Pages

30.11.25

Denemarken

 


 Treinen in Denemarken in 2025

Caroline

"Caroline" uit 1889 (foto) is een tramlocomotief  gebouwd door Krauss in Linz. Georg Krauss (1826-1906) werkte na zijn studie bij Maffei in München en vervolgens bij de Beierse staatsspoorwegen en de Zwitserse Nordbahn voordat hij locomotieven ging bouwen. "Caroline", oorspronkelijk in dienst van de buurtspoorwegen van Brno, was in de jaren negentig aanwezig op een stoomevenement van het spoorwegmuseum in Utrecht.

 

Morris

 

Oorspronkelijk zou de Morris, waarvan de eerste tekeningen al  uit 1941 dateren, "Mosquito" gaan heten, uiteindelijk werd dat, toen de auto in 1948 op de markt verscheen, "Minor". Het was net als de latere "Mini" een ontwerp van Alec Issigonis. De eerste serie had de koplampen, heel fraai, in de grille, maar later belandden ze in de spatborden. De "Minor" kwam er in vele varianten: een gesloten en een open versie, de zogenaamde "Traveller" (afgezet met hout) en vanaf 1953 ook een pick-up en een bestelwagen, zoals de afgebeelde "6 cwt", die uit 1970 dateert.

Usedom


Hiernaast staat een foto - gemaakt in de buurt van Naarden - van een Clevelandfiets uit 1897. Ik kocht hem ooit omdat mijn vrouw in Clevland (Ohio) geboren is. Het moet inmiddels zo'n 18 jaar geleden zijn dat ik een onverwacht telefoontje kreeg van iemand die de fiets om een wel heel bijzondere reden wilde kopen. De man was directeur van een museum gewijd aan de schilder Lyonel Feininger (1871-1956) op het eiland Usedom in de Oostzee. Geen rijwielmuseum dus, maar een kunstmuseum. Wat moest mijn Cleveland daar in hemelsnaam doen? Hij heeft het me op een middag haarfijn uitgelegd: Feininger verkende het eiland op een  Cleveland en ging er tussen 1909 en 1921 regelmatig op vakantie. Maakte er schetsen en schilderde. Bovendien had Feininger iets met fietsen, ze komen regelmatig in zijn werk voor.

 
Feininger werd geboren in New York en op zestienjarige leeftijd naar Berlijn gestuurd, waar hij ging studeren aan de Königliche Akademie Berlin. Hij werd al gauw bekend als caracaturist en van hem is bijvoorbeeld bovenstaande voorpagina van het tijdschrift "Das Narrenschiff". 

Hij maakte ook naam als striptekenaar en hij is degene die als eerste de teksten in wolkjes schreef in "The Kin-der-Kids", een strip die verscheen in de "Chicago Tribune". Feininger was midden dertig voordat hij ook als kunstschilder naam maakte en zich aansloot bij de expressionisten. Hij was in 1919 de eerste kunstenaar die door Walter Gropius werd aangezocht om deel uit te maken van de staf van het Bauhaus. Toen de nazis veertien  jaar later aan de macht kwamen werd zijn  werk ogenblikkelijk tot "Entartete Kunst" verklaard en Feininger keerde  eind 1936 terug naar zijn geboortestad New York. Feininger fotografeerde en componeerde ook. Hieronder het schilderij "Das Radrennen" uit 1912 en de Clevelandfiets voor het door Feininger geschilderde Sint Petruskerk in Benz op Usedom.
                                                    


 

