28.2.22

VADEMECUM 2

Ik heb een paar van die vademecums  en gister  vergeleek ik  een tweetal, naast die van  Het Gooi pakte ik de Friese uitgave voor Leeuwarden en omstreken ter hand  en vond de volgende opvallende overeenkomsten. 

Fademekum foar Ljouwert en omkriten

Muzyk. It Postharmoniekorps Lekkum hat de lêste jierren lêst fan in ledenomslach, sadat der op dit stuit mar fiif muzikanten aktyf binne: ien trompettist, ien trombonist en trije tenorhoarnisten. Fjouwer fan dizze muzikanten spylje ek yn it pleatslike muzykkorps "Soli Deo Gloria", neist de tenorhoarnist de hear Obe Reitsma, dy't ek lid is fan de gemeenteried fan de P.v.d.A. yn Lekkum. "Sol Deo Gloria" hat mar fyftjin leden, dat wurdt oanfolle op konserten troch fyftjin muzikanten dy't net spylje, mar krek dogge of se spylje. Sûnt it ferstjerren fan de hear Ulbe Hurdsjonger wurdt der by syn widdo net mear op it harmonium spile, ek de piano yn kafee "Machtbreuk"is net yn gebrûk. Oan de oare kant makket it trio "Faaiefjoer", dêr't bassist Harm Boalsfeint fan Lekkum foar opskuor yn Kûbaard en omkriten, de oerbleaune  muzikanten komme fan Slappeterp. De bekende jazzmuzikant Jellle Popma ferhuze nei syn skieding nei Skettens en koardirekteur Teake Hûnebaan wennet no yn Jelsum.

27.2.22

VADEMECUM

Uit het VADEMECUM VOOR HET  GOOI EN OMSTREKEN

Muziek. Het Postharmoniekorps Weesperkarspel heeft de  laatste  jaren geleden onder een verloop der leden, zodat momenteel slechts een vijftal muzikanten actief is: één trompettist, één trombonist  en een drietal tenorhoornspelers. Vier van deze muzikanten spelen eveneens in het lokale muziekkorps "Soli Deo Gloria", behalve de tenorhoornist de heer Jurriaan Opdendam, tevens lid van de gemeenteraadsfractie van de P.v.d.A. te Weesperkarspel. "Sol Deo Gloria" telt slechts vijftien leden, dat bij concerten wordt aangevuld door vijftien niet spelende muzikanten, die doen alsof zij musiceren.  Sinds het verscheiden van de heer Adriaan Vollenbroek wordt ten huize van zijn weduwe het  harmonium niet meer bespeeld, ook de piano in café "Avondlicht" is buiten gebruik.  Daarentegen maakt het trio "Zonnestraal", waarin bassist Janus Flakkerdans uit Weesperkarspel, furore in het Gooi, de resterende musici komen uit Kortenhoef. De bekende jazzmusicus Floris Hanzenbrink is na zijn echtscheiding naar Loosdrecht vertrokken en koordirigent Stephanus Jammerlink woont thans te Nigtevecht.

TOM-TOM-TOM

  


STAND BY ME

VIS-À-VIS

Klaarblijkelijk was een onbelemmerd uitzicht naar voren niet noodzakelijk bij de automobielen van voor 1900, want de passagiers zaten uiterst gezellig niet alleen naast maar ook tegenover de chauffeur in een wagen die daarom niet voor niets vis-à-vis heette. Oorspronkelijk hadden auto's geen luchtbanden zoals bovenstaande "Vis-à-Vis" van Benz, die in 1895 een 4PK- had maar in 1899 een 6PK-motor kreeg, de topsnelheid  van laatstgenoemde auto was 27 km/u,  een "Vis-à-Vis" deed in 1896 mee aan de wegwedstrijd Paris-Marseille-Parijs (1700 kilometer) en eindigde op de zevende plaats. Ook de uit 1900 daterende "Comfortable" was  een vis-à-vis, maar hij stond op luchtbanden, de motor was een ééncylinderviertakt met een inhoud van 1045cc. Op dit filmpje een Benz uit 1896 met draadspaakwielen.

 

Большой идиот

Большой идиот кричал, что руководство соседней страны состоит из наркоманов и неонацистов, которые занимаются геноцидом, приятно, что он не обвинил их в убийстве пасхальных детей, чтобы их кровь переработать в мацу.

26.2.22

L'ARPEGGIATA

 


Luciana Mancini

Straatnamen

Toen hij in de krant onder het kopje "Gemeentelijke Mededelingen" las wat Burgemeester en Wethouders nu weer van plan waren had hij gevloekt en was daarna op onderzoek uitgegaan: uit wiens krankzinnige koker was het voorstel gekomen? Juist, het kon weer niet missen. Zijn overbuurman zat er achter. De arts Holleman, door hem steeds Dolleman genoemd, die uit bezorgdheid vanwege de toename van obesitas alle namen van de straten in de buurt wilde veranderen en het college van B & W had er natuurlijk uit modieus publiciteitsgevoel wel oren naar. Hij had zich naar het raadhuis begeven en het plan ingekeken. De hele Suikerbuurt zou andere namen krijgen. Zijn eigen Basterdsuikerstraat zou Achterhamstraat gaan heten en het schilderachtige Rietsuikerplein Katenspekhof, kortom alle verwijzingen naar suiker zouden worden vervangen door producten van het varken. Belachelijk!

