Tegenwoordig hebben we het, als we over auto's praten, over een hybride wanneer de auto in kwestie zowel over een electro- als een benzinemotor beschikt, in 1963 kon het iets heel anders betekenen: een Engelse auto met een Amerikaanse motor, niet dat dat een gloednieuw kunststukje was, want ook voor Tweede Wereldoorlog had bijvoorbeeld Jensen dat al uitgehaald. Bristol, de vliegtuigfabriek, die vanaf 1947 fraaaie sportbolides leverde met een zescylindermotor die voor de oorlog een BMW voortbewoog, leverde vanaf 1962 de "408" met Chrysler V8 met een inhoud van 5,2 liter en een automatische
versnellingsbak. In mijn verzameling zitten twee folders, de één
duidelijk chiquer dan de andere, laat ik met de eenvoudige beginnen.
31.1.16
45 B5
Niemand heeft natuurlijk de naam van een Engelse met hazelnoten gevulde chocoladereep of een voedzaam hondenbrokje, nee, Bix heette voluit Leon Bismark Beiderbecke. Nu zijn er weinig mensen die hun zoon naar de ijzeren kanselier noemen, maar vader was een zoon van Duitse immigranten en die hadden hun zoon - uit Heimweh? - ook al Bismark genoemd. Bix, geboren op 10 maart 1903 in Davenport (Iowa) was de eerste blanke jazztrompettist die er toe doet. Hij begon aan de piano, maar wisselde naar cornet en werd al in zijn highschooljaren een veel gevraagd muzikant, de school maakte hij dan ook niet af. Hij wordt door zijn ouders naar de Lake Forest Academy gezonden, maar Bix gaat regelmatig per trein naar Chicago, speelt, drinkt en wordt van school gestuurd. Hij speelt in de Wolverines, maakt met die band plaatopnamen, zit vervolgens in het orkest van Jean Goldkette waar hij Frank Trumbauer ontmoet, met wie hij later de vinden is in het orkest van Paul Whiteman, die zich "King of Jazz" noemt. De Whitemanband is onderwerp van dit epeetje en het nummer dat ik koos is "Because my baby don't mean maybe now", waarin Bix soleert.
30.1.16
Händel
Händel - of volledig Georg Friedrich Händel (1685-1759) - componeerde o.a. het befaamde "Hallelujah Chorus", mocht u het vergeten zijn dan help ik u hier er aan herinneren, dat het ook op geheel ander wijze kan worden uitgevoerd, o.a. door een zeer enthousiast heer met maracas en een zogenaamd bamboeclarinetorkest ziet u hier.
45 B4
Net zoals Adrian Rollini de bassax op de jazzkaart heeft gezet, deed Sidney Bechet voor de sopraansax hetzelfde. Geboren in 1897 in New Orleans speelde hij al heel jong clarinet in verschillende orkesten van beroemdheden in die stad, om vervolgens op tournee te gaan naar Chicago onder meer met Freddie Keppard. Daarna vinden we hem in New York in de band van Will Marion Cook, waarmee hij op tournee naar Europa gaat. In London heeft hij veel succes en ontdekt hij de sopraansax, maar in september 1922 wordt hij gearresteerd omdat hij een vrouw zou hebben gemolesteerd en Bechet wordt uitgewezen. Drie jaar later is hij opnieuw in Europa, dit keer eerst in Frankrijk, waar hij optreedt met Josephine Baker en daarna met verschillende bandjes tot in Rusland onderweg is. In 1928, terug in Parijs, wordt hij weer gearresteerd, dit keer vanwege een schietpartij en hij wordt na elf maanden in het gevang, opnieuw gedeporteerd. In New York speelt hij in het orkest van Noble Sisle dat, het verhaal wordt eentonig, op tournee gaat naar Europa. In 1932 is Bechet terug in New York, maar langzamerhand wordt het moeilijk om optredens te vinden en een poosje heeft hij samen met trompettist Tommy Ladnier een kleermakerij. De muzieksituatie blijft penibel tot hij in 1950 besluit naar Frankrijk te emigreren, waar hij een paar jaar later een contract tekent met het platenlabel Vogue. Uit die periode dateert dit epeetje - met het orkest van Claude Luter - met zijn enorme succes "Petite Fleur". Maar ik koos voor "Le Marchand de Poisson" omdat dat meer van de Caraïbische invloed laat horen op de muziek van New Orleans, maar waarin ook de populariteit van de biguine in Parijs doorklinkt.