29.11.25

Ambulance

In mijn vitrine staan een tiental modellen van auto's die ooit in de Tour de France reden, één ervan  in deze Peugeot D3A uit het begin van de jaren vijftig, ooit begonnen als een product van Chenard & Walcker met een watergekoelde tweecylindertweetactmotor met een inhoud van net boven een liter, dat bleek wat weinig en in 1947 werd de motor van de Peugeot 202 geïnstalleerd. Een viercylinderviertact met een inhoud van 1133cc, daarvoor moest de bestelwagen wel van een neusje worden voorzien, dat de bijnaam 'nez de cochon' opleverde. Al gauw werd Peugeot door de levering van de motoren de grootste schuldeiser van Chenard & Walcker en in 1950 werd het bedrijf overgenomen en alhoewel de wagen nog een jaarlang met een Chenard & Walcker naamplaat werd geleverd,  verdween die om plaats te maken voor die van Peugeot. Kort daarvoor was de motor van de 202 vervangen door de motor van  de 203, een motor met een inhoud van 1290cc, en werd de D3 de D3A, hier boven afgebeeld als ambulance in de Tour de France, gesponsord door Aspro, maar bemand met mensen van het Franse Rode Kruis.

Asielzoekers

  


Asielzoekers? Hoe zo?

Lincoln




Bovenstaand basisontwerp van de Lincoln, die later "Zephyr" zou gaan  heten zag er wel  even anders uit dan wat er uiteindelijk op straat kwam.  De door John Tjaarda ontworpen en door Briggs Body Company gebouwde auto leek  als twee druppels water op een Volkswagen "Käfer", alleen twee keer zo groot. Eigenlijk zeg ik het verkeerd: de Volkswagen (al heette die toen nog KdF-wagen) was een verkleinde Briggs. Porsche, die nog altijd ten  onrechte figureert als ontwerper van de Volkswagen, had namelijk bij zijn bezoek aan de Briggsfabriek in de Verenigde Staten goed opgelet. 
Tjaarda's auto  had de  motor - een V8 -  achterin en dat ging Henry Ford duidelijk te ver, uiteindelijk was het de bedoeling een auto tussen een dure Ford en een Lincoln in de markt te zetten en niet om buiten de tradionele paden te treden. De "Zephyr" kreeg een uit de Ford V8-motor ontwikkelde V12 en Bob Gregorie, Fords  huisontwerper nam het uiterlijk van de door Tjaarda ontworpen wagen onder handen.
Onderstaande foto's tonen een Dinky  Toys 1939 "Zephyr"-coupé  en een Matchbox 1938 "Zephyr"-cabriolet. Ik heb de modellen expres zo neergezet, 1939 eerst en dan 1938, omdat het duidelijk maakt wat er in vijftig jaar in de modellenwereld veranderd is. 


 

Ter Vloot

Drs. Barend Otto ter Vloot: "Mona had toch beter bij de toetjes kunnen blijven in plaats van zich met politiek te gaan bemoeien." 

Ter Vloots echtgenote Everdiena: "Ja, dat zong Nat Gonella ook al."

28.11.25

Stein

 


Een heel recent optreden van Vince Giordano & The Night Hawks met uiterst rechts violist en saxofonist  Andy Stein, bovendien een bekwaam arrangeur en ooit medeoprichter van Commander Cody and His Lost  Planet Airmen. In de laatste hoedanigheid ontmoette ik hem en hij vroeg me meteen of ik familie was van de Blumenthals uit NewYork en van de Blumenthals uit Philadelphia, want zijn moeder was een  Blumenthal.  

Bébé en dubbellucht

 
 

Een Peugeot "Bébé", waarvan er tussen 1912 en 1916 ongeveer 3100 zijn geproduceerd. Dat de auto Peugeot heet ligt aan het feit dat  de ontwerper, Ettore Bugatti, de capaciteit niet had om zoveel wagens  in zijn eigen  kleine fabriek in Molsheim te bouwen. Dat Peugeot de kleine, uiterst lichte tweezitter ,met een motor van nog geen 1000cc, in zijn leveringsprogramma kreeg is trouwens een klein wonder, want oorspronkelijk reisde Bugatti's speciale vertegenwoordiger Friderichs naar Chemnitz om bij de Wannderer Werke A.-G. aan te kloppen, dat lag geografisch ook meer voor  de hand omdat Molsheim en Chemnitz lagen beide in Duitsland. Het contract tussen Bugatti en Peugeot werd op 11 november 1911 getekend.
 
