21.12.21

In Memoriam

  • Vandaag dienen wij een ogenblik stil te staan bij het verscheiden van Wammes Dromzefluit in leven countertenor/doodgraver bij het 3e Regiment Huzaren van Boreel. De heer Dromzefluit  leek  al heel jong in de wieg gelegd voor doodgraver, voor het beroep van countertenor diende hij nog enige jaren geduld te hebben. Op zijn derde jaar begon hij al zeer ijverig dode torretjes en dode rupsjes onder de aarde te schoffelen met een schuifje dat hij ook voor de maaltijden  gebruikte. Soms nam hij per abuis ook  wel eens een torretje of rupsje mee tussen zijn kaken, hetgeen hem dan een verwijtend  woord op leverde van zijn moeder. Zijn vader was toen reeds met de noorderzon vertrokken naar Cuba, waar hij castagnetten leerde spelen in een hawaii-orkest, dat uitermate populair was bij de toenmalige dictator Batista. Na de torretjes en de rupsjes stapte de jeugdige Dromzefluit over op dode vogels, waarbij reigers zijn voorkeur hadden. Na het doorlopen van de middelbare school nam hij ogenblikkelijk dienst in de landmacht, want hij droomde veel van de wereld te zien en olifanten te kunnen begraven. Want dat laatste is weinig terecht gekomen zodat hij op zoek ging naar ander vertier en hij  vond dit in buitengewoon hoog gezang, waarin hij werd bijgestaan door twee andere huzaren, zij het van Sytzama en van Salade, Vlaklander Eikenhoutz en Standaard Buiten. Gezamenlijk zongen zij het hoogste lied, dat zij dikwijls kozen uit het repertoire  van Cornelis Willem Heuckeroth, in Nederland beter bekend als Gordon. Helaas is Dromzefluit gister  om het leven gekomen bij de Oefening Pantservuist, opgezet ter herinnering aan de koninklijke grootvader, de heer Von Lippe Biesterfeld.