Holleman was, vond ik, een versjteerder, want alhoewel de arts pas drie jaar geleden in de Basterdsuikerstraat was komen wonen, had hij met instemming van de gemeente drie bomen laten kappen en zijn voortuin veranderd in een betegelde parkeerplaats, zodat zijn patienten hun auto's daar kwijt konden. De straat had hevig geprotesteerd tegen de kap, maar ik had me afzijdig gehouden, want zelfs al zouden de bewoners gewonnen hebben en de bomen gered, Holleman zou dan ongetwijfeld de bomen hebben vergiftigd met een of ander zuur. De bomen werden uiteindelijk ondanks de protesten toch omgezaagd. Maar nu was Holleman ook voor mij een stap te ver gegaan. Hoe kwam hij er op de naam Basterdsuikerstraat te willen veranderen in Achterhamstraat? Hoe kan ik, Simon Polak, het tegenover mijn vrienden en bekenden verantwoorden in de Achterhamstraat te blijven wonen? Goed, mijn grootvader van vaders kant had tijdens de oorlog ondergedoken gezeten in het Friese Drogeham, een voorval dat hem zolang hij leefde enorm plezierde omdat hij regelmatig de vraag kon stellen:" Je mag er wel in wonen, maar het niet eten?"
Achterhamstraat, Katenspekhof, 1e en 2e Rookworststraat, Babi Pangangsingel? Hoe kwam die vent er op? Het leek er verdraaid veel op of hij het op mij persoonlijk gemunt had. Met zo'n constatering moet je voorzichtig zijn, want zodra je zo'n vermoeden uit, blijkt Holleman een joodse overgrootvader te hebben aan moederskant en zegt men dat ik last heb van typerende semitische paranoia en overal spoken zie, alsof een joodse overgrootvader voldoende is om iemand van antisemitisme te vrijwaren. Ik moet er er met Kasper Keimpema over praten. Hij woont op de Suikerklontdreef, maar belangrijker, hij heeft anders dan ik een joodse moeder. Ik was gisteravond al bij hem aan de deur, maar hij was er niet. Vanochtend was hij wel thuis en ik ben net terug van een bezoek aan Kasper, hij had niks van de door het college van B. en W. goedgekeurde plannen van Holleman gehoord en hij schrok toen ik hem vertelde dat binnen afzienbare tijd de Suikerklontdreef Schoudercarbonaderade zou gaan heten. "Om de dooie dood niet, zijn ze helemaal mesjogge? Daar steken wij een stokje voor Simon! Als die Holleman zo begaan is met het leed der mensheid en obesitas wil bestrijden, dan weet ik ook nog wel een paar ziekten die bestreden moeten worden. Jij en ik ontwikkelen een nieuw plan en dat lanceren we in het Joods Nieuwblad." En in een mum van tijd suggereerde Kasper een stel nieuwe straatnamen: Diabetesdreef, Carcinoomgaarde, Pleuritusstraat, Influenzasingel, Leprahof, Tyfusplein. "Allemaal heel leuk, maar daar trapt het College van Burgemeester en Wethouders natuurlijk niet in, ik trouwens ook niet, want ik heb geen enkele behoefte in de Pleuritusstraat te wonen", zei ik.
 

Grote idioot

De большой идиот riep dat de leiding van het buurland bestond uit  drugsverslaafden en neonazis die bezig waren met een genocide, het viel nog mee dat hij ze niet beschuldigde van met paas kindertjes om brengen zodat het bloed daarvan in  matzes kon worden verwerkt.

25.2.22

UKRAINE

 


UKRAINE IS NOG NIET VERLOREN

DONALD

  


Donald, where is your troosers?

INDIANAPOLIS 5

 

 
 
Barney Oldfield bestuurde de pacecar in 1922, een National "Sextet", gefabriceerd door de National Motor Car & Vehicle Corp. in Indianapolis. Bij de naam "Sextet" denk ik eerder aan muziek dan aan een auto en in het bijzonder haal ik me het "Sexteto Nacional" van de Cubaan Ignacio Piñeiro voor de geest. Er waren 27 wagens in de race en het was Duesenberg wat de klok sloeg, van de vijftien auto's die finishten waren acht een Duesenberg. Winnaar was Jimmy Murphy in een Duesenberg. Op de dertiende plaats vinden we Bentley, een merk dat in de jaren twintig met name door overwinningen in Le Mans een enorme bekendheid zal krijgen. Hieronder een foto van de start van de Indianapolis 500 met rechts de pacecar

De Bentley met racenummer 22 gereden door W. Douglas Hawkes

LUL

 

 U altijd afgevraagd wat zich achter die enorme stropdas van Wladimir Putin bevindt?

CHARPENTIER

 

Marc-Antoine Charpentier (1643-1704) was huiscomponist van Maria van Guise, daarna schreef hij voor de Comédie Française en vervolgens voor de jezuïten, maar zijn grootste bekendheid geniet  hij als componist van de  herkenningsmelodie van de Eurovisieuitzendingen. Dat is nogal mager, want hij schreef twee opera's, veel toneelmuziek en geestelijke muziek. Dit is een mars  van hem.


24.2.22

Zijn favoriete pretpak


 

INDIANAPOLIS 4

 
In 1924 lijkt het voorgoed afgelopen met de deelname van Europese wagens aan de Indianapolis 500. In het veld van 14 Millers, 4 Duesenbergs en 3 Fronty-Fords is maar 1 Mercedes. Winnaar wordt het duo L.L. Corum en Joe Boyer in een Duesenberg. De pacecar is onderstaande Cole V8, natuurlijk uit Indianapolis, de fabriek, waarvan de slagzin "The World's Savest Car" luidde, werd in 1925 gesloten.
 