29.1.16
Lezen
Ik lees het tweede deel ("Brief Candle in the Wind", My Life in Science) van Richard Dawkins' autobiografie en stuit op twee werkwoorden - ontleent aan een eigennaam - die ik niet kende. To eastwood en to paxman. Het eerste komt van Clint Eastwood en betekent tijdens een toespraak tegen een lege stoel praten, Eastwood deed dat in 2012 tijdens de presidentiële campagne; to paxman betekent dezelfde vraag blijven herhalen, omdat iemand steeds een ontwijkend antwoord blijft geven, zoals de Britse minister van Binnenlandse Zaken Michael Howard tot twaalf keer toe in het BBC-programma Newshour in mei 1997.
Minahasa
Een moment denk ik een wonderlijk soort draaiorgel te horen en er blijft van dat gevoel tijdens de hele opname iets hangen, maar het is een bamboeorkest uit Minahasa in Noord-Sulawesi en ik weet niet hoe het komt, maar ik wordt er ongelooflijk vrolijk van. Ik zoek verder en er blijkt nog meer muziek te zijn achtergelaten door de voormalige kolonisator: de polonaise die in Minahasa verder leeft onder de naam polonise.
John & Horace
Behalve John & Baby Dodds had je ook John & Horace Dodge, twee broers die motoren bouwden voor Ford, voordat ze in 1914 hun eerste eigen auto's leverden, die meteen succes hadden tijdens de strafexpeditie van generaal Pershing in Mexico en vervolgens op grote schaal werden ingezet tijdens de Eerste Wereldoorlog. In 1916 was Dodge, qua verkopen, de vierde fabriek in de Verenigde Staten. In 1928 kocht Walter P. Chrysler Dodge voor 175 miljoen dollar. In 1933 stond Dodge opnieuw op de vierde plaats. Op de foto een Dodge pick-up, op de onderkant van het model staat Dodge 1950, maar waarschijnlijk heeft de maker zich tien jaar vergist en is 1940 correcter.
45 B3
Misschien moet ik nog eens een serietje maken over broertjes in de jazz, want er zijn er nogal wat: Fletcher en Horace Henderson, Benny en Harry Goodman, Adrian en Arthur Rollini, Tommy en Jimmy Dorsey, Jack en Charlie Teagarden en dat zijn namen - net als die van Johnny en Baby Dodds - die me zomaar te binnenschieten. De Doddsbroers kwamen uit New Orleans en beiden hebben voor 1930, daarna werden de jazzorkesten groter, hun stempel op het spel van hun instrument gedrukt, Johnny op de klarinet, Baby (zijn echte naam was Warren) op de drums. Ze speelden allebei met Armstrong, maar ik wil ze eerst laten horen in een eigen formatie, de Beale Street Washboard Band, waarin Baby niet achter de drums zit maar het washboard hanteert in "Forty and Tight". Johnny speelt uiteraard clarinet, Herb Morand trompet en Frank Melrose piano.Op hetzelfde epeetje staan The Black Bottom Stompers, waarin beide broers naast Armstrong op cornet, Stomp Evans op sax, Earl Hines op piano, Bud Scott op banjo en Roy Palmer op trombone aanwezig zijn in "New Orleans Stomp".
28.1.16
Kleingeestig
Soms wordt de naam van een gemeente bewaarheid: de burgemeester van Luttelgeest laat journalisten in een straal van vijf kilometer rond het dorp verwijderen.
GGGGRRRRR....................
UNA: "do we dogs need a hat, a bunnit ur other heed
gear? ay coorse nae! nae in a million years, but some american fowk hae
other ideas..."
