30.8.10
Eénleidersclubs
Natuurlijk ontleent de Venlose geblondeerde poging tot edelgermaan zijn naamsbekendheid aan Hilversum. Een recent voorbeeld: er dondert ergens een vliegtuig uit de lucht en een journaal"journalist" houdt de microfoon voor een niet terzake doende reactie onder de neus van de leider van, laat ik die naam in ere herstellen, het klootjesvolk. En nu het woord leider gevallen is, er dient zich een vergelijking op, die om de een of andere reden niet gemaakt mag worden. Die oekaze is natuurlijk onzin, het leven bestaat uit het maken van keuzes en daarom maken we vergelijkingen. Net zoals ik de prijzen van Albert met die van Dirk mag vergelijken, mag ik Wilders met Mussert vergelijken, laatstgenoemde bezat in ieder geval het fatsoen zijn volgelingen te verenigen in een "Beweging", terwijl Wilders zijn zootje "Partij" noemt, terwijl de PVV alle kenmerken van een democratische partij mist. Er deugt dus iets niet aan ons kiesstelsel dat het klaarblijkelijk mogelijk maakt dat een partij die geen partij is in een vertegenwoordigend lichaam wordt gekozen. In 1921 werd Had-je-me-maar namens de zogenaamde Rapaillepartij in de Amsterdamse gemeenteraad gekozen, dat is 89 jaar geleden, er had daarna een stokje gestoken moeten worden voor deelname aan verkiezingen door éénleidersclubs als NSB en PVV.
29.8.10
Praag 16
Een "vrachtwagen" (nákladní vůz) of zoals hij door het personeel van de Praagse tram genoemd werd een "lora".
Hij lijkt uiterlijk op de open tram, die ik gister op het blog zette, maar heeft een gesloten voor- en achterbalkon, maar die kunnen heel goed pas later zijn aangebracht toen de kleine serie 2051 - 2055 in 1926 werd omgebouwd tot 4051 - 4055. De foto toont de 4053 (de oorspronkelijke 2053) uit 1917, natuurlijk gebouwd door Ringhoffer.
28.8.10
Praag 15
Motorwagen 500 uit 1913 is een open tram en dat is redelijk bijzonder omdat in andere steden niet de motorwagens maar de bijwagens open waren. De zeilen aan beide kanten konden nog verder worden opgerold, zodat de passagiers echt in de zon zaten, om uitvallen te voorkomen waren er degelijke hekwerken aan beide zijden aangbracht.
Paard
Mirakels wat heb ik een ferdivedatie gehad in de hut, want uitzijn dat ik over het leven nadenken kon en vannijs vaststellen kon dat ik het allerovergrijselijkste grauw heb aan Limmen, ik bedoel niet het plekje bij Alkmaar, maar de inwoners van Limburg, heb ik ook nog voort geweest. De man van de hut zei dat hij me op halen zou met het hynder. Nou heb ik al zo'n zeventig jaar niet meer op een paard gezeten, dus ik was tijge opgewonden. Ymkje voort op het hynder, dat was me al wat. Ik kon er niet van slapen en was om zes uur al van bed af en ik had de dag van te voren de middags niet eens un knippertje gedaan. Ik had me maar niet al te kris aangekleed, want men weet niet waar men met zo'n hynder te landen komt. Ik had al een kopje koffie gezet, want op een lege maag is ut slecht scheiten, zei ons vader altijden. En zulks geldt ook voor paardrijden, nevens mij. Om halve tienen kwam de man aan met het hynder. Maar het was helendaal geen hynder, het was een zeer grote kampeerwagen met alles daar op en daar aan. Men kon het zo raar niet bedenken of het was er, zelfs een huisje en zulkzowat heeft een paard niet. En daarmee zou Ymkje uit te rijden, ik wou me eerst nog wel omstruipen, maar de man zei: "Ben je mal, je ziet er best kris uit. Waar zullen wij op aan?" Ik wou wel weer eens op Dokkum aan en nou was het o, zo toevallig, de man kwam van oorsprong uit Dokkum, dus ik heb een zeer noffelijke dag gehad, en de man heeft mij plekjes zien laten, diet voor mij volslaan puurvreemd waren. In het petaar op de weeromreis zei de man dat ik tegen de wagen geen hynder zeggen moet maar hymjer, maar ik krijg het niet voor het verstand waarom ik hijger zeggen zal tegen zo een prachtigmooie wagen.
27.8.10
Hol
Hier in alle eenlijkheid van de hut heb ik tijd om over het leven na te denken. Zo heb ik mij altijden al afgevraagd waarom en inwoner van Friesland een Fries heet en een inwoner van Holland niet Hol. Ik vind zulks nuiver, want een een inwoner van Letland heet al Let en een inwoner van Schotland Schot. Waarom zou een inwoner van Holland dan geen Hol heten? Als ik zo vierder denk dan komt mij ook niet voor het zin waarom een Belg Belg heet en niet Belgiaan krekt als een Braziliaan. Van Portugees heb ik helendaal geen brood gegeten, want dat zou neffens mij ook best Portugalliaan wezen kunnen, bovendat is een Portugeesje een soort van taartsje en dat maakt het er niet eenvouldiger op. Ik vind dat het allegaar wat makkelijker kon, overal tijge korte namen voor de inwoners, krek als bij ons in Friesland: dus een Noordhol, een Zuidhol, een Uut, een Gelder en ook een Lim, dat laatste woord neust me bijzonder want de slagzin "Limmen hearre net to stimmen" zou trompetterd worden moeten.
Vrou Ymkje Sinnema - Meindertsma, op de flitter
Vrou Ymkje Sinnema - Meindertsma, op de flitter
26.8.10
De hut
Ik ben nog altijden op de vlecht voor de direkrise van het oudereendhuis, het aldermooist zou het wezen als ze denken zou dat ik dood was vanzelfs. Maar weeromkomen doe ik niet, geen haar op de hol die daar omdenken aangeeft, dus de afrennende week was ik in de hut. Niet in in de spitkeet lijkals uit mijn jongheid in de Wouden, maar in een soort van buitenhuis dat mijn gastlui de hut noemen. Het was er zeer noffelijk en ik had de tijd aan mijzelf, maar om mij niet opvallen te laten ging de man op skielers voor mij te boodschappen. Want hij is naast een een bedreven muziekmaker en zanger ook een buitengewoon sportief man, hij slaat wat op de fiets om en gelijk ik al zei is hij ook een skielerd. Het was al in een hoek van Friesland, waar ik geen kunde aan heb en het waaide er ook een prote, de man van de hut heeft er zelfs een zangetje over geschreven, want je hebt hier altijden in de wind op. Daar hebben we in de Wouden geen last van gelukkig genoeg. Ik ben begonnen te breidzen, want een mensje moet wat om handen hebben, niet? Ik heb de man om een breidpatroon gevraagd en hij heeft zijn vrou er op uitgestuurd, want zelf wonen zij in een grote plek niet ver voort. Ik maak een peersen vest, dat is mooi voor van de winter en staat nog fleurig ook. Van de week kwam de man langs met een vriend, een andere muzikus met frissels op de kop, die is niet van hier, maar van een eiland in de Karaiepen. Ze hebben voor mij een konsert gegeven, dat was prachtigmooi en ik heb ze allebeide een tuit gegeven.
