Toen
ik jong was hadden manlijke bejaarden hun hoofd bedekt wanneer zij zich
buitenshuis begaven, al naar hun sociale klasse dan wel met hoed, dan
wel met pet, huidige bejaarden verlaten schaamteloos hun woonte om
het volk hun knokige knieën en hun bespataderde kuiten te tonen, dat
zulks bij welopgevoede vaderlanders vomeerneigingen veroorzaakt, deert
hen klaarblijkelijk niet: bruine beentjes en een frisse wind rond het
scrotum is het doel waarnaar zij streven. Zelfs neringdoenden generen
zich niet om kortgebroekt achter de toonbank te staan om waar aan te
prijzen. Stelt u u eens voor: Jelle Zijlstra, Paul de Groot, Carl Romme, een man zo katholiek dat hij een m - teken van de Heilige Drievuldigheid: Vader, Zoon & Heilige Geest - aan zijn toch al zeer Roomse familienaam had toegevoegd, Hendrik "Boer" Koekoek, Norbert Schmelzer en Hendrik Tilanus (terwijl
laatstgenoemde alleen al door zijn achternaam enig recht aan het
verschijnen in ondergoed kon ontlenen) om nog maar te zwijgen over
Joannes Gijsen en Lou de palingboer, in net boven of onder de knie eindigende korte
pantalons. Ach, waar is de tijd gebleven dat er op dixielandmuziek gedanst werd en krautsurfing, behalve langs het strand van het Duitse eiland Sylt, een nog onbekend fenomeen was, er diende netjes gefoxtrot te worden,
want in de meeste lokaliteiten was het zogenaamde swingdansen verboden,
dat veranderde met de intrede van de rock en
roll, een uit de Verenigde Staten overgewaaid fenomeen, dat evenals het
bekladden van andermans eigendommen gemist kon worden als kiespijn, want heette
een aloud vaderlands gezegde niet "gekken en dwazen schrijven hun namen
op deuren en glazen". Ook de plusfour - door een enkeling omschreven
als drollenvanger - verdween dankzij de - alweer - Amerikaanse - firma
Levi, weldra gevolgd door Lee en branchegenoten. Oorspronkelijk
vervaardigt van stevig materiaal is de tegenwoordige jeugd in staat,
waarschijnlijk omdat zij klaarblijkelijk veelvoudig rondkruipt, de pantalon ter hoogte
van de knie van forse gaten voorzien, vroeger werd zo'n broek
ogenblikkelijk door een nijvere huisvrouw hersteld, maar daar is
tegenwoordig geen sprake meer van, moeder imiteert haar dochter en gaat
eveneens volgaarne met een gescheurde spijkerbroek door het leven.
Zoiets schijnt koel te heten. Weet u nog dat de wereldkampioenschappen
voetbal in 1948 in ons land werden gehouden, in Amsterdam in het
Olympisch Stadion, in Rotterdam in het Feyenoordstadion en in Den Haag
in het ADO-stadion. Nederland zelf voetbalde niet mee, het was in de
Europese voorronde uitgeschakeld, ook de Sowjet-Unie was niet aanwezig:
Stalin had deelname verboden en de Verenigde Staten ontbraken vanwege
een tweetal redenen: festiviteiten ter gelegenheid van de tweede
verjaardag van de toekomstige vijfenveertigste president en spraakverwarring rond het woord football, omdat daar onder die naam een totaal
andere sport onder wordt verstaan. Winnaar werd de Duitse Bondsrepubliek
met trainer Alois Scherzenberger, die nog in het Legion Condor had
gevlogen, uitblinkers onder de Duitse 11 waren rechtsvoor Hampelmann Maria Glopkens
en rechtsback Theodor Oberländer, hetgeen, maar dat zult u begrijpen, totaal iemand anders was als een Niederländer. Bij thuiskomst in de toenmalige
hoofdstad Bonn werden Glopkens en Oberländer gezeten op de schouders van
hun landgenoten, geassisteerd door een aantal speciaal voor de gelegenheid aangereisde ADO-fans, toegezongen met het aloude vlaggelied : "Die Fahne
Hoch!"
Een volgend maal vertel ik u over verdere fantastische avonturen van net genoemde Duitsebondsrepublikein en meest rechtse hand van kanselier Albenauwer, Hampelmann Maria Glopkens, die buitengewoon goed bevriend was met Adolf Birkenblättchen,
die na de Tweede Wereldoorlog Mercedessen sleet in Argentinië, maar
zijn aards bestaan, na een veelbesproken proces, zag eindigen in Israël.
Adeline Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer,
Adeline Plunkenborgh-Smallenborst, Deventer,