4.1.11

S.E.F.A.C.


Vanmorgen met de Pan-Pan naar Dalfsen, sinds vorige week komt uit het achteronder een bedenkelijke benzinelucht, dus beter maar even naar laten kijken bij Classic Jaap. Onder Harderwijk haal ik een vrachtauto in. Op de zijkant staat "Frisian Egg"*. Ze zijn in de noordelijke provincie nu echt gek geworden. Het wachten is op "Frisian Hard Sausage"**, "Frisian Little Thumb"*** en "Frisian Orange Cake"****. De stank kwam trouwens door een inmiddels niet meer geheel sluitende negenveertig jaar oude klem om de rubber slang naar de benzinetank. Tien meter van mijn Panhard staat een andere Franse auto. Een vooroorlogse raceauto, een SEFAC ("Société d'Etude et de Fabrication d'Automobiles de Course") nooit eerder van gehoord, laat staan gezien. Twee in U-vorm geplaatste Salmsonmotoren met vier bovenliggende nokkenassen. Omdat de Duitsers en Italianen in 1934 de Bugattis verpletterend hadden verslagen zochten de Fransen naarstig naar een nieuwe grandprixwagen en in plaats van een bestaand merk te financieren, sloeg men in Frankrijk een nieuwe weg in. Successen heeft de wagen voor de Tweede Wereldoorlog niet gekend, hij startte in wedstrijden meer niet dan wel. Een van de oorzaken was dat er behoorlijk met geld, dat uitgetrokken was voor het project, gesjoemeld werd. Na de oorlog heeft de Compagnie des Moteurs Dommartin, in de gelijknamige plaats, geprobeerd op basis van de S.E.F.A.C. een nieuwe wagen te bouwen, maar dat is niet gelukt.




*Frysk Aai, ** Fryske Hurde Woarst, *** Fryske Dúmke, **** Fryske Oranjekoeke