45 B2
In de doos staan slechts twee epeetjes van Count Basie. Maar er is gelukkig meer: zes langspeelplaten, een paar CD's en zelfs een 78-toerenplaat, want Basie heb ik hoog. De befaamde rhythmesectie: Basie, piano; Freddy Greene, gitaar; Walter Page, bas en Jo Jones, drums) - zonder de rest van de band - staat op het epeetje "Blues by Basie", met o.a. dit "Hey Lawdy Mama", opgenomen op 9 november 1938. Er vlak achter staat het epeetje met een viertal opnames afkomstig van de lp "The Atomic Mr. Basie" met composities van Neal Hefti opgenomen op 21 october 1957 met o.a. "Flight of the Foo-Birds". Op dat epeetje staat ook "Whirly Bird", maar van dat nummer vond ik een live opname in 1965 gemaakt voor de BBC, met een iets andere bezetting.
27.1.16
45 B1
Chet Baker was in 1956 in Parijs en nam met een aantal Franse musici een epeetje op voor het label Barclay. Dit is "In a little provincial town" met Chet Baker op trompet, Benny Vasseur, trombone; Teddy Hameline, altsax; Armand Migiani, tenorsax; William Boucaya, baritonsax; Françy Bolland, piano; Benoit Quersin, bas en Prene Lemarchand, drums.
Iepenbier Ferfier
Wij bevinden ons ten burele van de directie van het openbaar vervoer in Friesland, waar zo juist een vergadering is begonnen om het openbaar vervoer in die provincie aantrekkelijker te maken.
Directeur 1: "Wy moatte no al trochpakke fanselfs, fyne jim ek net?"
Directeur 2: "Jawis, er moet iets gebeuren, mischien 'n ander kleurtje op de bussen of een pompeblêdsje op de achterkant meer."
Directeur 3: "Of een hogere frekwentie op de lijnen."
Directeur 1: "Nee, nee, soks moatte wij net ha, nee, it moat al 'n aksje wêze wêrmei wij yn 'e krante komme."
Directeur 2: "Jawis, daar ben ik het helendal mee eens. Waarom geen portretten van bekende Friezen op de bussen?"
Directeur 1: "Grutte Pier, Piter Jelles, de bruorren Halbertsma?"
Directeur 3: " Nee levende, bekende Friezen, de BF-ers, de Beffers, zoals Syb van der Ploeg!"
Directeur 2: "Jawis, maar we moeten wel een buro voor sibbekunde inschakelen, zodat er geen halve of kwart Friezen op de bussen komen, iedereen die op een bus geportretteerd wordt moet minstens vier Friese grootouders hebben."
Directeur 1: "Mar hawwe wij wol 300 Beffers? Wij hawwe by einbeslút 300 bussen."
Directeur 3: "Dat zien we dan wel weer!"
Waarna de bijeenkomst met het zingen van het Fries volkslied werd gesloten.
26.1.16
Toetanchamon
Nu er een aantal werknemers van het Egyptisch Museum in Cairo is gearresteerd omdat ze het masker van pharao Toetanchamon hadden laten
vallen en vervolgens de afgebroken baard ervan buitengewoon slordig
opnieuw hadden vastgeplakt, is het tijd om de Amerikaanse komiek Steve
Martin even te laten zien is zijn creatie uit 1978 van King Tut.
Hond
Zojuist werd ik getroffen door het volgende bericht op de website van de Leeuwarder Courant onder de kop "Friese adoptiehond vermist rondom Schiphol",
"De Leeuwardense Iekie Vlas was in alle staten toen hond Sharif
ontsnapte. Ze had de hond net opgehaald van Schiphol, waar hij zich
losrukte en de vrijheid tegemoet rende. De hond zwerft nu al bijna tien dagen rond. ,,Hij is momenteel buiten
het gebied dat bij Schiphol hoort'', zegt Willemeike Koster,
woordvoerster van de luchthaven. Volgens haar heeft de luchthaven
de dierenambulance in de omgeving gewaarschuwd. Medewerkers gaan nu
proberen de hond te vangen. De hond kwam uit een Turkse dierenopvang en
zou door Vlas geadopteerd worden."
