Accutrams hadden voordelen: ze reden over paardentramlijnen en konden de dure bovenleiding missen, nadeel was dat de accu's regelmatig moesten worden opgelaten in een speciaal acculaadstation en dat de actieradius van de tram beperkt was, in Den Haag was die bijvoorbeeld 75 km. In Parijs had men in tegenstelling tot Den Haag een snellaadsysteem, waar de accu's aan ieder eindpunt in tien minuten werden bijgeladen. In Den Haag reed de accutram alleen 's zomers, 's winters werden de paarden voor dienst op een ingekorte lijn van stal gehaald. In 1904 verdween de lawaaige accutram in Den Haag.