 

23.2.22

PAIL

Friso R. Peters kocht bij de verfwinkel a shadier pail of  white.

Bearcat

 


Bij de gijzeling  gisteravond in Amsterdam was sprake van een  Bearcat. Dat kon onmogelijk een Stutz Bearcat zijn. Een motorisch  speeltje van Amerikaanse rijke jongelui in de jaren tien  van de vorige eeuw, die ook de Mercer Raceabout hogelijk waardeerden en over de Stutz het volgende negatieve rijmpje bedachten: "You must be nuts to  drive a Stutz".

Indianapolis 3

 

 

Er was een andere Amerikaan, die zelfs een grotere faam bezat dan Rickenbacker: Barney Oldfield (foto) (1878-1946), begonnen als wielrenner, trok hij de aandacht van Henry Ford, nadat hij een benzinemotor op zijn fiets had gemonteerd. Ford had twee racewagens gebouwd en vroeg Oldfield om ze uit te proberen en ofschoon Oldfield nooit een auto had bestuurd antwoorde hij bevestigend en samen met collega wielrenner Tom Cooper werden beide wagens aangeschaft.

De "999" deed in 1902 mee aan de "Manufacturer's Chalenge Cup" met Oldfield aan het "stuur". Het werd een succes voor Ford en Oldfield, en het bleek meteen de start van laatstgenoemde als coureur. Hij reed voor het Amerikaanse automerk Winton, won overal in de Verenigde Staten races en kocht in 1910 een Benz, de zogenaamde Blitzen Benz, waarmee hij diverse records brak. In 1914 en 1916 deed hij mee aan de Indianapolis 500 met een Stutz, een firma uit Indianapolis, dat destijds één van de meest bekende Amerikaanse sportwagens bouwde, niet dat de productie bijzonder groot was, want in 1913 verlieten maar 759 auto's de fabriek. Zowel in 1914 als in 1916 eindige Oldfield in de Indy 500 op de vijfde plaats.

  Blitzen Benz

PALE

 


Oudtante Agaat en oudoom Herman hebben hun goudenhuwelijksfeest gevierd met "A whiter shade of pale", Jantien en Gregor Botsema  hebben  hun  jawoord gegeven met "A whiter  shade of pale", Kippie Matsubumba vierde zijn initiatie met "A whiter shade of pale", Shantala Gerbens herinnert zich "A whiter shade of pale" als het eerste liedje dat  zij zong,  voor Ulbe van der Togt was "A whiter shade of pale" het laatste liedje dat hij zich herinnerde  voordat hij voorgoed zijn ogen sloot, enz. enz.

22.2.22

Indianapolis 2

 

Anders dan in Europa, waar, na het verbod op races van stad naar stad, op een afgesloten circuit van openbare wegen rondjes moesten worden gedraaid, werden in  de Verenigde Staten naar analogie van wielrennerij speciale banen geconstrueerd waarop geracet werd. In 1923 werden vijf Type 30's voor de Indianapolis 500 ingeschreven door de Argentijn De Algaza.  De Prins de Cystria eindigde op de negende plaats, de coureurs De Vizcaya, Zborowski, Riganta en De Algaza zelf vielen uit met pech. De Type 30 was Bugatti's eerste acht cylinder die echt in productie werd genomen, want we kunnen de koppeling van twee viercylinderblokken uit 1912/'13 en het Type 28 slecht meetellen. De motor had een cylinderinhoud van tweeliter en kreeg voor Indianapolis vier carburateurs. De wagens waren echte 'singleseaters' want er was anders dan aan deze kant van de Atlantische Oceaan geen sprake van een meerijdende monteur.
De eerste Type 30's , met een totaal andere carrosserie dan die van de wagens die naar Indianapolis gingen, reden met De Vizcaya, Friderich, Mones-Maury en Marco als coureurs in de Strasbourg Grand Prix op 16 juli 1922. De race werd gewonnen door Nazarro in een Fiat 804, De Vizcaya en Marco eindigden op plaats 2 en 3. Mones-Maury op de laatste en vijfde plaats, de rest van het 18 wagens tellende veld viel -  meestal met motorpech - uit. Ook de van een bijna identieke carrosserie voorziene Ballots. Beelden van de race zijn hier te vinden, begeleid door muziek uitgezocht door een augurk, die niet weet dat "Ain't She Sweet" pas in 1927 werd gecomponeerd. Het muziekje waarmee het filmpje eindigt ("Sweet Georgia Brown") dateert uit 1925.
Natuurlijk was er ook een civielere versie van het Type 30, een auto waarvan verwacht werd dat er niet het circuit mee werd opgegaan. Anders dan het vijftal dat in 1923 naar Indianapolis ging had de wagen twee of - slechts - één carburateur, in het laatste geval was het meestal een Zenith. Type 30 was van 1922 tot 1925 in productie.