Ik blijf achter met een aantal vragen: 1. Is hier i.p.v. een Friese niet sprake van een Turkse adoptiehond? 2. Kwam deze hond om economische redenen naar Nederland? 3. Hoe kan het zijn dat deze hond als vluchteling niet via de gebruikelijke route via de Balkan, maar comfortabel per vliegtuig ons land bereikte? 4. Dient deze deze hond zich niet in Ter Apel te melden? 5. Waar blijven de gebruikelijke demonstraties, want hier kan immers sprake zijn van een "testosteronbom", die vaderlandse teefjes niet met rust kan laten? 6. Waarom oppert de Leeuwarder Courant geen van deze vragen maar drukt dit verontrustende bericht zonder commentaar af?
Drs. Barend-Otto ter Vloot, Steenwijkerwold.
45 A
In die doos met vijfenveertigtoerenjazzplaatjes staat uiteraard meer dan dat epeetje van Bob Gordon. Ze staan er keurig in alfabetische volgrde en de eerste twee zijn van de Alabama Washboard Stompers en de Alabama Jug Band, wie zich achter deze namen verschuilden is onbekend, maar vermoedelijk gaat het bij de Stompers om een groepje rond pianist Jimmy Blythe, alleen over vocalist Jake Fenderson schijnen de geleerden het eens te zijn. De Jug Band zou Clarence Williams onder zijn gelederen kunnen tellen, de vocalisten zijn Cabbage & Hambone Jackson. Dit zijn de Stompers met "Pigmeat Stomp" en dit is de Jug Band met "Jazz it Blues".
Bestelwagens 2
Opnieuw drie bestelwagens, maar dit keer is het niet de functie die zorgt voor het onderscheid, maar de aandrijving: de witte bestelauto is een White uit Cleveland aangedreven door een stoommachine. White was van origine een naaimachinefabrikant, die de eerste stoomaangedreven auto in 1900 afleverde. Theodore Roosevelt gebruikte een White stoomauto tijdens zijn presidentschap.
De tweede bestelwagen is een Austin uit Longbridge. Herbert Austin verliet in 1905 Wolseley om zijn eigen firma op te zetten. In 1909 verscheen een viercylinderstadsauto met een cab-over-engine, waarvan deze bestelauto is afgeleid.
De bestelwagen van het Londense warenhuis Harrods is een Walker "Stand and Drive" uit 1919, gefabriceerd door een fabriek die van 1907 tot 1942 soortgelijke, door electriciteit aangedreven, vrachtwagens produceerde. Opvallend is dat de auto's alle drie het zonder motorkap moeten doen en zogenaamde frontsuurmodellen zijn.
25.1.16
Mr. Gordon
Het 45-toeren-epeetje staat al jaren in mijn doos met vijfenveertigtoerenjazzplaatjes, ik kocht ze in de jaren vijftig van mijn zakgeld, langspeelplaten waren te prijzig. Gerry Mulligan was destijds de beroemde baritonsaxofonist en toch staat er een epeetje van Bob Gordon in de doos en ik probeer me te herinneren waarom ik "Meet Mr. Gordon" kocht en ik kom niet verder dan het vage vermoeden dat ik met een stapeltje plaatjes in zo'n hokje waarin je platen, voordat je ze aanschafte, kon afluisteren het epeetje ontdekte. Het Bob Gordon Quintet bestond uit Bob Gordon, baritonsax; Jack Montrose, tenorsax; Paul Moer, piano; Joe Mondragon, bas en Billy Schneider, drums. Gordon overleed ten gevolge van een auto-ongeluk op 28 augustus 1955 op weg naar een concert van het orkest van Pete Rugolo. Gordon maakte ook opnamen met het George Redman Quintet, zoals dit "Babette". Trombonist in "Babette" Herbie Harper is ook aanwezig in een opname van het Bob Gordon Quintet in "Moer Blues", maar de pianist is niet Paul Moer maar Maury Dell.