Vrou Ymkje Sinnema - Meindertsma, op de flitter
25.8.10
Plint's Advice
You know them as well as I do: het rennend volkje in shorts en t-shirt met headset en heartbeatcounter dat je onder een beukenboom aantreft terwijl ze een van hun benen hoog tegen de stam plaatsen. Vaak met een Nikeheadbeand, vanwege het zweet. Nonsense, wie echt iets voor zijn body wil betekenen gaat naar de gym lekker rennen op een lopende band. En what's more een goede gym heeft lots of facilities die een beukenboom niet biedt: zo kun je bij een goede gym al running je email doornemen, televisiekijken, in short en shorts je blijft bij de tijd without missing a (heart)beat. Sommige gyms hebben zelfs Dragonspeech, a system dat het mogelijk maakt om gesproken woord in geschreven tekst om te zetten, zodat je zelfs je emails kunt beantwoorden en kunt twitteren! Ik zal binnenkort vanuit my favorite gym een text naar dit blog sturen.
Praag 13
De Tatra T2 heeft in Praag nooit dienst gedaan, de opvolger, de T3 (foto) wel. De T3 was trouwens bijna overal in het Oostblok te vinden: van Odessa tot Dresden, wel met verschillen, uiteindelijk zijn er bijna 14.000 T3's gebouwd en het zou me niet verbazen wanneer ze ergens, in uiterlijk gewijzigde vorm, nog steeds rijden.
24.8.10
Praag 12
Omdat het handiger is, maak ik even een sprong in de tijd: de Praagse trams uit de jaren twintig en dertig moeten maar even wachten, want ook Praag had net als Den Haag PCC-cars. Ze werden gemaakt door Tatra en de T1 kwam in 1951 op straat. Het interieur was volslagen anders, in plaats van dwarsgeplaatste zitbanken en -stoelen, waren er in de lengterichting geplaatste banken, waardoor het aantal staanplaatsen toenam.
23.8.10
Den Haag
Gister naar Den Haag, vanwege de PCC-dag in het Haags Openbaar Vervoer Museum. In Utrecht had ik de keus tussen een intercity en een nieuwe generatie sprinter. Ik koos voor de sprinter, want die was nieuw voor me en alhoewel hij op ieder station stopte, was hij razendsnel, de reiziger krijgt niet alleen informatie over stations, binnen- en buitentemperatuur maar ook over de snelheid (foto).
Een deel van de reis met treinstel 2433 gister werd afgelegd met een snelheid van 144 km/u, de machinist zit achter een prachtig dashboard, regelt alles met een joystick en heeft drie mogelijkheden om de snelheid te checken. Ik kreeg uitleg hoe de trein automatisch ingreep wanneer de machinist te snel een rood licht naderde. De sprinter is vergeleken met ouder materieel buitengewoon stil en ligt veel vaster op de rails. In Den Haag met lijn 9 naar de Wouwermanstraat, ik moet nog steeds wennen aan de andere routes van de trams, lijn 9 stond in mijn Haagse jaren altijd broederlijk naast lijn 8 op de Stationweg tegenover Hollands Spoor. Op het terrein van het museum stond het volledige PCC-materieel uitgestald: de 1304, 2101, 1165, 1180 en 1022 gereed voor de eerste rit naar de Grote Kerk. Natuurlijk koos ik voor de 1024, ik heb nooit begrepen waarom ook in Den Haag de openbaarvervoersgeelgekte toesloeg en het creme en groen werd vervangen. Op onderstaand filmpje de 1165 met de 1185 als koppelstel en 1022 bij de Grote Kerk. Grappige bijkomstigheid is dat in Amsterdam bij het Amsterdams Openbaar Vervoer Museum de 1024 op het lijntje naar Bovenkerk eveneens ingetuigd als lijn 16 richting Moerwijk rijdt.
De Haagse 1022 en de Amsterdamse 1024
22.8.10
Praag 11
Zweden kent een aantal groepen die op basis van eigen oude folklore muziek maakt, maar oospronkelijk komt de restauratie, het eerherstel van muzikale identiteit natuurlijk uit het Grootbritse waar sinds eind jaren zestig een beweging op gang kwam die nog steeds voortwoedt en daar is niks mis mee. In Tsjechië ligt de zaak even anders, de folklore is nooit onder- laat staan weggesneeuwd door Americana, al dienen er grote vraagtekens te worden gezet bij de onder het communisme welig tierende muziek- en acrobatische danstheaters, die kwamen trouwens in het hele Oostblok voor. De grens tussen edelkitsch en echte volksmuziek was soms erg klein. De groep Čechomor valt met een beetje goede wil te vergelijken met het Zweedse Hedningarna: een band puttend uit een nationale muzikale bron.
21.8.10
Laurens Dekker jongste solodriewielrijder ter wereld
Omdat de Overijsselse autoriteiten het niet toestonden dat driejarigen alleen op weg zijn is de driejarige Laurens Dekker vanmorgen bij dag en dauw vanuit het Drentse Drogteropslagen op zijn driewielertje gestart voor een tocht naar Novosibirsk.
Er is inmiddels een stichting voor Laurens Dekker opgericht: de World Cycle Life Foundation.Dit alles vond plaats bij Notariskantoor Bijdehand in Wemmershove. De stichting heeft als doel het inzamelen van sponsorgeld voor Laurens en in de toekomst andere goede doelen.
World Cycle Life Foundation (Stichting voor Laurens Dekker).
Postbus 407921AA Schottershuizen
Praag 7
Uit het Groningse kreeg ik van Harry Perton een afbeelding van een schilderij van Jakub Schikanedr (Jacob Schikaneder 1855 - 1924 foto) met een Praags trammetje opgestuurd. Schikanedr was een Tsjechisch schilder, die vooral bekend werd door werk waarin schemering en kunstlicht een rol speelden. Het trammetje op het schilderij is niet eenvoudig thuis te brengen, het schilderij wordt circa 1910 gedateerd, dan zou het trammetje een zogenaamd "vajičko" kunnen zijn, uit de door Ringhoffer in 1909 gebouwde serie 623 - 652.
20.8.10
Praag 6
Gister een jeugdorkest met Tsjechische muziek, vandaag een orkest van volwassenen. In 1991 was er een tentoonstelling in Praag die, het land bestond toen nog, Tsjechoslowakije in het zonnetje zette. Er was heel veel Tsjechische muziek, ik herinner me de zoetgevooisde Jožka Černy en het banier over de uitgangspoort van het tentoonstellingsterrein met de tekst: tot ziens over honderd jaar.
Praag 5
Terwijl alle trams in Praag, net als die van de hoofdstad van de Oostenrijks-Hongaarse monarchie, op zeker moment in wit/rode livrei op straat verschenen, week motorwagen 200 duidelijk af. Hij werd in 1900 door Ringhoffer gebouwd met een speciaal doel, de directie van de Praagse tram kon zich met de 200 rond een tafel zittend al vergaderend over het net verplaatsen. Ik heb het idee dat de tram later voor andere doeleinden is gebruikt, want het bordje "Okružní jízdy Prahou" betkent zoveel als "Rondrit door Praag". Daarvoor wordt hij niet meer gebruikt, wel bestaat de mogelijkheid met een in de jaren dertig gebouwde tram of in een vooroorlogse auto een rondrit door Praag te maken.