21.2.22

Indianapolis

 

In 1913 werd de Indy 500 gewonnen door een Franse auto met een Fransman aan het stuur, klaarblijkelijk loonde het de moeite om zowel wagens als coureurs de Atlantische Oceaan over te sturen. Jules Goux (1885-1965) (foto) won in een Peugeot met nummer 16. De andere Europese wagens, in een veld van 27 deelnemers, waren Sunbeam met de Franse coureur Albert Guyot aan het stuur, Mercedes met de Belg Theodore Pillet en een andere Mercedes - een privé-inschrijving van E.J. Schroeder - met de Amerikaanse coureur Ralph Mulford. Ze eindigden respectievelijk op vierde, vijfde en zevende plaats. Wie de moeite neemt de rest van de wagens, die finishten door te nemen ontdekt dat er een aantal bekende Amerikaanse sportieve merken uit die jaren meededen: Mercer en Stutz, maar ook een merk als Case reed dat jaar de Indy 500,  die fabriek moest het vooral  hebben van zijn tractoren. Ook Stoddard-Dayton, n.b. in het laatste jaar van zijn bestaan was aanwezig: de fabriek leverde de pacecar. (foto onder). Of deze Stoddard-Dayton inderdaad aanwezig was in 1911 in Indianapolis, heb ik niet kunnen achterhalen, maar hij geeft wel een indruk, al zal wel nog het nodige moeten gebeuren, zoals het afstellen van de carburateur.

Lecuona

 

Natuurlijk stond de Benny Goodman Band onder leiding van Benny Goodman, maar de Lecuona Cuban Boys  stonden niet onder leiding van Ernesto Lecuona (foto) en zoiets schept verwarring. Ernesto Lecuona y Casado wordt op 6 austus 1895 geboren in Guanabacao, Havana, Cuba en krijgt als kind pianoles van zijn zus Ernestina, voordat hij naar het conservatorium gaat en op zestienjarige leeftijd afstudeert. Hij concerteert in New York, reist  naar Spanje en later naar Parijs waar hij optreedt. Hij componeert en valt - al gaat zoals zo vaak vergelijkingen mank gaan - op één lijn te stellen met George Gershwin, want net als Gershwin kan hij niet in absolute hokjes worden geplaatst en dat doen luisteraars maar al te graag. Is Lecuona's muziek onder te brengen in het serieuze of populaire repertoire? Hij schrijft voor en dirigeert het Ernesto Lecuona Symphonisch Orkest, maar geeft tegelijkertijd het dansorkest de Lecuona Cuban Boys toestemming zijn naam te gebruiken, niet dat hij gezamenlijk met de Boys optreedt, al opent hij een enkele keer een optreden met een paar pianosoli. Hij componeert een Spaanse suite, de Suite Andalucía - hier de delen Andalucía en Malagueña door hem zelf uitgevoerd - een Cubaanse suite en tientallen walsen, rumba's en conga's, waarvan de meeste nog altijd repertoire houden. Eerst de versie van één van zijn meest beroemde stukken "Siboney" uitgevoerd door de Lecuona Cuban Boys. Lecuona stierf in 1963, in het land waar vandaan zijn vader naar Cuba kwam, de Canarische eilanden, tijdens een aanval van asthma, een kwaal waar hij zijn hele leven last van had gehad. Hij werd begraven in New York.

 

MUZIEK


Natuurlijk was het een tikkeltje overdadig om in de jonge  Verenigde Staten volledige blaasorkesten voor de troep uit te laten marcheren en hoewel bijna alles op dat gebied momenteel teruggebracht kan worden op imitatie - compleet met kortgerokte majorettes - van wat in Amerika nu gebruikelijk is, het begon in de onafhankelijkheidoorlog allemaal eenvoudig met fifes & drums, kleine dwarsfluiten en trommels. Dat instrumentarium is bijna volledig verdwenen, alhoewel het tot in de jaren zeventig in het zuiden van de Verenigde Staten geïsoleerd bij Afro-Amerikaanse muzikanten nog te vinden was, ooit ontstaan als nabootsing van blanke marsklanken, maar ontwikkeld tot dansmuziek. Een paar namen van toen: Ed Young (foto),  Othar Turner en Napoleon Strickland.

 

OVERLEDEN 7

Toen zijn vader een paar jaar later uit het dorp naar een stad verhuisde keerde hij samen met zijn vrouw terug in de schoot van de moederkerk, niet dat hij wekelijks naar de mis ging, maar de kerstdienst bijvoorbeeld sloeg hij, net als zijn woordspelletjes, nooit over. De toevoegingen aan  elk woord, waar het ook maar  mogelijk was, werden een dwangmatigheid. "Dwangmatigheiden", zou hij zeggen en er dan meteen een verklaring aan toevoegen: "een ongelovige die niets anders kan".  Het was een obsessie, waar hij zich niet los van maken kon. "Obsessiemuzikant", klonk het meteen, gevolgd door "snabbelaar die blijft musiceren". 

20.2.22

PASTORALE

 


La Pastorale van Christoforo Caresana

OVERLEDEN 6

Zijn vader hield van die woordspelletjes. Soms begreep hij ze, soms ook niet, want corvandislexie zei  hem niets. Dislexie duidde op onbegrip, maar wie was in hemelsnaam  Cor van Dis. "Cor van Dis", zei zijn vader, "zit voor de SGP in de Tweede Kamer." Nu was het duidelijk. Soms was het gewoon maar een grap en hoefde je er niets achter te zoeken, zoals bij de woorden pindakaaschaaf of koffiekandelaar. Daar kon hij echt geen chocola van maken. Een woord dat zijn vader ogenblikkelijk in chocoladeletterbak zou  veranderen. Nee, dan zette nudistel meer zoden aan de dijk,  dat was een distel  zonder bladeren.

