31.3.10

Stroomlijn



Bovenstaande auto's lijken op elkaar, ze dateren ook hetzelfde decennium van de vorige eeuw, alleen de krachtbron is volslagen verschillend. De meeste mensen, die ik de auto's heb laten zien zaten er qua leeftijd volslagen naast. Morgen meer.

Suiker 2

Holleman was, vond ik, een versjteerder, want alhoewel de arts pas drie jaar geleden in de Basterdsuikerstraat was komen wonen, had hij met instemming van de gemeente drie bomen laten kappen en zijn voortuin veranderd in een betegelde parkeerplaats, zodat zijn patienten hun auto's daar kwijt konden. De straat had hevig geprotesteerd tegen de kap, maar ik had me afzijdig gehouden, want zelfs al zouden de bewoners gewonnen hebben en de bomen gered, Holleman zou dan ongetwijfeld de bomen hebben vergiftigd met een of ander zuur. De bomen werden uiteindelijk ondanks de protesten toch omgezaagd. Maar nu was Holleman ook voor mij een stap te ver gegaan. Hoe kwam hij er op de naam Basterdsuikerstraat te willen veranderen in Achterhamstraat? Hoe kan ik, Simon Polak, het tegenover mijn vrienden en bekenden verantwoorden in de Achterhamstraat te blijven wonen? Goed, mijn grootvader van vaders kant had tijdens de oorlog ondergedoken gezeten in het Friese Drogeham, een voorval dat hem zolang hij leefde enorm plezierde omdat hij regelmatig de vraag kon stellen:" Je mag er wel in wonen, maar het niet eten?"

30.3.10

Taal 2

Lampet. Het klinkt Frans, maar als ik in mijn woordenboek Frans zoek, kan ik het niet vinden. Wie kent het woord, daterend uit de tijd dat je het met één kraantje met stromend water boven de gootsteen in het huis moest doen, nog? Op de slaapkamer moest je je wassen met behulp van een lampetkan en -kom. Je goot het water van de kan in de kom. waste je en goot vervolgens het water uit de kom in een met een deksel af te sluiten emmer. De laatste keer dat ik me op die manier waste is 57 jaar geleden.

Suiker

Toen hij in de krant onder het kopje "Gemeentelijke Mededelingen" las wat Burgemeester en Wethouders nu weer van plan waren had hij gevloekt en was daarna op onderzoek uitgegaan: uit wiens krankzinnige koker was het voorstel gekomen? Juist, het kon weer niet missen. Zijn overbuurman zat er achter. De arts Holleman, door hem steeds Dolleman genoemd, die uit bezorgdheid vanwege de toename van obesitas alle namen van de straten in de buurt wilde veranderen en het college van B & W had er natuurlijk uit modieus publiciteitsgevoel wel oren naar. Hij had zich naar het raadhuis begeven en het plan ingekeken. De hele Suikerbuurt zou andere namen krijgen. Zijn eigen Basterdsuikerstraat zou Achterhamstraat gaan heten en het schilderachtige Rietsuikerplein Katenspekhof, kortom alle verwijzingen naar suiker zouden worden vervangen door producten van het varken. Belachelijk!

29.3.10

Wobbe

"Eindeluk begryp ik wat kattelyken met kruustocht bedoele. Nyt tocht naar, maar in ut kruus."

Achter de regenboog


Uit een van de voortreffelijk reisboeken van Paul Theroux herinner ik me het verhaal over de veel te dikke bewoners van de eilanden in de Stille Oceaan.De oorzaak van hun vette lijven zou hun afhankelijkheid zijn van motorboten, terwijl ze vroeger met spierkracht de golven te lijf gingen. De in 1997 overleden Hawaiiaanse zanger Israel Kamakawiwo'ole (foto links) is een tragisch voorbeeld van zo'n veel te zware man. Zijn versie van "Somewhere over the rainbow" is nog steeds te horen, o.a. in televisiereclames. In het Grootbritse is sinds vrijdag j.l. een competitie onder de titel "Over the Rainbow" aan de gang, wie in een toneelversie van "The Wizzard of Oz" onder regie van Andrew Lloyd Webber de rol van Dorothy mag vervullen. Ook zoekt men een hond die Toto gaat spelen. De heer Ozenfant heeft me laten weten dat hij niet geinteresseerd is. (op de foto rechts cairnterrier Terry als Toto en Judy Garland als Dorothy in "The Wizzard of Oz")

Taal

Toch grappig dat de namen Lange en Korte Poten (zie blog van gister) ontleend zijn aan "willige poten", wij spreken over wilgentenen, als die benaming eeuwen geleden in zwang geweest was, spraken we nu over Lange en Korte Tenen en stond perscentrum Nieuwspoort aan de Lange Tenen.