19.8.10
Op reis
Nu de AH Gha Na, AH Ma Li of hoe de grutter, die het station in het goyse dorp met geiwe heeft overgenomen ook mag heten, 's avonds na zevenen geen spoorkaartjes (tickets in het jargon) meer verkoopt, toch maar eens gebeld met Tejo Ochussen van de "customerservice" van de spoorwegen.
"Meneer Ochussen weet u dat er 's avonds na zevenen geen kaartjes meer worden verkocht in station Bussum?"
"Nee, nee dan bent u volstrekt verkeerd geinformeerd, de automaten en ook de incheckpunten van de OV-chipkaart werken in Bussum wel degelijk."
"Maar aan zo'n automaat heb je geen fluit als je blind bent en de blindegeleidehond die een incheckpunt weet te vinden moet nog geboren worden."
"Maar een blinde kan toch best even assistentie vragen aan een ziende reiziger?""Ik dacht dat een een slechtziende ook 's avonds zonder hulp van derden het recht heeft op reis te gaan."
"Als zo iemand om kwart voor zeven komt, dan wordt hij prima in de AH To Go geholpen!"
"Daar gaat het niet om, als die man of vrouw om acht uur wil reizen dan kan dat niet."
"Ach weet u dat gedonder met invaliden, daar wil NSR eigenlijk vanaf, het kost handen vol geld en dat geld investeren we liever in andere zaken, zoals laptopaansluitingen in intercity's. We hebben al een regel dat rolstoelers minimaal 24 uur van te voren moeten bellen, dan moet er een speciaal mannetje naar het station komen om de hellingbaan uit te klappen, dat is heel kostbaar, daar willen we ook vanaf. Eigenlijk zouden we invaliden een vijfvoudige prijs moeten berekenen en ook dan kan het nauwelijks uit."
"Meneer Ochussen, ik hoop dat u het spoorboekje in braille kunt raadplegen met uw grote teen."
Praag 3
Het historische Praagse trammaterieel stond buiten opgesteld en zo ruim dat elk rijtuig afzonderlijk kon worden gefotografeerd. Motorwagen 109, gebouwd in 1901 door Ringhoffer, maakte deel uit van de kleine serie 108 -121, die tussen 1913 en 1920 werd omgebouwd, zo werd bijvoorbeeld de afstand tussen de assen van 1 m. 70 op 2 m. 80 gebracht. Later vond ik in Praag een prentbriefkaart, afgestempeld in 1920, met een tram uit dezelfde serie.
18.8.10
Praag 2
Karel Hašler was een Tsjechisch acteur en liedjesschrijver. Zijn liedjes, die volksliedstatus hebben bereikt in Praag, worden nog steeds gezongen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd hij vanwege de teksten van zijn liedjes door de Gestapo gearresteerd en in Mauthausen omgebracht. Dit is een lied van hem: "Po starých zámeckých schodech", uitgevoerd door Šlapeto, een Praags orkestje dat ik twee keer in een uitzending had. Ik herinner me de mannen van Šlapeto ook, omdat ze bij me thuis logeerden en hun bas 's nachts op het dak van hun Tatra (foto) lieten liggen. Dat vond ik nogal gewaagd, maar hun vertrouwen werd niet beschaamd: de bas lag de volgende ochtend onaangeroerd op het imperiaal.
Wobbe
" Ik hew un goeie raad anne minister van SOCIALE Zaken, de CDA-er Donner: stop op 1 januari heulendal met de uutbetaling fan pensioenen, je slane dan dan twee fliegen in een klap: de pensioenfondsen binne so weer op nivo en de bejaarden verhongere, soadat we oek fanne fergryzing afbinne."
Praag
Een julizondagmiddag in 1991. Ik ben in het Praags openbaarvervoermuseum, waarvan ik de openingstijden bij toeval ontdekt heb op een klein affiche op een station en vervolgens moeizaam heb ontcijferd, want veel verder dan "proost" en "dankuwel" kom ik niet in het Tsjechisch. Rijtuig 90 is een paardentramrijtuig uit 1886 gebouwd door de voorganger van de Tatrafabriek: Ringhoffer, het maakte deel uit van de kleine serie genummerd 86 tot en met 112. Maar rijtuig 90 moet ergens in zijn leven zijn verbouwd, want het heeft geen enkele mogelijkheid om er paarden voor te spannen. Met wat speurwerk kom ik er achter dat, net als in Nederland, paardentramrijtuigen werden verbouwd om achter een motorwagen van de electrische tram dienst te doen. Rijtuig 90 trof dat lot ergens tussen 1898 en 1900. Achter rijtuig 90 is links nog net een stukje van een Skodatrolleybus uit 1960 zichtbaar, daar schuin achter staat een door Ringhoffer gebouwde open motorwagen, rechts van rijtuig 90 staat een Tatra PCC-car van het Type T3 uit 1962, schuin links achter de T3 staat het type T1 (met een rode ster op het dak) uit 1951.
17.8.10
Plint's Advice
Natuurlijk ga ik mijn column niet misbruiken door voortdurend over al dan niet modieuze honden te schrijven, al is het wel verleidelijk, but there is a lot more in deze world dat graps our imigination. Shirts, bijvoorbeeld, het kledingstuk dat vroeger overhemd heette. Zo nu en dan ontmoet ik nog iemand die een shirt aanheeft met wat ik voor het gemak een Fortuyncollar noem, tragic, very tragic, years, nee, ages behind the times. Button-downs? Eveneens volslagen achterhaald. Net als dat belachelijk accessoire: de choker. Je moet toch minimaal in je vijfentachtigste levensjaar zijn, wanneer je die nog op je shelves hebt liggen, laat staan om je nek drapeert. Slechts wanneer je de negentig gepasseerd bent en het fun vindt om met bespataderde benen in shorts in de Heijn te shoppen, dan, ja dan is een choker op zijn plaats. Nee, wat het momenteel erg goed doet is het collarloze shirt. Misschien is het een goed idee eens te gaan roamen op de attic van voornoemde negentigjarige, er kunnen daar nog shirts liggen waarop lang geleden losse boorden konden worden bevestigd met een boordenknoopje. Zo'n hemd is awesome, zeker als je er de passende metalen armbanden bij vindt om de mouwen van het shirt niet onder je jacket uit te laten komen. Suspenders mogen ook, niet met clips, maar met degelijke buttons, er moeten dan wel zes gaatjes voor de leather straps in het shirt worden gemaakt of course.
Zijspan
Het was een zaterdagmiddag in 1966. Ik bezocht een bijeenkomst van de journalistenvakbond in de AVRO-studio toen het nieuws binnendruppelde dat de Amsterdamse politie er weer eens op los sloeg. 's Avonds zag ik de beelden. In het motorzijspan gezeten dienders ramden een demonstratie uit elkaar. Het gekke is dat ik bij het zien van deze foto daaraan moet denken. Eigenlijk wel een goed idee om na de kinderbakfiets, speciaal voor oom agent het fietszijspan in te voeren.
