18.10.11

Belfloor en Bonnevu 2

Het blijkt dat ik me van het verhaal van "Belfloor en Bonnevu" van Hildebrand weinig herinner, maar dat de tekeningen van Van Raemdonck me bekend voorkomen, vooral dit plaatje van de pietepeuterig klein geworden "boze" reus stond me helder voor de geest.


Ik realiseer me dat het toch niet altijd de plaatjes zijn geweest die ik heb onthouden, want ik vroeg in de tweedehandsboekenwinkel in Weesp naar een ander boek waarvan juist het verhaal me is bijgebleven. Het was er niet, maar in deze razendsnelle tijd heb ik het zondag bij "De Rode Kater" in Zwolle op internet ontdekt en vanochtend lag het in mijn brievenbus. "Keesie Oranje" heet het en het moet destijds zo'n indruk op me hebben gemaakt, dat ik prompt mijn wens om treinmachinist te worden vergat en leeuwentemmer wilde worden. Hoelang ik die wens gekoesterd heb weet ik niet. Toen ik zondagmiddag naar het boek ging zoeken vond ik verschillende exemplaren, maar ik wilde coute que coute een boek met de juiste band. Waarom herinner ik me die cover? Hoe komt het dat ik me zo'n, wat in feite een detail is, herinner.

Al vaker heb ik mezelf betrapt op een "grafisch geheugen". Soms leidt dat tot komische situaties. Een paar jaar geleden was ik met mijn vrouw in Cornwall en we zagen dat John le Carré ergens op een zaterdagmiddag zijn boeken zou signeren. Dom genoeg, maakten we geen notitie en mijn vrouw herinnerde zich Newlyn, terwijl ik me het lettertype het affiche herinnerde maar ik kon me onmogelijk Newlyn voor de geest halen. We reden van Perranuthnoe naar Newlyn, maar het bleek niet te kloppen. Pas veel later, te laat zagen we opnieuw een aanplakbiljet, de signeersessie was in Marazion. Toen we daar aankwamen was John le Carré net vertrokken. Het lettertype dat ik mijn hoofd had, klopte trouwens, net als de plaats waarop het woord Marazion op het affiche stond.
"Keesie Oranje" werd geschreven door Kees Valkenstein (1862 - 1952), onderwijzer, maar ook correspondent voor het Algemeen Handelsblad tijdens de Russisch-Japanse oorlog (1912) en verslaggever voor die krant tijdens de Turkse revolutie, schrijver voor revues van Henri ter Hall en auteur van jongensboeken. In 1928 probeerde de Amsterdamse uitgever Van Holkema & Warendorf door middel van het uitschrijven van een prijsvraag de kwaliteit van kinderboeken te verhogen, prijs voor het beste jongens-, zowel voor het beste meisjesboek, was duizend gulden. De juryleden voor het jongensboek waren C. Joh. Kieviet, A.B. van Tienhoven en Theo J. Thijssen. Winnaar was Marie C. van Zeggelen met "Averij", maar Kees Valkenstein was met "Keesie Oranje" een van de genomineerden.