Met de muzikale nieuwsgierigheid van de lezers van dit blog moet iets mis zijn, want toen ik gistermorgen het Cuarteto Marcano met "Papitin" op YouTube opzocht, hadden er maar zeven mensen ooit naar geluisterd, vanmorgen waren dat er twee meer en dat vind ik jammer, want wat is het lot van de muziek van die andere Puertoricaan Rafael Hernandez, een man die meer dan tweeduizend composities op zijn naam heeft staan? Het muzikale talent van Hernandez, geboren in behoeftige omstandigheden, werd ontwikkeld door de orkestleider Pepe Ruellán Lequerica, die hem niet alleen noten leerde lezen maar ook cornet, viool en een kleine tuba leerde spelen. Vervolgens belandde Hernadez in het orkest van de hoofdstad van Puerto Rico, San Juan, dat onder leiding stond van Manuel Tizol, oom van de trombonist in Duke Ellingtons orkest. In 1917 tekende hij een contract als muzikant bij het Amerikaanse leger en ging hij deel uitmaken van de "Hellfighters"-band die later dat jaar naar Frankrijk vertrok. Na de oorlog verhuisde Hernadez naar New York en vervolgens naar Cuba, waar hij o.a. leiding gaf aan een orkestje dat "stomme" films begeleidde. Terug in New York vormde hij het Trio Borinquen; de platenmaatschappij Columbia liet het trio onder een andere naam (Trio Quisqueya) ook opnamen maken voor de Dominicaanse markt. Inmiddels had Hernandez's zuster Victoria een platenwinkel geopend in "El Barrio" in East Harlem. Die zaak werd de favoriete hang out voor Puertoricaanse muzikanten in New York en zorgde bovendien voor een regelmatige bron van inkomsten. Toen Hernandez samen met Pedro Davila, Rafael Rodriguez en Francisco Lopez Crus een kwartet vormde noemde hij het naar zijn zuster, het Cuarteto Victoria.