21.4.22

Eeuwenoud conflict

Ik lees elke dag tien bladzijden in "A History  of Russian Literature" van D.S. Mirsky (edited and abridged by Francis J. Whitield) uit 1949, soms minder want het is stevige kost. Ik kom er achter dat de Russische literatuur eeuwenlang alleen maar religieus was, dat het eerste boek pas in  het midden van de zeventiende eeuw gedrukt werd en dat na de religieuze periode  poëzie opgeld deed. Wanneer in de negentiende eeuw een schrijver een boek wilde publiceren moest hij daarmee eerst langs de censuur, die uiteindelijk bepaalde of het boek verscheen, schrijvers werden opgepakt, verbannen of gevangen gezet en dan was er, lang nadat het in West-Europa was afgeschaft, ook nog het lijfeigenschap. Ik heb de nodige Russische literatuur gelezen, maar Mirsky behandelt ook de mindere goden en hij haalt ook de verschillen op  tussen de Slavofielen, zij die vonden dat de Russische literatuur in de eerste plaats Russisch diende te zijn en diegene die aansluiting zochten bij het  Westen. De eerste groep deed me denken aan "het  machtig hoopje" (met Moesorgski, Rimski-Korsakov en Borodin), dat  vond dat  Russische muziek in de eerste plaats nationalistisch moest zijn.  Het lijkt me niet al te ver verwijderd van de gedachtengang van Putin,  een nationalist pur sang, tegenover de ideeën van Zelenski, Oekraïns president, die aansluiting zoekt bij het Westen. In feite is de huidige oorlog dus de apotheose van een al eeuwenoud conflict.