16.8.10
Rebel
Het is een aandoenlijk portret van de componist, zo heel anders dan dat van tijdgenoten, die alleen maar poseerden, maar Jean-Féry Rebel (1666 - 1747) is aan de arbeid, ganzenveer in de knuist, vindt hij net even tijd om opzij te blikken. Een leerling van Lully, werd hij in 1699 eerste violist van de Académie royale de la musique, om na een oponthoud van vijf jaar in Spanje, lid te worden van het ensemble Vingt-quatre violons de roy, bovendien kreeg hij een benoeming als hofcomponist van Lodewijk XIV. Maar vermoedelijk zou hij al lang vergeten zijn als hij niet een fascinerend werk op zijn naam had staan (dat hij op zijn zeventigste componeerde) en dan gaat het ook nog maar om het eerste deel van het ballet "Les Elémens": "Cahos", dat hij, omdat hij vermoedde dat zijn tijdgenoten voor de klanken weinig waardering konden opbrengen, voorzag van commentaar: "cahos (chaos) is die staat van de elementen voordat zij hun plaats in de natuur gevonden hebben". "Cahos" is inderdaad een verbijsterend stuk muziek, te vergelijken met wat eeuwen later die andere Fransman aanrichtte met "La Valse", Rebel deed met de barokmuziek, hetzelfde wat Ravel deed met de Weense driekwartsmaat. Helaas vond ik geen goed spelende musici in beeld op YouTube, maar de uitvoering zonder beeld van Musica Antiqua Köln* is subliem.
* Rebel "Les Eléments" & Gluck "Allessandro", Musica Antiqua Köln o.l.v. Reinhard Goebel,
Deutsche Grammophon Archiv Produktion 445 824-2.
* Rebel "Les Eléments" & Gluck "Allessandro", Musica Antiqua Köln o.l.v. Reinhard Goebel,
Deutsche Grammophon Archiv Produktion 445 824-2.
15.8.10
Watermelon man
Drie keer "Watermelon man", een compositie van Herbie Hancock (foto), eerst de componist met onder meer Miles Davis en Bill Evans, daarna de Cafards Ventilés en tenslotte het fagotkwartet Bassoonable.
14.8.10
Wat retro? Hoezo retro?
Hindustan "Ambassador" 1958 - nu
Terwijl zowel in de Verenigde Staten als in Europa ijverig in de achteruitkijkspiegel wordt gekeken, een blik, die gedrochten oplevert als de Cruiser PT, New Beetle, New Mini en New 500 wordt in India al meer dan vijftig jaar een nauwelijks gewijzigde auto gebouwd: de Hindustan "Ambassador". Gebaseerd op de Morris Oxford III, die op zijn beurt een ontwikkeling was van de vlak na de Tweede Wereldoorlog gebouwde Oxford MO, een ontwerp van Alec Issigonis, die later de Mini zou tekenen. De "Ambassador" wordt in Europa geimporteerd door een bedrijf in Wales, dat zelfs de "Ambassador" in India de auto van iets meer luxe laat voorzien en verkoopt als "Oxford".
13.8.10
Frans Plint 2
Nu Frans Plint als gastredacteur op dit blog verschenen is, is het aardig om hem wat duidelijker voor te stellen. Frans werkt in de geestelijke gezondheidszorg als manager. Twee jaar geleden werkte hij op het hoofdkantoor van een grootwinkelbedrijf in Amsterdam en eerder maakte hij deel uit van een crisisteam bij een vervoersmaatschappij in Utrecht. "Het enige dat geldt, waar je ook werkt is at the end OMZET, met capitals please. Ik vraag van mijn personeel exact hetzelfde als wat ik drie jaar geleden van een filiaalchef vroeg: het gaat immers in both cases om klanten. Al het andere is bullshit, aan het eind van de dag wil ik results zien, staten met duidelijk ingevulde cijfers: hoeveel klanten heeft de man of vrouw op de werkvloer gezien. Ik wil ook van het anonieme gedoe af in de instelling die ik onder mijn management heb. Soms is het volslagen onduidelijk wie de verzorger en wie de klant is. Dat is met name voor mij uitermate verwarrend. In supermarkten draagt het personeel duidelijke personeel tags, naamplaatjes, daar wil ik in de geestelijke gezondheidszorg ook naar toe. Als ik dat in het eerste jaar kan bereiken, dan heeft de geestelijke gezondheidszorg een major step forward gedaan. Voor mij is deze baan een real challenge. Inmiddels ben ik natuurlijk wel op de outlook naar een nog beter betaalde baan."
Met ingetogen kracht en souplesse
Bij tijd en wijle struikel ik over een advertentie op Marktplaats, dit is eentje van een begrafenisautoverhuurder:
"Jaguar/Daimler DS 420, Last mile in style in zwart of zilver/zwart
De stijlvolle rouwauto welke het Britse Koningshuis al jaren gebruikt voor uitvaarten, dit type is ook ingezet bij de uitvaart van wijlen prinses Diana, Princess of Wales. Deze mooie, royale rouwauto heeft een enorm ruitoppervlak waardoor de kist en bloemen heel mooi uitkomen tevens kunnen er bloemen op het dak van de auto worden gelegd. Aangedreven door een grote zes cilinder-in-lijn motor met 4.2 Liter inhoud wordt u met ingetogen kracht en souplesse naar uw laaste rustplaatst gereden."
De stijlvolle rouwauto welke het Britse Koningshuis al jaren gebruikt voor uitvaarten, dit type is ook ingezet bij de uitvaart van wijlen prinses Diana, Princess of Wales. Deze mooie, royale rouwauto heeft een enorm ruitoppervlak waardoor de kist en bloemen heel mooi uitkomen tevens kunnen er bloemen op het dak van de auto worden gelegd. Aangedreven door een grote zes cilinder-in-lijn motor met 4.2 Liter inhoud wordt u met ingetogen kracht en souplesse naar uw laaste rustplaatst gereden."
Schipper
Ymkje heeft te bootjevaren geweest in Groningen in een skou. Dat was al wat. De baas van het spulletje in Friesland had me in de Mersedes naar de stad gebracht en daar kon ik overstappen in de skou en dan zou de schipper me naar zijn spulletje daar zowat brengen, omdat ik nog altijden op de vlecht ben voor de direktrise van het oudereendhuis. Gelukkig genoeg was het noffelijk weer en ik begon zuinigjes het zangetje "Rôlje, rôlje wetterweagen, rôlje en brûs om 't âlde Grou" te zingen, alhoewel Grou neerne nog neerne te zien was. Ik heb een schoftje op de plaats van de schipper uit van huis geweest, die o zo mooi kon schilderen. Hij had er wel muziek bij aan. Nuivere muziek hoor, van een een of andere Pert, als ik de naam goed vernomen heb. Ik zou trouwens niet zo een geduld doen als die schilderende schipper, want och heden, wat maakt die man fijne streekjes, niettegenstaande dat de man helendal niet fijn is. Ik bedoel grefformeerd of zulkszowat. Het was mirakels. Ik heb daar een week geweest en ben nou weer ergens anders en dat horen jullie aankomende week.
