2.2.11

Potifar 44

En nu opgesodemieterd" riep de Grote Boentoet, "want over vijf minuten staan Farine de Rueau en Tuinhekje hier op de stoep om het weer eens over gedogen te hebben. Niet, dat ik daar veel zin in heb, maar dat willen de heren nu één maal. Regelmatig overleg noemen ze dat, terwijl ik heel andere zaken aan mijn hoofd heb, zoals de terugkeer in de fractie van Zeebalduz Botttema uit Hongarije. Altijd heel plezierig zo'n man, die zijn vuisten weet te gebruiken, als mijn beveiligers het eens een keer af laten weten. Intussen, Potifar, ga jij Cohen treiteren door elke avond drie verschillende pizzabedrijven te bellen en op zijn naam twee Quattro Stagioni voor hem en zijn vrouw te bestellen. Daarmee slaan we twee vliegen in één klap want de meeste pizzabakkers zijn helemaal geen Italiaan maar Egyptenaar, Marokkaan of Turk. Moslim dus. Vraag of ze er een flesje ijsthee bijdoen, want hij drinkt zo graag thee."
Potifar wreef over zijn pijnlijke voorhoofd en wilde net zeggen dat het wat de pizza's en de thee betrof in orde kwam, toen de Grote Boentoet wild begon te schateren: "Haha, je lijkt nu precies een alochtoon met de rode stip van de paraplu op je voorhoofd, zo'n vrouw uit Pakjepakjestan."
"India", fluisterde Potifar.
Er werd gebeld.
"Vlug verstop je in de wc, höllewölle", zei de Grote Boentoet.