7.4.25

851

 

Toen de Auburn 851 in 1935 verscheen was de fabriek in de gelijknamige plaats in Indiana al 35 jaar bezig met automobielbouw, oorspronkelijk met wagens waarbij de benzinetank onder de 'motor'kap schuilde en de motor onder de vloer. Er verscheen lange tijd weinig opzienbarends en de motoren kwamen niet uit eigen huis maar eerst van Rutenber en later ook van Teetor, Continental en Weidely en ondanks de slagzin " Once an Owner, Always a Friend" werden niet bijster veel Auburns verkocht. In 1925 kocht Errett Loban Cord Auburn en vanaf dat  moment ontstaat een opgaande lijn, de vorm van de geleverde auto's wordt fraaier en de het aantal verkochte auto's gaat fors omhoog. In de jaren dertig is de concurrentie hevig en alhoewel de de prijs voor een 851 achtcylinder-in-lijn met compressor buitengewoon gunstig was - $1545 - en de topsnelheid 155 km/u., liep de verkoop niet en in 1937 was het gedaan met Auburn.

Goofus


Geen idee wie de tuba in de jaren dertig van de negentiende eeuw, want toen werd het instrument uitgevonden, tot grotere glorie heeft geholpen. Misschien moet ik dat nog eens gaan uitzoeken. Nee, ik bedoel niet de uitvinder, ik bedoel de bespeler die die tuba op de podia heeft gehesen. Van sommige instrumenten is dat wel bekend, bij het horen van de naam bassaxofoon denk ik meteen aan Adrian Rollini (1903 - 1956). Maar tegelijkertijd weet ik dat ik hem met alleen het noemen van de bassax tekort doe, want hij is ook degeen die de goofus (foto), waarover zo meteen meer, heeft geintroduceerd en hij is ook een van de allereerste bespelers van de vibraphone geweest. Drie instrumenten: één man en hoe ik probeer nog iemand anders te bedenken die ik met de introductie van drie muziekinstrumenten kan verbinden, het lukt me niet. De bassax kreeg dankzij Adrian (hij had een broer Arthur die tenorsax speelde) zijn rol in de jazz in de jaren twintig, m.i. leniger van geluid dan dan de tuba, maar in feite raakte ook de rol van de bassax uitgespeeld nadat het accoustische opnametijdperk werd afgesloten en de geplukte de rol van de geblazen bas overnam. Adrian Rollini wisselde, nu er nauwelijk vraag meer was voor de bassax, van instrument en ging op de in de jaren twintig uitgevonden vibraphone spelen. Hij speelde al goofus een in 1924 in Frankrijk door Couesnon bedacht muziekinstrument dat oorspronkelijk couesnophone werd genoemd, de goofus met de vorm van een groot kindersaxofoontje en het geluid van een harmonica lijkt een voorganger van de melodica. Dit is "Hard Hearted Hannah" met een solo op goofus, gevolgd door "Oh Joe" waarin we de bassax horen en tenslotte Adrian Rollini op vibraphone in "Bei Mir Bist Du Schön" samen met Bobby Hackett, trompet; Frank Victor, gitaar, Harry Clark, bas; Buddy Rich, drums en Sonny Schuyler zang.


 

Vuurwerk

Ik ben van voor de oorlog.  Er zijn ter vergelijking mensen die eergister geboren zijn en over een traditie spreken als het om vuurwerk gaat. Toch nog maar eens je  luier laten verschonen.

Ballfiddle

Nu ik hoe langer hoe meer Engelse verwensingen beluister,  is het wellicht mogelijk de volgende in overweging te nemen: lamejet, licoriceprick, bagswasher en ballfiddle.

Beschaving

U begrijpt dat het goyse dorp met geiwe niet  achter  kan blijven wanneer het om vreemdelingenhaat gaat en dus heeft het volkje een groot spandoek opgehangen nabij, hoe kan het anders, het Spanderswoud. De burgemeester moet het ontgelden want het zogenaamd beschaafde deel van de goyim meldt: "De grootste gluiperd van de Wijde Meren Han ter H." Compleet met  een foto van burgemeester Han ter Heegde.

6.4.25

Immer recht


 

Leuk hè?

leuk hè,  zo'n raketje en prima te gebruiken op een kleuterschool

 

Pasen valt wat laat dit jaar


 

5.4.25

Mening

 

Net zo min als ik destijds in één van mijn radioprogramma's Merle Haggard heb laten horen, ga ik nu David Allan Coe op  dit blog zetten, wie hem wil beluisteren gaat maar op YouTube naar hem op zoek en hoort hoe hij het donkere deel van de Amerikaanse bevolking schoffeert. Merle Haggards "Okie from Muskogee" ("we don't burn our draft cards down on Main Street") kreeg destijds een passend antwoord van The Youngbloods met "Hippie from Olema". Rassenhaat werd door Tom T. Hall (foto) belachelijk gemaakt in het sublieme "The man who hated freckles", waarmee hij tevens bewees dat countrymuziek niet alleen maar de muziek is van en voor rechtse ballen. Halls "The monkey who became president" uit begin van de  jaren zeventig had - gezien Trump - een wel zeer voorspellende waarde!

