Op 22 maart van dit jaar schreef ik het volgende op dit blog:
"Een aantal jaren geleden was ik op de Faroer, een eilandengroep tussen Schot- en IJsland, betalen kon (en kun) je met Faroers of met Deens geld, maar in Denemarken kon (en kun) je niet betalen met Faroers geld. Je moet je Faroers geld dus lokaal besteden. Ik heb geen idee of die gedachte van invloed is geweest op een systeem tot steun van de lokale economie op iets, dat tegenwoordig in een aantal Engelse plaatsen opgeld doet. Het is begonnen in Lewes in Devon waar een "local pound" werd geintroduceerd, dat alleen maar uitgegeven kan worden in Lewes. Inmiddels heeft het idee navolging gevonden, de jongste plaats waar het systeem van plaatselijk geld is geintroduceerd is Stroud (Gloucestershire). Wie geinteresseerd is in het een en ander, komt er hier achter hoe het systeem van het "local pound" werkt. Het afgebeelde bankbiljet is een tienpondsbiljet uit Stroud."
Net zag ik in Het Journaal dat hetzelfde idee nu in de Bijlmer opgeld doet, maar daar heet het kunst. In kunst hebben ze een goede term voor imitatie: plagiaat.