FIETS

 

Uit de tijd dat er  nog geen Urban Arrows waren, maar er toch met een melkbus met een inhoud van 40 liter werd gefietst.

19.2.22

MILLIGAN


Het is weer hoog tijd voor het van origine Ierse fenomeen Spike Milligan (1918-2002). Wie meer over hem wil weten schaffe zich spoorslags zijn in pocketboek verschenen reeks oorlogsherinneringen aan. Een tweetal sketches. Eerst wordt het Eurovisiesongfestival te grazen genomen en daarna -  ik weet het, deze kolder was eerder op het blog - Hitler door de ogen van Spike.

 

DILIGENCE


Niet alleen qua vormgeving maar ook qua constructie ontleende de spoorrijtuigbouw veel aan de bouw van diligences, sterker nog een tijdlang bestond de mogelijkheid om een diligence - als ging het om een autotrein avant la lettre - mee te voeren op een platte goederenwagen. De afbeelding toont een tweede en derde klasse rijtuig van de P.L.M., het middelste deel (geel) was voor de passagiers in de tweede klas, de compartimenten aan de buitenzijde (rood) waren voor de passagiers met een eerste klas kaartje.

 

JEZUS

U mag straks weer stemmen. Dit keer voor de gemeenteraad. In een aantal gemeenten, zoals Amersfoort, Harlingen en Smallingerland (lees Drachten) op Jezus Leeft! In mijn onnozelheid dacht ik dat die partij naastenliefde hoog in het vaan had staan, maar zie wat Jezus Leeft! in Drachten op het tapijt brengt: "Meer  Jezus, Minder crisis. Stoppen met horeca pesten. Wij van Jezus leeft vinden dat het normale leven weer op gang gebracht moet worden. Ook vinden wij dat het niet langer meer mogelijk moet zijn om de horeca naar de vernieling te brengen door onder het mom van corona de zaken te sluiten. Wij eisen volledige vrijheid terug zonder QR code!" Nu probeer ik me in te denken of de Heer destijds een mededeling over de horeca dan wel corona heeft gedaan, het  enige dat ik kan bedenken is  het feit dat de de Heer bij een bruiloft water in wijn veranderde en dat corona, dat kroon betekent, slechts op de  doornenkroon kan slaan. Ik woon al heel lang niet meer in Drachten maar als ik er wel zou  wonen, mijn stem zou niet naar Jezus Leeft! gaan.

18.2.22

BESTEL

 


Overleden 5

Symen Bladerdeeg dacht behalve aan zijn opa ook aan zijn vader, terwijl de Bladerdegen sinds mensenheugenis altijd rooms-katholiek waren geweest, besloot zijn vader - omdat in het dorp waar hij  was gaan wonen, hij met Jacobus Froteling de  enige was die de roomse beginselen was toegedaan, protestant  te worden om  deel uit  te maken van de gereformeerderheid. Hij had altijd KVP gestemd,,  maar lonkte nu naar de SGP, hij las het beginselprogramma, maar had grote moeite het door te lezen. Corvandislectie stelde hij vast.

17.2.22

YES

 

Una na het bekijken van de foto: "De hond links doet de lindy hop, de hond rechts scat."

TRAM

 

 
 
 
 
   
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Ik zal  er voor de oorlog ongetwijfeld ingezeten hebben, maar ik heb
geen enkele herinnering aan de Amsterdamse tram, ik was vier toen we in juli 1940 de stad verlieten. De eerste tram die ik me herinner is de stoomtram van Drachten naar Leeuwarden. Eerst naar Veenwouden  en nadat de  locomief was omgelopen, over  de spoorbaan naar Leeuwarden, om voor het spoorstation in Leeuwarden langs te rijden naar de eindstop NTM-tramsstation. De eerste stad met een lokaal net, waar ik in 1953 ging wonen, was Den Haag en daarom heb ik waarschijnlijk ook de meeste schaalmodellen van trams uit die stad en uit mijn geboortestad maar drie. In de sneeuwschuiver zal ik nooit gezeten hebben, maar ik vind die Amerikaan heel indrukwekkend. Eigenlijk heeft hij nog enorme schorten voor en achter zodat de sneeuw niet overal heen stuift, maar die staan niet op de foto.

.

Overleden 4

Symen Bladerdeeg die op 4 maart komt te overlijden maar nog steeds niet weet waaraan, dacht vanochtend aan zijn grootvader die kort na de Tweede Wereldoorlog samen met andere jeugdige landgenoten naar de gordel van smaragd werd gezonden met een  plumeau als wapen en hoe hij daar een kampong of was een  camping met zijn plumeau probeerde weg te vagen, hetgeen  natuurlijk niet lukte zodat slechts platbranden overbleef, terwijl opa met zijn maten "Sarina, het kind uit de dessa" zong.

