19.11.17

SINT

Merkwaardige woorden: kweekschool en kwekeling, alsof ze iets met planten of vissen te maken hebben, terwijl ik in 1953 aan een onderwijzersopleiding begon. Ieder jaar eind november werd de rijkskweekschool aan de Haagse Koningin Emmakade door hoofden van lagere scholen uit dezelfde stad gebeld, met de vraag of aankomende onderwijzers misschien Sinterklaas en Zwarte Piet wilden komen spelen, klaarblijkelijk in de veronderstelling dat ze dan een pedagogisch verantwoord optreden tegemoet konden zien. Ik ben een aantal jaren Sinterklaas geweest. Sommige scholen hadden een eigen sintcostuum, andere huurden er een, maar ze waren voor mijn een-meter-zesennegentig steevast te kort, vaak hing de witte onderrok niet op, maar onder mijn heupen. Dat was verdraaid lastig lopen. Verkleden gebeurde soms bij een lid van de oudercommissie, vervolgens werden Piet en ik dan naar de school gereden, dat was in een Volkswagen "Kever" geen pretje, zeker als je voor tientallen wuivende en zingende kinderen waardig diende uit te stappen. Maar het kon ook heel anders, zo hebben Alex (een aantal jaren mijn vaste Piet) en ik in de buurt van het Gemeentemuseum ooit in de barre kou in een open caleche gezeten. Bibberend, maar wel majesteitelijk voornaam. Behalve rokken waren snorren een crime, ik herinner me eentje, die met een tweetal ijzerdraadjes in de neus vastgehouden werd, dat was tien minuten vol te houden, maar geen moment langer. Voor de kleine gelovigen volharden we ernstig in onze rol, maar voor de hogere klassen wilden we die nog wel eens omdraaien en gaf ik Alex mijn staf en kreeg ik zijn zak, klom ik in de gymzaal in een wandrek en sprak Alex een vermanend woord. Dat liep op zeker moment niet goed af toen een geschrokken zesde klasser Alex met een potlood in zijn oog prikte en we tien minuten later, nog steeds geschminkt, onderweg waren naar een zijstraat van de Laan van Meerdervoort, waar de kliniek voor ooglijders gevestigd was. Een volgend optreden zat er dat jaar voor Alex niet meer in, gelukkig had ik een vriendinnetje dat bereid was in te vallen.