Dit is de derde keer dat het me overkomt in twee jaar, maar dit maal is het heviger en het duurt langer. Het heeft iets met mijn evenwichtsorgaan te maken. Ik heb achterin auto’s nog altijd problemen en ik ben jaloers als ik mensen in een bus een boek zie lezen. In tram en trein kan ik dat uitstekend, maar na een minuut in een bus ben ik uitgespeld.
Op 1 mei 1958 werd tramlijn 15 (Zuiderparklaan - Staatsspoor) in Den Haag verbust . Ik heb daar nog enige actie tegen gevoerd. Ergens in mijn archief heb ik nog een Vrije Volkverslag over die actie, die geen zoden aan de dijk zette. Toen de bus reed moest ik, omdat ik wagenziek werd, er soms uit vervolgens twee haltes lopen en dan de volgende bus pakken. In 1957 was een nieuwe serie Kromhout/Verheul-bussen (serie 306-330) bij de HTM in dienst gekomen, ze hadden een volautomatische versnelling, een ondervloermotor en konden 95 passagiers vervoeren. De foto toont een model van bus 327, die nooit in Den Haag heeft gereden, maar samen met de nummers 316 t/m 330, na vijf jaar in de garage te hebben gestaan, omdat er onvoldoende chauffeurs waren, aan de RET in Rotterdam werd verkocht.
Dit vind ik de ideale bus: een charabanc, in dit geval van het Engelse bedrijf Midland, dat zijn bussen zelf bouwde. Een prachtig voertuig voor een zondags uitstapje en mocht het onverhoopt gaan regenen, achterop bevindt zich net als bij een cabriolet een linnen kap. Op veel oude foto’s zie je charabancs en niet alleen in Engeland. Helaas is het voertuigtype uitgestorven.