Marcheren


 

OVERLEDEN 3

Over de zusters Canapea I, II, en IIIa en IIIb valt verder  weinig te melden, I roept vierentwintig keer per dag dat  zij nog steeds in Jezus is, wat dat ook moge zijn, II zoekt in Rome al jaren een zaak uit van kindermolest, IIIa  houdt zich bezig met de verkoop van prullaria aan de  Costa Brava en IIIb is overleden. Wij kunnen dus gevoeglijk het rooms-katholicisme in onze vertelling vergeten en terugkeren naar de heer Symen Bladerdeeg, wij dienen echter snel te zijn,  omdat hij in de eerste week van maart komt te overlijden. Waaraan moet nog worden vastgesteld, er zijn diverse  mogelijkheden. Wij hebben nog geen besluit genomen. Oorspronkelijk hadden wij een derde wereldoorlog in het vizier, eigenhandig door de heer Wladimir Putin in het vooruitzicht gesteld, maar daar zijn we op teruggekomen. Te veel eer. Daarom kiezen wij hoogst waarschijnlijk voor Gideon de Meijeraar, een onbenullig oogend ventje afkomstig uit Doetinchem, dat in de Tweede Kamer namens Forum voor Democratie hoog van de toren mag blazen en waarvan het gif sterk genoeg is om Symen Bladerdeeg het loodje te laten leggen.

16.2.22

OVERLEDEN 2

Duizendmaal excuses maar Gabriëlla Bladerdeeg-Romkema blijkt niet te zijn overleden, haar tweelingzuster Sybilla Romkema, beter bekend als zuster Canapea III, blijkt het tijdelijke met het eeuwige te hebben gewisseld. In het vrouwenklooster te Achlum, waar zij tot haar verscheiden verbleef, kende men al een eerdere Canapea III, maar die zei het kloosterleven in 2018 vaarwel en woont thans aan de Costa Brava, waar zij samen met haar zeventienjarige dochter een souvenirwinkeltje onder de naam "El Toro Circuncidado" (vermoedelijk omdat haar het verschil tussen gecastreerd en besneden bij de naamgeving niet duidelijk was), bestiert. Canapea II bevindt zich  al drie  jaar te Rome, waar zij de niet nader te noemen handelingen van pater Oliviadus uit Arum onderzoekt. Canapea, zonder cijfer, want zij was destijds de eerste en enige Canapea in het klooster te Achlum, is 93 en  zit gepensioneerd en gedementeerd  in haar cel, waar zij  haar koekoeksklok aan ziet voor een crucifix en ieder uur "Ik bemin de Heer nog immer" uitroept.

15.2.22

CIVIEL

Konden wegtransportbedrijven na de oorlog voor nieuwe vrachtwagens putten uit een dump voor een legervoertuig dat door een carrosseriefirma geciviliseerd werd, voor een luchtvaartmaatschappij lag dat anders en daar werd door vliegtuigfabrieken op ingespeeld, zo kwam de Britse fabrikant AVRO met bovenstaande civiele versie van zijn bekende bommenwerper "Lancaster", de "Lancastrian" en waarvan derig exemplaren naar de "British Overseas Airways Corporation" gingen voor de dienst tussen het Verenigd Koninkrijk en Australië. De "Lancaster" was op zijn beurt ontwikkeld uit de tweemotorige "Manchester", waarvan het prototype vloog in juli 1939, de ontwikkeling van de motoren voor het toestel duurde echter te lang en er werd besloten de geplande bommenwerper, die "Lancaster" ging heten, uit te rusten met vier Rolls-Royce Merlinmotoren. Aflevering aan de RAF begon begin 1942, in datzelfde jaar begon de productie in Canada. Er zijn vier basistypes van de "Lancaster": een versie met Merlin XX-motoren, een met Bristol Herculesmotoren, een met door Packard in licentie gebouwde Merlinmotoren  en de in Canada gebouwde versie eveneens met Packard Merlinmotoren. De "Lancastrian"  had vier Rolls-Royce Merlin XXIV V12 motoren. De maximumsnelheid was 472 km/u De bemanning van een "Lancaster" telde zeven man, de "Lancastrian" had een bemanning van vijf en kon negen passagiers meenemen. Niet alleen de "Lancaster"-bommenwerper kende een civiele versie, ook de Handley-Page "Halifax" werd tot passagiersvliegtuig verbouwd en in feite was deze gang van zaken: een bommenwerper wijzigen in een passagiersmachine, zij het op kleine schaal, al uitgeprobeerd in het neutrale Zweden, waar een vijftal Boeing B-17 "Fortress"-bommenwerpers - die gedwongen waren te landen - door SAAB werden verbouwd en dienst deden bij AB Aerotransport (A.B.A.) op de route naar Engeland.

 

WOORD

 ECOLIBRIE: POEPETEND VOGELTJE

OVERLEDEN

En dan dienen we nu een ogenblik stil te staan bij het verscheiden van mevrouw Gabriëlla Bladerdeeg-Romkema die ons eergister ontviel en die samen met haar op 4 maart nog te overlijden echtgenoot Symen Bladerdeeg zoveel betekent heeft voor de pitbullstand in ons dorp, doordat zij immer fokkend vooraan stond bij veredelen  van dit hondenras, terwijl het  bloot stond aan voortdurende negatieve behandeling door de vaderlandse media.  Mevrouw Bladerdeeg stond op de bres. Op de bres, door steevast de pitbull in bescherming ten nemen, die dit hondenras zo van node heeft, zij leerde van jongs af aan de puppy's stevig door te laten bijten in honkbalknuppels, afkomstig van een sport waarin haar echtgenoot Symen zo in uitgeblonken had, bovendien en dat  mag wel nadrukkelijk gezegd worden zorgde mevrouw Bladerdeeg dat ons dorp schoon bleef, door elke ongerechtigheid  door haar pitbulls veroorzaak, terstond op te ruimen. Hoe goed herinner ik mij mevrouw Bladerdeeg met zes pitbulls, uiteraard aangelijnd in één hand en een groot aantal wapperende poepzakjes in de andere hand op  het fietspad in onze voornaamste winkelstraat en hoe jolig uitgelaten de pitbulls naar iedere voorbijkomende fietser  sprongen. Dat zullen we vreselijk missen want mevrouw Gabriëlla Bladerdeeg-Romkema is  niet meer.

