Dit is een zogenaamde "skeanmarsjearder" in de voor hem kenmerkende stand uit Sondel in Zuidwest-Friesland, uit zijn costuum valt verder op te maken dat hij bugel speelt in de lokale harmonie, hetgeen valt af te leiden uit de zogenaamde frommelant, samengesteld uit purper gekleurde touwen, aan het rechterbeen, een euphoniumspeler draagt bijvoorbeeld een groene frommelant aan het linkerbeen. Op de helm is een dekseltje van Makkumer "digelguod" bevestigd, dat toont zijn meer dan vijfendertigjarig lidmaatschap van de harmonie "Soli Deo Gloria" aan. Op skeanmarsjearder Teade Tsjoekema's borst is een medaillon met het beeld van de schepster van de harmonie (oorspronkelijk fanfare) Trijntje Holwerda-Butensinnema (1854-1898) te zien. In zijn rechterhand draagt Tsjoekema "it grutte mês" dat aantoont dat hij de eerste bugelspeler is van "Soli Deo Gloria". Tweede, derde en vierde bugelspelers dragen steeds kleinere messen.