Gelukkig bezit ik wat Friesland betreft enige informanten die mij van dag tot dag op de hoogte houden van wat er in die provincie plaats vindt. Zojuist ontving ik het bericht dat het Bund-Friesischer-Mädelshoofdkwartier zich inmiddels gevestigd heeft in Drachten, een dorp waar ik een paar bijzonder vervelende jaren van mijn jeugd mocht doorbrengen, maar daarover hebt u elders op dit blog al het een en ander kunnen lezen. Daarbij moet ik eerlijkheidshalve meteen aantekenen dat mijn verblijf aldaar door de huidige Drachtsters en met name door het zogenaamde historisch genootschap wordt ontkend. De Bund Friesischer Mädel kent inmiddels een overkoepelend orgaan: de Douwe Kiestra Brigade onderverdeeld in diverse vendels, genoemd naar bekende Friese voormannen als S.J. van der Molen, Douwe Kalma, J.M. van der Goot en R.P. Sybesma. Ieder vendel heeft een eigen kleur blouse maar wel dragen alle dezelfde halsdoek: een Friese vlag. De groet is van vendel tot vendel verschillend, zo begroeten de leden van het S.J. van der Molenvendel elkaar met: "Hobbe, Hobbe wat stjonkt de bolle wer" met als tegengroet "Jawis, ik rûk him hjirre" en de leden van het R.P. Sybesmavendel begroeten elkaar met "Fretst do bargekloaten?" waarop het antwoord: "Ik mei der wol sop fan!" Marcheren doen de vendels gezamenlijk als Douwe Kiestra Brigade onder een enorm spandoek: "Leaver dea as slaef!". De brigade zal straks als het Leeuwarden Culturele Hoofdstadjaar wordt afgesloten uiteraard acte de présence geven. Uit Uplengen (Ost-Friesland) komt dan het AfD Musikkorps "Dreifach Heil" aangereisd en onder de tonen van "Alte Kameraden" wordt over de Nieuwestad gestapt.