Een paar geleden zag ik in een Brussels museum zo'n "Bébé",  maar er was duidelijk  iets merkwaardigs aan de hand: op de vooras zat aan één kant dubbellucht, dat wil zeggen er waren eenzijdig twee wielen gemonteerd. Nu kent iedereen het fenomeen dubbellucht bij vrachtwagens en autobussen, maar dan op  de achteras en bovendien aan beide zijden, toch was dubbellucht ook in de autorensport niet onbekend, zo reed Jean-Pierre Wimille een Bugatti Type 59 met een 4,9 liter motor in 1939 Prescott Hill op en was Wimille op 9 september 1945 met dezelfde wagen aanwezig bij de eerste naoorlogse autorace: de "Coupe des Prisonniers"" in het Bois de Boulogne.


 
Ook Alfa Romeo's P3 werd soms uitgerust met dubbellucht, op een heuvelachtig parcours werd, zo dacht men, door meer grip, de wegligging verbeterd.

 

 

27.11.25

Tango in China

Een opname van Carlos Gardel, maar dan.... opgenomen op 21 november 2025 tijdens de  Shanghai  Tango Marathon met als danspaar Florencia & Leonel.

Corrido

 


 Los Traviesos de  Maz met "El Corrido de Donald Trump".

Peugeot

 


Een "Special", gebouwd op het chassis van een Peugeot "402". Ik vermoed dat de motor, net als de versnellingsbak, ook uit de in 1935 op de Parijse Salon geïntroduceerde"402" afkomstig is. De motor was een viercylinder met een inhoud van 1991 cc, de versnellingsbak, te bedienen met het befaamde "mosterdpotje, kwam  van Cotal.

Wie

Zeg nou eens eerlijk, wie bezorgen de meeste last: door Wilders opgehitste met rookbommen, met nazisymbolen rondstappende, intimiderende kaal- en leegschedels voor gemeentehuizen waar over een azc moet worden gestemd of een tiental verveelde Syrische jongens?

Omroepbijdrage 2

Gaat het kijk- en luistergeld herleven? Ik denk het niet. Wilders,Yeşilgöz en Van der Plas c.s. missen  niet graag het sadistisch genoegen de  publieke omroep te zien doodbloeden.  Tweede  plan: als antwoord op de opgelegde bezuinigingen besluit de publieke omroep te gaan staken. Vergeet dat scenario. Want als een  burgemeester tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft een  hotemetoot van de NPO al bepaald wie mag blijven en wie weg moet. Kassa moet weg. Zijn de blijvende programmamakers zo solidair om op zwart te gaan? Natuurlijk niet, solidariteit hebben ze niet hoog in hun vaan. Blijft nog één andere mogelijkheid de kijkers  starten een crowd funding actie om Kassa te  behouden. De kijkers laten zien wat ze ervoor over hebben Kassa te  laten bestaan. Dat lijkt me de beste kans. 

26.11.25

Kroatïe

 


 Kroatische muziek in Hongarije

McLaughlin

 

McLaughlin begon in 1867 in Oshawa in de provincie Ontario met de bouw van sleden, al gauw kwam daar de productie van rijtuigen bij en vanaf 1908 werden auto's gemaakt, de motoren kwamen van Buick, de rest was Canadees en in de regel ook luxueuzer dan de auto's van het Amerikaanse merk. Op zeker moment besloot men de naam McLaughlin te laten vallen en de Canadese auto's simpelweg Buik te noemen, maar die ingreep zorgde voor een dramatische val in de verkoop. Vanaf 1923 heetten de auto's McLaughlin-Buick, het merk bleef  tot 1942 bestaan. De achtcylinder uit 1936 fotografeerde ik in Shetland.