Vrouw Ymkje Sinnema - Meindertsma, op de flitter
Vrouw Ymkje Sinnema - Meindertsma, op de flitter
12.8.10
Holman
Naamgrappen zijn uit den boze, alhoewel sommige mensen een achternaam hebben, die simpelweg om jolijt vraagt, ik denk bijvoorbeeld aan Holman (foto). Zelden had iemand een zo'n passende achternaam. Deze week bewijst hij zijn hol(man)heid weer in "De Groene Amsterdammer", waarin hij als Opheffer, de een na laatste bladzijde vult met een stukje waarin hij poogt aan te tonen dat Sartre absoluut de lijn Wilders zou hebben gekozen. Een paar zinnen later merkt Holman over Peter Sloterdijk op dat hij de enige filosoof is, die over jodendom, christendom en islam heeft geschreven. Alsof Sartres "Réflexions sur la question juive" nooit is verschenen.
Zin
Soms lees ik zo'n grappige zin dat ik er uren later nog om kan glimlachen. Dat gebeurde vanmorgen toen ik in de IHT een jeugdherinnering las van Maureen Dowd. Op de campus van de universtiteit deelde ze een kamer met drie andere meisjes, waarmee ze o.a. kibbelde over wat ze iedere dag zouden eten. Ze werden het maar over een ding eens: mais. Waarop moeder Dowd haar dochter belde met de vraag: "Do you know why the Incas are extinct?'
Frans Plint's advice
Zij zijn er echt nog: mensen met golden retrievers en als er een hond is, die in 2005 al niet meer kon, dan is het die okerkleurige sneak. Juist de vakantie is de beste tijd om van zo'n beest af te komen en na de vakantie met een up-to-date-dog te verschijnen. Over die nieuwe pet straks meer, meer eerst een aantal possibilities om je retriever te laten verdwijnen:
1. de hond laten inslapen bij de dierenarts, met de mededeling dat je hond plotseling valse trekjes vertoont, hij heeft, en het zijn slechts twee voorbeelden, het kind van de buren of je schoonmoeder gebeten. Het nadeel is dat aan inslapen kosten verbonden zijn.
2. de hond onder een valse naam wegbrengen naar een kennel in Drenthe, Zeeland of Limburg en het beest niet meer ophalen.
3. de hond tusssen twee en vier uur 's nachts achterlaten op een parkeerplaats langs de A1 in de buurt van Apeldoorn.
2. de hond onder een valse naam wegbrengen naar een kennel in Drenthe, Zeeland of Limburg en het beest niet meer ophalen.
3. de hond tusssen twee en vier uur 's nachts achterlaten op een parkeerplaats langs de A1 in de buurt van Apeldoorn.
4. de hond op een verlaten bospad in Brabant aan een boom vastbinden, natuurlijk wel nadat je alle kenmerkende zaken, zoals riem en gemeentelijke hondenpenning, hebt verwijderd. Omdat je hond waarschijnlijk gechipt is doe je er goed aan een aantal keren over de hond heen te rijden. Niemand zal het in zijn hoofd halen in de vormeloze vleesklomp die achterblijft naar een chip te zoeken.
En dan nu het grootste probleem: welke hond na je vakantie in Barbados of een ander exotic place? Very much wanted en waarschijnlijk het komende half jaar nog steeds is de mopshond of pug, die, en dat is een niet te verwaarlozen fact, nauw verbonden is met de history van ons Oranjehuis. Op Wikipedia vond ik het volgende: "Toen Willem III van Oranje-Nassau en Maria II in 1689 naar Engeland reisden en in dat zelfde jaar de troon bestegen, werden ze door een groot aantal mopsen vergezeld. Niet alleen Willem III van Oranje-Nassau had een hart voor mopsen, ook Prins Willem van Oranje had een mopsje genaamd Pompey. Zijn mopsje Pompey, die overal met de prins meereisde zou het leven van Willem van Oranje hebben gered toen de prins sliep in zijn legertent in het Franse Hermigny, Pompey krabde en blafte zodat Willem van Oranje wakker werd en zodoende tijdig kon ontsnappen aan de Spaanse overvallers." Het lijkt mij, maar het staat je natuurlijk vrij zelf een naam voor je mops te kiezen, hem of haar een naam te geven van een van de leden van de huidige koninklijke familie. Behalve het volgen van een trend, show je op die manier ook zin voor tradition.
En dan nu het grootste probleem: welke hond na je vakantie in Barbados of een ander exotic place? Very much wanted en waarschijnlijk het komende half jaar nog steeds is de mopshond of pug, die, en dat is een niet te verwaarlozen fact, nauw verbonden is met de history van ons Oranjehuis. Op Wikipedia vond ik het volgende: "Toen Willem III van Oranje-Nassau en Maria II in 1689 naar Engeland reisden en in dat zelfde jaar de troon bestegen, werden ze door een groot aantal mopsen vergezeld. Niet alleen Willem III van Oranje-Nassau had een hart voor mopsen, ook Prins Willem van Oranje had een mopsje genaamd Pompey. Zijn mopsje Pompey, die overal met de prins meereisde zou het leven van Willem van Oranje hebben gered toen de prins sliep in zijn legertent in het Franse Hermigny, Pompey krabde en blafte zodat Willem van Oranje wakker werd en zodoende tijdig kon ontsnappen aan de Spaanse overvallers." Het lijkt mij, maar het staat je natuurlijk vrij zelf een naam voor je mops te kiezen, hem of haar een naam te geven van een van de leden van de huidige koninklijke familie. Behalve het volgen van een trend, show je op die manier ook zin voor tradition.
Frans Plint
Mijn interesse voor trends is nooit bijster groot geweest. Vandaag draag ik een t-shirt dat ik in 1993 in Litouwen kreeg en mijn haar is dan wel grijs, maar heeft nog altijd dezelfde lengte als het veertig jaar geleden had. Ik ben me bewust van het feit dat mijn blog weinig aantrekkelijk is voor jongeren: ik zemel wat over PCC-cars, hakenkruisen en andere zaken uit een huns inziens ver verleden, waar zij (terecht of onterecht) geen enkele belangstelling voor hebben. Daar ga ik verandering in brengen door een vijfendertigjarige Larenaar de gelegenheid te geven regelmatig op dit blog niet alleen zijn mening te spuien, maar vooral, zoals hij het zegt "trends te watchen". Zijn naam is Frans Plint en vandaag levert hij zijn eerste bijdrage. Om verwarring te voorkomen worden zijn teksten in blauw afgebeeld.
11.8.10
1000
De 1000, de enige PCC-car in 1936 gebouwd door Clark Equipment voor de Brooklyn Queens Transit, Clark zou trouwens wel de draaistellen bouwen voor de in St. Louis gefabriceerde stalen PCC's. De 1000 had een aluminium carrosserie en had, en dat is bijzonder, zogenaamde "standee windows", zodat ook staande passagiers naar buiten konden kijken, pas vanaf midden jaren veertig zouden die in toen gebouwde PCC-cars geinstalleerd worden. De 1000 rijdt hier in de nieuwe, groene kleur en met een stalen neus omdat de originele, aluminium neus begin jaren veertig bij een aanrijding onherstelbaar beschadigd raakte.
