Voor de totaal niet oplettende aanschouwer is dit een oude automobiel,
voor de een beetje oplettende aanschouwer is dit een driekleurige auto
en voor de beter oplettende aaanschouwer is dit een A-Ford en de
laatste, de meest oplettende, heeft ongelijk. Maar ik begrijp het wel,
de hier boven afgebeelde Bugatti Type 40A heeft een Amerikaans ogende
carrosserie: een roadster zoals Amerikaanse fabrieken ze eind jaren
twintig leverden. De Type 40A had een niets grotere viercylindermotor
dan van het Type 40, dat vanaf medio 1926 leverbaar was. De
Type-40-motor kwam uit het Type 37 en had een inhoud van 1500cc. De
jaren twintig was de tijd van met de auto de Sahara in, Citroën deed het
met door Kégresse ontwikkeld halftracks (rupsbanden achter), Renault
met drie-assers met op alle assen (dus ook op de vooras) dubbellucht en
Bugatti had luitenant Loiseau met een redelijk uitgeklede Type 40. In
het bakje achter stonden twee reservoirs met 30 liter benzine, een tank
met 20 liter olie, een geweer met 200 stuks munitie, leeftocht voor 4
dagen en 20 liter water.