4.12.20

DETROIT ELECTRIC

 

Nadat in 1939 de laatste Minerva de fabriekspoort uitreed zijn er nog een paar  pogingen gedaan om het merk te  herstarten, uiteindelijk is dat  niet gelukt, maar stel dat ik de naam zou kopen, zou ik dan de suggestie mogen wekken dat  alles wat uit de fabriek rolde, bijdraagt aan mijn glorie. Ik stel die vraag omdat het Bugatti en Spyker werkelijk overkwam. Geen van beide merken heeft iets met de historische automobielen met die naam op de grille te maken en je zou bijvoorbeeld Isotta-Fraschini, Delage of welk ander groot merk ook uit hun slaap kunnen wekken. Zo nu een  dan gebeurt dat. Een  paar jaar geleden was er sprake in Twente van de wederopstanding van Voisin, uiteindelijk bleek het snel dovend lontje. Ook Detroit Electric werd slachtoffer. In de reclame stond een afbeelding van een een historisch product dat de indruk moest wekken dat de nieuwe firma een respectabele en lange geschiedenis had, terwijl het oorspronkelijk bedrijf op 23 februari 1939 zijn laatste wagen afgeleverd had. Productie was begonnen in 1907 door de Anderson Carriage Company in Detroit, die zoals de naam aangeeft, rijtuigen bouwde. Snel waren de auto's niet, het  maximum lag rond de 32 km/u en op een lading kon ongeveer 130 kilometer gereden worden. Deze magere gegevens deden er niet toe, want er stond tegenover dat je de auto niet hoefde aan te slingeren en dus werden de meeste verkopen geboekt aan dames en artsen: rijden  in een Detroit Electric was schoon en  gemakkelijk en dus reden onder meer mevrouw Eisenhower en zelfs  mevrouw Ford een product van de fabriek,  die in 1920 zijn naam wijzigde in "The Detroit Electric  Car  Company".