1001 2
De leverkleur van de Brooklyn Queens Transittrams werd later door donkergroen vervangen en ze kregen een zilverkleurig dak. Op de zwartwitfoto is de 1001 in de nieuwe uitmonstering na de oorlog onderweg ergens in New York met een fors gedukte neus, die klaarblijkelijk nooit werd uitgedeukt, want op de kleurenfoto zien we de 1001 nog steeds met bluts op een dieplader onderweg naar het museum in East Haven.
1001
In de herfst van 2006 was ik op een zaterdagmiddag in East Haven (Connecticut) in het Shore Line Trolley Museum, waar men druk doende was de allereerste, echte productie PCC-car, die in 1936 in Brooklyn in dienst kwam, te restaureren. Sinds twee jaar rijdt hij op de museumlijn en sinds gisterochtend heb ik een Con-Cor model van de 1001 van de Brooklyn Queens Transit NYC. De 1001 werd gebouwd in St. Louis, had 59 zitplaatsen en deed dienst tot 1956. De 1000, een prototype, bestaat ook nog en wordt gerestaureerd in een museum in New York. In tegenstelling tot de 1001 die een stalen carrosserie heeft, is die van de 1000 van aluminium.
10.8.10
Hakenkruis 2
Het toestel met een hakenkruis op het staartvlak vloog tot 12 juni in Frankrijk (registratie F-AZZJ) toen het door motorpech gedwongen werd in anderhalve meter diep zeewater te landen. Achut.
Hakenkruis
Natuurlijk zorgt het voor plezier, wanneer ik ontdek dat het fabriekje in Gammelsdorf staat Gammelsdorf, ha! Het fabriekje noemt zich Flug Werk en restaureert vliegtuigen uit de Tweede Wereldoorlog. Maar het bouwt ook replica's. Het fabriekje noemt zich Flug Werk, dat is merkwaardig, want zo ongeveer iedere Nederlander weet dat Duitsers qua taal 's werelds grootste kraaltjerijgers zijn, maar Flug Werk (en dus niet Flugwerk) heeft een reden, want de afkorting FW stond in Nazi-Duitsland voor vliegtuigfabriek Focke-Wulf. Het fabriekje bouwt o.a. een replica van de Focke-Wulf 190. Ik ben op de website van Flug Werk gaan kijken en daar ontdekte ik iets merkwaardigs, want een aantal filmpjes, waarop de replica te zien zou zijn, is door het fabriekje verwijderd: "Die FW190 im Museum Duxford/ England" toont bij aanclicken: "This video has been removed by the user". Ik ben filmpjes van Flug Werk met andere op het web gevonden filmjes gaan vergelijken en wat blijkt? De filmpjes van Flug Werk tonen de replica's zonder hakenkruis (waarvan het gebruik in Duitsland verboden is) op het staartvlak, maar in het buitenland mag het gehate symbool rustig getoond worden.
9.8.10
Sitting Bull
Indianen zijn op een bepaalde manier in het Amerika van vandaag populair. Er zijn zelfs mensen die DNA-onderzoek laten doen om te bewijzen dat ze Indiaans bloed hebben. Een paar jaar geleden was ik op een in de Cleveland Plain Dealer aangekondigde zogenaamde pow-wow. Merkwaardig, behalve kraampjes met nogal kitscherige snuisterijen, werd er in een kring in een soort schuivelpas met begeleiding van een trommel rondgedanst. Ik moest mijn beeld van Indianen bijstellen, want er dansten twee wel heel roodharige en niet roodhuidige, maar zeer blanke dames mee. Ik had eerder een miskoop gedaan in de oudste stad van de Verenigde Staten, St. Augustine in Florida, door twee CD's met zogenaamde authentieke indiaanse muziek aan te schaffen. Ze stonden vol met een afschuwelijk soort newagerige fluitmuziek vergezeld van een synthesizer. Inmiddels is er wel het nodige op CD te vinden, al moet je je steeds afvragen is het echt of voor iemand die bezig is zijn Indiaanse wortels te vinden: "Sitting Bull Memorial Song".
Patricia Neal
Wanneer precies ik, zelfs het jaar herinner ik me niet, de gister overleden Amerikaanse fimactrice Patricia Neal ontmoette, weet ik niet meer. Ik reisde met illustrator Tom Eyzenbach en iemand van de Nederlandse uitgeverij van de boeken van Roald Dahl naar Great Missenden in Buckinghamshire om Dahl te interviewen. Patricia Neal was toen met Dahl getrouwd. We werden uitgenodigd voor de lunch en kregen o.a. een glaasje "white lightning" (illegaal in Amerika gestookte whiskey), afkomstig van een familielid van Patricia Neal. Ze vroeg me tijdens de maaltijd wat ik graag las. Ik las destijds alles van Isaac Bashevis Singer, dat ik maar kon vinden, ze kende hem niet en informeerde toen bij haar man wie Singer was. Dahl antwoordde: "Some old Jewish fart". Dat was even slikken, want het interview moest nog beginnen. Het vraaggesprek vond plaats in een andere kamer, met Russische kunst van vlak na de revolutie aan de wand.
8.8.10
7.8.10
Chief Joseph
Vreemd dat ik me niet kan herinneren hoe ik aan de eerste elpee van James Talley, met de onmogelijk lange titel "Got no bread, no milk no money, but we sure got a lot of love"* gekomen ben. Hij dateert uit 1974 en verscheen op een klein label, maar de plaat maakte door de ijzersterke teksten een dusdanige indruk op me, dat ik hem, toen ik in 1978 in Nashville was, hoe dan ook wilde spreken. Talley bleek een een aardige man, die me bovendien aan telefoonnummers hielp van muzikanten, die ik ook wilde interviewen. Van zijn hand is dit lied over Chief Joseph.
*Torreon Records TR1000
*Torreon Records TR1000
Geronimo's Cadillac
Altijd leuk toch? Een aap met een grote bril op en met een sigaar in de mond achter een bureau vol papieren. Net de directeur van een groot bedrijf. Dat soort prentbriefkaarten zijn nog steeds in de handel. Honderd jaar geleden gebruikte men voor dergelijke grappen mensen. Zo is er een foto uit 1905 van Geronimo in rokkostuum en hoge hoed samen met drie kompanen in een Locomobile. In 1972 verscheen van Michael Murphy de eerste elpee met de titel "Geronimo's Cadillac"*, met daarop het gelijknamige liedje, waarin hij de behandeling van Geronimo aanklaagt. Op 26 januari 2008 zong Murphy het in het Woodstock Opera House, in Woodstock (Ill.)