28.3.10

Den Haag & Scheveningen

Gister was de heer Ozenfant in Den Haag en op Scheveningen. Ozenfant, dat meldde ik eerder, reist graag, het liefst zou hij in elke trein die voor zijn neus stopt stappen. Opgewekt, staart omhoog wandelt hij over de perrons en zorgt steevast dat hij het eerst in de trein is. Uit het raam kijkt hij zelden, behalve als de trein stopt dan is hij geinteresseerd. In Den Haag zetten we koers naar de Wiener Konditorei in de Korte Poten met uitzicht op de Koediefstraat en achter ons de Apendans. Elke stad heeft ongetwijfeld merkwaardige straatnamen, maar hier zijn er drie vlak bij elkaar, dus ik maak er een opmerking over, die eindigt met de vraag of er misschien een boek met naamsverklaringen van Haagse straten bestaat. De heer aan het tafeltje naast het onze geeft antwoord en een half uur later heb ik het boek "Den Haag Straten en hun Namen" (Waanders Uitgevers, Zwolle & Haags Gemeentearchief, ISBN 90 400 8218 9) in handen. De herkomst van de naam Koediefstraat blijkt niet meer te achterhalen, lees ik, oorspronkelijk heette de straat Kromme Poten en mogelijk komt de naam van een schuitvoerder op Delft die onder bijnaam Coedyff door het leven ging, Apendans komt van een huis op de hoek van de Poten, waar een bord uithing met dansende apen. Korte Poten is ontleend aan "willige poten", wilgenbomen die langs de weg waren geplant. Vergezeld door de heer Ozenfant, die het voorgaande geen donder kan schelen, gaan we via Passage, Hoogstraat, Noordeinde en Hogewal naar de Piet Heinstraat om in de Zoutmanstraat op tram 17 te stappen, die ons naar de Statenlaan brengt. Vandaar is het niet ver meer naar strand en zee, want ik ben nieuwsgierig hoe de heer Ozenfant op zo'n massa water reageert. Moedig dribbelt hij door het rulle zand, maar eenmaal bij het water, neemt hij een zorgvuldig snuifje en draait zich vervolgens resoluut om. De heer Ozenfant blijft een hond van de Schotse Hooglanden.

27.3.10

Hotz

Eergister noemde ik onder het opschrift Multatuli de schrijver F.B. Hotz, ik dacht dat zijn brief over de Chrysler "Airflow" ging, n.a.v. van zijn verhaal in "Proefspel", waarin hij als jongen voor de eerste keer een "Airlow" ziet, de eigenaar enthousiast benadert, die vervolgens hem totaal negeert. Hotz had een Dinky Toysmodel van de auto, dat hij was kwijtgeraakt. In een telefoongsprek heb ik hem toen op het feit geattendeerd dat er inmiddels een copie van de Dinky Toys "Airflow" verschenen was. Mijn brief aan hem ging over een Chandler, waarvan ik een foto had bijgesloten. Na enig zoeken bleek zijn brief te zijn opgeborgen in "Liefde en de Envelop" (Uitgeverij Reservaat, Heiloo - Eindhoven ISBN 90 7411307 9).

Wobbe

"Toch nuver dat deselde kerk dyt sich soa druk maakt ower 't ongeboren lewen sich soa weinich antrokken het fan 't geboren lewen."

26.3.10

Onderweg

Wat hebben Groningers met onderweg? Een liedje van Harry Niehof heet "Altied Onderwegens", de bundel uitgegeven t.g.v "De Dag van de Grunneger Toal" heet "Onderwegens" en in dat boekje met 27 schrijvers in het Nedersaksisch uit Groningen, Drenthe en Oost-Friesland staan liefst vijf gedichten met het thema: "Underwegens" van, de ver van het Nedersaksisch taalgebied geboren, Suze Sanders, "Onderwegens" van de uit Overijssel stammende Martin Koster, "Underwegens" geschreven door Marga Kool geboren in Beekbergen, "Unnerwegens" van Marianne Brückmann uit Aurich in Oost-Friesland en "Onderwegens" van Jan de Jong, geboren in het Groningse Tjamsweer. Van Sanders, Koster en Kool begrijp ik het onderwerp, zij moesten onderweg om te schrijven in de taal waarin ze publiceren, maar Brückmann en De Jong woonden al in het Nedersaksisch taalgebied. Het is trouwens een alleraardigst boekje te koop bij 't Huis van de Groninger Cultuur.

Tatoeage

Van Wim de Bie, die weet dat ik geinteresseerd ben in alles wat wielen heeft, kreeg ik het adres van een website, met de vraag of de daar afgebeelde trein bijzonder was. Natuurlijk ben ik meteen gaan kijken op de fuckyeahtattoo-site en ik moest Wim teleurstellen. De locomotief heeft geen tender, maar is wel gekoppeld aan een zogenaamde caboose, de wagen die aan het eind van een Amerikaanse goederentrein loopt. Over het in Nederland oprukkende en het vaderlandse godverdomme vervangende "fuck you" het volgende, het komt oorspronkelijk uit ons land en werd eeuwen geleden in het Britse geintroduceerd door Nederlanse zeelieden, die na een avondje doorzakken in kroegen aan de Engelse oostkust, informeerden over er nog iets te fokken viel. Het woord neuken deed destijds nog geen opgeld.

25.3.10

Multatuli

Voor het eerst in meer dan vijftig jaar lees ik, overigens anders dan destijds gedwongen, Multatuli. Dik van der Meulens "Multatuli. Leven en werk van Eduard Douwes Dekker" lag voor een tientje bij de boekwinkel, ik vond dat ik de biografie niet kon laten liggen en heb allesbehalve spijt. Sommige namen in het boek zetten me aan het denken of beter gezegd leveren vraagtekens op. Zou mijn collega bij de VPRO, Marjoke Roorda (van Eysenga) familie zijn van Douwes Dekkers vriend tabaksplanter Sicco E.W. Roorda van Eysenga en wat is de relatie tussen de schrijver F.B. Hotz, met wie ik ooit correspondeerde over de Chrysler "Airflow" en de in Van der Meulens boek genoemde Jacques Hotz, eigenaar van een Haagse metaalfabriek? "Hij was getrouwd met Geertruida Post, had een kind bij haar, maar schijnt ook een liaison te hebben gehad met haar zuster Francisca. Ze onthaalden hun bezoekers soms op chloroform, dat in die tijd wel gebruikt werd als genotmiddel."

