Meer dan dertig jaar geleden stond ik
op de laatste dag van een vakantie in de Elzas voor een garage en keek
naar een Latil. Een merkwaardig voertuig dat niet aleen
vierwielaangedreven, maar ook nog eens vierwielgestuurd is. De garagist
kwam naar buiten, er onstond een gesprek en dat ging maar heel even over
de Latil. Het was het eerste gesprek van enige importantie dat ik na
veertien dagen in de Elzas had. Ik verbaasde me erover en zei het ook.
De man keek me aan en zei: "Ik kan die geslotenheid uitleggen. Het heeft
alles met de geschiedenis van dit gebied te maken. Na de oorlog van
1870-'71 waren we Duits tot 1918, daarna Frans en in de Tweede
Wereldoorlog weer Duits. U hebt waarschijnlijk op school geleerd dat
Frankrijk tijdens de oorlog in twee stukken verdeeld was: bezet
Frankrijk en Vichy Frankrijk. Maar Elzas-Lotharingen ging zoals ze dat
zo fraai noemen "Heim-ins-Reich", er waren dus geen twee maar drie
stukken Frankrijk en dat wordt vergeten. De Tweede Wereldoorlog begon
voor mij als Frans soldaat, daarna werd ik door de Duitsers voor de
Wehrmacht opgeroepen en ik heb onder andere in Noorwegen dienst gedaan. U
bent Nederlander geen Noor, maar stel nu dat ik in uw land dienst had
gedaan. Dan had U een gesprek met mij niet plezierig gevonden." "Beter
niet zeggen wie je bent, beter niet praten over de geschiedenis", zei
ik. "Ja, en om die geschiedenis kun je hier nooit heen, die komt
uiteindelijk in ieder gesprek aan de orde."
Op
de muren van een winkel had ik in frakturschrift "Kolonialwaren"
gelezen, het dialect dat gesproken werd klonk meer Duits dan Frans, de
treinen reden rechts in plaats van links zoals overal elders in
Frankrijk. Ik had het allemaal gehoord en gezien, maar geen conclusie
getrokken. Sindsdien ben ik een aantal keren teruggeweest. Ik heb CD's
met in het dialect gezongen liedjes en boeken in datzelfde dialect. En
ik ben zelfs in staat om het dienstertje in een Straatburgs restaurant
te laten lachen, wanneer ik het liedje, waarnaar het restaurant genoemd
is, luidkeels zing.Mijn
modelspoorbaan ligt in de Elzas en omdat het bij mij niet alleen om het
rijden gaat, heb ik nogal wat literatuur over de spoorwegen in dat
gebied verzameld.
De Pruisische
spoorwegen kregen het na de oorlog van1870-'71 in Elzas-Lotharingen
voor het zeggen op spoorweggebied. Tussen 1915 en 1918 kwamen 27 door
Vulcan gebouwde tenderlocomotieven als T 18 in dienst. Een ervan bleef
na Eerste Wereldoorlog in Duitsland (als Deutsche Reichsbahn 78.093),
de andere kwamen in dienst van de AL (Chemin de fer Alsace-Lorraine).
Na vorming van de SNCF in 1938 kregen ze de nummers 232TC-401 tot en
met 427. Tijdens de Tweede Wereldoorlog deden ze overal in Duitsland
dienst. In 1966 werden de laatste twee 232TC's in Frankrijk uit dienst
genomen.