Op perron 4 en 5 in Keulen stonden gister twee dames, van wie eentje zodra ze mij met rollator in het zicht kreeg, vroeg of ze mij de trein kon helpen. Even later tilt ze de rollator in de ICE richting Nederland. Dat heb ik eerder meegemaakt, personeel van de Deutsche Bahn, zowel in Osnabück als Freiburg dat zorg draagt voor de minder valide medemens. Kom daar in Nederland eens om, waar sollicitanten bij de NS klaarblijkelijk allereerst het handboek "Ontmoedigingsbeleid Mindervaliden" krijgen uitgereikt. In Utrecht was er gister niemand die me de trein uit hielp en het werd nog interessanter toen het boemeltje van Utrecht naar Hoofddorp niet verder ging dan Hilversum en ik naar Naarden-Bussum wilde. Met een armzwaai werd mij door een jongeman diets gemaakt dat er verder op een bus stond die voor vervangend vervoer zou zorgen. Dat ken ik van de NS, bij vervangend vervoer worden touringcars ingezet. Volledig ongeschikt voor mindervaliden, maar totaal capabel, geheel volgens de doelstellingen van NS: hoe krijg ik de mindervalide medemens van het spoor. De touringcar staat niet, zoals je mag verwachten voor het station, maar een flink eind verderop in een winkelstraat. Met mijn bagage op de rollator hobbel ik buswaarts. Daar wordt mijn rollator in een luik onder in de bus geworpen en ik mag zien hoe ik via vier hoge treden de touringcar in kom. In plaats dat NS een stads-of streekvervoersbus inzet, moet het op een koopje, natuurlijk gedachtig "Ontmoedigingsbeleid Mindervaliden".