Goyse Meren
Aan welke kleur denkt u als u het woord "meren" hoort? Vanmorgen nam ik de proef op de som en deed een minieme enquete. Iedereen antwoordde "blauw", maar dat is fout, want in het goyse dorp met geiwe (sinds 1 januari j.l. deel van de gemeente Goyse Meren) denkt het bestuur aan de kleuren aubergine en paardevijg. Bordjes en auto's werden vervolgens beschilderd met verschillende symbolen, die ik niet begrijp, zijn de tekens op nevenstaand bord plattegronden van een vesting, zijn het sheriffsterren of zijn het schildpadjes en zijn de tekens op onderstaande auto hondenkluiven of golfjes? Welk kleurenblind stuk onbenul heeft deze ontwerpen op zijn geweten?
Bestelwagens
Een drietal bestelauto's met een speciaal doel, de eerste is een bestelwagen op basis van een
T-Ford, uitgerust als lijkwagen, het hekwerk boven dient voor de kransen.
De tweede wagen is een auto die dient voor het transporteren van arrestanten, de driehoeken op de wieldoppen verraden het merk: Triangel, dat op 26 augustus 1918 onstond door de samenvoeging van drie Deense automobielfabrieken: Thrige, Jan en Anglo-Dane tot "De Forened Automobil Fabriker A.S." in Odense.
Thrige, opgericht in 1909 door Thomas B. Thrige in Odense, begon met de constructie van een electrische vrachtwagen, die verkocht werd aan tabaksfirma in Kopenhagen, in 1912 wist Thrige een behoorlijk aantal taxi's in de Deense hoofdstad te slijten met uit Frankrijk geïmporteerde motoren van het merk Ballot, daarnaast worden personenauto's, vrachtwagens, autobussen en brandweerauto's gebouwd.
Thrige, opgericht in 1909 door Thomas B. Thrige in Odense, begon met de constructie van een electrische vrachtwagen, die verkocht werd aan tabaksfirma in Kopenhagen, in 1912 wist Thrige een behoorlijk aantal taxi's in de Deense hoofdstad te slijten met uit Frankrijk geïmporteerde motoren van het merk Ballot, daarnaast worden personenauto's, vrachtwagens, autobussen en brandweerauto's gebouwd.
Jan werd in 1915 opgericht door Jan Hagemeister in Kopenhagen en had spoedig succes door een auto aan de Deense prins Axel te verkopen en een andere aan prins Georg van Griekenland. In februari 1916 won een Jan de door de Københavns Motor Klub uitgschreven winterrit van 405 kilometer.
Anglo-Dane, eveneens uit Kopenhagen, was de oudste van de drie samengevoegde
fabrieken, opgericht door H.C. Fredriksen in 1890 als rijwielfabriek en
omdat Engelse fietsen veel gevraagd waren, koos Frederiksen voor de naam
Anglo-Dane. In 1902 zond Frederiksen zijn oudste zoon Axel naar Detroit
om een kijkje te nemen in de automobielindustrie. De productie in
Kopenhagen beperkte zich in het begin tot bestel- en vrachtwagens en ook
Anglo-Dane sleet een bestelauto aan een tabaksfirma, de firma E. Nobel
aan de Vestergade.
De derde auto is een ambulance, die in gebruik was bij de Israelische equivalent van het Rode Kruis, gebouwd op basis van een Standard Vanguard Estate uit het begin van de jaren vijftig.
