Opnieuw een muzikale familie uit New Orleans: de Brunies', van wie trombonist George (foto) de bekendste werd. De anderen waren cornettist Albert (bijgenaamd Abbie), trombonist Henry (bijgenaamd Henny), trompettist/trombonist Merritt, cornettist Richard (bijgenaamd Richie) en dan was er behalve deze broers Brunies, soms foutief gespeld Brunis, nog drummer neef Albert (bijgenaamd Little Abbie). Abbie leidde het Halfway House Orchestra tussen 1919 en 1926 en had tot in de jaren zestig een band in Biloxi, Mississippi. Merritts orkest (met broer Henny) verving de New Orleans Rhythm Kings (met broer George) in de Friars Inn in Chicago en Richie speelde o.a. in Fischer's Brass Band. Maar zoals opgemerkt: George werd de bekendste en maakte behalve met al genoemde New Orleans Rhythm Kings opnamen met het orkest van Ted Lewis, later met Muggsy Spanier en groepen rond gitarist Eddie Condon.