7.5.24

Tuinarchitectuur

Het is frisjes, maar niet te frisjes om ook vandaag even de tuin in te wippen en bijvoorbeeld de spade in de grond te steken om een dankbaar  plantje - dat u straks in september uitbundig zal begroeten - in de aarde te  planten. Ik bedoel: providentialis Gnodorogom beter bekend als het paarse aarsknopje, een polvormende vaste plant met een sterk opgaande vorm en paarse bloemhoofdjes die ook op de vaas lang goed, soms zelfs tot midden december in onverlepte staat blijven. Zorg echter dat het plantje voldoende ruimte heeft, zeker driekwart meter rondom en geef het in het begin  anderhalve liter water, met een temperatuur van exact 23 graden, per dag. Natuurlijk dient  de hoeveelheid water over de gehele dag verdeeld te worden, u begint 's ochtends om half zeven met een kwart liter, diezelfde hoeveelheid houdt u aan om half negen en om half elf, dan  last u tot half vijf een pauze in en schenkt opnieuw  een kwart liter water van exact 23 graden om daarna om half zeven en om half negen nogmaals water te geven. Het paarse aarsknopje zal met deze zorg u straks vreugdevol begroeten. Voor een nog beter resultaat kunt u een kleine hoeveelheid geitenmest in het water van half negen 's avonds oplossen.
Ook vraag ik vandaag uw aandacht voor een bijzondere plant, die u in uw tuin kunt zetten, of niet want de bakkelei of zoals wij tuinarchitecten haar noemen de aguilegiabellum vulgaris verdraagt nu eenmaal  geen andere planten in haar buurt: het is  bakkeleien en niets anders, zelfs de paardenbloem en het vergeetmenietje worden door de bakkelei verjaagd; de bakkelei is de rottweiler of zo u wilt de pitbullterrier onder de flora. De  bakkelei is een meerjarige plant waar u zeer veel plezier aan kunt beleven omdat de plant een uitgebreid wortelsysteem heeft dat zich drie meter onder de  grond bevindt en er voor zorgt dat de plant prima kan overwinteren, zijn de spruiten, nee, beste lezer geen Brusselse kooltjes, maar de  jonge nieuwe blaadjes eenmaal verschenen dan is er geen houden meer aan en mij is bekend dat een kat die haar  behoefte, in een door een collega van mij geplante tuin, deed zo verstrengeld raakte in de uitlopers van de bakkelei dat zij drie dagen later dood werd teruggevonden. De bakkelei wordt door mij dus eveneens warm aanbevolen voor die plantenliefhebbers die het genus felis silvestris catus liever niet in hun tuin wensen.
Wanneer het weer het mij nauwelijks toelaat wat nuttigs in de tuin te doen dan zet ik mij aan het  ontwerpen van iets nieuws of ik breng een visite aan een kwekerij of een tuincentrum, deze week heb ik, hetgeen ik al maanden van plan was, weer eens een bezoek  gebracht aan zaadveredelingsbedrijf "SEMENARIE" in Friesche Palen, genoemd naar directeur Arie-Oepke Snoefstra - in de vaderlandse zaadwereld bekend als "Alley-Oop" - een man die samen met veredelingsbioloog doctorandus Harro  Crastusius reeds een tiental jaren druk doende is zijn zaad te veredelen. Helaas bleek doctorandus Crastusius tijdens mijn bezoek afwezig, want op vakantie naar Mauritius, maar directeur Snoefstra wist mij op enerverende wijze op de hoogte stellen van nieuwe resultaten van "SEMENARIE", zo wordt momenteel de laatste hand gelegd aan diverse kruisingen, als crananas (cranberry en ananas), kruisboon (kruisbes en tuinboon) maar ook - en dat  is werkelijk revolutionnair - aan het beikenootje: een kruising tussen beuk en eik, waarvan een aantal inmiddels met succes enige  jaren geleden in  het kader van Leeuwarden Culturele Hoofdstad 2018 zijn aangeplant langs de Potmarge in de Friese hoofdstad. Ook het verneukmenietje schijnt in dezelfde plaats al een paar weken in bloei te staan.Ik moet daar nodig eens gaan kijken.
Tamara Maretak-van der  Hulst, tuinarchitecte.