24.3.10

Weten

Pius XII & Simonis: "Wir haben nie etwas gewusst!"

Arrogantie


Wie achter de heer Ozenfant aanwandelt, ziet een buitengewoon - laat ik het maar trachten te omschrijven - verwaand stapje. Sinds zijn intocht, op 30 juni verleden jaar, tracht ik te achterhalen waar hij zijn arrogante gedrag aan ontleent. Komt het doordat een soortgenoot een rol speelde in dertien Hollywoodfims, waarvan "The Wizzard of Oz", met Judy Garland in de hoofdrol, de meest beroemde is? Terry, een vrouwjescairnterrier, speelde de rol van Toto en verdiende $125 per week en dat was $75 meer dan de de lilliputters, die de Munchkins speelden.

23.3.10

Smoke gets in your eyes


Meer leuks over buren in de Verenigde Staten.

Geen heer

Sinds een uur begin ik me af te vragen of ik de heer Ozenfant nog wel heer kan noemen. Hij bevond zich op het plaatsje achter huis en verrichte enig snuifwerk, hetgeen vermoedelijk te maken had met de vorige week aan hem ontsnapte pad, tot hij de hond van de buren ontdekte aan de andere kant van de kierende schutting. De heer Ozenfant startte een nerveus dansje zichzelf begeleidend met zachte kreungeluidjes. Dat trok de aandacht van de buurhond, die zich snuffelend naar de schutting begaf, waarop de heer Ozenfant zich dwars opstelde, zijn achterpoot optilde en een forse straal urine in de richting van de schutting spoot. Zoiets doet een heer niet.

Tekno

Het Deense Tekno begon met de fabricage van blikken auto's, die gedemonteerd konden worden. Dat is ook het geval met deze hulpdienstwagen van Zonen. Zonen is sinds 1963 onderdeel van Falck & Zonen.
Deze Tekno dateert uit 1950, cabine en chassis zijn van zamac, de opbouw is van blik en heeft een echt stoffen huif, de gele driehoek op het dak geeft aan dat er eigenlijk een aanhanger achter hoort. De vooras is stuurbaar.
Het model is een Dodge, maar in de "American Truck Spotters Guide 1920 - 1970" heb ik het origineel niet kunnen vinden.
Deze Caltextankwagen is een flinke slag kleiner dan net genoemde Dodge, opnieuw is blik gebruikt voor het chassis. In de modellencatalogus van Greilsamer en Azéma wordt een schaal van 1 op 43 genoemd, maar dat klopt niet. Bovendien twijfel ik opnieuw of het om een Dodge gaat.

22.3.10

Wobbe

"Wat su 't nou weze mutte: toffelefiel of pedomoan?'

Geld

Een aantal jaren geleden was ik op de Faroer, een eilandengroep tussen Schot- en IJsland, betalen kon (en kun) je met Faroers of met Deens geld, maar in Denemarken kon (en kun) je niet betalen met Faroers geld. Je moet je Faroers geld dus lokaal besteden. Ik heb geen idee of die gedachte van invloed is geweest op een systeem tot steun van de lokale economie op iets, dat tegenwoordig in een aantal Engelse plaatsen opgeld doet. Het is begonnen in Lewes in Devon waar een "local pound" werd geintroduceerd, dat alleen maar uitgegeven kan worden in Lewes. Inmiddels heeft het idee navolging gevonden, de jongste plaats waar het systeem van plaatselijk geld is geintroduceerd is Stroud (Gloucestershire). Wie geinteresseerd is in het een en ander, komt er hier achter hoe het systeem van het "local pound" werkt. Het afgebeelde bankbiljet is een tienpondsbiljet uit Stroud.

21.3.10

Buren in Nederland

Ook in Nederland schijnt het soms tussen buren niet bijster te boteren, twee jaar geleden verweet een man in Finsterwolde zijn buren dat ze de potentiële kopers van zijn huis probeerden om te praten. (met dank aan Harry Perton)

