNCF en dienden om spoorwegpersoneel te vervoeren tussen Mulhouse  en het depot Ile Napoléon, ze hebben als zodanig dienstgedaan tot 1956, vaak met een personenrijtuig aan de haak. In de Bondsrepubliek reed de laatste Kittel vanuit Freiburg (Breisgau) tot 1958. De stoomautorails op de foto is nog in oorspronkelijk Duitse staat, in Frankrijk werden ze  groen geschilderd.

14.6.18

Stoom

 
De rol van stoom als aandrijfbron voor een autorails leek in 1933 in Frankrijk volledig uitgespeeld, toch begonnen Les Ateliers du Nord de la France et des Mureaux in Crespin-Blanc-Misseron aan  de constructie van zo'n voertuig, dat in 1933 bij de Nordcompagnie in dienst kwam onder nummer ZZ-19. oorspronkelijk oliegestookt, vanaf 1937 met kolen. De stoommachine was Engels, een Sentinel en vanwege het gebrek aan reserveonderdelen werd de automotrice tijdens de oorlog opgelegd en werd hij in 1944 samen met andere prototypes van Franse railvoertuigen ook niet naar Duitsland afgevoerd en kwam hij voorzien van het SNCF-nummer ZZ NF 1001-2 in 1946 opnieuw in dienst in Noord-Frankrijk. Begin jaren vijftig reed hij bij de privémaatschappij HBNPC (Houillières du Basin Nord et Pas de Calais) om vervolgens helaas spoorloos te verdwijnen.
Eeen statisch model van de ZZ-19 was al enige tijd in mijn bezit, ik  heb het de afgelopen dagen met een uit Weenen afkomstig motortje rijdbaar gemakt, daartoe moesten er aan beide uiteinden van  de bodemplaat forse gaten worden gevijld, maar  ZZ-19 rijdt al moet hij nog wel worden  afgebouwd.


 

13.6.18

VREEMD 7

 
De vier ringen op de neus van de tegenwoordige Audi doen herinneren aan het conglomeraat waarvan het merk eens deel uitmaakte: Auto Union, dat als merk voor de Tweede Wereldoorlog racewagens bouwde en na de de oorlog de DKW 1000 van die naamplaat voorzag. Zowel Audi als DKW maakten deel uit van het kwartet, de andere merken waren Wanderer en Horch. Eergister zette ik een kort vooroorlogse Horch op dit blog, gisteravond kwamen mijn zoons met recent gemaakte  foto's van een in Düsseldorf te koop staande Horch uit diezelfde jaren. Wie verantwoordelijk was voor de carrosserie van deze auto weet ik niet zeker, maar ik vermoed Gläser uit Dresden, hij is zeker zo fraai als die van Voll & Ruhrbeck en de prijs ligt waarschijnlijk boven de 750.000 euro.









12.6.18

HALBE

ALS ER ÉÉN MAN GESCHIKT IS VOOR EEN FUNCTIE BIJ DE WERELDBANK DAN IS HET HALBE ZIJLSTRA, HIJ HEEFT - VOLGENS EIGEN ZEGGEN - MET ANDREW CARNEGIE GESPROKEN.

Monty Python

Monty  Python's Flying Circus begon zo  met, jawel een mars van Sousa: "Liberty Bell", hier vertolkt op gitaar door Muriel Anderson,  haar grootvader speelde saxofoon in Sousa's orkest.