Van Haagse bussen naar Friese trams. Tussen 1941 en 1945 woonde ik in Drachten, acheraf gezien had ik liever ergens anders gewoond, maar de omstandigheden waren nu eenmaal zo, dat ik met vader, moeder en zus in dat dorp terecht kwam. Er reden stoomtrams. Richting Beetsterzwaag, richting Veenwouden en richting Groningen. Degene die ik, op weg naar school zag, waren die naar Beetsterzwaag en verder naar Gorredijk en Heerenveen. De locomotieven konden mijn jeugdige goedkeuring niet wegdragen, want ze leken in niets op de locomotieven die ik uit mijn prentenboeken kende: het waren wonderlijke kastjes op wielen. Nu weet ik dat het grote en kleine Henschels waren. De enige locomieven die ik wel kon waarderen waren de Maffeis, hieronder is nummer 62 onderweg met rijtuig 60, een tussen 1911 en 1915 door Werkspoor geleverd tweede en derdeklasse rijtuig met open balkons.