Het is volslagen duidelijk waarom de Britten, zo'n klein naoorlogs autootje, als de Isetta, een bubblecar noemden. Er is een andere Engelse, algemenere en veel oudere term voor kleine auto's: cyclecar. Dat woord is al even onvertaalbaar, want bij fietsauto denk ik aan een door pedalen aangedreven wagentje. Er bestaat trouwens over de geschiedenis van de cyclecar een uitstekend boek' "From CycleCar to Microcar" van Michael Worthington - Williams, uitgegeven door Dalton Watson Ltd. in Londen (ISBN 0901564 540). Toch ontbreekt in het boek een auto, de Frisky, n.b. een Engels product. In 1957 ontworpen door Raymond Flower voor de stationairemotorfabrikant Meadows. Het eerste type had een achterin geplaatste luchtgekoelde Villierstweecylindertweetakt met een vierversnellingsbak, later werden ook motoren van het merk Excelsior met verschillende cylinderinhouden gebruikt. De Frisky is in verschillende vormen tot 1964 gebouwd, eerst in Wolverhampton, daarna in Sandwich en tenslotte in Queenborough.