Reizen


Helaas heb ik geen spoorwegkaart uit 1943 van de totale Verenigde Staten, wel heb ik de tekst van Randy Newmans schitterende "Dixie Flyer", waarin hij vertelt hoe met zijn moeder (zijn vader "was a captain in  the army, fighting the Germans in Sicily") van Los Angeles per Dixie Flyer naar New Orleans reist: "across the state of Texas to the land of dreams". Maar hoe ik ook zoek in "The Historical Guide to North American Railroads"*, ik vind wel een Dixie Flyer maar die reed jarenlang elke dag tussen Chicago en Miami (noord-zuidverbinding), om van Los Angeles naar New Orleans (west-oostverbinding) te komen, nam je een trein van de Union Pacific. Dat laatste klopt wel weer met de tekst van het liedjes want: "we went down to the Union Station and made our getaway".
Steve Goodman gaat in zijn "City of New Orleans"  ook naar New Orleans, maar vanuit Chicago met de Illinois Central Railroad en op een kaartje kan ik de route van Steve volgen: Chicago, Centralia, Cairo, Memphis, Jackson, New Orleans en in boven vermeld boekje vind ik, naast de "Panama Limited", de "City of New Orleans" inderdaad op de route Chicago - New Orleans.
Steve zingt: "Good morning America, how are you? Dont you know me? I'm your native son" het is alsof hij iets, op reis naar het zuiden, moet bewijzen.
Randy is scherper, wanneer hij het over zijn moeder broers en zusters heeft, die vanuit Jackson in een grote, groene Hudson komen aangereden "driven by a Gentile they knew. Drinkin' rye whiskey from a flask in the backseat. Tryin' to do like the Gentiles do. Christ, they wanted to be Gentiles, too. Who wouldn't down there, wouldn't you? An American Christian, God damn!"

Lewone

 


Mijn vader overleed toen ik 26 jaar was en nog altijd betreur ik het dat ik de verhalen over zijn jeugd in Leeuwarden wel gehoord, maar niet genoteerd heb. Want zijn herinneringen aan het Joodse leven in de eerste twee decennia van de vorige eeuw waren de moeite waard. Pas jaren later heb ik in een enkel geval kunnen achterhalen over wie hij sprak. Hij had een oudoom (de echtgenoot van een zuster van zijn grootvader), die hem regelmatig meenam naar het station om naar treinen te kijken. Mijn vader, een jaar of vier oud, kon klaarblijkelijk de k niet zeggen en riep steeds verheugd als hij een nieuwe trein ontdekte: "Oeteltrein", waarmee zoveel als "Ook een trein" bedoeld werd. Dat oeteltrein heeft mijn vader geweten, want die oom is hem altijd oeteltrein blijven noemen. Pas jaren na de dood van mijn vader kwam ik erachter wie die oom was. Hij heette Drielsma en had een fietsenzaak aan de Voorstreek en bracht een rijwiel in de handel met de naam "Lewone". Dat is merkwaardig, want het is bij mijn weten de enige fiets met een Hebreeuwse naam, die in Nederland is verkocht. Ik ben er nog altijd niet achter waarom. Lewone is de oude, Askenazische uitspraak van Levanah (לבנה), dat maan betekent. Koos hij LWN omdat deze letters ook in Leeuwarden voorkomen? Een complete Lewone staat in het schuurtje achter mijn huis.

Morris



Het was relatief nog steeds simpel om in de jaren dertig op een personenwagenchassis een lichte vrachtwagen te bouwen, omdat personenwagens destijds een echt en dus apart chassis hadden. De "Brasso van" is duidelijk gebouwd op het chassis van een Morris "Oxford", de bestelwagen van "Barwick's Baking Powder" staat op het chassis van een Morris "Minor", destijds de kleinste auto die Morris leverde.

4.4.25

Zondag

 

Ooit interviewde ik Wolfgang Neuss (1923-1989) in Berlijn die net een langspeelplaat  gemaakt had met  Wolf Biermann (foto). Van die plaat het prachtige "Kleinstadt Sonntag" van Biermann, aan  het slot horen we Neuss.

Meer Fout

 

Niemand zegt natuurlijk herenboer, ik heb zelfs de precieze spelling even moeten opzoeken, maar die n moet er volgens een aantal malloten die de Nederlandse spelling beheren echt in, terwijl een herenboer een eenling is en niet het bezit van een aantal heren, nee, hij is een zelfstandige, kapitaalkrachtige boer, wellicht een verwoed aanhanger  van Nutella v.d. Plas Maar dan betrap ik me op iets merkwaardigs. Bestaat er een vrouwelijk equivalent: een damesboer? Dameboer (foto links) klinkt me  toch niet goed in de oren. 
Die tussengevoegde n's waren er vroeger niet. Je schreef pannekoek en niet pannenkoek, logisch vind ik, want wie bakt zijn koeken nu in meerdere pannen? Bovendien moet de schrijver ook nog rekening houden met of er meer dan één meervoud bestaat, want dan  vervalt de n, het is dus niet ziektenkosten, want je hebt ziektes en ziekten.  Zulke regels moeten een buitenlander  die Nederlands leert tot wanhoop drijven. Gelukkig is het leren van onze taal binnen een aantal jaren niet meer nodig, daar zorgt de vaderlandse middenstand wel voor, die zijn handel het  liefst in het Engels afficheert.  
Ooit zag ik trouwens een fantastisch meervoud van pannenkoek in de buurt  van Minneapolis-St.Paul in de menukaart van een restaurant: PANNEKOEKENS, bijna net zo  leuk als het tweevoudige meervoud van kind, KINDERENS (eigenlijk drievoudig want kinder is eigenlijk al een meervoud), maar kinderen is inmiddels in onbruik geraakt, het volkje praat immers over kids.