W.F. Hermans

Drieenvijftig jaar geleden schreef ik een scriptie over W.F. Hermans, preciezer over zijn polemiek. Waar dat, toen nog de met hand geschreven werkstuk is gebleven, geen idee. Het zal ongetwijfeld overgelopen hebben van bewondering, want ik vond de heibel die Hermans schopte prachtig, eindelijk was er in ons land onder schrijvers ook eens stront aan de knikker.
Na "Bernard" (zie blog van gister) me gebogen over "Het Grote Willem Frederik Hermans Boek" onder redactie van Dirk Baartse en Bob Polak en misschien ligt het aan het onderwerp, maar ik heb het met meer plezier gelezen dan de biografie over het pseudo-oorlogsslachtoffer, dat in het kader van het Wiedergutmachungsverdrag met de Bondsrepubliek in 1960 een miljoen stal van de werkelijke oorlogsslachtoffers. Misschien wil de huidige majesteit er eens over nadenken om deze door haar pappie ten onrechte geclaimde som met rente uit te keren aan hen die beschadigd uit de Tweede Wereldoorlog zijn gekomen?
Hermans leven wordt net als dat van Bernard onrafeld, maar het gebeurt op een interessantere manier, bovendien vind ik het boek beter geschreven. Bij tijd en wijle lijkt "Het Grote Willem Frederik Hermans Boek" een detectiveroman: zo worden de zaken uitgezocht. Waar woont bijvoorbeeld de hoofdpersoon van "Herinneringen van een engelbewaarder"? Is het Rotterdam, Den Haag, Utrecht of Dordrecht? De recensenten zijn het er bij het verschijnen van het boek in 1971 niet over eens. Ik zal toen misschien twee besprekingen van het boek gelezen hebben, zeker niet meer, maar in "Het Grote Willem Frederik Hermans Boek" staan de diverse opinies verzameld en dat is net als de manier waarop de besprekers Hermans op fouten en anachronismen wijzen en Hermans' antwoorden daarop, prachtig om te lezen. Hermans was fysisch geograaf en ik zou naar analogie daarvan willen zeggen dat in dit boek fascinerend bodemonderzoek wordt verricht. Ik hou daarvan. Een kleine bijdrage mijnerzijds. Op bladzijde 127 vond ik deze illustratie:
Zo'n plaatje vind ik spijtig, want de Renault Vivaquatre van 1936 zag er heel anders uit:
Op bladzijde 272 vond ik een duidelijke fout in het stuk van Dirk Baartse over Hermans' omstreden bezoek aan Zuid-Afrika; "Op 15 februari schrijft Hermans dat zijn visum inmiddels geregeld is en ook ligt zijn vliegbiljet klaar bij de UTA, de Zuid-Afrikaanse luchtvaartmaatschappij." UTA (Union des Transports Aériens) was een Franse luchtvaartmaatschappij, de grootste na Air France. Ik weet dat omdat mijn zwager destijds hoofd was van de UTA-vestiging in Nederland.

Buren in de Verenigde Staten

20.3.10

Bernard

Annejet van der Zijls "Bernard" gelezen. Slotindruk: breedsprakig, te uitvoerig, maar het boek geeft desondanks toch een goed inzicht in het karakter van de man, die her en der in het vaderland nog steeds bejubeld wordt. Met te uitvoerig bedoel ik de overkokende woordenpap om iets te verduidelijken, zoals de sfeer in Berlijn gedurende de jaren twintig. Of waarom de lezer moet weten dat de auto die Bernards vader aanschaft, een Maybach W3, een chassis heeft dat 1650 kilo weegt en geproduceerd wordt door een firma die na 1918 noodgedwongen van de productie van zeppelinmotoren op die van auto's was overgestapt. Soms is Van der Zijls behoefte tot completering zo groot dat ze klaarblijkelijk geen tijd heeft gehad om de juistheid van haar opsomming te controleren. Op bladzijde 348 staat een lijstje met door Bernard na de oorlog bijeengegraaide vliegtuigen: "verkenners van de types Vigilant, Sentinet en Storch, twee Siebel 204 transportvliegtuigen, een Messerschmitt Taifun - naar eigen zeggen losgepeuterd bij de Franse generaal De Gaulle - en een Douglas C47 Dakota, die voor een zacht prijsje overgenomen was via Eisenhowers stafchef Bedell Smith." Ik had het maar bij drie verkenners, drie transportvliegtuigen en een sportvliegtuig gelaten. Want zoals het er nu staat is het onbeholpen, de ene keer noemt Van de Zijl fabrikant en type, de andere keer alleen het type. Compleet zou er behoren te staan Stinson "Vigilant" (foto), Stinson "Sentinel" (niet Sentinet), Fieseler "Storch", Siebel "Si 204D", Messerschmitt "Taifun" en Douglas "C47", hier beter bekend als "Dakota".
Over de kwaliteit van de in het boek afgedrukte foto's en documenten, zwijg ik maar.

19.3.10

NIW

Het blad steekt net iets boven de andere weekbladen uit. Kom, denk ik, laat ik het toch maar weer eens kopen, is het niet om me te ergeren, dan is het wel om te lachen. Het NIW , het Nieuw Israelitisch Weekblad. Op aanraden van een rabbijn, nam ik er 25 jaar geleden een abonnement op. Ik was verbaasd, wat een rechtse lariekoek stond er in het blad, mijlenver verwijderd van de ideeënwereld van mijn lang daarvoor overleden Joodse vader. Mijn vader was sociaal-democraat en dat droeg hij uit. Uit het NIW walmde me iets engs tegemoet, iets wat ik van het jodendom niet verwachtte. Ik heb net het jongste nummer doorgenomen en ik hoef mijn mening niet te herzien. Ik struikel over zinnen n.a.v. het lijsttrekerschap van Job Cohen; "de kans is aanwezig dat 130 jaar nadat Benjamin Disraeli afscheid nam van zijn functie als Brits premier, opnieuw een Jood een Europees land zal gaan leiden". Zo'n gedachte - die bovendien niet klopt, want leidde Pierre Mendès-France in de jaren vijftig geen Franse kabinetten? - hoe kom je erop? Maar het meest frivole artikel komt van columnist G. Philip Mok, Barack Obama heet bij Mok natuurlijk Barack Hoessein Obama en er wordt bovendien een fiks partijtje gescholden: schurk en lamstraal zijn een paar kwalificaties die Mok uit zijn pen laat vloeien. De leukste zinnen moeten dan nog komen en die ga ik citeren:
" De VS hebben Israël met geld, wapens en brave lippendienst gesteuud, maar het 'klassieke' conflict in het Midden-Oosten zou allang zijn opgelost als diezelfde VS niet door de jaren heen ook de voornaamste contribuant was gebleven van de United Nations relief and Works Agency (Unrwa), na 1948 speciaal in het leven geroepen...nee, in wezen niet om' Palestijnse vluchtelingen' te helpen maar de bonje tussen de Arabieren en Israël te laten voortduren. Washington is nog steeds de voornaamste geldverschaffer aan Unwra. Bovendien worden de 'politie- en veiligheidsdiensten' van de Palestijnse Autoriteit betaald en getraind door zowel Amerika als Europa (de Nederlandse belastingbetaler is er, ook voor de tv-ophitsing tot Jodenmoord, jaarlijks vele miljoenen aan kwijt)."
Kortom mesjogge is troef.


