Waar de behoefte vandaan kwam om een auto te laten vliegen blijft natuurlijk een raadsel, maar het was vlak na de Tweede Wereldoorlog toch een issue. In 1947 kwam de Amerikaanse firma Stinson met de Aircar. Stinson vanaf 1920 hoofdzakelijk bekend door eenmotorige toestellen had in 1944 al gepoogd een vliegende auto te ontwerpen, maar dat project was niet verder ontwikkeld. Stinson was in de zomer van 1940 onderdeel geworden van de Vultee Aircraft Inc, dat op zijn beurt onderdeel werd van de Conolidated Aircraft Corpn., het latere Convair, daarom wordt de Stinson Aircar ook wel Convair Aircar genoemd. Hoe het ook zij, de Aircar, een vierzits automobiel had een 26 pk Crosleymotor en werd ontwikkeld door T.P. Hall werkzaam voor Consolidated Vultee in San Diego. Door een noodlanding ten gevolge van een tekort aan benzine werd het toestel ernstig beschadigd, maar rond het autogedeelte werd een nieuwe Aircar gebouwd. Het project werd vervolgens stop gezet vanwege de hoge kosten.
