16.4.24

Hond 2

Ik schreef al dat Kasper een moeilijk opvoedbare hond is. Ik ben dan ook vanwege zijn gedragsproblemen een aantal keren met hem bij het HOB (Honden Opvoedkundig Bureau) in Leeuwarden geweest, waar een team van specialisten, onder wie een hondenpsychiater, zich over Kasper gebogen heeft. Bij het laatste onderzoek, vorig jaar augustus, hebben ze bij het HOB vastgesteld dat Kasper lijdt aan DADHD ( dog's attention deficit hyperactivity disorder) en hij krijgt nu dagelijks een aantal pilletjes cretilin (canine retilin) door zijn voer, niet dat het helpt, want nog altijd kan hij niet stilzitten, friemelt hij aan zijn staart, blijft hij op zij Norwegeraners blaffen (d.w.z. geluiden, die het midden houden tussen gorgelen en winden laten, uitstoten), vergeet hij waar ik zijn bal of zijn speelgoedmuisje heb heengegooid en luistert hij niet. De kwaal heeft zich tijdens onze afwezigheid alleen maar verergerd, want tijdens het uitlaten gisteravond begon hij, voordat ik mijn schepje en plastic zakje kon pakken, zijn uitwerpselen met zijn poten in het rond te vegen, zodat mijn broekspijpen in een mum van tijd besmeurd waren. Op dat moment passeerde een bekende medewerker van 'Omrop Fryslân', die meteen zijn pedalen stilhield en vreugdevol kond deed, dat hij over het gedrag van Kasper best ''n fleurich sankje meitsje koe".
Behalve dat ik met Kasper bij het HOB in Leeuwarden ben geweest, heb ik ook met hem het Regionaal Kynologisch Relatiebureau - het RKRB - in Groningen bezocht. Ik moest van de directrice van dat bureau een uur lang Kasper over zijn buik aaien onder het mompelen van "t komt allemaal goed" , terwijl wij - ik bedoel Kasper en ik - in een zeer grote hondenmand lagen. Marga-Rina gaat nooit mee, niet naar het HOB noch naar het RKRB, zij zegt dat zij geen enkele moeilijkheid heeft met Kasper. Nee, wanneer je mij constant opzadelt met Kasper en zelf geen hand uitsteekt, dan heb je natuurlijk nooit een probleem. Van een mevrouw in de wachtkamer van het relatiebureau in Groningen hoorde ik dat een vriendin van haar met een een zich misdragende Schwaermerbacher Rodelhund* veel succes had gehad door hem een zogenaamde rebirthingcursus te laten volgen. Maar daar ben ik - afgezien van de prijs: tien sessies à 120 euro - nog niet aan toe en ik vrees dat Kasper daar nooit aan toe zal komen.
*Van verschillende zijden ben ik door kynologen inmiddels op mijn vingers getikt: het is geen Schwaermerbacher Rodelhund, maar een Rodelbacher Schwaermerhund is mij verzekerd. Het is een in Noord-Italië in 1938 uit het kruisen van een St. Bernhard en een chihuahua ontstaan ras.
Eerlijk gezegd weet ik bijzonder weinig van honden. Meteen na de aankoop van Kasper, waar ik bijna tweeduizend euro voor betaalde, heb ik het boekje uit de reeks "Ken Uw Viervoeter" aangeschaft dat over de Norwegeraner handelt, waaruit bleek dat ik beter eerst het boekje à raison van 14,95 euro had kunnen kopen, voordat ik Kasper kocht. Een en ander had mij veel ellende kunnen besparen. Ik kwam er trouwens achter dat Marga-Rina op aanraden van een vriendin succesievelijk de hele reeks "Ken Uw Viervoeter" in de Openbare Leeszaal had doorgenomen en tot de slotsom was gekomen dat een Norwegeraner de hond voor ons was. Welnu, dat heb ik geweten. Inmiddels bedragen de kosten buiten voeding om zo'n kleine dertienduizend euro. Want de prijzen van HOB en RKRB zijn grotesk te noemen. Het is dan ook geen wonder, dat zowel de directeur van het HOB als de directrice van het RKRB in een BMW 7-serie rijdt.
Summa summarum weet ik dus weinig van honden en ik werd net weer eens op dat feit gedrukt, toen bleek dat een aantal zogenaamde kynologen mij bedrogen had met de mededeling dat een Rodelbacher Schwaermerhund een kruising zou zijn tussen een St. Bernhard en een chihuahua. Ook dat blijkt namelijk onjuist en ik bied dan ook de lezers volmondig mijn excuses aan. Een Rodelbacher Schwaermerhund is een sinds 2004 door de AMERICANINES (American Canine Society) erkend ras, ontstaan door het kruisen van een Whoopier Ruftstander en een Connecticut Roughhaired Simplon Queerbreed.
Tot mijn verbazing ontving ik tevens een een email van ene mevrouw Rodzeman met het verzoek haar te bellen. Dat heb ik ogenblikkelijk gedaan, mevrouw meldde zich met Berendina Rodzeman en bleek voorzitster van de Nederlandse Norwegeraner Ras Vereniging (NNRV). Zij betreurde het in ernstige mate dat het met Kasper gelopen is, zoals het nu toe is gelopen en ze bood meteen haar hulp aan. De vereniging beschikt ondermeer over een logopediste, die een Norwegeraner kan leren blaffen. Daartoe wordt de hond een week lang door de logopediste in haar huis opgenomen en door veel voor te blaffen schijnt de hond het geluid dat, zoals ik eerder schreef, het midden houdt tussen gorgelen en windenlaten te vervangen door heus geblaf. Daar hangt natuurlijk wel weer een prijskaarje aan, maar het schijnt een intensieve cursus te zijn, die slechts aan één hond tegelijkertijd kan worden gegeven. Maar ik moet, om van deze faciliteit gebruik te kunnen maken, eerst lid worden van de NNRV, die regelmatig bijeenkomsten organiseert, waaraan honden als baasjes met Noorse vlaggetjes om poot, respectievelijk arm, deelnemen. Mevrouw Rodzeman vertelde me dat Norwegeraners zeer intelligente en leergierige honden zijn. De Griek Aristoteles Tsaktsikides heeft zijn hond zelfs rembetica leren zingen, terwijl Tsaktsikides hem daarbij op de bouzouki begeleid. Mevrouw Rodzeman zei dat er plannen zijn om het duo naar Nederland te halen voor de, in het Brabantse Zeeland in september a.s. te houden, clubkampioenschappen. Ik begreep ook dat zodra een Norwegeraner zijn natuurlijk geluid heeft vervangen door geblaf, hij niet langer clubkampioen kan worden. "Nou", riep ik enthousiast, "dat clubkampioenschap kan me gestolen worden, zolang ik van dat irritante gegorgel en winden laten af ben." "Dan bent u toch min of meer een uitzondering, meneer Koker, want de meeste clubleden willen toch graag een kampioenshond." Mevouw Rodzeman besloot het gesprek met de belofte ter kennismaking een exemplaar van het het clubblad 'Fjordene i Fjelden inn' op te sturen.