Bugatti Type 59 is een pure racewagen, waarvan tussen 1934 en 1936 zes of mogelijk zeven zijn gebouwd, twee of drie daarvan maakten deel uit van het fabrieksteam. Het was de laatste racewagen die Bugatti produceerde en die te koop werd aangeboden. Hij had oorspronkelijk een 2.8 liter motor, later vergroot tot 3.3 liter. Het was een vrijwel identieke motor als in de Type 57SC, een achtcylinder, de wagen had vier versnellingen en de topsnelheid lag boven de 250 km/u. De vier die verkocht werden gingen naar Engeland, naar respectievelijk Noel Rees, Earl Howe, C.E.C. Martin en Lindsay Eccles. Earl Howe (voluit Francis Richard Henry Penn Curzon, 5th Earl Howe), wiens auto hier boven als model staat afgebeeld, was in 1935 tweede in de Grand Prix van Picardë en tweede in de Donington Grand Prix. Onderstaand model is één van de wagens van het fabrieksteam veranderd in een auto voor op de weg, maar hij heeft nog steeds de bijzondere door Bugatti gepatenteerde velgen. Hij was eigendom van koning Leopold III van België.