Rufus

 


 Rufus Wainwright, zoon van  Loudon Wainwright III en Kate McGarrigle met "Tired of  America".

1948

In het begin, wij schrijven 1948, toevalligerwijs het jaar waarin  de staat Israël is gesticht, dacht ik dat ze een paar waren, een  echtpaar, Barger en Margje Meminion pas nadat, wat destijds verkering heette, Barger op vrijersvoeten ging met Jennie Talens, geen familie van de Apeldoornse fabrikant van kunstschildersbenodigdheden, doch een dame met een dermate onbesneden lullig voorkomen, dat ze een pruik van bokkenhaar droeg,  maar het kan ook een pruik van geitenhaar geweest zijn, zij leek iets op mevrow Faber, maar goed, een pruik, die medeverzekerd was in het Woonpakket Plus bij Unigarant, 100% dochter van ANWB, waarom zoiets dochter heet mag Joost weten, voor de goede orde niet Joost  Eerdmans, doch deze Joost, de alwetende, normaliter klaarblijkelijk bijzonder veel wetend en door sommige Nederlanders versleten wordt voor een levende Wikipedia, hetgeen eigenlijk niets zegt, omdat aan het internetprogramma met die naam, zoals bekend nogal wat fouten kleven. Het spoor van Margje raakten wij al spoedig bijster,  volgens een voormalig buurmeisje moet zij gehuwd  zijn met ene Honkele Schoonderbarst en is ze met hem in de jaren vijftig naar Australië  geëmigreerd. Barger was evenwel meer honkvast en hij kreeg met Jennie een dochter, die  hij Margje noemde, naar zijn geëmigreerde zuster. We zullen om de dames uit elkaar te houden  deze Margje I en Margje II noemen, niet omdat wij vinden dat zij enige gelijkenis vertoont met een koe, want Margje II mist immers de  bekende gele merktekens in de oren, alhoewel zij haar niet zouden  misstaan. Op  zeker ogenblik geviel haar evenwel ook de wens zich buiten Nederlands grondgebied op te houden en vertrok Margje II naar de Verenigde Staten, alwaar zij behalve een cursus blokfluiten gecombineerd met figuurzagen en buikdansen, in korte tijd zich  het jargon van Trump  en andere Amerikaanse populisten eigen wist te maken, toch genoot zij de meeste  maaltijden in een burritobar met de naam "Juan's Cojones" terwijl een McDonald, zeker vanwege haar bewondering voor Trump eerder op zijn plaats geweest zou zijn

 

Daimler

 

De Daimler DC27 was de eerste speciaal ontwikkelde Britse ambulance na de Tweede Wereldoorlog. Chassis en motor kwamen van  Daimler, de carrosserie oorspronkelijk van Barker, later ook van Hooper, er zijn vijfhonderd D27's gebouwd. Ze hadden een zescylindermotor met een inhoud van vier liter, waren duur in aanschaf, gebruikten veel benzine en de remmen lieten nogal te wensen over. De maximum snelheid lag net onder 100 km/u. (Dinky Toys modelleerde de DC27 in 1949 met een Barker-carrosserie: met twee lijnen onder de ramen, de Hooper-carrosserie had er maar één).

Netanyahu

Netanyahu stapelt de ene misdaad op de andere, hij is wat je noemt een schande voor iedereen met een  druppel joods bloed en dat alleen maar omdat hij zijn eigen hachje wil redden: een misdadiger als premier van Israël, wie had dat in 1948, bij de oprichting van  de staat, verwacht? Hij reisde, nadat hij zich vergewist had, niet gearresteerd te worden,  naar Orbán, die zich vervolgens ontdoet van het Internationale Hof van Justitie. Maar is het niet zo dat iemand  die handlanger is van een crimineel, zelf ook schuldig is aan criminele activiteiten en dient Orbán, wanneer hij zich buiten  Hongarije beweegt, gearresteerd te worden?  


3.4.25

Voorjaarsrit

 

Hendrik-Cees Kneutkneiter is geheel klaar voor de voorjaarsrit georganiseerd door het Donderens Oldtimer Genootschap.

Broekje vol met tariffs

 

Vier-onder-de-kap



Goedkoop waren de auto's niet, ook niet  in Zweden en van de export moest Volvo het ook niet hebben. Dit is een PV51, het type werd in december 1936 geïntroduceerd en had een zescylindermotor met een inhoud van 3670cc. Die motor zou nog tot ver in  de jaren vijftig in productie blijven. Deze vier-onder-de-kap had uiteraard een gesloten kompaan.

 

2.4.25

Lintje

 


 Wilders wil voor Faber een lintje. Nou, daar zorgen we voor!

1.4.25

Wobster 11

Gnommsky was dus behalve, net als zijn  broodheer een nazi,  een oplichter en met die informatie kon  Wobster thuiskomen. Op de terugweg dacht hij na  hoe de boodschap aan zijn  moeder zou overbrengen,  want het zou best eens kunnen gebeuren dat ze de in Bielefeld verkregen mededelingen als pure laster zou ervaren en in het Bielefelder Kreuz- und Pizza Genossenschaft  zou blijven geloven, omdat ze de buurvrouw niet wilde afvallen. Hij kwam er niet uit. Hij wist niet hoe zijn  blijde boodschap  aan zijn moeder moest vertellen. Misschien was de mededeling dat Gnommsky niet bestond en in  feite Schlüsselchen heette het beste  om te beginnen en daarna te vertellen dat Schlüsselchen een nazi was die vervolgens om de omzet van Oetker te  verhogen het Pizzagenootschap had gesticht. Hij keek nog eens in de uit Bielefeld meegebrachte formulieren. Hij moest vooral niet te verontwaardigd klinken, meer verbaasd, kijk eens moeder wat ik gevonden  heb, dat had ik nooit verwacht,  Gnommsky een nazi, hoe bestaat  het.