Zingen

Tikkeltje wonderlijk dat Nederlandse shantykoren bijna zonder enige uitzondering uit ver van de zee gelegen plaatsen komen, ik heb bijvoorbeeld niet  het idee dat de bemanningen van de LK 142, LK 172 en LK 472 als tijdsverdrijf voor het galmen van zeemansliederen hebben gekozen. De foto's maakte  ik in  Lerwick, Shetland.


Venezuela

  


De zogenaamde "vredespresident" zoekt oorlog met Venezuela.

Omroepbijdrage

Als  ik bij de slager een runderrookworst haal of bij Manufactum een overhemd bestel, dan betaal ik daarvoor. Als ik een wasmachine of een televisietoestel koop dan kost me dat geld. Niets voor niets, is het toch? Maar het wonderlijke is dat het kijken naar de televisie  hoegenaamd niets kost, want dat wordt sinds 2000  betaald uit de algemene middelen. De politiek bepaalt dus  hoeveel geld er naar de publieke omroep gaat en daar wringt de schoen. Den Haag heeft een manier gevonden om fors  op de publieke omroep  te bezuinigen en dat gaat ten koste van de programma's. Het is de hoogste tijd het kijk- en luistergeld opnieuw in te voeren. Duitsland kent een omroepbijdrage van €18,36 per maand.

25.11.25

Reggae

 


Trump jaagt de prijzen op

Kousbroek en Voisin


Veel zinvols is er over de de auto's van een van de meest eigenzinnige, maar tegelijkertijd meest briljante autobouwers - ik heb het over Gabriel Voisin - in het Nederlands niet gepubliceerd. In mijn archief heb ik drie artikelen van Rudy Kousbroek, dat maakt het geconstateerde gebrek meteen goed, niet alleen door het niveau van zijn stukken, maar, en dat is minstens zo belangrijk, hij heeft Voisin goed gekend. Op het moment dat ik de laatste woorden van voorgaande zin opschrijf, voel ik niet alleen een lichte jaloezie, want wat moet het fantastisch geweest zijn om met, zoals Kousbroek hem omschrijft, deze combinatie van Voltaire, Edison en Céline te praten.
Kousbroeks eerste artikel over Voisin, dat ik bezit, verscheen op 8 september in "De Auto" van de KNAC, klaarblijkelijk had hij eerder iets voor dat blad gechreven, want boven het stuk staan redactionele excuses, omdat men hem voor Vlaming heeft versleten. Het tweede artikel verscheen op 16 maart 1968 in de weekendbijlage van "Algemeen Handelsblad". Kousbroek veegt de vloer aan met het vodderige "Auto's van vroeger en nu" van J.D. Scheel. Ik citeer een schitterende zin uit die recensie: "Ik twijfel er niet aan dat het feit dat ik gemeend heb een bepaald onderwep in het boekje op de keper te moetn beschouwen, in plaats van me te bepalen tot het geijkte applausje, zal worden toegeschreven aan blinde boosaardigheid, maar dat mag geen reden zijn om J.D. Scheel niet eens diep in de ogen te kijken". Het derde artikel werd op 4 januari 1974 gepubliceerd in het Cultureel Supplement van "NRC Handelsblad" naar aanleiding van de dood van Voisin. In dit artikel gaat het over het onrecht dat Voisin is aangedaan, terwijl anderen, zoals Farman en de gebroeders Wright met eer werden overladen.
Eerder schreef ik op dit weblog over mijn keuze van Voisin boven Bugatti omdat ik een grote bewondering heb voor Voisins eigenzinnigheid die zich manifesteert in zijn hele oeuvre, of het nu gaat om zijn eerste auto uit 1899, zijn vliegtuigen, zijn auto's uit de jaren twintig en dertig, zijn door pedalen aangedreven "Vélogab" uit de oorlogsjaren of zijn naoorlogse "Biscooter".
Op de foto: de 28CV Sport Surbaissée Type C20, V12 schuivenmotor met een cylinderinhoud van 4890cc uit 1930. Let op de pianoscharnieren van  de deuren.
 