Me rig deskey Cornoack termen me vee mawe

De Engelse naam in het Nederlands vertaald klinkt ronduit belachelijk: "Maismuur", de vlag misstaat niet op een begrafenisauto, ze hebben niet zoals Wales, Schotland en Noord-Ierland een eigen parlement, de taal is sinds het eind van de 18e eeuw uitgestorven, maar er wordt al meer dan een eeuw aan een herleving gewerkt. Die herleving zorgt trouwens voor problemen, want voorgaande aan de spelling in de 18e eeuw, waren er andere manieren om de taal op te schrijven en ga je in 2010 uit van de 16e, 17e of 18e eeuwse spelling? Ik heb het over de uiterste zuidwestpunt van het Verenigd Koninkrijk: Cornwall in de eigen taal Kernow geheten. In 1776 schreef William Bodinar, vermoedelijk een van de laatste Cornishsprekers, deze regels:

Bluth vee try egance a pemp.
Thera vee dean bodgack an puscas.
Me rig deskey Cornoack termen me vee mawe.
Me vee de more gen seara vee a pemp dean mouy en cock.
Me rig scantlower clowes eden ger Sowsnack en cock rag sythen warebar.
Na riga vee biscath gwellas lever Cornoack.
Me deskey Cornoack moas da more gen tees coath.
Nag es mouy vel pager po pemp en dreav nye ell clapia Cornoack leben,
poble coath pager egance blouth.
Cornoack ewe oll naceaves gen poble younk.

Er bestaan zeker vier moderne transcripties van bovenstaande regels, dit is een voorbeeld in Standard Kernowek:

Bloodh vy yw try ugans ha pymp.
Th’erovy den bohojak an pùscas.
Me wrug desky Kernowek termyn me veu maw.
Me veu de mor gen sîra vy ha pymp den moy i’n côk.
Me wrug scantlowr clowes udn ger Sowsnek côwsys i’n cok rag seythen warbarth.
Na wrug avy byscath gweles lyver Kernowek.
Me wrug desky Kernowek ow mos de mor gen tus coth.
Nag eus moy ’vell pajer po pymp i’n dre ny yll clappya Kernowek lebmyn,
pobel coth pajer ugans bloodh.
Kernowek yw oll nakevys gen pobel yonk.

In het Engels staat er dit:

I'm sixty-five years old.
I'm a humble fisherman.
I learnt Cornish when I was a boy.
I was at sea with my father and five more men in a fishing boat.
I heard scant a single word of English in the boat for in seven days.
I did not ever see a Cornish book.
I learnt Cornish going to sea with the old men.
There are no more than four or five in our village who can talk Cornish now,
old people, eighty years old.
Cornish is all forgotten by the young people.

Om het allemaal nog een tikkeltje ingewikkelder te maken Cornouaille ligt in Frankrijk, in het departement Finistère in Bretagne, de Fransen noemen Cornwall Cornouailles. Het Cornish kon door de bewoners van Cornouaille worden verstaan, beide zijn Keltische talen.

18.3.10

Sterk spul

Seashanties, ik hoef het niet uit te leggen zijn zeemansliedjes uit de tijd van de zeilvaart, toen veel arbeid aan boord van het schip gezamenlijk moest worden uitgevoerd. Inmiddels heeft bijna ieder Nederlands dorp een shantykoor, soms met een repertoire dat niets van doen heeft met de vroegere zeilvaart en worden overjarige tophits als "De klok van Arnemmuiden", natuurlijk gecostumeerd, uitgegalmd. Port Isaac aan Cornwalls noordkust heeft een shantykoor "Fishermen's Friends", dat gelukkig dichter bij de bron blijft, waarschijnlijk omdat Port Isaac aan zee ligt, maar vooral omdat het voor een belangrijk deel bestaat uit lokale vissers. Inmiddels is het koor regelmatig op tournee en heeft het een platencontract getekend.

Fantoom of fantast

"Benjamin" is een gratis kwartaalblad voor iedereen met een Joodse achtergrond. Gister ontving ik het jongste nummer met een over twee pagina's uitgesmeerd interview met Theodor Holman, u herinnert zich de schildknaap van T.v.G. (en mocht u de naam vergeten zijn, zie dit blog van eergister).
Zijn verhaal begint zo: 'In een land hier niet zo ver vandaan, Friesland, woonde eens de jonkvrouw van Hania tot Weidum. Op een dag stond de blonde jonkvrouw te kijken naar diamanten die zo schitterden in de vitrines, dat ze moest kijken. "U vindt ze mooi", zei een stem. "Schitterend", zei ze bijna onhoorbaar. Ze draaide zich om en zag een man met vurige bruine ogen, zwarte haren met lange krullen en een glimlach die mooier was dan alle dan alle juwelen die ze ooit had gezien. Hij was het zelf, de Joodse juwelier en eigenaar van 'Gouden Kettingen.'" Verderop in het interview verklaart Holman zich nader: Theo's adelijke overgrootmoeder werd zwanger van zijn Joodse overgrootvader. "Maar ze mochten niet samen zijn. Zij was van adel en hij was een Jood. Weliswaar rijk, maar wel een Jood en geen christen, dat ging niet samen. Dat was het familiegeheim. Die liefde tussen mijn Joodse overgrootvader en van mijn overgrootmoeder van Friese adel eindigde in een verboden mooie liefdesbaby, mijn grootmoeder. Maar de geliefden trouwden niet met elkaar. Ze trouwde met een man van haar stand."
Zegt de naam "Hania tot Weidum" mij iets? Dat merkwaardige "tot" ken ik niet in Friese adelijke titels, Friezen gebruiken "a", bovendien blijkt na enig zoeken er wel een Hania State in Weidum te hebben gestaan, maar het adelijke geslacht Hania is al enige eeuwen geleden uitgestorven. Holman is een kleinzoon van een fantoom of Holman is een fantast.

