1.10.11

Kästner

Natuurlijk had ik het boek veel eerder kunnen en moeten lezen. Het origineel verscheen nota bene in 1961 bij Atrium Verlag in Zürich, de Nederlandse vertaling liet 47 jaar op zich wachten en eindigde voor 6 euro 99 bij De Slegte. Het zijn de dagboeknotities van Erich Kästner (1899 - 1974) , die hij aan het eind van de Tweede Wereldoorlog maakte, eerst in Berlijn daarna in het Oostenrijkse Mayrhofen waar hij, omdat er zogenaamd gefilmd ging worden, naar toe reisde. Kästners boeken belandden in 1933 op de nazibrandstapel en hij hield het hoofd moeizaam boven water door onder schuilnaam o.a. aan filmscenario's te werken. "Nota bene '45"* is een fascinerend boek, dat ik in een ruk uit las, want hier las ik op een unieke wijze hoe de ondergang van het Derde Rijk beleefd werd, compleet met grappen die de Berlijners in de eerste maanden van 1945 maakten: "Heb je gehoord, Hitler en Roosevelt hebben een verbond gesloten. Roosevelt stuurt vliegtuigen en Hitler stelt het luchtruim ter beschikking." De Duitse bureaucratie speelt in die maanden nog altijd hoogtij, niets gebeurt zonder het invullen van papieren, soms in achtvoud, terwijl de vernietiging voor de deur staat. Kästner noteert bijvoorbeeld het verhaal van R., die zoals bijna elke soldaat verhalen vertelt over de kenmerkende gebreken van het veelgeprezen Duitse organisatietalent. "Het zijn altijd dezelfde gebreken. Het zijn huiveringwekkende gebreken. het zijn gebreken van het Duitse karakter. Wanneer het, zoals bij in allerijl uitgevoerde terugtochten, een kwestie is van buigen of barsten, moet je kunnen buigen. je moet je aan de situatie aanpassen. Je moet elastisch zijn. Je moet improviseren. Je mag niet onderdanig zijn. Wanneer de ontregeld raakt, hoef je je er niet meer aan te houden, anders botsen de treinen op elkaar. De Duitsers geloven niet niet in wat ze zien, maar in de dienstregeling. En ze gehoorzamen haar ook nog als ze er niet meer in geloven. Hun gehoorzaamheid is stompzinning. Ze is misdadig. En wanneer je hen aanklaagt, wijzen ze met hun vinger nar de dienstregeling. Dan schreeuwen ze: 'Aan de lantaarn ermee.'" In Mayrhofen maakt Kästner de bervrijding mee, hij ziet hoe de Oostenrijkers de portretten van Hitler van hun muren halen en zich ogenblikkelijk in een slachtofferrol manoeuvreren en het filmgezelschap uit Berlijn weg wil hebben. Op 15 mei 1945 noteert hij: "Het Derde Rijk is voorbij en men zal er boeken over schrijven. Miserabele, sensationele en leugenachtige, en hopelijk ook een paar oprechte en nuttige boeken. Een psychologisch onderzoek dat het gedrag van de doorsneeburger onder de loep neemt zal niet mogen ontbreken. En dat zou bijvoorbeeld De veranderlijkheid van de mens onder de dictatuur kunnen heten. Zonder zo'n anlyse zouden de vreemde werkers, onderzoekers, missionarissen en griezelgasten zonder leidraad in de doolhof staan. Ze zouden zich geen raad weten. en ook wij, die in de doolhof rondtastten toen het nog geen museum was en de minotaurus en zijn slachtoffers nog leefden, ook wij zullen het boek nodig hebben." Waarom het boek bij De Slegte belandde is mij een raadsel, waarom ik het boek in 1961 en in 2008 niet opmerkte ook. Gelukkig heb ik de schade gister ingehaald en wat let u om hetzelfde te doen?

*Erich Kästner: Nota bene '45. Een dagboek. Uitgeverij Atlas. ISBN 978 90 450 1228 5. D/2008/0108/557. NUR 302.