 

4

Misscien was u het uiterlijk van de Renault 4 vergeten. Dat grappige wagentje van vlak na de oorlog, dat in Frankrijk oorspronkelijk in saharazandgeel te koop was, doodeenvoudig omdat  men van die kleur nog een behoorlijke voorraad had. De Renault 4, hier ook wel rattenstaartje genoemd, was er in gesloten vorm, maar ook  met een speciale politiecarrosserie en zoals hier te zien als  vier-onder-de-kap.

24.11.25

Beter uitzicht

Bovenstaand autootje is lastig thuis te brengen, maar het is echt gebouwd op basis van een Renault 4 en stond in 1950 op de Parijse Salon. Ontwerper was Labourdette, een Franse firma die sinds het tweede decennium van de vorige eeuw tot een van de meest vooraanstaande carrosserieontwerpers behoorde. Eind jaren dertig had Labourdette "Vutotal;" gepatenteerd, met een beetje fantasie zou je de uitvinding het best kunnen omschrijven als een prototype van de panoramische voorruit. Labourdette zette zijn ontwerp toen niet op een goedkope Renault, maar bouwde een carrosserie met "Vutotal" op bijvoorbeeld een Rolls-Royce (foto hier onder), maar na de Tweede Wereldoorlog waren de hoogtijdagen van de Franse carrossiers voorbij.

23.11.25

Rubio

 

De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Marco Rubio zegt Ukraine de wacht aan.

YUM-YUM

 


Auto's en treinen

 


Even terug naar de midtwintiger jaren: in 1924 eindigt Lorraine-Dietrich op de tweede en derde plaats in de "24 Uur van Le Mans", in 1925 is plaats één voor dezelfde fabriek en in 1926 zijn de eerste drie plaatsen voor het  merk. In de jaren dertig - na de crash van  Wallstreet en een aanhoudende wereldcrisis gaat het beduidend minder, en net als andere Franse merken, probeert de fabriek het hoofd boven water te houden met het bouwen van railvoertuigen, de zogenaamde autorails. Dat lukt sommige fabrieken wonderwel, Bugatti zou in de jaren dertig zijn verdwenen als de razendsnelle "Présidentiels" en derivaten daarvan niet waren gebouwd. De geschiedenis van Lorraine-Dietrich is redelijk gecompliceerd, want de Frans-Pruisische Oorlog (1870-'71) betekende dat naast de fabriek in Reichshoffen in de door Duitsland geannexeerde Elzas, een nieuw fabriek in Lunéville moest worden gestart. In 1905 splitste die zich af van het moederbedrijf onder de naam Société Lorraine des Anciens Etablissements de Dietrich et Cie de Lunéville. In 1932 werden er plannen gemaakt voor een railvoertuig dat samen met Renault zou worden  ontwikkeld: Loraine zou het chassis, de carrosserie en  de wielen leveren, Renault de motoren en alles wat daar mee samenhing. Maar daar stak de oude firma - de Elzas lag sinds 1918 weer in Frankrijk - een stokje voor, want die had inmiddels zelf plannen voor een railvoertuig. Lorraine ging op eigen houtje - zonder Renault - door. In 1932 verscheen een prototype, de VT 61, het jaar daarop gevolgd door de VT 62, waarvan zes exempraten werden gebouwd voor de "Est" en vier  VT 63 voor de "État". De zescylinderdieselmotoren waren ontwikkeld door een ingenieur van de firma, M. Barbaroux. Autorails hadden in de regel geen herkenbare radiateurgrille, zoals een auto, de Lorraines hadden die wel, uiteraard voorzien van het Lotharinger kruis,

 

Type 55


Bugatti Type 55,  met dubbele bovenliggende nokkenas, was de opvolger van  het Type  43. Dezelfde geblazen motor  zat in de types 45 en 54, terwijl het chassis vrijwel identiek was aan het Type 43. De auto haalde de respectabele  topsnelheid van 180 km/u., maar was prijzig, zodat er uiteindelijk vanaf  1932 maar 38 zijn gemaakt.De fabriekscarrosserie was van de hand van Jean Bugatti, maar ook Parijse carrosseriebouwers hielden zich bezig met het Type 55, zoals Vanvooren. Bovenstaand Type 55 heeft een Vanvoorencarrosserie.

