Voor de waarheid van het verhaal kan ik niet
instaan, ik hoorde het een twintig jaar geleden van Hendrik-Jan
Dobberman, om begrijpelijke redenen bijgenaamd “The
Pincher”, met wie ik eens een reeks radioprogramma's maakte. Dobberman was
ooit, het
zal in de jaren zeventig geweest zijn, uitgenodigd om jurylid te zijn tijdens een concours van punkbandjes in het
Noordfranse Hazebrouck. Hoe hij daar belande weet ik
helaas niet meer, maar er waren die avond vijf deelnemende
groepjes, vier Franse bandjes en één Engelse formatie. De muziek
deed er destijds niet zo heel veel toe, als de groep maar een scrabeuze naam had. Ik herinner me bijvoorbeeld een Noordhollandse groep met de naam “De Zweetkutten”, die ik zelfs eens heb mogen
aankondigen terwijl mijn medepresentator onder de tafel lag. Uit het
Britse, net van de overzijde van Het Kanaal kwamen “The
Herpesites” aangereisd en uit Frankrijk waren “Les Bittes Sonores”, “Les
Merdophones”, “Les Hémorroïdents” en het meidengroepje “Les
Clitoriens” aanwezig. In de jury zaten, behalve Dobberman,
een lokale discjockey en de burgemeester van een naburige gemeente
wiens zoon zanger was van “Les Merdophones”.
Laatstgenoemde goede man wist niet waaraan hij begonnen was, want net op
het ogenblik dat “Les Bittes Sonores” het spits wilden
afbijten met het nummer “La baise de Sainte Marie” betrad zijn collega,
de burgemeester van Hazebrouck, vergezeld door een tweetal
koddebeiers het pand
om het geheel te verbieden. Het waarom was niet meteen duidelijk en er ontstond een felle woordenwisseling
tussen beide burgervaders waarbij de leden van de Franse
bandjes wat betreft het noemen van geslachtsdelen nog
wat konden opsteken. Wat niet door de beugel kon als liedtekst was in het woordgebruik van het lokale gezag duidelijk toegestaan. Dobberman is die avond niet meer aan jureren toegekomen.