Zondag terug naar Friesland, dat mijn vrouw altijd plagerig mijn Heimat noemt. Naar Oentsjerk, dat in mijn tijd in Leeuwarden nog Oenkerk heette. Ik was naar Stania State, het hoofdgebouw is nu een kantoor met veel volk achter beeldschermen, toen, eind jaren veertig, begin jaren vijftig was het een tentoonstellingsruimte. Ik was er destijds op de fiets met één van mijn twee ooms R. In de hal hingen portetten van fokstieren en het toeval wilde dat een van die mastodonten de naam droeg van de andere oom R. Dat zorgde voor plezier. Later was ik er met een vriendinnetje. Ik woonde toen net in Den Haag, dat het Leeuwarder meisje mij een maand later in de steek zou laten kon ik toen nog niet weten. In Giekerk werd ik aangehouden omdat ik mijn hand bij het omgaan van een bocht niet had uitgestoken, politieagenten hadden daar toen weer/nog de tijd voor. Ik kwam er met een ernstige waarschuwing vanaf. In Giekerk was ik vaker geweest, bij het - hoe vreemd: nogal ver buiten het dorp gelegen - kerkje - lag mijn grootmoeder, die ik nooit gekend heb begraven, en ik ben er zeker één keer geweest, samen met mijn moeder en haar broer om de grafsteen op te knappen. Eerst werd hij schoongemaakt en vervolgens werden de letters met een kurk en zwarte verf weer leesbaar gemaakt. Mijn tocht naar Stania State afgelopen zondag had ook te maken met de dood. Het overlijden van de vrouw van Gerard Nijborg, Grietje Wikke Nicolai. Bevlogen maakten ze samen jarenlang muziek, "Americana", in de groep Gerard & Compagnie. Gerard besloot een in memoriam-CD (en DVD) uit te brengen, die zondag j.l. ten doop werd gehouden. Dat leek me moeilijk. Maar toen ik vorige week, na het overlijden van Mandela, zag hoe er in Zuid-Afrika met zang en dans op werd gereageerd veranderde mijn gevoel: muziek als grote trooster. En exact dat gebeurde zondag in Oenkerk ook. Een goed concert en "Give me the Roses" (de titel van de CD) is een mooi monument.