Het behelmde echtpaar Parchus en Hendrik-Jan Flenzelaar-Buitendijk uit Achterbroek speelt hier op trombone en hoorn het Zuidhollands volkslied, wanneer u onderstaande tekst afdrukt kunt u de eerste twee coupletten meezingen.
Zuid-holland met je weiden en 't grazende vee,
Je molens, je duinen, je strand en je zee.
Je plassen en meren, aan schoonheid zo rijk,
Je grote rivieren, betoomd door de dijk.
Je akkers met graan, waar de wind over gaat,
Je bloembollenvelden in kleurig gewaad.
Aan jou, o Zuid-Holland, mijn heerlijk land, mijn heerlijk land,
Aan jou, o Zuid-holland, heb ik mijn hart verpand.
Je molens, je duinen, je strand en je zee.
Je plassen en meren, aan schoonheid zo rijk,
Je grote rivieren, betoomd door de dijk.
Je akkers met graan, waar de wind over gaat,
Je bloembollenvelden in kleurig gewaad.
Aan jou, o Zuid-Holland, mijn heerlijk land, mijn heerlijk land,
Aan jou, o Zuid-holland, heb ik mijn hart verpand.
Zuid- Holland in je hoofdstad, zo mooi en zo oud,
Je weids 's-Gravenhage, met Plein en Voorhout,
Daar vindt men 't bestuur van provincie en land,
Daar wonen ook ambassadeur en gezant,
Daar gingen de graven van Holland op jacht.
Daar zetelt Oranje's doorluchtig geslacht!
Aan jou, o Zuid-Holland, historisch land, historisch land,
Aan jou, o Zuid-Holland, heb ik mijn hart verpand!
Daar vindt men 't bestuur van provincie en land,
Daar wonen ook ambassadeur en gezant,
Daar gingen de graven van Holland op jacht.
Daar zetelt Oranje's doorluchtig geslacht!
Aan jou, o Zuid-Holland, historisch land, historisch land,
Aan jou, o Zuid-Holland, heb ik mijn hart verpand!