Bizet componeerde begeleidingsmuziek
voor Alphonse Daudets "L'Arlesienne", alhoewel componeerde? Want de
"farandole" is in feite de muziek van een oud dansspel uit de Provence
voor acht à tien jonge mannen die op bordkartonnen paarden rondhuppelden
met de titel "Lei Chivau-Frus".
Dat gebeurde wel vaker leentjebuur bij lokale of regionale folklore spelen door componisten, die we
kennen uit de concertzaal, Dvořák had
er bijvoorbeeld ook een handje van. "Anuech Quand Lou Gau Cantavo"
(Vanavond als de haan kraait) is een zestiende eeuws kerstlied dat in
1925 werd teruggevonden in de domkerk van Avignon, toch horen we
behalve drie pansfluiten en een tamboerijn geen haan maar een
nachtegaal. De "Marche de Colinette à la Cour"
heeft wel degelijk een te achterhalen componist maar wordt toch als
Provençaalse folklore beschouwd, in feite is dat een grote eer voor
André-Ernest-Modeste Grétry, een in 1741 in Luik geboren componist van
komische opera's. In deze mars zijn Maurice Maréchal en Pierre
Eyguesier te horen, die ieder met één hand een fluit bespelen en met de
andere hand een trommel. De épinettespeelster is Marie-José Morbelli.
Alle drie werkjes komen van een CD van Les Musiciens de Provence (foto).