RONDFONK


En dan gaan we nu naar onze luisteraar van de dag en dat is op deze zaterdagochtend geen luisteraar maar een luisteraarster, mevrouw Meta Blok-Kers uit Goes, die ons heel veel over haar lievelingsmuziek gaat vertellen en ons bovendien natuurlijk gaat uitleggen waarom die muziek haar favoriete keuze is. "Goedemorgen, mevrouw Blok, of mag ik Meta zeggen?
"Zeg jij maar Meta, dat is wel zo gezellig op de vroege ochtend, vind je ook niet?
"Natuurlijk, Meta. Donkere luchten vanmorgen in 't Zeeuwse zeker, Meta?"
"Jazeker, jazeker, somber weertje hier, hoor!"
"Meta, wat is jouw keus van de dag, wat is jouw favoriete muziek, waar luister jij het allerliefst naar?
"Naar de Sabeldans!"
"Naar de Sabeldans?"
"Naar de Sabeldans van Adam Karremans."
"Zo zo, dat is een heel opwindend stukje muziek, Meta! En waarom is de Sabeldans van Adam Karremans jouw favoriete muziekje?"
"Ja, waarom is dat mijn favoriete muziekje. Dat zal ik je vertellen. Ik heb eigenlijk helemaal niet zoveel met Russische componisten, behalve dan met Theekovski met zijn Zwanenmeer enzo. Maar die andere, moderne Russen, zoals bijvoorbeeld Straaflinsky en hoe heet hij ook alweer Sostokanowits, kunnen me gestolen worden. Wat een wanklanken, daar wordt een mens horendol van.  Maar de Sabeldans, hé? Prachtig, prachtig. Maar je wilt natuurlijk weten, waarom dat mijn favoriete muziekje is."
"Dat willen alle luisteraars buitengewoon graag weten, Meta."
"Nou dat zit dus zo, mijn man zaliger  zat, toen wij pas getrouwd waren, bij de marechaussee. Hij had als zodanig ook een groot tenue compleet met  kolbak en sabel. Ieder zondag zette hij, zo uit bed, zijn kolbak op, gordde zijn sabel om en dan danste hij voor mij, terwijl hij 'De Veleta' zong:  "Ken je de veleta niet, mooier dans bestaat er niet, op een grote rasse tree, doen we samen heerlijk mee'."
"De Veleta, Meta? Niet de Sabeldans? En alleen maar gekleed in kolbak en sabel, Meta?"
"De Veleta en alleen maar gekleed in kolbak en blanke sabel."
"En dan volgt nu de Sabeldans, lieve luisteraars."

Marsmuziek

 


Europese marsmuziek heeft dankzij het koloniale verldenoveral zijn sporen achtergelaten, soms op groteske wijze, zo speelt men op de Philippijnen op van bamboe gemaakte imitatie koperinstrumenten. Omgekeerd is het repertoire van fanfares hier beïnvloed door niet-Europese ritmes en moet je niet verbaasd ophoren als de dorpsharmonie op een rumba door de hoofdstraat marcheert. Soms klinkt het wat geforceerd en mist het elke vorm van wat ik maar swing zal noemen. De eerste verandering van het repertoire van Europese militaire orkesten - en daar denk ik meteen aan als ik het over marsmuziek heb - vond meteen na de Eerste Wereldoorlog plaats, toen Parijzenaars zich stonden de vergapen aan een orkest onder leiding van Jim Europe, dat de stafmuziek vormde van een zwart Amerikaans regiment. Jazz kon je deze muziek niet noemen, maar het had wel dezelfde lichtvoetigheid. Ook de Tweede Wereldoorlog bracht verandering. Opnieuw speelde Amerikaanse muziek een rol, niet alleen door de dirigent van de Army Airforce Band, Glenn Miller, maar ook doordat veel jazzmusici in legerorkesten speelden. Er is geen harmonie, geen fanfare, die aan de invloed van jazz is ontsnapt. Zelfs het orkest van de Parijse brandweer heeft de uit 1937 daterende Count Basiecompositie 'One o'clock jump' op het repertore.

WOODIE


Het was een iets extra's dat de meeste Amerikaanse autofabrieken vlak  na de Tweede Wereldoorlog leverden: een woodie, maar in feite leverde Ford al een auto met een deels houten carrosserie in 1929.  In 1946 was het hek van de dam. Niet alleen Ford leverde een woodie, maar zelfs Pontiac en Buick gingen over stag, al stapte men al gauw over op een carrosserie waarvan de basis metaal was, met een stuk hout erop bevestigd.  Op de foto een Chrysler Town & Country 1948. Veel wijzigingen waren er niet me het  model van
1946. De handrem werkte op de aandrijfas in plaats van op de achterwielen. Vanaf 1946 tot  en met de eerste helft van 1949 werden 8368 Town & Countries gebouwd. De auto in kwestie is een latere import, want vlak na de oorlog - met auto's op de bon - werd hij hier niet geleverd.