17.3.10

Pad

Sinds eergister legde de heer Ozenfant een bovenmatige nieuwgierigheid voor het plaatsje achter het huis aan de dag. Voor die tijd kwam hij er ook graag om als volleerd voyeur de gedragingen van de buren te aanschouwen, maar dit keer was er iets anders dat zijn aandacht trok. Steeds weer probeerde hij achter een in onbruik zijnd terrarium te komen. Dat lukte niet, maar hij bleef onvermoeibaar. Eenmaal weer binnenshuis stelde hij zich regelmatig op bij de achterdeur, ging op zijn achterpoten staan om mij te laten weten dat er zich op het plaatsje buitengewoon interessante zaken afspeelden. Kortom hij was niet bij de achterdeur weg te slaan. Gistermorgen heb ik de heer Ozenfant bij zijn snuifwerkzaamheden gevolgd en ontdekt wat er aan de hand was: achter het terrarium had zich een pad verstopt. Gelukkig ontsnapte die, voordat de heer Ozenfant toe kon bijten. Maar sinds dat moment houdt de heer Ozenfant de wacht bij de achterdeur. Oorspronkelijk werden cairnterriers in Schotland gefokt voor de jacht op otters en vossen, de heer Ozenfant heeft klaarblijkelijk zijn jachtinstinct niet verloren, maar geminimaliseerd.

16.3.10

Journaille

Nederlandse kranten lees ik nauwelijks meer. Naar de Nederlandse televisie kijk ik nauwelijks meer. Dat heeft zo zijn oorzaken.
Zaterdag j.l. kocht ik Het Parool. Op pagina twee stuitte ik op een column van de nalatenschapbeheerder van de in de jaren negentig voornamelijk als salonfähigmaker van het antisemitisme bekekend geworden T.v.G., Theodor Holman. Holman, nog immer in de ban van zijn grote roerganger, doet een poging Job Cohen belachelijk te maken door het woord fatsoenlijk onfatsoenlijk veel in zijn schrijfsel te stoppen. Diezelfde Job Cohen die, zelf slachtoffer van het gebral van T.v.G., na diens gewelddadige dood, op onnavolgbare fatsoenlijke wijze diens herdenking op de Dam regisseerde. Ik heb na het lezen van zo'n stukje weer voor weken genoeg van het vaderlandse journaille.
Gisteravond keek ik naar Pauw & Witteman met de jongste hype: het bevragen van politici over hun verantwoordelijkheden tegenover hun gezin, e.e.a. n.a.v. het afscheid van Eurlings en Bos, anders waren de Pauwtjes en Wittemannetjes niet op het onderwerp gekomen. André Rouvoet was slachtoffer van het doorgezagende tweetal en tot mijn niet geringe verbazing bleef hij beleefd en zei geen keer: "Dat gaat jullie geen donder aan". Want het staat iemand toch volledig vrij hoe hij zijn tijd indeelt? Bovendien weet ik naast de politiek nog wel een paar beroepen, waar geschipperd moet worden tussen beroep en gezin: groenteman, musicus, vrachtwagenchauffeur en journalist bijvoorbeeld. Ik heb na het kijken naar zo'n programma weer voor weken genoeg van het vaderlandse journaille.


15.3.10

Morris



De generatie na de mijne heeft het, als het over modelauto's gaat, niet over Dinky Toys, maar over Matchbox. Als ik het wel heb, verschenen de eerste modelletjes in 1953, ik was niet enthousiast, want ze verschilden onderling te veel in schaal. Pas een paar jaar later, toen de eerste "Models of Yesteryear" uitkwamen, werd mijn oordeel iets gunstiger, alhoewel ook in deze serie de schalen nogal verschilden. In 1958 kwam de Morris "Cowley" met de "bullnose" (links) uit (een "bullnose" had een ronde radiateur in tegenstelling tot de latere "flatnose", met een platte radiateur), jammer genoeg ontbraken de koplampen en nog wat details (rechts), die heb ik aangebracht.

Nog meer automaton 2

Zolang je hem niet opwindt of er geld ingooit, doet een automaton niets. Die constatering klopt feilloos. Opnieuw een bewijs dat Wilders een automaton is, als de vaderlandse media hem niet opwinden, blijft hij doodstil.

14.3.10

Simson-Supra

Er zijn veel, lang vergeten automerken. Een voorbeeld is Simson, later Simson-Supra, gemaakt door een wapenbariek in Suhl in het Thüringer woud. In 1924 verscheen het type S met een 1950cc viercylindermotor met twee bovenliggende nokkenassen en vier kleppen per cylinder. De fabriek sloot in het begin van de jaren dertig zijn poorten, in 1934 werden nog maar twaalf wagens afgeleverd. Het is een klein wonder, dat een modellenfabrikant toch brood heeft gezien in het vervaardigen van een Simson-Supra.

