"En u hebt geluk", vervolgde pastoor Van Den Menobbellen, "mijn neef Johannes Marie is in Ribeauvillé als pastoor verbonden aan de Saint-Grégoirekerk". Dus vervolgden wij onze weg, na een dorstlessend avondje in de bar "Le Stanislas" in Lunéville, de volgende ochtend naar Ribeauvillé, waar ik een ontmoeting had met pastoor Johannes Marie Van Den Menobbelen die een groot aantal leggers had klaargelegd, waaruit overduidelijk bleek dat ik hoe dan ook blauw bloed in de aderen heb en wonderbaarlijk genoeg afstam van een reeks graven - nota bene met mijn voornaam - te beginnen in de dertiende eeuw. Zij bouwden het kasteel Girsberg en hielden het een paar eeuwen in hun bezit, de eerste die in voornoemde leggers genoemd wordt is Charles le Vétileux die tot in de verre omgeving bekendheid genoot vanwege zijn rooftochten, zijn zoon Charles le Malveilant had, zo wil het verhaal, negenentachtig kinderen (overigens achttien minder dan zijn vader), waarvan drie bij zijn wettige echtgenote, één van die "echte" kinderen was Charles le Veule die dwarsfiedel speelde in het orkest van ene Ray Ventura Sr. en enige tijd verkeerde aan het hof van Henri le Glouton de Besançon, waar op kille winteravonden naakt krijgertje met jeugdige wilde varkens rond de open haard werd gespeeld, die vervolgens aan het spit werden geregen en opgegeten. De zoon van Charles le Veule werd om onduidelijke redenen Charles le Vermoulu genoemd, sommige tijdgenoten beweren trouwens dat niet Charles le Veule maar Henri le Glouton de Besançon Charles le Veules echtgenote bezwangerde. De oudste zoon van Charles le Vermoulu nam vervolgens de geslachtsnaam Hébété aan en ik stam hoe dan ook van deze Charles af en ben dus van adel, het enige wat me nu te doen staat is de vertaling van Vétileux, Malveilant, Veule, Vermoulu en Hébété in een woordenboek op te zoeken, maar ik vermoed dat het allemaal begrippen zijn die in het Nederlands de Gelukzalige betekenen, ik ben dus eigenlijk Karel de Gelukzalige en ga me laten inschrijven in het Nederlandse boek van adel. Het wordt hoe dan ook een fascinerend televisieprogramma met mij in de hoofdrol. Het eindigt bij het vervallen kasteel Girsberg, dat vroeger trouwens Petit-Ribeaubété heette, waar ik uitroep: "Je est du noble!"