31.10.18

JUGER

Voor de waarheid van het verhaal kan ik niet instaan, ik hoorde het een twintig jaar geleden van Hendrik-Jan Dobberman, om begrijpelijke redenen bijgenaamd “The Pincher”, met wie ik eens een reeks radioprogramma's maakte. Dobberman was ooit, het  zal in de jaren zeventig geweest zijn, uitgenodigd om jurylid te zijn tijdens een concours van punkbandjes in het Noordfranse Hazebrouck. Hoe hij daar belande weet ik helaas niet meer, maar er waren die avond vijf deelnemende groepjes, vier Franse bandjes en één Engelse formatie. De muziek deed er destijds niet zo heel veel toe, als de groep maar  een scrabeuze naam had. Ik herinner me bijvoorbeeld een Noordhollandse groep met  de naam “De Zweetkutten”, die ik zelfs eens heb mogen aankondigen terwijl mijn medepresentator onder de tafel lag. Uit het Britse, net van de overzijde van Het Kanaal kwamen “The Herpesites” aangereisd en uit Frankrijk waren “Les Bittes Sonores”, “Les Merdophones”, “Les Hémorroïdents” en het meidengroepje “Les Clitoriens” aanwezig. In de jury zaten, behalve Dobberman, een lokale discjockey en de burgemeester van een naburige gemeente wiens zoon zanger was van “Les Merdophones”. Laatstgenoemde goede man wist niet waaraan hij begonnen was, want net op het ogenblik dat “Les Bittes Sonores” het spits wilden afbijten met het nummer “La baise de Sainte Marie” betrad zijn collega, de burgemeester van Hazebrouck, vergezeld door een tweetal koddebeiers het pand  om het geheel te verbieden. Het waarom was niet meteen duidelijk en er ontstond een felle woordenwisseling tussen beide burgervaders waarbij de leden van de Franse bandjes wat betreft het noemen van geslachtsdelen nog wat konden opsteken. Wat niet  door de beugel kon als liedtekst was in het woordgebruik van het lokale gezag duidelijk toegestaan. Dobberman is die avond niet meer aan jureren toegekomen.