Nog een automaton

Zijn de kleine automatons vertederend, die op mensengrootte hebben iets tragisch. Deze accordeonist is gedoemd tot in alle eeuwigheid exact hetzelfde wijsje uit te voeren met exact dezelfde bewegingen. Sommige automatons zijn levensechter dan de accordeonist, die niets eens de toetsen van zijn instrument beroerd. Geert Wilders is een duidelijk voorbeeld van een buitengewoon goed geconstrueerde automaton, al valt over het haar wel iets op te merken. Hij is tot in alle eeuwigheid gedoemd korte zinnen uit te stoten over vrijheid, bedreigende islam, criminelen en linkse kerk. Hij is net als de accordeonist tragisch: de automaton Wilders lijkt op een mens, maar is het niet.

13.3.10

Ultieme automaton

Hoe leer je een kanarie zingen? Door hem, tenminste dat dacht men, naar een muziekdoos of een flötenuhr te laten luisteren. Een flötenuhr was een muzikale klok, waar zelfs Haydn melodietjes voor heeft geschreven. Maar dit is de ultieme automaton: een meisje met een speeldoos en een vogeltje in een kooitje, niets is echt. Fascinerend.

12.3.10

Garagedeur

Bij een Duitse firma valt folie te bestellen met een foto, waardoor de garagedeur plotseling het idee geeft dat er iets totaal anders in de garage is gestald dan de gezinsauto.
Een racewagen of
een hoeveelheid goudstaven,
maar veel aardiger is deze echte schildering op een garagedeur in Bussum.

Automata

Een imitatievogeltje in een kooi met fladderende vleugeltjes en een bewegend snaveltje. Uit de bodem van de kooi klonk een wijsje voortgebracht door minitieuze orgelpijpjes. Vermaak van onze voorouders. Maar het kon natuurlijk ingewikkelder want Marie Antoinette van Frankrijk, de echtgenote van Lodewijk XVI had een cymbalonspeelster, die echt op de snaren sloeg. Een eeuw later maakte Gustave Vichy een harpspeelster, die inmiddels gerestaureerd moet worden, haar harp kwijt is, maar wel duidelijk laat zien, hoe zo'n automaton werkt. Maar zowel cymbalon- als harpspeelster vallen in het niet bij levensgrote Nancy, die een handwerkje verricht.

Wobbe

"Aflopen Saturdach efkes keken naar "De Troan". Wat ik soa jammer fyn is dat de akteurs prate, se suden om ut noch "echter" te maken, wolkjes met hun tekst op mutte houwe, net as in 'n beeldroman."

11.3.10

Meer mechanische muziek


Orchestrions kwamen er, ik schreef het al, in soorten en maten. De leukste waren die met automatons, bewegende poppen. En nu ik dat woord toch gebruik, alhoewel ik weet dat Nederlanders op weg naar het zonnige zuiden, vaak de stad Lyon overslaan, een bezoek aan het automatonmuseum daar is meer dan een omweg waard: plotseling blijken de arenrapende vrouwen op het schilderij Jean François Millet te bewegen. Kitsch? Ja, maar wel heel leuke kitsch. Bij ons bleef te beweging van een automaton vaak beperkt tot een hoofd draaiende en eventueel dirigerende pop op een draaiorgel, maar dit Orchestrion in Waldkirch vertoont toch iets meer.

Dit zogenaamde Turmorchestrion gebouwd door Imhof & Mukle in Vohrenbach in Baden in 1879 heeft een terechte naam, de pijpen torenen hoog boven het mechaniek uit. De muziek is uit Delibes' Coppeliaballet, waarin een pop tot leven komt (!).

Lang niet altijd speelde een piano of een orgel de voornaamste rol in een mechanisch instrument: hier is het een accordeon, die weliswaar niet open- en dichtgaat, maar de toetsen bewegen wel degelijk in "Perle de Cristal".

Gräf & Stift

Type 40/45 "Kaiserwagen"

Het is niet zo verwonderlijk dat de broers Karl, Franz en Heinrich Gräf in het laatste decennium van de negentiende eeuw in Wenen begonnen met het repareren van rijwielen en ze vervolgens zelf gingen bouwen, heel wat automobielconstructeurs zijn op dezelfde manier gestart, maar hun eerste auto was bijzonder, omdat de aandrijving op de voorwielen plaats vond. Helaas is het maar bij één exemplaar gebleven, gebouwd tusen 1895 en '97, dat tot 1914 dienst heeft gedaan en gelukkig bewaard is gebleven en momenteel te bezichtigen is in het technisch museum in de Oostenrijkse hoofdstad. Nadat de broers kennis hadden gemaakt met Willy Stift, importeur van verschillende automerken, besloten ze in 1902 samen met Stift tot oprichting van de firma Gräf & Stift, die automobielen ging bouwen voor Arnold Spitz, die tot 1907 onder diens naam in de handel kwamen. Daarna werden de wagens onder de naam Gräf & Stift geproduceerd en werd de bouw van lichte auto's stopgezet en vervangen door de bouw van grotere wagens, die gretig aftrek vonden onder meer bij het Oostenrijkse keizershuis. Zo werd een Typ 40/45 in 1913 aan keizer Frans Joseph geleverd. Aartshertog Franz Ferdinand werd in een Gräf & Stift Typ 18/32 in 1914 in Serajewo door Gavrilo Princip vermoord, aanleiding tot de Eerste Wereldoorlog.