22.11.25

Biografie 2

 Uit nostalgische overwegingen eerst een fragment met de stem van Philip Bloemendal en daarna "Appleknockers Flophouse" van Cuby and the Blizzards.

21.11.25

Mexico 2

Goed, u  moet er even  voor gaan zitten, want het programma duurt meer dan een uur, maar dan ziet u ook het een en ander: van de  Mexicaanse president Claudia Sheinbaum tot A Fords, van veel paarden tot lassowerpers en nog heel veel meer, waarbij de vele Mexicaanse revoluties in tableaux vivants op vrachtwagens voorbij trekken, kortom het is interessant.

Volksmuziek

 

Soms  is het veel mooier Mexicaanse folklore te zien  zonder grote hoeden en prachtige pakken, maar muziek te horen in een eenvoudige setting  zoals hier. Muziek zoals die bedoelt is.

Biografie

 


Net twee biografieën gelezen, één over Philip Bloemendal (foto), geschreven door zijn zoon in samenwerking met Rob de Lange en ontstaan uit lange wandelingen  van zoon Robert met  zijn vader vergezeld door een bandrecorder. Philip was de stem van Polygoon, het bioscoopjournaal. Indrukwekkend verslag van het leven van de man, die ik soms ontmoette bij het toenmalig kantoor van  de  de NMB-bank in Hilversum, waar we dan soms lachend verhalen uitwisselden over mensen die verkeerd gebeld hadden, mensen die Bloemendal zochten, maar  Bloemendaal aan  de  lijn kregen en omgekeerd. Over de andere biografie van de hand van Jeroen Wielaert "Final Blues, de kruispunten van Harry Cuby' Muskee" ben ik aanzienlijk minder tevreden. Het ego van de schrijver  staat  een goede biografie in  de weg, teveel weetjes, die soms nog fout zijn ook strooit hij rond, Lionel Hampton trad niet in het Concertgebouw op, maar in de Apollohal en  de Berlijnse muur  dateert niet van  1963, maar van 1961, die weetjes brengen mij niet dichter bij Muskee en dat is tocht het  doel  van een biografie.

Jowett 2

 


Toen de Standard 8 werd vervangen door de door Giovanni Michelotti ontworpen Triumph  Herald waren er meteen diverse versies van de Herald leverbaar en kort daarop  verscheen zelfs de sportief ogende Spitfire op hetzelfde chassis. Jaren  daarvoor zat het toch anders met de Jowett Javelin die een sportief equivalent kreeg met de Jupiter,  een door Eberan von Eberhorst ontworpen tweezitter, een auto die 145km/u als top had. Helaas sloot de fabriek in 1954 zijn deuren, na productie van 30000 Javelins en 1300 Jupiters.

20.11.25

Litouwen

 