Bugatti treinen 2

 

De Bugatti  Surallongé had in  plaats van de vier Royalemotoren in de Présidentiel  twee Royalemotoren die bovendien horizontaal geplaatst waren in plaats  van verticaal. Er zijn tussen 1936 en 1939 totaal 26 Bugatti's van dit autorailstype gebouwd:  15 voor de État, 1 voor de AL, 10 voor de PLM en 2 voor  de SNCF. Eén, die uiteindelijk in juni 1946 bij de SNCF belandde, was oorspronkelijk bedoeld als demonstratiemodel voor de Bulgaarse spoorwegen, maar het  begin van de Tweede Wereldoorlog stak daar een stokje voor en  de Surallongé werd opgeslagen in Bordeaux, samen met een andere Surallongé. Na de oorlog kregen alle autorails  van dit type twee kleine radiateurs, ieder aan de zijkant van de boven het voertuig geplaatste bestuurdersplaats, de zogenaamde kiosk,  die in verband met de lengte van  de Surallonggé twintig centimeter hoger geplaatst was. De maximum snelheid was 150 km/u,  de dienstsnelheid 140km/u, later verlaagd  tot 120 km/u, met een volle tank kon  450 tot 500km bereikt worden

31.3.25

Dick

De laatste keer dat ik  de vorige week overleden Dick Verkijk sprak was in  Sandy, een plaats in de buurt van  Salt Lake City. Nou niet direct de plek waar je  een Oost-Europaspecialist zou verwachten. Maar  het zat zo: mijn echtgenote moest naar een conferentie in Salt Lake City en ik ging naar vrienden in Chicago, want zei ze: "Jij kent  toch niemand in Salt Lake City". Ik dacht een ogenblik na en  antwoordde: "Ja toch wel, Dick Verkijk." Dick, die met een jeugdliefde uit Haarlem was getrouwd en nu in Amerika woonde. Ik had Dick leren kennen toen ik met André van der Louw,  Jan Nagel en Dick op  uitnodiging van de National Rat des Nationalen Fronts van de DDR een  weekje in Oost-Duitsland bivakeerde. We bezochten o.a. Berlijn, Dresden en Rostock. In laatstgenoemde  plaats  vond een ontmoeting plaats  met de  rector van de universiteit  die ons op de zegeningen van  het communisme trakteerde in  een uitvoerige redevoering,  waarop Dick antwoordde met: "Aber Herr Professor, Sie haben doch nicht immer so gedacht. U was toch lid van van de NSDAP. Ik heb hier zelfs uw partijnummer." Het bleef even stil voordat de professor zei: "Aber man kann doch umdenken." Eenmaal buiten ging Dick op de hem  kenmerkende manier nog even door: "U was toch ook lid van het National Sozialistische Kraftfahrer Korps". De professor zweeg.  Dat was Dick ten voeten uit. Een terrier wanneer het nodig was.

30.3.25

Jig

De gigue, oorspronkelijk een dans die, ietwat kort door de bocht,  vervolgens in de concertzaal belandde, maar wat gebeurt er wanneer we vandaag de dag die weg proberen te bewandelen en een gigue - in dit geval een Ierse jig - door een barokensemble laten spelen? In Ierland hoort de jig tot het folkrepertoire, vaak maakt de jig dan deel uit van een potpourri  bestaande uit bijvoorbeeld een slow air, een jig en een reel. De jig heeft zich ook in het Schotse gehandhaafd, dit zijn Aly Bain (foto) en  Phil Cunningham met The Jig Runrig en om het nog ingewikkelder te maken The Swedish Jig. Natuurlijk ging de jig mee naar de overkant van de Atlantische Oceaan, de Canadese formatie La Bottine Souriante.

 

Punjab

 


Dit is eigenlijk een grapje. De doedelzak is in de Punjab geen inheems instrument, maar de Britten hebben zo'n stempel, in eerste instantie op de militaire muziek van hun koloniën gezet, dat je van Ghana tot Fiji doedelzakken vindt. Schotse doedelzakken, wel te verstaan, compleet met de zak in tartanruit. In de Punjab kunnen doedelzakbandjes ter opvrolijking worden ingehuurd voor bruiloften en parijen.

Bugatti treinen

 

