Hij meent het, denk ik, hij wil bejaarde kortebroekendragers inderdaad uit beeld, wat ik dacht dat een goede grap was, blijkt serieus. Ik moet hem een paar stevige suggesties aan de hand doen: "Wat dacht u van een verbod tot winkel-, café- en restaurantbezoek? Bij de toegang een klein cirkeltje met een rode rand, een verbodsbordje. Met een korte broek en een kruis erover?" "Het is een begin", zegt
Čalba. "Of nog veel beter", ik raak enthousiast, "slechts zij, die toestemming op het gemeentehuis hebben gehaald, mogen korte broeken dragen." "Ja, maar dan wel nadat zij eerst al hun lange broeken hebben ingeleverd. Voortaan dragen zij 's zomers en 's winters een korte broek. Dat zal ze leren." "Goed, wat doen we met de mouwloze t-shirtdragers?" "Exact hetzelfde: alle overhemden, colbertjes, jacks, jassen en dergelijke dienen te worden ingeleverd, voordat toestemming wordt verleend in een mouwloos t-shirt de openbare ruimte te betreden en dat hemd dient dan het gehele jaar te worden gedragen. Fantastisch, binnen één winter zijn we van de idioten af, ze sterven bij bosjes aan longontstekening en pleuris." Čalba zwaait enthousiast met zijn armen bij het vooruitzicht. Voorzichtig maak ik hem attent op het overgebleven vraagstuk: hoe getatoeëerden uit het straatbeeld te verwijderen.