24.1.16
Spijkenisse
Gister reisde het - in Nederland bijkans heilig verklaarde - Grote Warhoofd, ook bekend als Goy Waterstofperoxide, naar Spijkenisse om daar spuitflaconnetjes uit te delen opdat vrouwen aldaar zich tegen opdringerige asylzoekers zouden kunnen verweren; tien vrouwen waren niet van zijn bezoek gediend en protesteerden, hetgeen niet goed viel bij de lokale koddebeiers die de dames arresteerden onder het voorwendsel dat de dames de openbare orde verstoorden, want, wanneer je een bordje omhoog houdt, denkt zo'n Spijkenisser laaggeschedelde geüniformeerde, anders dan bij het uitdelen van spuitflaconnetjes meteen aan orde, want "Ordnung muss sein", terwijl het Grote Warhoofd, ook bekende als Goy Waterstofperoxide, nu reeds zo'n tien jaar de openbare orde, niet alleen in Spijkenisse, verstoort.
Drs. Barend-Otto ter Vloot, Steenwijkerwold.
In a Cello Mood
Nee, de cello is geen echt jazzinstrument en dat het een - bescheiden - plaats veroverde is te danken aan één man: Oscar Pettiford, die als bassist van Woody Herman voor de grap, in plaats van zijn gebruikelijke instrument, een cello voor de dag haalde en daarop zijn solo speelde. Hij had in 1949 al een belangrijke carriere achter de rug, hij had opnamen gemaakt met Coleman Hawkins en Ben Webster (vergeet de plaatjes) en opgetreden met Dizzy Gillespie en Thelonious Monk, om daarna drie jaar in het orkest van Duke Ellingon te werken. Pettiford stemde de cello als een bas, maar een octaaf hoger. In genoemd jaar brak hij een arm, dat maakte het voor hem onmogelijk de bas te hanteren, het lukte hem echter wel cello te spelen en zo werd de cello Pettifords tweede instrument. "In a Cello Mood."
23.1.16
De Falla
De elpee stak in een feloranje hoes met donkergroene belettering: "El Sombrero de tres picos", het ballet van Manuel de Falla (1878-1946) uitgevoerd door l'Orchestre de la Suisse Romande onder aanvoering van Ernest Ansermet. Het was mijn eerste "klassieke" langspeelplaat, maar hij zit wonderlijk genoeg niet meer in mijn verzameling, terwijl ik de muziek van De Falla nog altijd hogelijk waardeer. Het verhaal van het ballet rond de mooie molenaarsvrouw was van origine een volksvertelling die door de schrijver Pedro Antonio de Alarcón (1833-1891) werd bewerkt. Gelukkig vond ik een fraaie uitvoering van "De Driekante Steek" door de BBC Philharmonic onder leiding van Juanjo Mena.
Mack
Het aantal vrachtwagenminiaturen in de verhouding met die van personenauto's in mijn verzameling is bedroevend gering, maar een mens kan nu eenmaal niet alles sparen. Maar een Mack "AC" met de kenmerkende neus mag natuurlijk niet ontbreken, bovendien ging die vrachtwagen - met diezelfde neus - ook de rails op.
Later werd het veel gewoner, ooit was ik in de fabriek, toen nog in Allentown (Pennsylvania) een stad die in het Pennsylvania Dutch (geen Nederlands trouwens, maar een verbasterd Duits) Allenschteddel heet. Ik herinner me een bord bij een kroeg met het opschrift "Die modder ist wieder da", wat zoveel betekende dat de bazin weer achter de toog stond. Zelf noemen de nazaten van Duitse immigranten de taal Pennsilfaanisch Deitsch en er was een tijd dat een derde van de bevolking van Pennsylvania de taal sprak, er bestaat nog wel een krant, die overigens maar twee keer per jaar verschijnt "Hiwwe wie Driwwe" (Hier zowel als daar). Creedence Clearwater Revival "Bad Moon Rising"ziet er in het Pennsilfaanisch Deitsch zo uit: “Kumm, geh mit uns heit Owet yaage, dief in der Busch, mir welle Gschpass. Loss dir vun uns mol ebbes saage, du hebscht der Sack, noht fangscht du was. Geh net naus heit Nacht, 's iss Elbedritsche Yacht, die Buwe reitze dich - geb acht!"
