Onze regeltjeswoontes hebben allegaar een tuin, een klein tuintje, maar het is er al een. De lui aan de andere kant van de straat hebben ook zo'n stukje grond. De kaalplas, die krekt zijn kop weer met de tondeuze bewerkt heeft en ingewreven heeft met bargesmeer, bezit een tuintje van vier bij drie meter, maar hij heeft al een bladpuister met het geluid van een straalvliegmachine, want de kaalplas houdt van een beierts leven. Hij grijmt ook aan zijn huis om, dat doet hij met een kleine electrische schuurder, het apperaat jankert uren achterinkaar, men kan het omtrent tot in De Haske horen. Als men zulks doet moet men een grotere schuurder aantuigen, maar ik denk dat het wijf van de kaalplas ook sop opschept met een teeleppelje in stee van met een sleef.
Vrouw Ymkje Sinnema - Meindertsma, Rotsterhaule
Vrouw Ymkje Sinnema - Meindertsma, Rotsterhaule