Hij besloot het fietsje het fietsje te laten, want het was weinig zinvol het helemaal mee naar de vijver te slepen, waar hij er toch niet op kon rijden. Hij trok een paar forse poten gras uit de grond bedekte het fietsje ermee en repte zich naar huis. Hij zou op zijn donder krijgen. Dat was vast en zeker, want 702/1209, zijn achterneefje met het upsyndroom, waar hij op had moeten letten, was opgepeuzeld door een reiger. Hij kon zijn borst, figuurlijk gesproken dan, nat maken. Hij besloot niks over het gevonden fietsje te zeggen. Hoe noemden mensen dat ook alweer? Geen slapende honden wakker maken, alhoewel voor kikkers slapende reigers meer op hun plaats waren.