Présidentiel
Alhoewel Ettore Bugatti dacht zeker zo'n vijfentwintig voitures van het Type  41 te kunnen verkopen aan gekroonde hoofden, raakte hij van de "Royale" slechts een vijftal kwijt en geen ervan aan een koning. Zelfs het plaatsen van een verschillende carrosserie bleek zinloos. Het was een mastodont van een auto met een gewicht van tweedriekwartton en een motor met een inhoud van bijna dertien liter. Het ging met de fabriek in Molsheim door de crisis niet goed, er zat de klad in de verkoop van dure auto's. In 1932 ontmoette Bugatti de directeur van de État, Raoul Dautry en die ontmoeting  resuleerde in een contract voor levering van een tweetal autorails met de naam "Wagon Rapide" uitgerust met liefst vier motoren afgeleid van die in de "Royale". Die rapidité - die snelheid - moest natuurlijk bewezen worden  (we hebben het per slot van rekening over Bugatti) en dus werden op het traject Connerré-Beillé - Le Mans op een recht traject van zo'n twaalf kilometer  proeven gehouden, waarbij op zeker moment 172 km/u werd gehaald. Op 30 juli 1933 werd de Franse president Albert Lebrun in drie uur en een kwartier van Parijs naar Cherbourg gereden voor de opening van de nieuwe zeehaven en sindsdien draagt de "Wagon Rapide" de naam "Présidentiel" (foto's boven). Inmiddels werd er hard gewerkt om de snelheid op te schroeven en op 24 october van dat jaar werd een snelheid van 192 km/u. gehaald. De Bugatti-autorails was zo'n succes dat er variaties op het thema volgden, er kwamen respectievelijk een lichter type (WLG Court), een gekoppeld type (WR Double), een driewagenstel (WR Triple) (foto onder), een verlengd type (WLG Allongé) en een nog langer type (WLG Surallongé), totaal werden er 88 autorails door de fabriek in Molsheim vervaardigd, bovendien kwamen nog vijf aanhangrijtuigen uit de fabriek. Behalve de État werden de Bugatti's afgenomen door de PLM, de AL, de Est en de SNCF.
   
Surallongé

Double
 
Triple 

29.3.25

VROEMMMM

Verschijnt in beeld Wommert Fleutenkroider, iedere avond wanneer zijn echtgenote zich ter sponde had begeven, repte Wommert zich keukenwaarts, nam de appeltjes en peertjes van de ronde fruitschaal, pakte een pollepel en deed vroemm-vroemm, dat wil  zeggen hij speelde dat hij aan het stuur van een Bentley zat. De fruitschaal was het  stuur, de pollepel de versnellingspook. Hij  had, om het zo  echt mogelijk te laten lijken, uit het Britse een leren vliegenierskapje over laten komen en meteen er wat hij noemde "racing goggles"  en geitenleren "gloves" bijbesteld. VROEMM-VROEMM.


Hij voelde zich een echte Bentleyboy en toen hij de kans kreeg een Mark VI uit 1947 aan te schaffen, hapte hij dadelijk toe. Maar ja, het was natuurlijk geen bolide, maar het was wel een enorme vooruitgang dat hij nu in plaats van op een keukenstoel in een echte Bentley vroemm-vroemm kon doen, tot hij op het lumineuze idee kwam zijn zevenenveertigersedan voor de nodige duiten om te laten bouwen tot een echt ogende racer. Bij evenementen waarnaar het bouwjaar van zijn auto werd gevraagd, kraaide hij: "PRE WAR!", de Bentley  deed"vrdoem-vrdoem".

Wobster 10

Wobster begreep bovendien dat Schlüsselchen samen met  zijn broodheer Oetker behoorde tot het grootschoftendom en vervolgens ook zo diende te worden behandeld, Wobster vroeg of hij een uitdraai op papier kon ontvangen van hetgeen de archivaris hem  had meegedeeld. Dat  kon, de vriendelijke dame  vertelde hem dat een en ander reeds gereed lag, omdat er heel vaak verzoeken daartoe binnen kwamen.  Even later zat Wobster op een bankje onder het Biellefeldse  lommer en las hij wat bekend was over  Oetker  en Schlüsselchen/Gnommsky, die  beiden tijdens de Tweede Wereldoorlog dwangarbeiders in  dienst hadden gehad en meteen na de oorlog zich hadden gemeld bij de Britse autoriteiten, maar zij kwamen spoedig weer vrij en toen Bielefeldse werknemers van de firma Oetker hen van nazismetten vrij verklaarden, trokken zij  juichend weer in hun  fabriekshallen om puddinkjes en pizza's te vervaardigen. Gnommsky ging bovendien weer Schlüsselchen heten,  maar had er in  de afgelopen paar jaar voor gezorgd dat heel wat huisvrouwen verslingerd waren geraakt aan het Bielefelder Kreuz- und Pizza Gennossenschaft en het daarbij horende pizzadieet.                  

28.3.25

Gatso


Het door hem opgerichte bedrijf bestaat nog steeds en houdt zich onder andere bezig met de fabricage van apparatuur die hardrijders in het hedendaagse verkeer niet bijster blij maakt: Maus Gatsonides (1911-1998), één van de heel weinige Nederlanders met internationaal succes in de autosport en daarnaast iemand die - eigenzinnig - een paar bijzondere auto's op  de weg heeft gezet. Daar was eerst "Kwik", een auto met een Mercurymotor. In 1948 verscheen de "Gatford", die vanwege bezwaren van Ford France omgedoopt werd in Gatso 4000, ook met een Mercurymotor en tenslotte was er "Platje" met een Fiat 1500 in het vooronder. De Gatso 4000 (4000 is op 100cc na, de cylinderinhoud van een Mercurymotor) staat hierboven voor een tweetal andere auto's, die Gatsonides op Le Mans reed. Hieronder staat de Aero "Minor",  gebouwd door een Tsjechoslowaakse vliegtuigfabriek vooraan, Maus Gatsonides reed de wagen samen met Henk Hoogeveen naar de eerste plaats in de klasse tot 750 cc in 1951. De maker van het modelletje van de auto, dat in kitvorm verscheen, veronderstelde dat Gatsonides een Belg was en gaf  de bouwer het idee dat de wagen in de racekleur van België - geel - moest worden gebouwd. Ik heb daar over gecorrespondeerd maar dat bleek zonder  enige zin., ook omdat het verhaal over de deelname van Gatsonides & Hoogeveen lastig te ontwarren bleek: de Tsjechoslowaakse fabrieksrijders mochten  om de één of ander reden hun  land niet uit en dus werd naarstig gezocht naar een  paar invallers, dat werd het duo Gatsonides/Hoogeveen. Het leek mij sterk dat de wagen op de valreep in de Nederlandse racekleur - oranje - werd gespoten, geel kwam helmaal niet in overweging, maar wat was de kleur dan wel? Ik vond, na mijn neus gestoten te hebben bij de vaderlandse automobilistenorganisatie KNAC, uiteindelijk een duidelijke zwart/wit-foto op de website van een Amerikaanse universiteit(!) en concludeerde daarna dat de meest logische oplossing moest zijn dat de auto in  Le Mans in de Tsjechoslowaakse kleuren (wit met een rode onderhelft) reed met de kleuren van de Nederlandse vlag op de motorkap.
De auto achter de Aero "Minor" is wel degelijk oranje, het is de wagen waarmee Maus Gatsonides een jaar later, dit keer met Hogo van Zuylen Nijevelt acte de présence gaf in Le Mans: een Jowett "Jupiter R1", die wegens motorpech uitviel.

