Net als overigens in Nederland hadden de locomotieven bij de verschillende Franse spoorwegmaatschappijen verschillende kleuren, bij de P.O. waren ze bijvoorbeeld blauwiggrijs, bij de P.L.M. donkergroen en bij de Nord oorspronkelijk appelgroen en later chocoladebruin met gele biezen. Over dat chocoladebruin is trouwens een aardige en hardnekkige anecdote in omloop: die kleur zou gekozen zijn omdat het personeel van de belangrijkste financier (Rothschild) gekleed ging in bruine livrei met gouden biezen. De werkelijkheid is dat een te grote hoeveelheid zwarte en rode verf was aangeschaft die bij menging een chocoladebruine kleur opleverde. De klassen waarin passagiers vervoerd werden waren onderverdeeld in drie, behalve bij de A.L. die net als de seinpalen en het rechtsrijden ook de vierde klasse handhaafde. Over seinpalen gesproken, ook die waren bij de maatschappijen verschillend, de P.L.M. had lange masten van het systeem Lartigue, de A.L. zoals gezegd ietwat aangepaste Duitse seinen. Op mijn baan staat op het buitengebied van het museum een groepje seinen, links een mast van Lartigue, rechts een paal van de A.L.