Jelui weten dat ik slecht over kaalplassen kan. Manlui moeten het zelf weten vanzelfs, maar ik zou niet graag als faksist bezien willen worden, als men op jaren komt en misgaan heeft van haaruitval, dan is het al slim genoeg, maar als een jongkerel zijn plas kaal scheert omdat het mode is, dan is er niet allenig iets op de plas, maar ook in de plas wat tijge mis. Gistermiddag, zij had vrij van school, kwam Triny, een van mijn beppezegsters langs. Zij is vijftien en kwam met een foto aan van een Amerikaans vrouwmens, als ik de naam goed vastgehouden heb, Brittie Speer. “Beppe”, zei Triny, “ik vind dat zo mooi, ik wil dat ook hebben, maar heit en mem willen het niet. Wat denkt beppe van zulks?” Nu zijn de rapen gaar, dacht ik. “Meisje, doe niet zo nuiver. Je hebt zulk mooi haar.” “Janny, mijn vriendin, wil het ook zo graag hebben en haar heit en mem vinden het goed”. “Nou dat moeten de ouden van Janny dan maar weten”, heb ik gezegd, “harrekrastus, ik moet er niet aandenken en je hoeft zo niet bij beppe op het dak te komen".
Vrouw Ymkje Sinnema - Meindertsma, Rotsterhaule