 

26.3.25

Vraag 2

  

Zo grappig is Faber nu ook weer niet.

Jamie

Geen idee wie Jamie Reuter is. Zij schijnt iets op 3FM te doen, maar  heel veel  kan dat niet zijn, ik bedoel het kan hooguit het  laten van een scheet zijn, want  in de Varagids  vertelt ze : "Bij de radio kom je een uur voor de uitzending binnen, verzin je iets, en vijf minuten later hoor je het terug."  Tja.

Vraag

 Wanneer is een snor een Hitlersnorretje?

Bentley

 


Deze met racenummer 3 getooide Bentley begon de 24 Uur van Le Mans in 1927 als 'Old Number 7', omdat hij in het voorgaande jaar onder racenummer 7 met dezelfde heren, Dr. Dudley Benjafield en Sammy Davis aan het stuur had meegedaan, maar toen met nauwelijks werkende remmen twintig minuten voor het einde in het zand van Mulsanne was beland. In 1927 won het drieliter Speed Model Le Mans met een gemiddelde snelheid van 98 km/u.

Wobster 9

En zo stond onze jeugdige vriend en student - let wel het hier gaat  om  een en dezelfde persoon, anders hadden we wel geschreven jeugdige vriend en de student -  die vrijdag om half één voor het  station om zich naar de Bielefeldse - hetgeen iets  anders is als Debielefeldse,  want waarom zouden we de intelligentie van alle Bielefelders in  twijfel trekken - binnenstad  te gaan, waar zich ongetwijfeld het Rathaus zou bevinden. Aldaar aangekomen vervoegde hij zich bij een klerk die hem verwees naar de historische afdeling. Een  uiterst vriendelijke dame vertelde hem dat haar in  de loop der jaren vele vragen over de heer Gnommsky hadden bereikt en zij kon hem meteen mededelen dat de heer Gnommsky niet bestond.  Het was een pseudoniem dat  ene Dr.Dr. Schlüsselchen  werkzaam  in het laboratorium van pudding-  en pizzafabrikant Dr. Oetker in mei  1945 had aangenomen, maar in februari 1949 weer had weggedaan om vervolgens  tot zijn  dood in 1965 weer  Dr.Dr.  Schlüsselchen te gaan heten. Vermelde Schlüsselchen, was evenals Rudolf-August Oetker lid van de vriendenkring van Himmler en bovendien net als Oetker  lid van  de SS. Juist, dacht  Wobster, een nazi en hij begreep nu ook waarom slechts pizza op het dieet van de in het Bielefelder Kreuz- und  Pizza Genossenschaft zijnden stond.

25.3.25

Wobster 8

Uilkje was die zaterdagavond naar de buurvrouw die haar zo stevig in  Gnommsky had doen belanden,  dus zaten Wobster met een boek over Privaatrecht en Gerben met de Leeuwarder Courant rond de eetkamertafel. Wobster vroeg voor de zoveelste keer waarom zijn vader, die anders toch ook niet bang was om van zich af te bijten, zijn vrouw niet uit dat idiote Bielefelder Kreuz- und Pizza Genossenschaft kon losweken. Gerben bromde wat,  want hij was net de uitslagen van het polstokverspringen aan het  doornemen. "Kom heit doch do der ris wat oan, anders  ga ik volgende week vrijdag naar Bielefeld,  want ik wil  nou eindelijk toch wel eens weten waar die onzin vandaakn komt en wie Gnommsky was, wie  weet was het  wel een nazi. En daar loopt jouw vrouw  achteraan. Dat moet een mens toch niet willen." "Nou  als jij het wil  uitzoeken. Ga je gang. Mijn zegen heb je en ik wil zelfs aan je reiskosten meebetalen."

