11.11.10

Drum

De Engelse taal kent een prachtige uitdrukking, die zich moeilijk leterlijk in het Nederlands laat vertalen: "marching to his own drum". Sinds anderhalf jaar ken ik de heer Ozenfant nu, en als er iemand is, die volslagen op de muziek van zijn eigen trommeltje marcheert, dan is hij het. Ik ontdekte al snel dat hapklare brokjes voor hem zeer belangrijk waren en dat ik het niet moest wagen, nadat ik de etensbak gevuld had, daarbij in de buurt te komen. Niet dat hij at, nee, hij beschermde zijn voer. Dat betekende min of meer dat de keuken waar de voerbak stond, voor mij zolang er eten in de bak zat, voor mij verboden terrein was. Ik besloot daarop de heer Ozenfant eerst wat brokjes uit de hand te voeren, zodat hij wist dat zijn kostelijk voer door mij verstrekt werd, en pas daarna de voerbak neer te zetten. Dat ging enige tijd goed tot de heer Ozenfant besloot niet meer uit mijn hand te eten. Zoiets van: jij denkt dat je slim bent, maar ik ben slimmer en ik trap niet in zo'n handeling. De heer Ozenfant mag buitengewoon graag wandelen: zodra hij zijn hals- en lijnband ziet voert hij een koddig dansje uit, waarvan een kozak nog wel iets kan leren. Maar sinds eergister vertoont hij ook wat wandelen betreft nieuw gedrag. Vaak komt hij 's avonds met zijn voorpoot tegen mijn broek aanslaan om me te herinneren dat het tijd is om uit tegaan. Soms wil ik eerst iets afmaken, waar ik op dat moment mee bezig ben en gaan we daarna pas wandelen, een woord dat hij trouwens uitstekend begrijpt. Sinds dinsdagavond gaat hij, als er niet ogenblikkelijk door mij gereageerd wordt, achter een stoel zitten en wenst hij, hoe ik ook met de verleidelijke halsband zwaai, niet te reageren. Boos?