*Regal SRZA 8512
6.8.10
Op de flitter
Ik ben, maar dat hadden jullie al verwacht, nog altijden niet terug in het oudereendhuis. Ik ben op de zwerf. Vanuit De Harkema heb ik me afgezet naar het noorden en ik ben een tijdje te plak geweest op een spulletje in de buurt van Morra. Al te persies kan ik daar niet over uitweidzen, maar het was tijge noffelijk. Ik ben namentlijk zo bang als een hond van bruien dat de direktrise me op het spoor komt en daar heb ik helendaal geen verlet van. Gelukkig hadden ze op het spulletje een kompjoeter en was de baas zo vriendelijk mij voortendadelijk te handlangen in het versturen van dit bericht, maar dan al als ik afgereizigd was. Ik had er een eigen kamertje en daar was ook een hond, een Sjekrustdel, al komt mij niet voor het verstand wat de hond met tabak vanneden had, want mij heugt het zangetje Hotsjek, hotsjek, eigenbouw is rotsjek en koes kon ik de hond ook niet noemen, want hij had geen rust in het gat. De baas had een prote luukse wagens en hij heeft met mij naar Lauwersoog te viseten geweest. Dat was al wat. In een open luukse wagen, het haar vloog mij omtrent van de hol. Ik mocht kiezen in wat voor wagen we te rijden zouden. Ik heb toen voor het oudste model gekozen. Het was een Emzie of zulkzowat. Ik moest ook onder de motorkap zien, maar daar is voor mij geen smijten met de muts mee. Ik heb maar stadigaan geknikt toen hij het over karburateuren en boezies had, maar de vis was puurbest.
Vrouw Ymkje Sinnema - Meindertsma, op de flitter
Provocatie
Iedere Amerikaan kent het monument. "Mount Rushmore": de uitgehakte, enorme beeltenissen van George Washington, Thomas Jefferson, Theodore Roosevelt en Abraham Lincoln in de Black Hils van South Dakota. De "Founding Fathers", die de geboorte, groei en ontwikkeling van de Verenigde Saten verbeelden. In 2007 vond ik bovenstaand t-shirt in St.Paul, met een afbeelding van de "Original Founding Fathers": Chief Joseph, Sitting Bull, Geronimo en Red Cloud.
Chief Joseph, bij zijn eigen volk, de Nez Perce, bekend onder de naam In-mut-too-yah-lat-lat (Donder over het land komend van het water) heeft zich tot zijn dood in 1904 hevig verzet tegen de reservatenpolitiek van de Amerikaanse regering. Zijn volk, werd ondanks een overeenkomst met de regering het eigen land te behouden, gedwongen te verhuizen naar een reservaat in Oklahoma, waar velen van stierven door malaria en honger.
Sitting Bull (Thathanka lyotake), een Lakota, werd in 1867 opperhoofd van de Teton Sioux Nation en ondanks een in 1868 in Fort Laramie gesloten verdrag met de regering, werd zijn land, nadat er in de Black Hills goud gevonden was, aangevallen door het Zevende Cavalerie Regiment onder aanvoering van generaal Custer. Deze aanval in Big Horn werd door de Lakota Nation, geholpen door een aantal Cheyennes en Arapaho's, afgeslagen: alle Amerikaanse soldaten sneuvelden. Sitting Bull trok met zijn volgelingen naar Canada, maar na de buitengewoon strenge winter van 1881 gaf hij zich over. na een gevangenschap van twee jaar werd hij naar het Standing Rockreservaat in South Dakota verbannen. In 1885 sloot hij zich aan bij Buffalo Bills wildwestshow, die een tournee maakte door Europa. Na zijn terugkeer wilde de federale regering opnieuw de reservaten verkleinen en verdelen, o.a door het aanstellen van eigen opperhoofden. Sitting Bull behoorde daar niet bij. Vermoedelijk werd hij vermoord door medewerkers van een door de regering aangesteld opperhoofd.
Geronimo (Goyahkla), een Apache behorende tot de Bedonkohestam, werd geboren in wat nu New Mexico heet, maar destijds nog deel uitmaakte van Mexico. In 1858 werd Geronimo's nederzetting, terwijl hij afwezig was aangevallen door een legertje Mexicaanse soldaten onder aanvoering van kolonel Carrasco. Bij deze aanval werden Geronimo's vrouw, kinderen en moeder gedood. Vanaf dat moment leidde Geronimo een legertje volgelingen, dat uiteindelijk in 1886 slechts uit 36 mannen, vrouwen en kinderen bestond, maar dat de Mexicaanse en Amerikaanse autoriteiten zoveel last bezorgde dat er duizenden soldaten jacht op maakten. Op 4 september 1886 gaf Geronimo zich over aan generaal Nelson A. Miles. Geronimo werd gevangen gezet in Fort Pickens (Florida), zijn gezin in Fort Marion (in dezelfde staat) , in 1887 werden zij herenigd gevangen gezet in de Mount Vernon Barracks in Alabama om in 1894 naar Fort Sill in Alabama te worden verplaatst. Gedurende zijn laatste levensjaren werd Geronimo een beroemdheid en bezocht hij onder meer de wereldtentoonstelling in St. Louis in 1904, maar hij mocht niet terug naar zijn geboortegrond. In februari 1909 viel hij van een paard en bleef hij een nacht buiten liggen tot hij de volgende dag gevonden werd, hij stierf op 17 februari aan de gevolgen van een longonsteking als gevangene van de Verenigde Staten in Fort Sill, zijn graf ligt op de Apache Indian Prisoner of War-begraafplaats aldaar.
Red Clouds moeder was een Oglala, zijn vader een Brulé (beide stammen behoren tot de Lakota), hij werd opgevoed door een broer van zijn moeder, Chief Smoke. In 1866 en 1867 werd er oorlog gevoerd tussen Amerikaanse troepen en Cheyenne, Lakota en Arapaho, een oorlog die bekend werd onder de naar Red Cloud's War, waarbij uiteindelijk het volledige Amerikaanse legertje, bestaande uit 81 man, in de pan werd gehakt. Amerikaanse onderhandelaars stelden vast dat veel van de onvrede onder de Indianen gerechtvaardigd was en stelden voor grenzen te stellen aan de gebiedsuitbreiding van blanke settlers en zich terug te trekken uit de gebieden van de Lakota. Maar de verhoudingen bleven gespannen en toen in 1874 goud werd ontdekt in de Black Hills (zie hier boven onder Sitting Bull) werd generaal Custer op een verkenningsmissie gestuurd. In mei 1875 bezocht een delegatie, met onder meer Red Cloud, Washington D.C. in een laatste poging president Grant over te halen de instroom van goudzoekers te stoppen en de eerder gesloten verdragen te eerbiedigen, maar het Amerikaanse Congress besloot anders: ze boden de Indianen $25.000 voor hun land, waarna dezen zich in een reservaat dienden te vestigen. De delegatie weigerde het voorstel te aanvaarden. Spotted Cloud, een delegatielid zei: "When I was here before, the President gave me my country, and I put my stake down in a good place, and there I want to stay.... You speak of another country, but it is not my country, it does not concern me, and I want nothing to do with it. I was not born there... If it is such a good country, you ought to send the white men now in our country there and let us alone." Red Cloud werd gedwongen in een reservaat te leven, maar ondanks dat, bleef hij zich verzetten tegen de politiek van de Amerikaanse regering steeds meer land te moeten afstaan. Hij stierf in 1909 op 87-jarige leeftijd in het Pine Ridgereservaat (South Dakota), waar hij ook begraven werd.