In de jaren negentig kreeg ik  een uitnodiging voor een bruisend volksmuziekfestival in Litouwen. Ik trok erheen met een draagbare digitale recorder. Mijn gastheer was de bandeonist Antanas Fokas,  die bovendien programma's maakte voor de omroep in Litouwen. Hij vroeg me of hij wat van het door mij opgenomen materiaal mocht gebruiken. Natuurlijk mocht dat. Dus we schreven de digitaal opgenomen volksmuziek over naar analoog. Daarna kwam  hij  op het idee zijn programma door mij te laten presenteren, maar mijn Litouws gaat niet verder dan "goedendag". Dus ik schreef mijn tekst in het Nederlands, waar ik eerlijk gezegd een hekel aan heb, ik werk liever à  l'improviste, vertaalde die in het Engels en hij zette die over in het Litouws. Vervolgens werden we in dezelfde ruimte achter twee microfoons  gezet en moesten tegelijkertijd onze tekst opzeggen. Dat vond  ik vervelend,  ik had het liever achter elkaar gedaan. Maar goed, een en ander kwam op de band. Eerst een klein stukje Nederlands, dat werd weggefaded en daarna de hele aankondiging in het Litouws  Daarna liet Antanas mij alleen om het  programma af te monteren met twee Litouwse vrouwelijke technici, die natuurlijk Litouws spraken en ook Russisch. Ik kreeg al gauw in de  gaten dat ze de muziek lieten beginnen voordat het gesproken woord  afgelopen was. Ze faden de muziek in. Dat wilde ik niet. Maar hoe maakte ik dat de dames technici duidelijk. Ik liet de  opnames stoppen en ging op zoek naar Antanas die zich ergens in  het  gebouw moest bevinden. Hij maakte me vervolgens duidelijk dat de dames technici in de  veronderstelling verkeerden dat het infaden van muziek over gesproken woord hoorde bij de westerse manier van  monteren. Ik heb gecorrigeerd.

Nino

 


Nino Katamadze, een Georgische zangeres die in haar eigen land niet langer welkom is, omdat ze zich verzet  tegen de pro-Russische houding van de regering en in Rusland  zelf helemaal niet meer gewenst is,  zingt tegenwoordig in Oekraïne. Eerst een lied uit Georgïe,  vervolgens een lied uit Oekraïne.

19.11.25

McClinton 2

Delbert McClinton sprak ik ooit  op een groot parkeerterrein in  Houston, daarna nodigde hij me uit voor een optreden dezelfde avond in  een café. Het bleek niet heel succesvol, als er vijftien man waren, waren het er veel. Dat was jammer. Ook de gene die hem in  het YouTubefilmpje  aankondigt, ken ik:  Ray  Benson van Asleep at the Wheel,  ooit  geïnterviewd in Amsterdam en later  gesproken In New Orleans.

Dead

 


"Deep Elm Blues" door  The Greatful  Dead (met  Jerry  Garcia) 

Sick

  


 "Sick of Donald Trump"  door  Mr. Newberger                                                       

McClinton

 


Delbert McClinton met "Why me?"

Stroomlijn

In het begin van de jaren twintig van de vorige eeuw zien we onder de automobielconstructeurs een grotere interesse in stroomlijn, waarschijnlijk heeft dat te maken met de invloed die vliegtuigbouwers krijgen, omdat zij in de Eerste Wereldoorlog een enorme sprong hebben  gemaakt wat de bouw van vliegtuigen betreft. Vooral  kijken autoconstructeurs naar racewagens maar een  enkeling van hen waagt zich ook aan gestroomlijnde wagens bij de bouw van personenauto's. Het duurt tot ver in de jaren  dertig voordat de kopers echt geïnteresseerd raken. Bugatti bouwt stroomlijnracewagens voor de Grand Prix van Tours in1923.

Ook van Voisin zien we een racewagen, die heel duidelijk afwijkt van wat hij zijn gewone cliëntele aanbiedt.

 

En zelfs Chenard&Walcker doet aan de 24 Uur van Le Mans mee met duidelijk afwijkende wagens.

Alleen Rumpler, alhoewel oorspronkelijk afkomstig uit de autobouw, maar in de Eerste Wereldoorlog zijn
sporen verdiende met  de constructie van vliegtuigen, bouwt een revolutionaire personenauto.

Wie deze voiture in 1924 op het rollend chassis van een Bugatti Type 40  zette weet ik niet. Ik ken maar één  afbeelding van de wagen in het boek van Paul Kestler "Bugatti, l'evoltion d'un style".