Brandweerwagen 1917

Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden alleen vrachtwagens geproduceerd. De firma bleef daarna tot 1938 personenauto's bouwen (alhoewel kort na de Tweede Wereldoorlog de Tsjechische Aero Minor in licentie werd gefabriceerd, de vrachtwagenafdeling werd in 1971 opgeslokt door M.A.N.

Aero Minor

10.3.10

Britse PTT


In verhouding met de auto's lijkt de telefooncel wat groot. Hij stond van 1936 tot 1960 in de Dinky Toyscatalogus (onder nummers 12C en 750) net als trouwens de postbesteller (1938 - 1960 onder 12E) en de telegrambesteller (1938 -1960, onder 12D). De bestelwagens zijn van links naar rechts: een Morris Royal Mail van (1955 - 1961, onder 260)), en zijn voorganger nog met GR (George Rex) op de zijkant (onder 34B, 1938 - 1940, die in 1948 terug zou komen, maar dan zonder open achterruiten) en de Telephone Service van (onder 261, 1956 - 1961).

Geen zuivere koffie

De Nederlandse Teloorwegen, altijd nijver op zoek naar hoe men stations anders dan voor treinen kan gebruiken, is bezig op een aantal stations ruimte te verkwanselen aan de Amerikaanse koffiegigant Starbucks, u weet wel die firma, die vindt dat koffie naar alles mag smaken, behalve naar koffie. De firma is in de Verenigde Staten nog op een andere manier in het nieuws. Sinds de townhallmeetings over healthcare vorig jaar in een groot aantal staten, het openlijk dragen van wapens mode schijnt te zijn geworden, hebben sommige ketens dit in hun etablisementen verboden, niet Starbucks, in Californië kan je rustig, openlijk met een Colt in je holster, een naar banaan smakende kop koffie genieten.

Seeburg

Lang niet alle nickolodeons hadden een toetsenbord, dit is een Seeburg model A met "Sweet Sue". Ook Seeburg schakelde, net als Wurlitzer, later over naar de jukeboxmarkt.

Bristol 2


Toen Squadron Leader F.R.D. Swain 0p 28 september 1936 trachtte het hoogterecord te verbeteren, gebeurde dat in een speciaal vliegtuig: de Bristol 138A. Gekleed in een soort duikerspak (drukcockpits waren er nog niet) klom Swain tot een hoogte van 14.9352 meter, om in 1937 het record kwijt te raken aan de Italiaanse kolonel Mario Pezzi in een Caproni 161 (foto onder), die 16.764 meter bereikte.


9.3.10

Bristol

Een eeuw geleden, om precies te zijn op 30 juli 1910, vloog de Bristol "Boxkite" voor de eerste keer. Alhoewel het toestel nauwelijks verschilde van een Farman, liet de Franse fabriek het er na een klacht bij zitten en kreeg Bristol geen proces aan zijn broek. Bristol was van origine de openbaarvervoermaatschappij (Bristol Tramways Company) van de gelijknamige Engelse stad, maar directeur Sir George White zag, na een bezoek aan Frankrijk, waar hij Wilbur Wright ontmoette, grote mogelijkheden om toeschouwers per openbaar vervoer naar vliegvelden te trekken en besloot zelf vliegtuigen te gaan bouwen.

Vijf cent

Een nickelodeon ging spelen na inworp van een nickel: een stuiver. Dit is een echte nickelodeon gebouwd door de firma Cremona in 1917 in Chicago.

Reiziger

Gisteren de heer Ozenfant begeleid op zijn reis naar Amsterdam. Het werd een hele wandeling, want van het Centraal Station werd eerst koers gezet naar het Rembrandtplein. Onderweg stak de heer Ozenfant zijn belangstelling voor het Gemeentelijk Vervoer Bedrijf niet onder stoelen en banken. In de Reguliersbreestraat stond hij, als een stokstaartje, meer dan een halve minuut op zijn achterpoten om een tram te bekijken. Van het Rembrandtplein werd de wandeling voortgezet naar de Keizersgracht om daarna via het Singel naar de Herenstraat te wandelen en vandaar terug naar het Centraal Station. Uiterst tevreden werd de terugreis aanvaardt, want de heer Ozenfant is bijzonder graag onderweg.

Wurlitzer 3A

Van een oplettende lezeres van dit blog kreeg ik onderstaande mededeling: er bestaat een te bestellen CD met opnames van de Berlijnse "Mighty Wurlitzer".

8.3.10

Wurlitzer 3

De meest beroemde Wurlitzers waren de "Mighty Wurlitzers", theaterorgels, oorspronkelijk bedoeld om "stomme" films te begeleiden. Tussen 1914 en 1940 zijn er ongeveer 2200 gebouwd, het grootste voor de Radio City Music Hall in New York, met twee toetsenborden, die nog steeds onafhankelijk van elkaar bespeeld kunnen worden. De dichtstbijzijnde "Mighty Wurlitzer" bevindt zich waarschijnlijk in Berlijn, in het "Musikinstrumentenmuseum Berlin" aan de Tiergartenstrasse. Het orgel werd in 1929 aangeschaft door de industrieel Werner Ferdinand von Siemens. Na de oorlog verviel het aan de Westduitse staat. "In a Persian Market" van Ketelbey op het Berlijnse orgel met 1228 pijpen.