22.1.16
Bob Wills
Ik kan niet nalaten om even de schijnwerper op Bob Wills te richten en dan met name op zijn in 1935 opgenomen "Osage Stomp". Het genre waarin Wills uitblinkt heet western swing en we hebben al één instrument - de steelguitar - gehoord, maar ook violen - meestal omschreven als fiddles - speeldes een vooraanstaande rol. Violen waren redelijk uitgerangeerd in de swingorkesten van de late jaren dertig, maar in western swing bleven ze volop aanwezig en Bob Wills was ongelooflijk populair, niet alleen in Texas, maar ook in Oklahoma en andere zuidelijke staten. Waren er blazers? Jazeker, ze doken bijvoorbeeld op in de in 1935 opgenomen "Osage Stomp" met Art Haines op trombone en Robert "Zeb" McNally, altsax (foto).
Guitar Rag
"Guitar Rag", maar laat ik beginnen met "Steelguitar Rag gecomponeerd door Leon McAuliffe de de steelguitarist van Bob Wills and his Texas Play Boys. Gehoord? Beluister hem nog eens , zodat hij goed is opgeslagen en luister dan naar de "Guitar Rag" van Sylvester Weaver (foto) en stel vast dat de witte heer McAuliffe een gannef is, hij stal de melodie van de zwarte heer Weaver, die "Guitar Rag" de eerste keer begin november 1923 opnam. De opname van McAuliffe dateert uit 1936.
Die dagen
Het was in de dagen dat het goederenvervoer over de weg hoofdzakelijk plaats vond met verbouwde vrachtwagens uit Engelse, Amerikaanse en Canadese legerdumps. Mensen herinnerden zich het schone en ware lied "Hotsjek, hotsjek, eigenbouw is rotshag".
De Jeep heette gewoon jeep en niet dzjiep en een enkeling kende de alternatieve tekst nog van "Waar de blanke top der duinen". En ik schreef een brief aan een tante in Amsterdam over het bezoek op woensdagmiddag aan een circus en "Het was
Het is duidelijk van auto's wist ik nog niets, een radiateur noemde ik watertank.
21.1.16
1953
In augustus 1953 kocht ik mijn eerste langspeelplaten, niet tegelijkertijd, maar met een week tussenpoos. De eerste elpee was van een groep rond drummer George Wettling met Wild Bill Davison, cornet; Cutty Cutshall, trombone; Edmond Hall, clarinet, Ralph Sutton, piano; Eddie Condon, gitaar en Bob Casey, bas. "Indiana", het openingsnummer van de B-kant begint met Wettling op pauken, niet zo merkwaardig want in de jaren twintig werkte de ook als schilder bekende Wettling als slagwerker in een symfonieorkest. (De foto's bij de YouTubeclip slaan behalve het tonen van de hoes van de elpee trouwens nergens op!) De tweede elpee was van de teruggevonden New Orleanstrompettist Bunk Johnson die in januari 1944 een aantal opnamen maakt met de Yerba Buena Jazzband uit San Francisco, maar dan zonder de reguliere trompettist en bandleider Lu Watters. De musici in "The Girls Go Crazy" zijn Bunk Johnson, trompet; Turk Murphy, trombone; Ellis Horne, clarinet; Burt Bales, piano; Pat Patton, banjo, Squire Girsback, bas en Clancy Hayes, drums.
Dinky Toys 6
Wanneer ik de "Catalogue Mondial des Modèles Réduits Automobiles" van Jacques Greilsamer en Bertrand Azéma uit 1967 raadpleeg dan zie ik dat er meerdere versies van de Trojan "15cwt" zijn gemaakt, de eerste was de bestelwagen van Dunlop in 1950 die zeven jaar werd gemaakt, daarna kwam die van Oxo in 1953 en vervolgens één van Esso en één van Chivers. Ik heb er drie, die van Esso ontbreekt. Dat Trojan meer ijzers in het vuur had dan de bestelwagen wordt wel eens vergeten, ze bouwden na de oorlog een hulpmotor voor fietsen, een sportwagen (Elva), een zijspan voor de Lambrettascooter en de Heinkel scootmobiel in licentie.
Subscribe to:
Posts (Atom)