Marc de Caso (1893-1985) kwam na zijn opleiding aan de École
Polytechnique in Parijs in dienst van de Franse Nord Compagnie om zich
bezig te houden met de verbeteringen aan locomotieven, tenders en
rijtuigen. Van zijn hand zijn de in 1928 geïntroduceerde geheel metalen
rijtuigen, die de bijnaam "torpilles" kregen en tot 1936 gebouwd werden.
De Caso ontwierp voor de het netwerk van de Nord rond Parijs een
tenderlocomotief, de 141T, waarvan 72 exemplaren werden gebouwd en
waarvan de laatste exemplaren tot december, toen het stoomtijdperk rond
Parijs eindigde, in dienst bleven. De Caso's magnum opus is echter de
serie 232R, S en U (de T ontbreekt want die letter was voorbehouden aan
tenderlocomotieven). De serie R verscheen niet meer in het kenmerkende
bruin van de Nord, maar in 1940, na de samensmelting van de Franse
spoorwegmaatschappijen in 1938, in het SNCF-groen. Bovenstaande foto
toont een model van de 232R in zijn nadagen, in 1958 was er nog één van
de drie gebouwde locs aanwezig in het depot La Chapelle. Het model
veroorzaakte nogal wat zorgen, de basis is een door Jouef op de markt
gebrachte 232U met een transkit van de firma Railway, oorspronkelijk had
ik het geheel, na zorgvuldig afplakken van de wielen etc., in de primer
gespoten om het door een vriend in de juiste kleur te laten spuiten,
maar helaas die verf reageerde heel slecht op de primer, zodat de zaak
weer moest worden schoongekrabt en uiteindelijk met de hand moest worden
geschilderd en daarna geweathered*.
*weatheren is een manier om een modelloc, een -rijtuig, een -auto er gebruikt uit te laten zien.