DB CGT.LM/5


Deze DB CGT.LM/5 fotografeerde ik ooit in Den Haag. Een handvol afkortingen die om een verklaring  vragen. De voornaamste zijn DB, dat staat voor Deutsch & Bonnet - Charles Deutsch en René Bonnet, de makers van de auto - en LM , dat staat voor Le Mans. De heren Deutsch en Bonnet bouwden voor de Tweede Wereldoorlog rappe racers met Citroën  Traction Avantmotoren, maar  daar stak Citroën na de krijg een stokje voor. De laatste DB met Citroënmotor, een door de carrosseriefirma Antem aangeklede  coupé, stond in 1949 op de Parijse Salon. Er naast stond een kleine racewagen met een Panhardmotor en sindsdien werden alle DB's van een Panhardmotor voorzien. Afgebeelde auto (uit 1960) heeft een Panhard Tigremotor. Dat Le Mans hoog in het vaan van de firma DB staat is terecht, veelvuldig werd met succes in de jaren vijftig meegedaan aan de 24 Heurs du Mans. Soms met René Bonnet zelf aan  het  stuur. Dat de DB's  die aan de 24 uren meededen er ietwat anders uitzagen als de hier geportretteerde auto doet er weinig toe, de wagen werd geafficheerd als het type "Le Mans".

24.3.25

Modi

  

Modi Rosenfeld, een Joodse stand-up comedian

Ride

 

Terry Allen: "Gimme a ride to heaven".

O.M.

 O.M.  in 1918 voortgekomen uit het Züstconcern in Brescia, was eens een belangrijke Italiaanse  autofabriek, die in de jaren twintig sucessen boekte o.a in de "24 Uren van Le Mans" toen het merk op de vierde plaats eindigde (zie foto met nummer 29), daarnaast speelde O.M. in de midtwintiger jaren in de Tripoli Grand Prix en in de Mille Miglia een belangrijke rol. Begin jaren dertig schakelde het bedrijf over tot enkel vrachtwagenproductie, waarna het in 1938 werd overgenomen door Fiat, dat  het  merk in 1975 liet verdwijnen.


23.3.25

Wobster 7

Wobster ging in Groningen rechten  studeren.  De eerste twee maanden probeerde hij dat vanuit  de ouderlijke woning in Jubbega Derde Sluis te doen, maar  hij kwam er al gauw achter dat dat een  onmogelijke opgave was, op de  fiets naar Drachten en met  de bus  naar Groningen. Hij  ging op zoek naar een kamer en vond er eentje via een ouderejaars die naar het Westen verhuisde: een piepkleine zolderkamer in  een hotel, waarin hij tegelijkertijd nachtportier werd. Hij maakte vrienden, die hem thuis uitnodigden, zonder dat hij ze ooit in Jubbega Derde Sluis terug vroeg, want hij geneerde zich voor moeder Uilkje,  die nog altijd 's morgens om negen uur vijfenzestig kruisjes sloeg en alleen maar pizza's at. Hij had een aantal keren gevraagd om met dat 'healwiize gesoademiter' op te houden, maar Uilkje trok zich van hem niets aan. Zelfs toen hij een vriendin kreeg, die hem inmiddels vier keer thuis had uitgenodigd en die eindelijk zijn ouders  wel eens wilde ontmoeten, hield Uilke vast aan het Bielefelder Kreuz- und Pizza Genossenschaft en ging Wobsters verkering uit.

Stutz



Stutz mocht dan wel in de Verenigde Staten sinds het verschijnen van de "Bearcat" een fameus merk zijn, in Europa kreeg het merk pas na het behalen van een tweede plaats in Le Mans in 1928 met Edouard Brisson en Robert Bloch als coureurs, voet aan de grond. In 1926 werd Frederick Moskovics president-directeur van de fabriek en hij trok Paul Bastien, verantwoordelijk voor het ontwerp van de tweeliter Métallurgique, aan als voornaamste constructeur. De nieuwe auto kreeg een achtinlijnmotor met een inhoud van 4.7 liter met dubbele onsteking. In 1927 werd de motorinhoud verhoogd tot 4.9 liter en de "Black Hawk"-versie ontving een Weymanncarrosserie*. In 1929 werd de motor opnieuw vergroot (5.3 liter) en de wagen kreeg bovendien vier versnellingen, in datzelfde jaar werd opnieuw in Le Mans meegedaan en zelfs de oude naam "Bearcat" werd van stal gehaald. Helaas was de vijfde, de hoogste plaats, die behaald werd. De "Bearcat", met Guy Bouriat en Philippe de Rothchild als coureurs, had een Roots-supercharger en vacuumservoremmen. Ook in 1930, '31 en '32 waren Stutzes mee van de partij in Le Mans, maar in 1935 sloot de fabriek in Indianapolis zijn poorten.
* zie voor meer bijzonderheden over de Weymanncarrosserie dit blog van 06/10/2009.

22.3.25

MAGA

 


Pecunia non olet

Ik moet me even bezig houden met Lubach, Arjen Lubach, die vorig jaar beweerde dat hij iets anders ging doen. Kort daarop bleek dat hij en zijn team niets anders gingen doen dan meer geld verdienen. Stel, en ik zeg meteen dat  de vergelijking zoals  zoveel andere mank gaat, dat Jimmy Dijk, Tweede Kamerlid voor en van de SP overstapt naar de ChristenUnie omdat hij daar geen geld hoeft af te dragen aan de partijkas, en dus meer geld gaat verdienen, dan gelooft niemand Jimmy Dijk meer. Precies zoiets hetzelfde voel ik bij de overgang van Lubach naar  de commerciëlen. Dat niemand van zijn team zei: "daar doe ik niet aan mee" geeft ook te denken.

