De Ford 17 M model P3 tussen 1960 en 1964 gebouwd in Keulen werd door de oosterburen "Badewanne" genoemd. De Step-down, officiële naam "Commodore" van Hudson ontworpen door Frank Spring, had ook een groot badkuipgehalte en zorgde meteen voor een groot probleem want hoe kon je de auto in de jaren na 1948 stukje bij beetje, zoals het in de Amerikaanse autoindustrie gebruikelijk was, veranderen en bovendien was constructie van een stationwagon op basis van de auto door de beperkte financiële middelen van Hudson ook niet mogelijk. In 1952 kwamen er minder dan 100.000 wagens uit de fabriek van de Hudson Motor Car Co. in Detroit en twee jaar later vormde Hudson met Nash American Motors. Ik probeer me te herinneren of ik in de kortnaoorlogse jaren een Hudson gezien heb en het antwoord is nee. Ik ben bezig zo'n Hudson, ooit uitgebracht door Dinky Toys te restaureren, gister heb ik hem in de grondlak gezet.
Het wordt mijn tweede, de eerste heb ik jaren geleden al van een nieuwe laklaag voorzien, of hij ooit in 'black cherry red' bij de dealers heeft gestaan weet ik niet, maar ik had nog een spuitbusje met die kleur, waarmee ik een Lincoln Continental had gespoten.
Ik had zo'n auto in exact die kleur, de grootste wagen die ik ooit bezeten heb, met een enorme motor en een acceleratie van wat heb ik jou daar. Het enige irritante was dat doordat de uitlaat zonder pakking op het blok geschroefd zat, zich een vervelend fluttergeluid manifesteerde. Amerikaanse auto's met hun grote motoren horen m.i. fluisterstil te zijn!