Sitting Bull (Thathanka lyotake), een Lakota, werd in 1867 opperhoofd van de Teton Sioux Nation en ondanks een in 1868 in Fort Laramie gesloten verdrag met de regering, werd zijn land, nadat er in de Black Hills goud gevonden was, aangevallen door het Zevende Cavalerie Regiment onder aanvoering van generaal Custer. Deze aanval in Big Horn werd door de Lakota Nation, geholpen door een aantal Cheyennes en Arapaho's, afgeslagen: alle Amerikaanse soldaten sneuvelden. Sitting Bull trok met zijn volgelingen naar Canada, maar na de buitengewoon strenge winter van 1881 gaf hij zich over. na een gevangenschap van twee jaar werd hij naar het Standing Rockreservaat in South Dakota verbannen. In 1885 sloot hij zich aan bij Buffalo Bills wildwestshow, die een tournee maakte door Europa. Na zijn terugkeer wilde de federale regering opnieuw de reservaten verkleinen en verdelen, o.a door het aanstellen van eigen opperhoofden. Sitting Bull behoorde daar niet bij. Vermoedelijk werd hij vermoord door medewerkers van een door de regering aangesteld opperhoofd.
Geronimo (Goyahkla), een Apache behorende tot de Bedonkohestam, werd geboren in wat nu New Mexico heet, maar destijds nog deel uitmaakte van Mexico. In 1858 werd Geronimo's nederzetting, terwijl hij afwezig was aangevallen door een legertje Mexicaanse soldaten onder aanvoering van kolonel Carrasco. Bij deze aanval werden Geronimo's vrouw, kinderen en moeder gedood. Vanaf dat moment leidde Geronimo een legertje volgelingen, dat uiteindelijk in 1886 slechts uit 36 mannen, vrouwen en kinderen bestond, maar dat de Mexicaanse en Amerikaanse autoriteiten zoveel last bezorgde dat er duizenden soldaten jacht op maakten. Op 4 september 1886 gaf Geronimo zich over aan generaal Nelson A. Miles. Geronimo werd gevangen gezet in Fort Pickens (Florida), zijn gezin in Fort Marion (in dezelfde staat) , in 1887 werden zij herenigd gevangen gezet in de Mount Vernon Barracks in Alabama om in 1894 naar Fort Sill in Alabama te worden verplaatst. Gedurende zijn laatste levensjaren werd Geronimo een beroemdheid en bezocht hij onder meer de wereldtentoonstelling in St. Louis in 1904, maar hij mocht niet terug naar zijn geboortegrond. In februari 1909 viel hij van een paard en bleef hij een nacht buiten liggen tot hij de volgende dag gevonden werd, hij stierf op 17 februari aan de gevolgen van een longonsteking als gevangene van de Verenigde Staten in Fort Sill, zijn graf ligt op de Apache Indian Prisoner of War-begraafplaats aldaar.
Red Clouds moeder was een Oglala, zijn vader een Brulé (beide stammen behoren tot de Lakota), hij werd opgevoed door een broer van zijn moeder, Chief Smoke. In 1866 en 1867 werd er oorlog gevoerd tussen Amerikaanse troepen en Cheyenne, Lakota en Arapaho, een oorlog die bekend werd onder de naar Red Cloud's War, waarbij uiteindelijk het volledige Amerikaanse legertje, bestaande uit 81 man, in de pan werd gehakt. Amerikaanse onderhandelaars stelden vast dat veel van de onvrede onder de Indianen gerechtvaardigd was en stelden voor grenzen te stellen aan de gebiedsuitbreiding van blanke settlers en zich terug te trekken uit de gebieden van de Lakota. Maar de verhoudingen bleven gespannen en toen in 1874 goud werd ontdekt in de Black Hills (zie hier boven onder Sitting Bull) werd generaal Custer op een verkenningsmissie gestuurd. In mei 1875 bezocht een delegatie, met onder meer Red Cloud, Washington D.C. in een laatste poging president Grant over te halen de instroom van goudzoekers te stoppen en de eerder gesloten verdragen te eerbiedigen, maar het Amerikaanse Congress besloot anders: ze boden de Indianen $25.000 voor hun land, waarna dezen zich in een reservaat dienden te vestigen. De delegatie weigerde het voorstel te aanvaarden. Spotted Cloud, een delegatielid zei: "When I was here before, the President gave me my country, and I put my stake down in a good place, and there I want to stay.... You speak of another country, but it is not my country, it does not concern me, and I want nothing to do with it. I was not born there... If it is such a good country, you ought to send the white men now in our country there and let us alone." Red Cloud werd gedwongen in een reservaat te leven, maar ondanks dat, bleef hij zich verzetten tegen de politiek van de Amerikaanse regering steeds meer land te moeten afstaan. Hij stierf in 1909 op 87-jarige leeftijd in het Pine Ridgereservaat (South Dakota), waar hij ook begraven werd.
Dat het Mount Rushmoremonument uitgerekend werd uitgehakt in de Black Hills wordt door Indianen nog steeds als een provocatie beschouwd.
5.8.10
Haags nieuws
Maxime: "Ohoohooohoh Geert, wat lekker!"
Geert: "Het kan nog lekkerder, Maxime, zeg heel zacht kutmarokkaan."
Maxime: "Kutmarokkaan."
Geert: "Nu luider: KUTMAROKKAAN."
Maxime: "Ohohoohoh, nee, dat kan ik niet, iedereen hoort het."
Geert: "Vooruit Maxime, KUTMAROKKAAN."
Maxime: "K-U-T-M-A-R-O-K-K-A-A-N."
Geert: "Nee, Maxime, aan spellen hebben we niks, daar raak ik niet opgewonden van, gewoon net als Mark: KUTMAROKKAAN."
Maxime: "KKKUTTTMMMAMMARROROKKAAKKKAAN."
Geert: "Nou zonder stotteren Maxime!"
Maxime: "KUTMAROKKAAN."
Geert: "Goed zo Maxime, zie je dat je het wel kan, maar ik moet nu eerst even hiernaast kijken of Mark, zoals hij me beloofd heeft, de koran aan het verbranden is."
Geert: "Het kan nog lekkerder, Maxime, zeg heel zacht kutmarokkaan."
Maxime: "Kutmarokkaan."
Geert: "Nu luider: KUTMAROKKAAN."
Maxime: "Ohohoohoh, nee, dat kan ik niet, iedereen hoort het."
Geert: "Vooruit Maxime, KUTMAROKKAAN."
Maxime: "K-U-T-M-A-R-O-K-K-A-A-N."
Geert: "Nee, Maxime, aan spellen hebben we niks, daar raak ik niet opgewonden van, gewoon net als Mark: KUTMAROKKAAN."
Maxime: "KKKUTTTMMMAMMARROROKKAAKKKAAN."
Geert: "Nou zonder stotteren Maxime!"
Maxime: "KUTMAROKKAAN."
Geert: "Goed zo Maxime, zie je dat je het wel kan, maar ik moet nu eerst even hiernaast kijken of Mark, zoals hij me beloofd heeft, de koran aan het verbranden is."
Terreur
Toen George W. Bush het begrip "homeland security" tot ziek worden toe in zijn mond nam, kwam iemand op het briljante idee van dit t-shirt
4.8.10
3.8.10
Subscribe to:
Posts (Atom)