Eigenlijk heette hij William Randolph Cole (1909-1981) maar zijn bijnaam was Cozy en ook hij speelde in het orkest van Cab Calloway, nadat hij eerst had gedrumd in de orkesten van Wilbur Sweatman, Jelly Roll Morton (waar hij een solo voor zijn rekening neemt in "Load of Cole") en Cabs zuster Blanche Calloway. Daarna vinden Cozy in de orkesten van Benny Carter en Willy Bryant, waarna hij deel gaat uitmaken van de Onyx Club Boys van violist Stuff Smith, daarna wordt hij gecontracteerd door Cab Calloway. Cole krijgt grote bekendheid als drummer in Louis Armstrong's All Stars, hier te beluisteren in "Stompin' at the Savoy". In 1958 haalt Cole met "Topsy II" zelfs de Billboard Hot 100 en de nummer 1 van de Rhythm and Blues chart. Tenslotte een opname met zijn oude kompaan trombonist Tyree Glenn uit het Calloway orkest: "Caravan".