Nostalgie
Het
was een leuk, nostalgisch avondje gisteravond op Nederland 3: 25 jaar
Rock 'n Roll Hall of Fame. Mijn vrouw was teleurgesteld, want die Hall
of Fame staat vlak aan het Eriemeer in haar geboortestad Cleveland en
niet in New York, waar het feestje gegeven werd. Wat ik het meest
waardeerde was, dat ik eindelijk een aantal artiesten zag, die ik nooit
eerder onder ogen kreeg, zoals Sam Moore van het befaamde Staxduo Sam
& Dave. Sam, geboren in 1935 in Miami, ontmoette David Frater in een
club in zijn geboortestad in 1961 en in 1966 hadden zij een hit met
"Hold On, I'm Comin'". Daar was Little Anthony met zijn Imperials, een
van de vele doo-wopgroepen met een naam ontleend aan een automerk,
oorspronkelijk een vijfmansformatie, maar gisteravond met zijn vieren.
Anthony Gourdine begon in 1955 met een groep The DuPonts, een jaar later
voerde hij de The Chesters aan, die na een naamsverandering The
Imperials gingen heten. De toevoeging "Little" kreeg hij van dj Alan
Freed. En daar was ook Dion DiMucci van Dion & The Belmonts, genoemd
naar een straat in de buurt waar hij opgroeide, zijn groepsgenoten
waren destijds (1958) Carlo Mastrangelo, Angelo D'Aleo en Freddie
Milano. Het noemen van Dave, Anthony en Dion wil niet zeggen dat ik de
rest van het programma niet waardeerde, maar ik heb nu eenmaal een hang
naar geschiedenis en ook naar die van de popmuziek. Toen ik in 1971 in
het Concertgebouw in Amsterdam de Everly Brothers zag en vader Ike en moeder
Margaret ook op het toneel verschenen, wist ik ogenblikkelijk met wie ik
na afloop moest gaan praten, hier was iemand die
"fingerpickin'-gitaarspel" mede op de kaart had gezet. Na afloop kreeg
ik ongevraagd een gesigneerde foto.