DEFINITIE

WANGEDRAGSTHERAPEUT: THIERRY BAUDET

14.2.22

FIAT


De "Balilla Sport", die tot en met 1937 in productie zou blijven, kende een tweede open versie, die had motorfietsspatborden. Daarnaast was er een gesloten variant, een berlinetta. In 1934 kregen alle versies een vierversnellingsbak, net als de gewone 508, de zogenaamde "Balilla 4 Marce" (foto onder), die eveneens tot en met 1937 in productie zou blijven en waarvan 71700 exemplaren van de band rolden. De cylinderinhoud bleef 995cc, net als de maximum snelheid.


WOORD

DONDERSTEENWIJK: onweer in Noord-Overijssel

NAMEN 2

Heinrich Wladimir Albrecht Ernst Herzog zu Mecklenburg werd bij ons Prins Hendrik maar Máxima bleef Máxima, het accent aigu ging er niet af, terwijl de naam in feite onveranderd bleef.

HARVARD

 
In ons land heette bovenstaand vliegtuig net als  bijna overal elders in de wereld "Harvard", maar dat was in feite  de Britse benaming van de North American "Texan",  een Amerikaans lestoestel, dat bij Amerikaanse luchtmacht dienst deed als AT-6 en bij de  Amerikaanse marine als  SNJ. Niet alleen North American (hoofdkantoor en fabriek Los Angeles Municipal Airport, Inglewood, Californië) bouwde het toestel maar ook Noorduyn Aviation in Montreal, Canada. De Britse "Harvards" hadden een Engels instrumentarium. De motor was een Pratt & Whitney R-1340-AN1. De kruisnelheid lag bij 272 km/u en het vliegbereik was 1200km. Zowel Syrië als Israël zetten in 1948 het als lestoestel bedoelde vliegtuig in als een met een mitrailleur bewapende lichte duikbommenwerper.

 

13.2.22

BONANZA

Het was in de beginjaren van de Israelische luchtmacht een wonderlijk allegaartje van vliegtuigen dat met de "Magen David" op de flanken vloog, soms waren het  afdankertjes, soms waren het via moeizame onderhandelingen verkregen toestellen, in ieder geval was de  oorzaak dat gekende vliegtuigfabrieken hun Arabische clientèle niet wilden verliezen: zodra ze aan Israël leverden kwamen ze op een boycotlijst te staan. Twee Beechcraft "Bonanza's" - te herkennen aan de staart - kwamen uit Zuid-Afrika. De "Bonanza" was nou niet direct  een vliegtuig waarmee je ten strijde trok,  het was een klein zakentoestel. Onderweg naar Israël raakten de piloten die de vliegtuigen overvlogen elkaar kwijt, één raakte ergens bij een landing  beschadigd en moest worden omgewisseld voor een andere "Bonanza". In Israël werden beide toestellen voorzien van een bommenrek, zodat ze als ( wel heel kleine) bommenwerpers konden worden ingezet.

 

Namen

Waarom heet Praha hier  Praag, København Kopenhagen en Strasbourg  Straatsburg. terwijl Nieuw York New York genoemd wordt en Zweinvoort Schweinfurt. Dat is weinig consequent. En met de mensen van koninklijk bloed is het al net zo. Ludwig van Beieren wordt niet Lodewijk genoemd, maar de Franse Louis' heten allemaal Lodewijk, Karel 1 heette natuur  Charles I, om over Philips II nog maar te zwijgen, want waarom heeft Philippe hier die s achter zijn naam nodig?

12.2.22

DEMONSTRATIE

Natuurlijk demonstreert het meest intelligente deel van de vaderlandse vrachtwagenchauffeurs onder een Engelstalige noemer: "Freedom Convoy Nederland"

(want wie no ze lengwidz) 

wordt het geen  tijd misbruik van de Friese vlag strafbaar te stellen?

WIDGEON

 


Het woord widgeon, de naam van afgebeeld vliegtuig, moest ik opzoeken want ik kende het niet. Juist! Het betekent smient, dat woord ken ik wel, het is een soort eend, maar bij verder zoeken blijkt dat er twee varianten  van de widgeon zijn, de Europees-Aziatische widgeon  met een bruin kopje en de Amerikaanse, waarvan de woerd een donkergroene veeg over het kopje heeft. 
Grumman, een Amerikaanse vliegtuigenfabriek, die van 1929 tot 1994 bestond, had ongewijfeld de Amerikaanse versie van de eend in het vizier toen het toestel in 1941  als militaire versie van de G-44 bij de Amerikaanse kustwacht in dienst kwam met de nomenclatuur J4F-1, een jaar later werd het bij de Amerikaanse marine als J4F-2 geregistreerd. Het leger kende de Widgeon als OA-14 en om het  nog wat  ingewikkelder te maken ging het toestel als Gosling vliegen bij de Canadese luchtmacht en de Britse marine. De Widgeon is een amfibie (dat wil zeggen dat het toestel zowel van water als van land kan opstijgen), van geheel metalen constructie verdeeld in vijf waterdichte compartimenten, de motoren zijn 200PK Rangers L-440-5 luchtgekoelde zescylinders in lijn. De bemanning bestaat uit vier of vijf personen. De kruissnelheid bedraagt 221 km/u.   

De Israelische luchtmacht bezat twee Widgeons, de B-72 en B-73, de B73 crashte in 1948 op het meer van Galilea, waarbij de bemanning omkwam.