Toen hij in het lokale nieuwsblad onder het kopje
"Gemeentelijke Mededelingen" las wat Burgemeester en Wethouders nu
weer van plan waren had hij gevloekt en was daarna op onderzoek uitgegaan: uit
wiens krankzinnige koker was het voorstel gekomen? Juist, het kon weer niet
missen. Zijn overbuurman zat er achter. De arts Kolderman, die uit bezorgdheid - vanwege de toename van obesitas - alle
namen van de straten in de buurt wilde veranderen en het college van B & W
had er natuurlijk uit modieus publiciteitsgevoel wel oren naar. Hij had zich
naar het raadhuis begeven en het plan ingekeken. De hele Suikerbuurt zou andere
namen krijgen. Zijn eigen Basterdsuikerstraat zou Achterhamstraat gaan heten en
het schilderachtige Rietsuikerplein, de aardige Katenspekhof zouden ook van naam moeten veranderen. Kortom alle verwijzingen naar
suiker zouden worden vervangen door producten van het varken. Belachelijk!
Kolderman was, vond hij, een versjteerder, want
alhoewel de arts pas drie jaar geleden in de Basterdsuikerstraat was komen
wonen, had deze met instemming van de gemeente drie bomen laten kappen en zijn
voortuin veranderd in een betegelde parkeerplaats, zodat zijn patienten hun
auto's daar kwijt konden. De straat had hevig geprotesteerd tegen de kap, maar hij had zich afzijdig gehouden, want zelfs al zouden de bewoners gewonnen hebben
en de bomen gered, Kolderman zou dan ongetwijfeld de bomen hebben vergiftigd met
een of ander zuur. De bomen werden uiteindelijk, ondanks de protesten, toch
omgezaagd. Maar nu was Kolderman ook voor hem een stap te ver gegaan. Hoe kwam
hij er op de naam Basterdsuikerstraat te willen veranderen in Achterhamstraat?
Hoe kon hij, Simon Polak, het tegenover zijn vrienden en bekenden verantwoorden
in de Achterhamstraat te blijven wonen? Goed, zijn grootvader van vaders kant
had tijdens de oorlog ondergedoken gezeten in het Friese Drogeham, een voorval
dat deze zolang hij leefde enorm plezierde omdat hij regelmatig de vraag kon
stellen:" Je mag er wel in wonen, maar het niet eten?"
Achterhamstraat, Katenspekhof, 1e en 2e
Rookworststraat, Babi Pangangsingel? Hoe kwam die vent er op? Het leek er
verdraaid veel op of hij het op hem persoonlijk gemunt had. Met zo'n
constatering moest je voorzichtig zijn, want zodra je zo'n vermoeden uit, blijkt Kolderman een joodse overgrootvader te hebben aan moederskant en zei men van hem dat hij, Simon,
last had van typerende semitische paranoia en overal spoken zag, alsof een
joodse overgrootvader voldoende was om iemand van antisemitisme te vrijwaren. Hij
moest er er met Kasper Keimpema over praten. Die woonde op de Suikerklontdreef,
maar belangrijker, deze had anders dan hij een joodse moeder. Hij was gisteravond
al bij Kasper aan de deur, maar hij was er helaas niet. Gelukkig trof hij hem vanmorgen wel thuis en hij was nu net terug van een bezoek aan Kasper, die
had niks van de door het college van B. en W. goedgekeurde plannen van Kolderman
gehoord en hij schrok zich rot toen hij hem vertelde dat binnen afzienbare tijd de
Suikerklontdreef Schoudercarbonaderade zou gaan heten. "Om de dooie dood
niet, zijn ze helemaal mesjogge? Daar steken wij een stokje voor Simon! Als die Kolderman zo begaan is met het leed der mensheid en obesitas wil bestrijden, dan
weet ik ook nog wel een paar ziekten die bestreden moeten worden. Jij en ik
ontwikkelen een nieuw plan en dat lanceren we in het plaatselijk nieuwsblad." En
in een mum van tijd suggereerde Kasper een stel nieuwe straatnamen:
Diabetesdreef, Carcinoomkade, Pleuritusplein, Influenzasingel, Leprahof,
Tyfusplein. "Allemaal heel leuk, maar daar trapt het College van Burgemeester
en Wethouders natuurlijk niet in, ik trouwens ook niet, want ik heb geen enkele
behoefte in de Tumostraat te wonen", zei hij.