Geen fietsen

 


Milaan - San Remo 2010

21.3.25

Deutsch Bonnet

 In 1949 ontmoetten we het merk D.B. voor het eerst in Le Mans, kort voor de oorlog hadden Charles Deutsch en Rene Bonnet al een fraaie coupé gemaakt met het mechaniek van een Citroën, en dat gebruikten ze voor de '24 Uur' opnieuw. Auguste Lachaise en Albert Debille eindigden op de zestiende plaats, de constructeurs zelf vielen uit met motorpech. Het jaar daarop was D.B. opnieuw van de partij, maar omdat Citroën het gebruik van zijn motoren had verboden, koos het merk voor Panhard en tot 1961 werden de luchtgekoelde tweecylinders van deze firma geïnstalleerd. Dat was wel bijzonder, want Panhard was in die jaren zelf op Le Mans ook van de partij. Nevenstaande D.B. HBR4 met racenumer 59 viel in 1959 met Jacques Faucher en Gérard Leffargue uit, maar zij waren niet de enigen, van de 53 deelnemers finishten er maar 12, waaronder twee D.B.'s als negende en elfde.

Wobster 6

Alles ging zijn gangetje, behalve dat Wobster besloot 's zaterdags niet meer met zijn ouders naar Drachten te gaan. Hij haatte het oord en had sinds hij op de middelbare school zat ook een prima uitvlucht: huiswerk maken. Moeder Uilkje had inmiddels  dankzij een buurvrouw kennis gemaakt met het Bielefelder Kreuz- und Pizza Genossenschaft, een in 1949 door de Duitser Hannes Gnommsky opgerichte op gezondheid gerichte sekte die behalve het eten van pizza's elk ander voedsel verbood. Bovendien dienden allen  die in het genootschap waren elke ochtend om negen uur in oostelijke richting te gaan staan en vijfenzestig kruisjes te  slaan en drie keer Gnommsky is  groot te roepen, een en ander  zou hun leven met heel veel jaren  verlengen. Uilkje  had geprobeerd ook Gerben en Wobster tot het geloof te bekeren maar  dat was mislukt. Ferklomme  praatsjes of flauwe kul  hadden ze gemompeld. Maar Uilkje stond iedere ochtend braaf kruisjes te slaan en  Gnommsky te vereren, met het  slechts eten  van pizza's had ze wat meer moeite.

20.3.25

Nash


 


Nash werd een naam op ‘Le Mans’, een gevolg van het feit dat Nashdirecteur George Mason Donald Healey in 1949 ontmoet had op een oceaanstomer en Nash ten gevolge daarvan motoren ging leveren voor Healey sportwagens. In 1950 debuteerde een Nash-Healey (foto boven) in de ‘Mille Miglia’ en behaalde en negende plaats. In datzelfde jaar bereikte een Nash-Healey een vierde plaats tijdens de ‘24 Uur van Le Mans’. De Nash-Healey, die vanaf 1951 in de Amerikaanse showroom stond had qua uiterlijk weinig gemeen met het echte ‘Le Mans’-model al droeg het wel die naam. De motor en mechanische delen werden door Nash in de Verenigde Staten gemaakt, de carrosserie door Donald Healey in Engeland. Dat veranderde een jaar na de introductie, het werd nog gecompliceerder, want vanaf 1952, nadat Pinin Farina, de carrosserie opnieuw ontworpen had, kwam die uit Italië, het chassis uit Engeland en motor en transmissie uit de Verenigde Staten. (foto onder)



 

Autootje

 


Er zijn autootjes en autootjes en ik verzamel miniatuurautootjes. Miniaturen van echte auto's,  schaal 1 op 43. Maar soms komt iets anders op mijn pad: een houten fantasie wagentje, toegestuurd uit Frankrijk. Het zelf in elkaar zetten gaat niet meer. Zodra ik de bouwdoos oppak, schudden mijn handen. Gelukkig heeft iemand het voor mij gedaan.

Eerdmans

Lang geleden - opa vertelt - was er een met  enige regelmaat op de tv verschijnende quizmaster vergezelt door zijn assistente Maud, een prijswinnaar werkte in een grammofoonplatenzaak aan het eind van de Amsterdamse P.C. Hooftstraat, de quizmaster raakte gewond aan zijn mond door een ontploffend rotje. Tot zover mij herinneringen aan Theo Eerdmans. Tegenwoordig hebben we te maken met een andere Eerdmans, voornaam Joost en het enige Tweede Kamer fractielid  van JA21. Laatstgenoemde is druk bezig dankzij zijn veelvuldige optredens in talkshows Theo Eerdmans als tv-persoonlijkheid  te verslaan. Merkwaardig.

19.3.25

Don & Vlad

 


 Trump & Putin

Excelsior

 

D
e allereerste auto die ooit tijdens de '24 Uur van Le Mans' startte was deze Belgische Excelsior 'Albert I'. Dat gebeurde op 26 mei 1923. Er deden uiteindelijk 35 auto's van 18 fabrikanten mee (Voisin trok zijn twee wagens terug): 16 Franse, 1 Belgische en 1 Britse. Ik heb maar één foto van de start kunnen vinden, waarop beide deelnemende Excelsiors duidelijk het veld aanvoeren, alhoewel een Lorraine-Dietrich al bezig is aan een inhaalmanoeuvre. De 'Albert I' was genoemd naar de Belgische koning, dat was destijds niet geheel ongebruikelijk, want Hispano-Suiza noemde een auto naar de Spaanse koning Alfonso XIII. De motor van de 'Albert I' had een cylinderinhoud van 5, 3 liter. De équipe André Dills/ Nicholas Caerels met deze nummer 1 eindigde op de zesde plaats.